Daniela Hooghiemstra én Johan Derksen menen dat Willem-Alexander vanwege zijn individualisme niet optimaal functioneert

Wat hebben Jelle van Baardewijk in gesprek met schrijver en columniste Daniela Hooghiemstra over haar boek: ‘Om de liefde, voor de troon‘ en het Team van Veronica Inside met elkaar te maken? Op het eerste gezicht weinig, maar bij nader inzien heel veel.

Hooghiemstra’s boek gaat over prinses Irene die trouwde met de Spaanse troonpretendent Carlos Hugo van Bourbon-Parma. Maar Carlos Hugo werd het niet, Juan Carlos wel.

Zowel Hooghiemstra als de mannen van Veronica Inside gaan niet mee in de bewieroking van de Nederlandse monarchie. Integendeel, ze zijn er kritisch op. Hooghiemstra vanuit het hoofd, Veronica Inside met Johan Derksen in de spits vanuit de onderbuik. Beide uitingen versterken elkaar.

Als Willem-Alexander niet enthousiast is over Nederland, dan kunnen burgers niet enthousiast over hem zijn. Dat inzicht sijpelt steeds meer door in de publieke opinie. Daar zijn deze twee uitingen de uitdrukking van.

Of men het nou eens is met deze critici is niet eens van belang. Het gaat erom dat in de publieke opinie de Nederlandse monarchie vanuit de macht beschermd wordt. De pers is wat het koningshuis betreft gelijkgeschakeld en heeft zich laten breidelen. Daarom zijn deze kritische geluiden verfrissend. Ze komen niet van hielenlikkers die zich onderwerpen.

Eerder dit jaar schreef ik in een commentaar: ‘Van de Nederlandse monarchie ben ik geen fan, maar de onderdanigheid van de hielenlikkers vind ik nog moeilijker te verteren. Als republikein of monarchist kun je om politieke redenen tegen of voor de monarchie zijn. Dat is een standpunt. Maar de hielenlikkers gaan verder en verliezen zichzelf in onderworpenheid. Dat past niet bij een volwassen democratie met mondige burgers.

Deze kritiek valt steeds meer in vruchtbare bodem Volgens een opiniepeiling van IPSOS in opdracht van Nieuwsuur van december 2020 is het vertrouwen in koning Willem-Alexander fors gedaald. De NOS zei in een bericht: ‘In april van dit jaar had nog 76 procent van alle Nederlanders tamelijk veel of veel vertrouwen in de koning, in december is dat nog maar 47 procent’. Een meerderheid die vertrouwen heeft in de koning is in 2020 veranderd in een minderheid.

Na 35’40” in het interview voor De Nieuwe Wereld gaat het over de rol van koning Willem-Alexander die Hooghiemstra vergelijkt met zijn moeder: ‘Willem-Alexander die had daar eigenlijk geen zin in. Het heeft echt wel even geduurd voordat hij zich kon verenigen daarmee en hij heeft toen wel een belangrijke opmerking gemaakt tegen Paul Witteman. Hij heeft toen gezegd als het Nederlandse volk niet accepteert met wie ik wil trouwen, dan word ik geen koning‘. Dit geeft aan dat de koning niet veel zin had in zijn functie en zijn eigen individualisme belangrijker vindt dan de functie van staatshoofd. Dat lijkt niet veranderd te zijn.

De volgende logische stap is dan om Willem-Alexander van zijn functie te bevrijden, de erfopvolging af te schaffen en van Nederland een republiek met een president als staatshoofd te maken. Dat heeft niet eens te maken met de vraag of een monarchie of republiek het best bij Nederland past. De vaderlandse geschiedenis wijst uit dat Nederland een verleden heeft met succesvolle republikeinse en monarchistische perioden en vertegenwoordigers. Republiek en monarchie passen beide bij de Nederlandse geschiedenis, volksaard en traditie.

Als men stelt dat Nederland recht heeft op een staatshoofd dat volledig gaat voor de functie en er zin in heeft om die functie te vervullen, dan is Willem-Alexander een mismatch. Als staatshoofd is hij niet de optimale combinatie.

