Hoorn: Museumdirecteur Geerdink komt in spervuur kwestie standbeeld J.P. Coen

Rechtse politiek gaat in Hoorn voor het behoud van het standbeeld van J.P. Coen op de huidige locatie in het centrum. Op het plein de Roode Steen. Linkse politiek gebruikt grote woorden als ‘institutioneel racisme‘ om het beeld verplaatst te krijgen.

De kwestie is gepolitiseerd. Een gewoon debat lijkt niet meer mogelijk. Standpunten staan haaks op elkaar. Emoties voeren de boventoon. Burgemeester Jan Nieuwenburg (PvdA) probeert het debat in goede banen te leiden.

Hoe heetgebakerd de sfeer in de Hoornse politiek over dit onderwerp is blijkt uit schriftelijke vragen van 9 februari 2024 van de fracties van VVD en ÉÉnHoorn. Ze vallen museumdirecteur Ad Geerdink van het Westfries Museum frontaal aan na diens optreden in Nieuwsuur van 7 februari 2024 in het item Omstreden beeld van Jan Pieterszoon Coen. De beslissing om het standbeeld weg te halen wordt voorlopig uitgesteld. Na overleg met het stadhuis gaf Geerdink in Nieuwsuur zijn visie.

VVD en ÉÉnHoorn stellen suggestieve vragen over ‘ambtenaar’ Geerdink die volgens deze partijen zijn mandaat te buiten zou zijn gegaan. Dat is betuttelend. Ze gaan nog verder en noemen hun vragen ‘Artikel 36: Ambtelijke openbare uitspraken die strijdig zijn met politiek/bestuurlijke besluiten‘. Daarmee framen ze op voorhand dat Geerdinks uitspraken strijdig zijn met de bestuurlijke besluitvorming.

De locatie van het beeld van J.P. Coen is een onderwerp bij uitstek voor populisten om zich mee te profileren.

Geerdink had in de uitzending van Nieuwsuur gezegd dat als de politiek dat beslist er een plekje in het museum is voor het beeld van Coen. Dat was tegen het zere been van VVD en ÉÉnHoorn.

In hun schriftelijke vragen vielen ze ambtenaar Geerdink aan die zich niet kan verdedigen. De rol van een plaatselijk historisch museum is om te reflecteren op de plaatselijke geschiedenis. Dat heeft Geerdink als museumdirecteur gedaan. VVD en ÉÉnHoorn geven met hun vragen aan dat ze niet weten wat de rol van een plaatselijk museum is. Of ze doen alsof ze dat niet weten.

In een opmerkelijk snel antwoord van 15 februari 2024 beticht het college VVD en ÉÉnHoorn dat het onterecht het handelen van een ambtenaar publiekelijk in twijfel trekt. Dat schaadt volgens het college de persoon Geerdink. Het college poogt partijdige meningen over dit onderwerp de pas af te snijden en neemt het op voor ambtenaar Ad Geerdink.

Schermafbeelding van deel antwoord van het college van Hoorn op schriftelijke vragen ‘Artikel 36 vragen ambtelijke openbare uitspraken en media optredens‘ van VVD Hoorn en ÉénHoorn, 15 februari 2024.

Oekraïne achterhaalt gestolen schilderijen uit Verona. Wat zegt dit positief nieuws?

Soms roept een bericht meer vragen op dan het beantwoordt. Neem nou de vangst van schilderijen op een Oekraïens eilandje in de Dnister rivier aan de grens met Moldavië. Ze werden op 19 november 2015 gestolen uit het Castelvecchio museum in het Italiaanse Verona. De schilderijen van onder meer Tintoretto, Rubens, Hans de Jode en Mantegna zouden een waarde van 15 miljoen euro vertegenwoordigen. De in plastic zakken verpakte schilderijen werden gevonden door de grenspolitie. Dat geeft de Oekraïense president Porosjenko de kans om te praten over een ‘briljante operatie’ en ‘de doelmatige aanpak van smokkel en corruptie’. De president meent dat Oekraïne hiermee haar prestige bevestigd zou hebben door de ‘doelmatige actie’.

