Wat verklaart het uitblijven van veroordeling van de Taliban door moslims?

Nu de streng soennitische Taliban die de macht in Afghanistan heeft gegrepen haar ware gezicht laat zien en critici vermoordt, vrouwen discrimineert, muziek verbiedt en het culturele erfgoed van Afghanistan verder dreigt te vernietigen, wordt een oude vraag weer actueel. Namelijk waarom zwijgt de wereldwijde islamitische gemeenschap en laat het na om de Taliban te veroordelen?

De logica achter die vraag is dat de fundamentalistische Taliban de islam slechte publiciteit geeft en deze godsdienst door haar specifieke interpretatie ervan laat kennen als intolerant, anti-democratisch en anti-rechtsstatelijk. Wie zwijgt stemt toe. Moslims rekenen zich tot de oemma, de wereldwijde islamitische gemeenschap waar de Taliban deel van uitmaakt. De Taliban en talloze lokale varianten van de islam bevinden zich in dezelfde mand. Het spreekwoord zegt: ‘Eén rotte appel in de mand, maakt al het gave fruit te schand‘.

De oemma zou er dus verstandig aan doen om de Taliban uit haar gemeenschap te stoten omdat het de hele islam aantast. Een godsdienst die door de vermenging met autoritaire regimes toch al steeds meer in een kwaad daglicht is komen te staan. De bewering is dat de islam door deze regimes om politieke redenen is gekaapt en de geestelijke leiders van de islam in genoemde autoritaire landen hiermee hun godsdienst hebben verraden en de gelovigen in de steek hebben gelaten.

Het uitblijven van de veroordeling van de Taliban door een islamitische gemeenschap die zich onderscheidt als democratisch, open voor dialoog, verdraagzaam, pluriform en toekomstgericht is een teken aan de wand. Openbaart zich hier een morele wilszwakte van de wereldwijde islamgemeenschap?

Door de snelheid van de machtsovername door de Taliban is het begrijpelijk dat de officiële islamitische wereldgemeenschap die op vele manieren verdeeld is nog niet officieel heeft kunnen reageren. Maar zoals Willem-Gert Aldershoff terecht in een opinie voor het RD opmerkt klinkt er tot nu toe ook in Europa op sociale media en in nationale islamitische organisaties als het Contactorgaan Moslims en Overheid (CMO) in Nederland nauwelijks kritiek op de Taliban.

Aldershof constateert juist het omgekeerde: ‘Problematisch is dat de weinige uitspraken van moslims over de taliban die je wél op internet vindt juist steun betuigen aan de nieuwe machthebbers in Kabul.’ Hoe valt dat zwijgen over of zelfs goedpraten van de Taliban te verklaren?

Tien jaar geleden had ik een discussie met de islamitische Johanna Nouri over religie en islam. Het werd een 14-delige serie. Ik noemde het achteraf ‘een spannende discussie tussen twee verschillende wereldbeelden‘. In de evaluatie citeerde ik Johanna: ‘Wederkerig respect is voor mij een basisvoorwaarde om tot ‘common ground‘ te komen. Daar hoort bij de wil om naar elkaar te luisteren. Juist dat laatste hebben we gedaan. En je kan zien dat dat soms flink wat moeite kostte, omdat we allebei met een gekleurde bril keken naar wat de ander schreef. Het kostte veel tijd om daar doorheen te komen en dat achter ons te laten. In mijn beleving lukte dat omdat we dat allebei wilden: in gesprek zijn met de ander. Omdat we allebei uit zijn op een open samenleving waarin we met elkaar samen kunnen leven.

Precies die open houding van Johanna mis ik in de huidige reactie van moslims op de Taliban die wereldwijd de beeldvorming van de islam zoveel geweld aandoet, maar waarop geen reactie volgt. Uit verdeeldheid, onmacht, berekening of moedwil, of een combinatie daarvan.

In het tweede deel ‘Johanna en George over religie en islam 2‘ van de serie schreef ik aan Johanna:

Het opmerkelijke is dat ik 10 jaar later nog met dezelfde vragen zit. Ik ben geen steek verder gekomen in mijn begrip van de islam. Door de uitblijvende veroordeling door de wereldwijde, maar vooral Europese gemeenschap van moslims is de vraag weer opnieuw actueel. De hoop op de vorming van een democratische Europese islam die zich verenigt en ondergeschikt maakt aan de nationale rechtsstaat is vooralsnog een belofte gebleven. Hoewel er op individueel vlak beweging in de richting van democratisering is, maar de officiële islam die zich conservatief blijft opstellen erin achterblijft.