Vanuit hoofd en gevoel wijzen Hooghiemstra en Johan Derksen op exact hetzelfde, namelijk dat koning Willem-Alexander zich vooral opstelt als individu die ook nog eens liefst in het buitenland vakantie viert en niet het optimale staatshoofd is dat Nederland nodig heeft. Nu neemt Nederland genoegen met een staatshoofd die het dienen van Nederland als tweede keus ziet en niet echt zin heeft in het vervullen van zijn functie. Het is geen wonder dat zo’n afstandelijke houding van de koning steeds meer kritiek oproept.

Misverstanden over de invloed van media bij homogeweld: ‘Ellie aan de verkeerde kant’ en Johan Derksen

Naar aanleiding van de aflevering van 29 juli 2019 van ‘Ellie aan de verkeerde kant’ (AVROTROS) van Ellie Lust is een debat op Twitter ontstaan. ‘Uitgescholden, bespuugd of zelfs zwaar mishandeld worden vanwege je geaardheid. Het is van alle tijden en ook anno 2019 worden LHTBI-ers in Nederland ermee geconfronteerd’ zegt de toelichting. Hierboven enkele reacties. Het is een debat tussen doven.

Kop-van-jut is programmamaker en voetbal-analist Johan Derksen. Lust spreekt hem aan op uitspraken van hem en zijn panelgenoten in het programma Veronica Inside (VI) van John de Mols Talpa. De mannen van VI zouden zich bezondigen aan homofobe grappen. Derksen meent dat homo’s van zich af moeten bijten en niet te zielig moeten doen. Hij karakteriseert de homoscene als ‘huilerig’ en vindt dat het in de slachtofferrol kruipt. Hij stelt expliciet dat dat zijn mening is. Derksen veroordeelt het geweld tegen homo’s.

Hoe kan een debat tussen mensen die homogeweld veroordelen zo ontsporen? Er is om te beginnen het misverstand over de invloed van de media dat door critici van Derksen als groot wordt ingeschat. De paradox is dat ze door hem aan te vallen zijn stem gewicht geven dat het niet heeft. Advocaat Sidney Smeets maakt het bont. Hij legt een direct verband tussen de homofobe grappen van mediapersoonlijkheden als Johan Derksen en het uitschelden op straat van homo’s. Smeets meent dat het eerste uit het laatste volgt omdat Derksen mede verantwoordelijk is voor de normalisering van geweld tegen homo’s door de grappen erover. Maar dat is een bewering uit het ongerede. Smeets heeft daarnaar geen onderzoek gedaan, is geen mediadeskundige en verwijst evenmin naar onderzoeken hierover. Het is onduidelijk vanuit welke expertise Smeets meent Derksen te kunnen veroordelen. Zo smoort de kritiek op Derksen in een welles-nietes discussie.

Het geschil valt te herleiden tot identiteitspolitiek. Wikipedia omschrijft dat zo: ‘Identiteitspolitiek is het bedrijven van politiek vanuit de sociale identiteit van een bepaalde groep en de door deze groep gedeelde ervaring van maatschappelijk onrecht’. Terwijl Derksen redeneert vanuit het standpunt van het individu die voor zichzelf opkomt, redeneren zijn critici vanuit het standpunt van de groep die aan het emanciperen is en in dat proces de eigen groepsidentiteit wil versterken. Maar identiteitspolitiek heeft een nadeel, namelijk dat leden van de groep zich afzonderen in hun -overigens gerechtvaardigde- strijd. Risico is dat hierdoor positieve krachten die feitelijk hetzelfde nastreven op twee sporen rijden, verdeeld raken en energie besteden aan onderling gekissebis. In de VS openbaart zich die kloof in de Democratische partij die zo verzwakt wordt.

Is er dan helemaal niks verkeerd aan de homofobe en transfobe grappen van Derksen en zijn voetbalmaatjes? Dat is een kwestie van smaak. Over een voorloper van VI die door RTL uitgezonden werd schreef ik in 2018: ‘Slechte humor is immers ook humor’. Het is het platte amusement van een commerciële omroep die draait om winst en kijkcijfers. De verontwaardiging over Derksens uitspraken is een valkuil omdat het een sociaal probleem van homogeweld verkeerd framet. Derksen is geen (mede)oorzaak van homogeweld zoals Smeets suggereert, maar een BN’er die er lol aan beleeft om dat verschijnsel te exploiteren. Meer is het niet.

Foto: Schermafbeelding van tweets met de hashtag ‘#ellieaandeverkeerdekant’, 29-30 juli 2019.