Er is veel onduidelijk in de berichtgeving. Stuitte de grenspolitie toevallig op de schilderijen of ging er een uitgebreide operatie aan vooraf? Of werden de Oekraïense autoriteiten getipt? De opdrachtgevers zouden uit Tsjetsjenië afkomstig zijn, een door Ramzan Kadyrov op autoritaire wijze geregeerde autonome republiek in de Kaukasus die zich onder diens leiding steeds onafhankelijker van Moskou opstelt. En het Kremlin door de eigenzinnige koers steeds meer hoofdbrekens kost. Waren Kadyrov en mensen uit zijn entourage betrokken bij de opdracht? En wat is de rol van de Russische, Oekraïense en Moldavische maffia in de diefstal?

Het is goed nieuws dat de schilderijen zijn teruggevonden. Immers openbaar kunstbezit. Ongemerkt maken Nederlanders een vergelijking met de diefstal in 2005 in het Westfries Museum in Hoorn. Vier schilderijen werden op 14 april 2016 teruggevonden in Oekraïne, maar nog veel is onduidelijk. Wie de uitvoerders en opdrachtgevers van die diefstal waren is nog steeds in nevelen gehuld. Ondanks de onduidelijkheid over de details werd in de Nederlandse publiciteit in de aanloop naar het Oekraïne-referendum van 6 april 2016 de diefstal door sommige media en het NEE-kamp gebruikt als stok om de Oekraïense regering mee te slaan. Maar evenmin als toen de ondoelmatigheid -laat staan de betrokkenheid zoals gesuggereerd werd vanuit het Westfries Museum- van de Oekraïense overheid werd aangetoond is nu de doelmatigheid aangetoond.

8195DFC226585E8D040506800B3C7122

Kunstdiefstal lijkt lucratief en is door het grensoverschrijdend karakter ervan lastig aan te pakken. Landen geven geen prioriteit aan opsporing. Dat schilderijen opduiken in een land als Oekraïne is geen toeval omdat in dat redelijk open land met de hoogste corruptie van Europa de georganiseerde misdaad er veel ruimte heeft. Het is er dit soort landen dan ook alles aan gelegen om in de beeldvorming de indruk te wekken dat het de misdaad bestrijdt. Die trouwens in dit geval in Nederland en Italië begaan werd. In ‘beschaafd’ Europa dus. Oekraïne is afgelopen jaren druk bezig geweest om de politie te hervormen en op Westerse leest te schoeien. Dat is succesvol verlopen. Dat Porosjenko nu de vruchten plukt is de publicitaire wetmatigheid. Feit is dat Oekraïne onder druk van de publieke opinie positief heeft meegewerkt aan het oplossen van twee diefstallen.

Foto: Hans de Jode, Zeehaven, olieverf op doek. Op 19 november 2015 gestolen uit het Museo di Castelvecchio in Verona.

Geerdink neemt afstand van complottheorieën. Kunstroof Westfries Museum diende Telegraaf als middel in Nee-campagne referendum

De toekomst zal uitwijzen of hij het bij het juiste eind had’, aldus museumdirecteur Ad Geerdink in een bericht van BNR Nieuwsradio over kunstspeurder Arthur Brand. Dit is een nieuwe kanttekening bij wat eerder een tweemanschap leek dat door dik en dun samen optrok. Voor het eerst houdt Geerdink in het openbaar duidelijk afstand van niet onderbouwde beweringen, zoals de laatste in een reeks dat resterende schilderijen in handen zijn van Russische criminelen: ‘Als dat klopt is dit geen prettige boodschap, maar er zijn wel meer uitspraken gedaan die later niet bleken te kloppen.’ Een understatement te elfder ure, maar een terechte opmerking van Geerdink. Het lijkt er sterk op dat hij lange tijd heeft vertrouwd op complottheorieën en slecht onderbouwde aannames, maar nu tot inzicht is gekomen of gebracht dat dat het Westfries Museum niet dient.

