Op 7 januari besteedde ik aandacht aan de motie 2012/M55 ‘zorgvuldig beheer, heldere huurprijs‘. Over het Koetshuis en landhuis van het Bunnikse Oud-Amelisweerd dat eigendom is van de gemeente Utrecht. De raad wilde van alles weten over de bepaling van een eerlijke huurprijs. Het antwoord van wethouder Lintmeijer aan de Utrechtse raad was vertraagd. Nu is er een brief van 9 januari die op 22 januari naar de raad is gestuurd.
Het is een technisch verhaal over vastgoed dat door alle cijfers objectief lijkt, maar toch subjectieve keuzes bevat. Twee aspecten staan centraal. Wat zijn de kosten per saldo voor de gemeente en welke huurprijs moet berekend worden aan de gebruikers, respectievelijk van Koetshuis en landhuis. In de second opinion van erfgoedmakelaar Redres en horecamakelaar Van de Weerd resteert een hogere huurprijs van het landhuis en een lagere voor het Koetshuis. De wethouder laat dit uiteindelijk niet meewegen bij de bepaling van de huurprijs. Wat de vraag oproept of de second opinion meer mag zijn dan een formele voorwaarde van de raad.
De uitkomst valt des te meer op door het te vergelijken met brief 12.055860 van 18 juni 2012 over hetzelfde onderwerp. Hierin wordt uitgaande van dezelfde situatie en met gebruikmaking van dezelfde argumenten voor het landhuis een huurprijs van €61.000 en voor het Koetshuis van €48.000 voorgesteld. Opvallend genoeg is die huurprijs meer in lijn met de bedragen die Redres en Van de Weerd noemen dan de ‘onafhankelijke exploitatieopzet’ van horeca-adviesbureau Double Six van Wim Wiersma. Twee dagen later liet de wethouder aan de raad weten dat per abuis in die brief niet de juiste huurbedragen voor landhuis en koetshuis waren vermeld. Mogelijk een echte vergissing, maar ook is het mogelijk dat Lintmeijer los van de feiten redeneert.
Foto: Schermafbeelding van brief 13.000831 van 9 januari 2013 van wethouder Frits Lintmeijer aan de Utrechtse raad.