Dat kan de angst voor verandering zijn en het teruggrijpen op gekende waarden die niet als ideaal worden beschouwd, maar wel een eigenheid vertegenwoordigen waar moslims zich als in een cultureel bastion in verschansen. En ze zich zo in eigen kring of apartheid afsluiten van de wereld. Ter compensatie van een gevoeld tekort of van een idee dat dit nastrevenswaardig is, sociaal opgelegd wordt en dus onontkoombaar is.

Wanneer veroordelen moslims en islamitische organisaties de uitwassen die formeel en informeel in naam van hun godsdienst worden gedaan? Wanneer breekt -vooral in Europa- het besef door dat ze dat niet moeten doen omdat anderen dat van hen vragen, maar omdat het in hun eigen individueel en religieus belang is?

Hoe de EU niet optreedt bij de Russische provocatie van Oekraïne in de kwestie Yulia Samoilova en de Krim

In een interessante analyse op Joop.nl gaat Willem-Gert Aldershoff in op de deelname van de in een rolstoel zittende Russische deelnemer van het Eurovisie Songfestival 2017 Yulia Samoilova. Omdat ze na maart 2014 rechtstreeks vanuit de Russische Federatie naar de Krim is gereisd heeft ze in strijd met de Oekraïense grondwet gehandeld en wordt de Oekraïense regering gedwongen om te handelen. Door in te gaan op tactische zetten over en weer zet hij de relatie tussen Oekraïne en de Russische Federatie scherp op een rijtje.

Aan de rol van de EU gaat Aldershoff voorbij. Het zijn de sancties van 17 maart 2014 die wijzen op een stellingname en verantwoordelijkheid van de EU: ‘In the current circumstances, travel restrictions and an asset freeze should be imposed against persons responsible for actions which undermine or threaten the territorial integrity, sovereignty and independence of Ukraine, (..)’ Ofwel, als de EU zegt op te komen voor de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne -indien die door personen bedreigd wordt- dan moet het daadwerkelijk handelen als er sprake van ondermijning is. Als de EU dat nalaat dan laat het Oekraïne in de steek, handelt het in strijd met de sancties uit 2014 en ondermijnt het de geloofwaardigheid van een standvastige EU. Door de aanmelding van Yulia Samoilova wist het Kremlin dat het in strijd met de Oekraïense wet en de westerse sancties handelde en zette het de kwestie bewust op scherp door de EU en Oekraïne te provoceren (provokatsiya). Dat kan niet onbeantwoord blijven. M’n antwoord op Joop.nl op een andere reactie:

Inderdaad is de annexatie van de Oekraïense Krim door de Russische Federatie in strijd met het internationaal recht omdat het de territoriale integriteit van Oekraïne schendt. Die bezetting en het zogenaamde referendum dat tot de annexatie leidden werden in resolutie 68/262 op 27 maart 2014 in de Algemene Vergadering van de VN met grote meerderheid van stemmen veroordeeld.

De annexatie van de Krim door de Russische Federatie werd beantwoord met sancties van onder meer de EU, de VS, Canada, Japan en internationale organisaties. Onderdeel van die sancties zijn reisbeperkingen voor personen die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen. Omdat Yulia Samoilova na maart 2014 op de Krim is opgetreden valt zij in deze categorie. Zij heeft niet alleen in strijd met de Oekraïense wet, maar ook in strijd met de westerse sancties gehandeld. Daarom moet de EU in deze kwestie positie kiezen. Het is onbegrijpelijk dat de EU dit tot nu toe niet heeft gedaan.

Op termijn zal de Russische Federatie de Krim moeten teruggeven aan Oekraïne. Maar zolang dat nog niet zover is en westerse landen en Oekraïne dat niet met geweld kunnen of willen afdwingen is de op een na beste oplossing een strikte economische boycot van de Krim.

Het optreden van Russische artiesten op de Krim -zonder tussenstop in Oekraïne- is niet alleen in overtreding met de Oekraïense wet maar ook een directe ondermijning van de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne die tot de westerse sancties leidden. Daarom is het merkwaardig dat Oekraïne de kooltjes uit het vuur moet slepen en de EU terughoudend optreedt. Als de EU naar de in 2014 opgelegde sancties zou handelen, dan zou het Yulia Samoilova op een sanctielijst zetten en haar daardoor praktisch uitsluiten van het Eurovisie Songfestival.

Foto: Schermafbeelding van deel artikelHoe Rusland het Eurovisie Songfestival gebruikt in de oorlog tegen Oekraïne’ van Willem-Gert Aldershoff op Joop.nl, 26 maart 2017.