Zo was er op de dag van het Oekraïne-referendum een bericht in De Telegraaf zonder harde feiten met verwijzing naar ‘welingelichte bronnen’ waarin werd beweerd dat 12 van de 24 schilderijen zich in de buurt van de Poolse stad Krakau zouden bevinden. De Telegraaf stelde dat de opsporingen van de Oekraïense autoriteiten nog zonder resultaat waren, wat nu dus als aantoonbaar onjuist kan worden vastgesteld. Want op 6 april waren naar zeggen van de Oekraïense regering al twee schilderijen teruggevonden. Uitspraken die vanuit de marge van het Westfries Museum werden gedaan dat de nog niet teruggevonden schilderijen eerst in handen van personen in de entourage van oud-president Janoekovitsj waren, toen overgingen naar de extreem-rechtse OUN militie met medewerking van de geheime dienst SBU, toen naar Polen verhuisden en nu weer in handen van Russische criminelen zouden zijn moeten met een korreltje zout worden genomen.

betrokkenen

Welke rol de publiciteit over de kunstroof gespeeld heeft bij het Oekraïne-referendum valt te bezien. In de publiciteit beweert de Oekraïense minister van Buitenlandse Zaken Pavlo Klimkin dat het teruggeven van de schilderijen voor 6 april het Nederlandse referendum hadden kunnen beïnvloeden. Dat valt te betwijfelen.

Duidelijk is dat verschillende uitingen van de Telegraaf Media Groep, zoals dagblad De Telegraaf en weblog Geen Stijl actief campagne hebben gevoerd tegen de associatie-overeenkomst van de EU met Oekraïne. Hiertoe gebruikten ze de kunstroof van het Westfries Museum dat hun vanwege alle suggesties, aannames en complottheorieën een ideale focus bood voor hun eigen suggesties, aannames en complottheorieën over de EU en Oekraïne. Geen enkele bewering hoefde bewezen te worden, alles kon straffeloos worden beweerd. Het werd een succes omdat andere media de suggesties tamelijk kritiekloos verspreidden en zo de werking van de geruchten op het referendum hielpen vergroten. Dat werkte volgens het model: aandacht opwekken, de interesse wekkeneen mening opwekkeneen mening doen postvatten. Een ingreep van de Oekraïense regering had daar in een later stadium geen invloed meer op. Het vooroordeel was al in het onderbewuste vastgezet bij de doelgroep van vooral sociale achterblijvers, laagopgeleiden en malcontenten.

Foto: Afbeelding van Schema van Betrokkenen volgens het Westfries Museum in een bericht van december 2015. (Doorklikken op ‘Afbeeldingen gestolen kunst WFM’).

Een Vandaag brengt twee dagen voor referendum reportage over diefstal Westfries Museum zonder nieuwswaarde. Journalistiek?

wm

Een Vandaag had vanavond een reportageWestfries Museum slaat alarm over onderzoek roofkunst’ dat de vraag opriep in welke categorie journalistiek het thuishoort. Het was geen onderzoeksjournalistiek zoals we die afgelopen week zagen bij de Panama Papers of de onthulling van Julian Röpcke van het Duitse Bild over de Donbas-regering. Een Vandaag bleef steken in veronderstellingen en suggesties. Het kwam niet met (nieuwe) feiten en baseerde zich op twee getuigen die hun eerdere verhaal mochten herhalen: museumdirecteur Ad Geerdink en kunstonderzoeker Arthur Brand. Twee betrokkenen die in december 2015 stelling hadden genomen dat extreem-rechtse Oekraïeners en de voormalige chef van geheime dienst SBU waren betrokken. Dat zette het museum zelfs in een schema. De twee mannen kregen van Een Vandaag de kans om dat verhaal te herhalen. Maar wat is de nieuwswaarde ervan? Een Vandaag noemt zelfs politiemol Mark Milczarek niet.

