
Een analyse van Martin Walker voor UPI gaat over de culturele kloof tussen de VS en Europa naar aanleiding van de kwestie Edward Snowden en het schandaal van de NSA-spionage. Europa ziet volgens Walker de VS als een bevriend land, maar omgekeerd geldt dat niet. De VS zien de Europese landen ook als vijand, of liever gezegd als ‘bron van vijandelijke handelingen’. Vanuit die optiek laat de regering-Obama politieke leiders, vertegenwoordigers en burgers van Europese landen bespioneren. Daar bovenop komen nog de normale spionage zoals die traditioneel tussen staten plaatsvindt en de spionage vanwege economische belangen.
Walker focust op het belangrijkste Europese land: Duitsland. Zoals bekend is bij Duitsers de gevoeligheid voor staatsterrorisme groot. Dit vanwege de 20ste eeuwse geschiedenis met de Nazi- en Stasi-dictatuur. Ze willen niet voor de derde keer binnen een eeuw geconfronteerd worden met een controlestaat en de grootschalige inperking van burgerrechten. Snowdens onthullingen wijzen onder het mom van veiligheid op een hechte samenwerking tussen de VS en Europa ten koste van de burgers. Deze staten zijn vriend en vijand tegelijk.
Vraag is of hetzelfde voor Nederland geldt. Zo zegt de uitgever van Der Spiegel Jacob Augstein dat Duitsers geen mogelijkheid hadden om zich bij verkiezingen uit te spreken tegen de systeemmatige schending door de VS van de burgerrechten. Hetzelfde geldt voor Nederland. In de afgelopen perioden was er geen enkele politieke partij die zich vanuit de kern van de macht ondubbelzinnig, herhaaldelijk en krachtig tegen de spionage door de Amerikanen uitsprak en het voor de burgers opnam. Ook in Nederland zijn burgers daarom machteloos en zonder alternatief omdat ze door de gevestigde politieke partijen in de steek worden gelaten. De lippendienst nu van onder meer D66 en GroenLinks komt als mosterd na de maaltijd. De Piratenpartij die zich consequent uitspreekt voor digitale burgerrechten weet niet tot de kern van de macht door te dringen.
Der Spiegel merkt op dat kanselier Angela Merkel niet machteloos is, maar de bescherming van de Duitsers haar niets kan schelen. Hetzelfde gaat op voor kandidaat-kanselier Peer Steinbrück. Voor Nederland is het niet anders. Los van het feit hoeveel macht Mark Rutte en Diederik Samsom hebben kan deze partijleiders de bescherming van de Nederlandse burgers weinig schelen. In hun beleid is het niet terug te vinden. Zo krijgt de minister van Veiligheid en Justitie Ivo Opstelten van VVD en PvdA alle ruimte om het beleidsterrein veiligheid op te rekken ten koste van de rechtsbescherming. De minister van Binnenlandse Zaken Ronald Plasterk speelt een ondergeschikte rol en geeft de indruk buiten de besluitvorming over de nationale veiligheid te staan. Geen enkele Nederlandse minister heeft de afgelopen anderhalve maand publiekelijk stelling genomen tegen de Amerikaanse spionage. Dat zwijgen van de regering-Rutte is ontluisterend en hiermee loopt het weg voor de verantwoordelijkheid om Nederlandse burgers te beschermen, gerust te stellen en hun zorgen te delen.
Nederlanders hebben nu antwoorden nodig. Wat weet de regering-Rutte? Hoe wordt er in het Nederlands belang samengewerkt met de VS? Weet de regering-Rutte hoe in de samenwerking met partners Nederlandse inlichtingen- en veiligheidsdiensten opereren? Maar premier Rutte of de ministers van Veiligheid en Justitie, Binnenlandse Zaken, Buitenlandse zaken of Defensie zwijgen. De oppositiepartijen zwijgen ook en geven evenmin de indruk zich zorgen te maken over de spionage van burgers en de schending van burgerrechten. Zelfs de Nederlandse Piratenpartij zwijgt. Is Nederland verlamd? Hebben de Nederlandse politieke partijen onder elkaar geregeld dat ze collectief de burgerrechten uitverkopen? Onze burgerrechten wel te verstaan.
Zie hier een artikel in Der Spiegel over de geheime link tussen Duitsland en de VS.
Foto: Lege Tweede Kamer, 2007.
Vind ik leuk:
Like Laden...