IMF-bewindvoerder Menno Snel namens 15 landen schiet de bal in die Buitenhof-presentator Kees Driehuis hem dienstbaar voorzet: ‘Denkt u in dat kader dat er genoeg hervormd wordt. Dat er plannen zijn die op de lange termijn voor een andere economie zorgen?‘ Snel schiet voor open doel de bal in het net: ‘Nederland is nog niet klaar met de hervormingsagenda. Met de huizenmarkt moeten we gefaseerd verdergaan, en de arbeidsmarkt. Als groei en werkgelegenheid je kernen zijn dan moet je daar actief beleid op voeren’.
Waar gaat dit in hemelsnaam over? Wat is die hervorming waar Driehuis over praat? Waarom laat de redactie hem sowieso zulke open en vage vragen stellen die eerder uitblinken in raadselachtigheid dan scherpte. Hans de Geus geeft in z’n column voor FollowTheMoney het antwoord. Over dat ‘hervormen’ waar Driehuis zo de mond vol van heeft is in Nederland nooit een inhoudelijke discussie gevoerd. Zodat onduidelijk is wat er met ‘hervormingen‘ bedoeld wordt, wat ze inhouden, hoe ze onderbouwd zijn en of ze effectief zijn. Of juist niet.
Welke vraag had Driehuis beter kunnen stellen dan mee te gaan in de ideologie van zijn gesprekspartner? Opnieuw geeft De Geus het antwoord. Hij verwijst naar Theodore Roosevelt die van 1901 tot 1909 Amerikaans president was. Hij verstond onder hervormingen het volgende: ‘een sterke overheid, marktregulering (tot en met de drooglegging aan toe), de financiële sector aan banden, actieve industriepolitiek en het breken van de monopoliemacht. Gezinnen en boeren met schulden werden beschermd tegen bankiers – die hadden hen niet zelden een lening toegestopt louter om het onderpand te kunnen afpakken.’
De vergelijking met 100 jaar geleden is vaak gemaakt. Ook toen was er een fase van Wildwest-kapitalisme dat boven de overheidsmacht uitging. Verschil is dat overheden nu door samenwerking het grootbedrijf proberen in te kapselen. In de praktijk werkt dat echter andersom doordat het grootbedrijf politici omkoopt of eigen mensen in de regering neerzet om toezicht af te zwakken. En onaantastbaar het hervormingsbeleid bepaalt.
Het is dus maar wat je ‘hervorming‘ noemt en wat het doel ervan is. In de variant van Driehuis betekent het snijden in voorzieningen, miljardensteun voor de financieel-economische sector, snijden in de hoogte van de lonen, afbreken van het pensioenstelsel, verplaatsen van industrie naar lageloonlanden en open grenzen voor immigratie die de lonen nog verder drukt. Alles in het belang van het grootbedrijf dat wereldwijd opereert en werknemer en belastingbetaler het nakijken geeft. Dat ‘hervorming‘ ook iets anders kan betekenen is tot Driehuis en de gevestigde media nog niet echt doorgedrongen. Het grootbedrijf ziet het goedkeurend aan.