Opvallend is dat Een Vandaag dit twee dagen voor het Oekraïne-referendum uitzendt. Dus zonder dat er enig nieuw feit wordt vermeld. Het enige ’nieuwe’ dat gemeld wordt is dat er weinig voortgang in het onderzoek zit. Een onderzoek dat al 9 maanden loopt. Is het dan toevallig dat Een Vandaag daar twee dagen voor het Oekraïne-referendum aandacht aan besteed? Had de reportage niet gewoon volgende week uitgezonden kunnen worden om het referendum niet te belasten met suggesties en veronderstellingen? Of als het Een Vandaag om serieuze onderzoeksjournalistiek te doen was geweest had het aan dit onderwerp aandacht kunnen besteden op het moment dat het een nieuw feit te melden had gehad of een getuige had opgespoord.

Dat Oekraïne en door en door corrupt land is leidt geen twijfel. En dat de veiligheidsdiensten er niet volgens Westerse normen werken is ook geen geheim. Ze moeten bijklussen omdat ze slecht worden betaald.  De rechtsstaat functioneert er niet naar behoren. Niemand zal ontkennen dat onderzoeksjournalistiek duur is en tijd en expertise vraagt, zeker als het zich afspeelt in het buitenland. Goede onderzoeksjournalistiek verdient respect. Maar wat Een Vandaag doet is van een ander kaliber. Het presenteert de meningen van Geerdink en Brand over Oekraïne als bewijs. Feitelijk hoeven ze er niet eens naast te zitten, maar journalistiek die dat vervolgens niet hard kan maken schiet tekort. Wat dan overblijft is de sensatie. De suggestie. De compensatie voor een gemiste bron of getuige. Juist de hervormers in Oekraïne die een eind aan de corruptie willen verdienen betere journalistieke ondersteuning dan wat Een Vandaag in haar gemakzucht heeft laten zien.

Foto: Schermafbeelding van artikelWestfries Museum slaat alarm over onderzoek roofkunst’ van Een Vandaag, 4 april 2016.

Zie hier voor reportage van Hromadske TV van 3 maart 2016.

Hromadske TV over de diefstal in het Westfries Museum. En de Oekraïense connectie

Journalist Lyubomyr Ferens van Slidstvo.info gaat naar Hoorn voor de diefstal van de schilderijen die in 2015 in Oekraïne opdoken en onderzoeker Arthur Brand en museumdirecteur Ad Geerdink koppelden aan rechts-nationalistische kringen en de geheime dienst, zoals bleek uit een lijst van betrokkenen. Het Oekraïense Slidstvo is als onderdeel van Hromadske TV lid van het in 2006 opgerichte Organized Crime and Corruption Reporting Project (OCCRP) voor onderzoeksjournalistiek. Ferens reconstrueert wat er sinds 2011 gebeurde.

Slidstvo.info heeft in tegenstelling tot Brand en Geerdink geen hard bewijs dat een rechts-nationalistisch politicus Oleh Tyahnybok (Svoboda) betrokken is. Ferens merkt op dat hij door de Oekraïense politie naar de Oekraïense geheime dienst werd verwezen voor informatie over Tyahnybok. Maar daar loopt het spoor dood. Maar Ferens spreekt de onderzoekingen van Arthur Brand niet tegen. Interessant is dat de Pools-Nederlandse politiemol Mark Milczarek in beeld komt als verbindingspersoon tussen Nederland en Oekraïne.

Opnieuw de kunstroof in het Westfries Museum. Waarom voert Arthur Brand Nalyvaichenko op als betrokkene?

rtv

RTV NH ging op 8 en 15 februari in twee uitzendingen van de rubriek ‘Recht uit NH’ in op de roof in 2005 in het Westfries Museum in Hoorn. Zie hier en hier. Zie hier de opsomming door het museum van de gestolen kunst. De gestolen goederen doken op in Oekraïne waar ze door het museum en de door het museum in de arm genomen specialist in kunstcriminaliteit Arthur Brand in verband werden gebracht met rechtse milities.

