Kunst openbare ruimte Bergen op Zoom: weerstand wijkcommissies

zonder titel PD 1

Komt er wel of niet in Bergen op Zoom een kunstwerk in het gebied van de Noordelijke wijken Meilust, Tuinwijk en Noordgeest? Domweg twee berichten over kunst in de openbare ruimte met woordvoerders die het tegenovergestelde beogen. Feitelijk zijn er vijf posities: gemeente, uitvoerende stichting, wijkcommissies, bewoners en kunstliefhebbers/ kunstenaars. Deze verdeling van vijf werkelijkheden naast elkaar tekent de onoverzichtelijkheid en maakt het plaatsen van kunst in de openbare ruimte complex. Waar gaat het over?

Op 17 december brengt de gemeente naar buiten dat er een kunstwerk komt in Noord. De Stichting KidOR (Kunst in de Openbare Ruimte) krijgt volgens BN De Stem van de gemeente opdracht voor de coördinatie. Het maakt er 75.000 euro voor vrij. KidOR-voorzitter Cees Vanwesenbeeck vindt dat ‘veel te weinig’: ‘Wij gaan voor kwaliteit. Daarom willen wij minimaal hetzelfde bedrag loskrijgen van andere subsidiegevers, zoals de provincie.‘ Vanwesenbeeck geeft aan dat dit in tijden van economische tegenspoed niet makkelijk zal zijn. Hij zegt een zeker een half jaar uit te trekken voor de voorbereiding. Zoals het benaderen van kunstenaars via vakblad BK-Informatie. Het thema wordt ‘verbinding’. Een exacte beschrijving van de opdracht ontbreekt nog.

Op 19 december reageert de voorzitter van wijkcommissie Tuinwijk Anita Hoppenbrouwers ook namens de wijkcommissies Meilust en Noordgeest. Volgens BN De Stem vindt zij de uitgave van 75.000 euro aan een kunstopdracht belachelijk in tijden van bezuiniging. Ze zegt dat het project niet welkom is en de commissies er aan mee weigeren te doen. Haar bezwaren tegen de besteding van 75.000 euro lijken niet principieel als ze zegt dat het geld beter gebruikt kan worden aan leefbaarheid. Zoals buitentrimtoestellen. ‘Daar heeft iedereen wat aan‘. Daarmee suggererend dat kunst in de openbare ruimte de leefbaarheid niet ten goede komt.

Wethouder Arjan van der Weegen (Lokale partij GBWP) legt uit dat hij de grieven begrijpt, maar dat de 75.000 euro al lang geleden was gereserveerd voor dit kunstproject. En volgens hem is het de opzet dat KidOR met de wijken in gesprek gaat over de verdere omschrijving van de opdracht. Bewoners hebben inspraak.

Anita Hoppenbrouwers’ reactie is tekenend. Een voorbeeld van het misverstand dat kunst in de openbare ruimte vaak treft. Soms aangezwengeld als bewoners in hun directe leefomgeving een kunstwerk door de strot wordt geduwd. Soms ook door vijandigheid van bewoners jegens kunst. Het idee dat iedereen wat aan buitentrimtoestellen heeft is even onjuist als het idee dat iedereen wat aan kunst in de openbare ruimte heeft. Algemeen belang kan nooit alle inwoners dienen. Tegen elke maatregel is oppositie. Het valt Hoppenbrouwers te verwijten dat ze zich onvoldoende verplaatst in het belang van de stad. Voordat KidOR haar uitnodigt voor een gesprek. Individuele bewoners en kunstenaars zwijgen tot nu toe. De anderen spreken namens anderen.

De oplossing uit de impasse kan de volgende zijn. Laat KidOR als coördinerende instelling proberen het budget op te hogen tot 125.000 euro. Ga niet uit van een klassiek beeld. Geef vervolgens zonder competitie een sociale kunstenaar als Jeanne van Heeswijk, Frank Koolen of Domenique Karl Himmelsbach de Vries opdracht om met alle bewoners een project te ontwikkelen. Neem het ongenoegen van Anita Hoppenbrouwers tegen kunst als uitgangspunt. Vul het thema verbinding zo in dat alle partijen verbonden worden: gemeente, uitvoerende stichting, wijkcommissies, bewoners en kunstliefhebbers/ kunstenaars. Einddoel is de bewustwording van de verschillen. In de vorm van een boek, film of Facebook-pagina.

Foto: Piet Dieleman, zonder titel. Bergen op Zoom, 1997.

2 gedachten over “Kunst openbare ruimte Bergen op Zoom: weerstand wijkcommissies

  1. Mijn ervaring als kunstenaar en commissielid is, dat de vraag om kunst het beste vanuit de gemeenschap kan komen. Dat gebeurt gelukkig nog steeds. Maar kunst is geen democratie, en moet het ook niet worden.

    Door de vraag uit de gemeenschap te laten komen, blijft er draagvlak voor het werk. Vooral als deze vraag op de juiste manier wordt opgepakt. Laat zien hoe de keuzes tot stand komen, betrek eventueel de gemeenschap bij de realisatie van het werk. Dat kan op diverse wijzen; ook traditioneel en hoeft niet enkel op de ‘sociale kunst’ gericht te zijn. Nadeel daarvan is dat het draagvlak en het werk vaak tijdelijk zijn.
    Dat is een andere insteek. Geheel ander uiterste is fietsrekken en bankjes ‘kunstzinnig’ in te laten vullen.

    Kunst in de openbare ruimte heeft soms ook een incubatietijd nodig. Werken waar bij plaatsing veel discussie over is, kunnen uitgroeien tot mascottes van een wijk. Schuw die discussie niet, want dat is inherent aan kunst..

    En wat betreft de bedragen: laat ook eens zien wat de aanleg van een straat/park kost. Dan heb je een goede vergelijking..

    Like

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.