Maar Brand wees ook naar de politicus en het voormalige hoofd van de geheime dienst SBU (februari 2014-juni 2015) Valentyn Nalyvaichenko. Een kandidaat die in beeld is bij de VS om de president Petro Porosjenko op te volgen. Het Westfries Museum voerde in december Nalyvaichenko op in een lijst van betrokkenen -dit bericht staat nog steeds op de website- maar heeft daarvoor nooit geloofwaardige bronnen gegeven. De lijst wordt opnieuw in de reportage getoond. Zie hieronder. Arthur Brand kon me in een uitwisseling van reacties in december 2015 niet van de hardheid van zijn beschuldiging overtuigen. Ook in beide uitzendingen van ‘Recht uit NH’ worden geen harde feiten of details genoemd waaruit Nalyvaichenko’s betrokkenheid blijkt bij de nasleep van de kunstroof in Hoorn. Brands beschuldigingen aan het adres van Nalyvaichenko blijven van het niveau ‘van horen zeggen’ en associatie door schuld. De makers van RTV NH horen het aan en voegen niets toe aan kritisch vermogen of nemen de moeite in een commentaar Brands beweringen te relativeren.

wm

Niet alles wat Arthur Brand zegt is onzin. Maar hij kan niet aantonen wat de betrokkenheid van Valentyn Nalyvaichenko is. Deze politicus speelt nog steeds een belangrijke rol in de Oekraïense politiek zoals blijkt uit een bericht over transcripten van gesprekken van februari 2014 waarin de VS en Duitsland Oekraïne vroegen om geen weerstand te bieden aan de Russen omdat dit aanleiding voor een grootschalige Russische invasie van de Krim zou zijn. Waarna de Amerikanen na de onrechtmatige invasie van de Krim die alsnog in maart 2014 plaatsvond hun garanties van het Boedapester Memorandum 1994 niet nakwamen, en Oekraïne in de steek lieten. Cynisch is dat Brand in de uitzending (na 9’35’’) zegt dat sommigen menen dat Putin achter de roof zit. Daar gaat het niet om. De eigenlijke vraag is of de Russische propaganda een rol speelt in de beeldvorming rond deze kunstdiefstal en of Brand zich op enigerlei wijze onbewust laat gebruiken door de Russen. Bijvoorbeeld door Valentyn Nalyvaichenko op te nemen in een lijst van betrokkenen bij de kunstroof.

Foto 1: Schermafbeelding van bericht Uitzending gemist van Recht uit NH van 15 februari 2015 met video met Arthur Brand.

Foto 2: Lijst van betrokkenen bij de kunstdiefstal uit 2005 zoals het Westfries Museum  die op de eigen website presenteert. Klik door op ‘Afbeeldingen gestolen kunst WFM’.

Beschuldigingen van Westfries Museum aan adres Oekraïne nog steeds niet onderbouwd

ab1

Terwijl Veronika Melkozerova in een artikel voor de Kyiv Post gaten schiet in het door De Telegraaf op 6 december gepubliceerde artikel over betrokkenheid van Oekraïense rechts-nationalistische leiders bij de schilderijenroof in het Westfries Museum, gaat De Telegraaf verder op het pad van de complottheorie. Het hangt als los zand aan elkaar met suggesties en verdachtmakingen. In een artikel van 25 december laat Jolande van der Graaf zonder dat te vermelden beschuldigingen aan ex SBU-chef Valentin Nalivaisjenko vallen. De als hard gebrachte feiten van begin december blijken steeds zachter te zijn. De door het Westfries Museum  in de arm genomen Arthur Brand die onderzoek gedaan zou hebben in Oekraïne praat op Twitter over zijn eigen media-aandacht, maar niet over de onderbouwing van zijn claims. Hij blijft aan de oppervlakte.

Nog steeds is het onduidelijk wat de feiten zijn over de Oekraïense connectie. Maar beschuldigingen zonder onderbouwing wijzen niet op zorgvuldig gedrag. Wie a zegt moet b zeggen. Een beschuldiging dient samen te gaan met bewijs, of anders teruggenomen te worden. Op z’n minst dient een voorbehoud gemaakt te worden. Dat alles ontbreekt. Het Westfries Museum maakt zo zichzelf ongeloofwaardig. De claim dat door openbaarmaking de schilderijen niet meer verkocht kunnen worden lijkt er aan de haren bijgesleept omdat de kans dat ze door die openbaarmaking vernietigd worden aanzienlijk is vergroot. Het ministerie van Buitenlandse Zaken had stille diplomatie aanbevolen. Maar het Westfries Museum gaf daar geen gehoor aan. Dat geeft te denken over het doelmatig opereren van museumdirecteur en onderzoeker in deze kwestie.

Passen de aantijgingen van directeur Ad Geerdink, Arthur Brand en Nederlandse rechts-populistische media in een patroon en hebben zij zich laten gebruiken en zijn daar beschaamd achter gekomen, maar willen nu geen gezichtsverlies leiden? Niet ondenkbaar is dat de berichtgeving in De Telegraaf  en op de website van TMG-dochter GeenStijl volgt uit een opzetje van de Russen om in de informatieoorlog Oekraïne in een kwaad daglicht te stellen. Geen Stijl voert campagne in het referendum over de associatie-overeenkomst van Oekraïne met de EU op 6 april 2016 en is ontvankelijk voor elk gerucht dat Oekraïne kan beschadigen.

Foto:  Schermafbeelding van deel artikelVeronika Melkozerova: Revisiting case of stolen Dutch art work’ in Kyiv Post, 24 december 2015.

Problemen met een artikel over de MH17 in De Telegraaf

te

Hoe komt een gewaardeerde journaliste als Jolande van der Graaf ertoe om bovenstaand artikel te schrijven? De belangen zijn groot. Het onder leiding van het Nederlandse OM staande strafrechtelijke onderzoek naar de daders van het neerschieten van de MH17 door het Joint Investigation Team is in de afrondende fase. Het rapport komt in 2016. Voor de schuldvraag wijzen tot nu toe de meest waarschijnlijke scenario’s naar het Kremlin. Of indirecte betrokkenheid door het leveren van de BUK-raket of directe betrokkenheid door ook het leveren van bedienend personeel. Maar juridisch rondkrijgen vraagt meer zorgvuldigheid dan een journalistiek verhaal. Betrokkenen zorgen voor afleiding door een rookgordijn op te werpen vol valse sporen. Zoals voor- en tegenstanders erkennen is de hedendaagse Russische propaganda van hoge kwaliteit. Trouwens meer dan een massage van de ziel van de nieuwsconsument, maar een onmisbare component van de militaire strijd.

Hoe zorgvuldig en dwingend van logica is het betoog van Van der Graaf? Ze citeert emeritus hoogleraar Theo de Roos als strafrechtdeskundige, maar laat hem niet meer zeggen dan dat het OM goed moet opletten. Of haar claim klopt dat er van alles mis is met het bewijsmateriaal valt dan ook te bezien. Het gaat er eerder om dat er te weinig materiaal bij andere landen opgevraagd zou zijn. Weliswaar probeert CDA-kamerlid Pieter Omtzigt al maandenlang boven water te krijgen wat het belang is van de satellietgegevens, maar zijn kritiek is hoofdzakelijk gericht op de kwaliteit van het Nederlandse strafrechtelijk onderzoek en op de doelmatigheid en de bravoure van de Nederlandse buitenlandse dienst en premier Rutte om die gegevens te bemachtigen. Zijn aandringen heeft ook te maken met de partijverhoudingen tussen coalitie en oppositie. Zijn kamervragen werden door waarnemend kamervoorzitter Khadija Arib (PvdA) niet doorgelaten, aldus Omtzigt in een tweet.

De Graaf raakt in een spagaat als ze de claims van Arthur Brand over de betrokkenheid van voormalig SBU-hoofd Valentyn Nalyvaichenko bij de diefstal van het Westfries Museum gebruikt en daarop haar kaartenhuis bouwt. Maar Nalyvaichenko’s betrokkenheid bij die kunstroof is vooralsnog niet meer dan een verdachtmaking uit een gesprek met Brand evenals de Finse connectie die werd gepubliceerd in het in Moskou verschijnende Oriental Review. Zelfs Brand probeerde zijn beschuldiging van Nalyvaichenko wit te wassen door in een tweet deze verwijzing als ondersteuning voor zijn claim te geven. Zo worden suggesties op suggesties gestapeld, en claims tot bewijs gemaakt. In De Telegraaf wordt het luchtkasteel in een ultieme witwas-operatie als stabiel bouwwerk gepresenteerd. Zij die af willen leiden van de schuldvraag over de MH17 kunnen tevreden zijn.

Feit dat de SBU medewerkers wegens criminele activiteiten uit de organisatie heeft verwijderd gebruikt Van der Graaf als een belastend argument, maar kan evengoed als ontlastend opgevat worden. Dat schetst het gebrek aan urgentie van haar betoog. Het is opmerkelijk dat zij Omtzigt citeert dat er weinig bewijsmateriaal is. Hoe kan Omtzigt specifieke kennis hebben in de details en omstandigheden van een vertrouwelijk justitieel onderzoek dat nog niet afgerond is? Hij kan gelijk hebben met zijn vragen over de beschikbaarstelling van de satelliet- en radargegevens van Oekraïners, Russen en Amerikanen. Maar zoals gezegd gaat dat eerder over de kwaliteit van het onderzoek die Omtzigt ter discussie stelt en de Nederlandse informatiepositie die door minister Koenders en premier Rutte slecht wordt bevochten, dan over de kwaliteit van het bewijsmateriaal.

Foto: ArtikelProblemen met bewijzen MH17’ van Jolande van der Graaf in De Telegraaf.

Westfries Museum presenteert schema van betrokkenen bij kunstdiefstal

De Telegraaf bericht over de diefstal van 24 schilderijen en 70 stuks zilverwerk op 9/10 januari 2005 in het Westfries Museum te Hoorn. Directeur Ad Geerdink zoekt de publiciteit. In een verklaring op de site van het museum zegt hij: ‘Maar alle pogingen om de geroofde 17e eeuwse schilderijen naar Hoorn terug te krijgen zijn gestrand. Contacten met de huidige bezitters van de roofkunst en diplomatieke inspanningen tot op het hoogste niveau hebben tot niets geleid. Omdat de collectie aan anderen dreigt te worden verkocht en in steeds slechtere staat verkeert, zoekt Hoorn nu de (internationale) publiciteit.’ Complicatie voor een oplossing lijkt dat degenen die de werken nu in bezit hebben de waarde te hoog inschatten. Ze gaan aan van een waarde van 50 miljoen euro en rekenen op een vindersloon van 5 miljoen euro, terwijl volgens het Westfries Museum de waarde maximaal 1,3 miljoen euro is, en waarschijnlijk 500.000 euro.

Het museum verklaart over een onderzoek van de specialist in kunstcriminaliteit Arthur Brand: ‘Inmiddels zijn er zeer serieuze signalen dat de huidige bezitters van de roofkunst deze proberen te verkopen aan anderen. Uit nader onderzoek van Brand wordt duidelijk dat er achter het vrijwilligersbataljon nog andere hooggeplaatste personen schuil gaan. De gestolen kunst is een speelbal in een ondoorzichtig politiek krachtenveld in Oekraïne, waarin sprake is van een interne strijd om de macht, vriendjespolitiek en corruptie.’

In onderstaand schema noemt het museum ook het voormalige hoofd van de geheime dienst SBU (van 24 februari 2014 tot 18 juni 2015) Valentin Nalivaisjenko die als bondgenoot van de Kievse burgemeester Vitali Klitsjko en parlementslid voor diens partij ‘Stoot’ om politieke redenen en affiliatie met oligarch Dmitro Firtash ontslagen werd door president Porosjenko. Hier wordt toegelicht wie wie is. Firtash die naar Oostenrijk is uitgeweken en door de VS op de hielen wordt gezeten wordt er ook van beticht de huidige premier Arseni Jatsenjoek aan te sturen. In een bericht op Facebook verklaart genoemde tussenpersoon Boris Humeniuk vandaag dat voor hem Nalivaisjenko een onbekende is. Kortom, er is nog veel onduidelijk over dit schema.

Betrokkenen

Foto: Schema van het netwerk van ‘betrokkenen‘ bij de diefstal volgens het Westfries Museum.