Aangepaste wet beschermt namen ‘universiteit’ en ‘hogeschool’. En kan discriminatoire gedragingen en uitlatingen aanpakken

Er is wetgeving in de maak die namen ‘universiteit’ en ‘hogeschool’ of vertalingen daarvan beschermt. Dat is voortaan voorbehouden aan bepaalde instellingen van hoger onderwijs. Een nieuwsbericht van februari 2016 zegt: ‘Minister Bussemaker wil met het voorstel een einde maken aan de praktijk dat instellingen zich ten onrechte universiteit, university (of applied science) of hogeschool noemen en studenten daardoor misleiden. Met het wetsvoorstel wordt onterecht gebruik van de namen verboden.’  Zo’n 40 opleidingsinstituten in Nederland inclusief de ‘Islamitische Universiteit Rotterdam’ moeten op zoek naar een nieuwe naam.

Artikel 1.3, vijfde lid gaat in op discriminatie: ‘De instellingen voor hoger onderwijs schenken mede aandacht aan de persoonlijke ontplooiing van hun studenten en de bevordering van hun maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef. De bevordering van maatschappelijk verantwoordelijkheidsbesef houdt ten minste in dat de instellingen, met inbegrip van degenen die hen formeel of informeel vertegenwoordigen, zich onthouden van discriminatoire gedragingen en uitlatingen. De instellingen richten zich in het kader van hun werkzaamheden op het gebied van het onderwijs wat betreft Nederlandstalige studenten mede op de bevordering van de uitdrukkingsvaardigheid in het Nederlands.

Hoe in Nederland gevestigde opleidingsinstituten die met buitenlands geld worden gefinancierd kunnen worden aangepakt is onduidelijk. Ook is het ongewis wanneer artikel 1.3, vijfde lid wordt overtreden. In een toelichting zegt het voorstel: ‘Er is ook sprake van een onmiskenbare verzaking van voornoemde plicht indien bijvoorbeeld intolerantie jegens bepaalde bevolkingsgroepen wordt uitgedragen op de website van de instelling. Er is nadrukkelijk geen sprake van strijd met artikel 1.3, vijfde lid, wanneer het gaat om wetenschappelijk of toegepast onderzoek. In het kader van de academische vrijheid moeten instellingen immers onderzoek kunnen doen. Onderzoek kan ook bijdragen aan het maatschappelijk debat. Dat is niet het geval wanneer wordt opgeroepen tot discriminatie. In dat geval wordt de grens overschreden van wat toelaatbaar is voor een instelling die deel uitmaakt van ons hoger onderwijs.’ Gezien de academische vrijheid zal de overheid terughoudend zijn met ingrijpen. In situaties van herhaalde discriminerende uitlatingen zoals door de rector van de Islamitische Universiteit Rotterdam biedt de wet voortaan een handvat om op te treden.

Turkse internetvrijheid bedreigd door politiek. Teken petitie

ti

Het gaat niet goed met de Turkse democratie. En de grondrechten. Naast een teruglopende economie. Dat vraagt om een petitie. Access Now wijst erop dat deze week het Turkse parlement de toch al strenge internetcensuur wettelijk nog verder wil gaan aanscherpen. Het gaat om amendementen op Wet nr. 5651. Mensenrechten- en belangengroepen maken zich zorgen. Zoals Reporters Without Borders. Het leidt tot minder rechten, meer censuur door de autoriteiten en benadeling van lokale bedrijven. Kortom, tot het einde van het open internet. Alleen president Abdullah Gül heeft de macht om de voorstellen te blokkeren zodat ze geen wetskracht krijgen. Abdullah Gül van wie beweerd wordt dat-ie een sympathisant van Fethullah Gülen is met wie premier Recep Erdogan de confrontatie zoekt. Dat maakt het verzoek aan president Gül extra pikant.

Tekenen van de petitie ‘Tell President Gül: Protect the internet!’ kan hier.

Foto: Schermafbeelding van petitie op Access Now, 4 februari 2014.

Wie gelooft de rector Islamitische Universiteit Rotterdam nog?

Update 10 juni 2015: Minister Jet Bussemaker (OCW) heeft het vertrouwen in rector Akgündüz opgezegd, aldus de NOS. Zij eist zijn vertrek nadat hij  afgelopen weken in de aanloop naar de Turkse verkiezingen de links-Koerdische partij HDP ‘een partij van homo’s en Armeniërs’ noemde. Maar er zijn mer incidenten geweest. De rector is een aanhanger van de AKP van president Erdogan. Bussemaker kan de rector van deze HBO-instelling niet ontslaan, ze heeft de Raad van Toezicht verzocht Akgündüz weg te sturen. Of de Raad naar Bussemaker luistert valt te bezien. De stok achter de deur is dat het kabinet de accreditatie van de Islamitische Universiteit Rotterdam intrekt, vice-premier Asscher dreigde daar in oktober 2013 al mee.  

De Islamitische Universiteit Rotterdam (IUR) is een academische instelling in wording. De titel ‘Universiteit‘ is in Nederland onvoldoende beschermd waardoor elke instelling zich zo kan noemen. Het is een soennitisch-Turkse instelling die afwijzend is naar de alevitische of sjiitische islam. Rector Ahmet Akgündüz is in opspraak gekomen na anti-westerse uitspraken. Vice-premier Asscher dreigt met intrekken van de accreditatie als de rector zijn woorden niet terugneemt. Ze passen volgens Lodewijk Asscher niet binnen de Nederlandse rechtsstaat. De IUR ontkent in een persbericht alle beschuldigingen. Maar hoe kan Akgündüz nog overtuigen?

Ruslandjaar 2013: Kamerdebat gevraagd om autoritaire landen uit te sluiten van feestjaar

ser

PvdA-kamerlid Michiel Servaes meent dat het Nederland-Ruslandjaar 2013 moet worden stilgelegd naar aanleiding van de mishandeling van de Nederlandse diplomaat  Onno Elderenbosch in z’n appartement waar werd ingebroken door de twee daders. Volgens minister Timmermans maakt de diplomaat het goed. De minister vraagt de Russen om opheldering. De Russische justitie is een strafrechtelijk onderzoek begonnen.

Het lijkt een doelgerichte, goed voorbereide aanval wat hier is gebeurd‘ verklaarde Servaes in de pers. D66 voegt zich bij monde van Sjoerd Sjoerdsma bij de opstelling van de PvdA en gaat nog een stap verder door de stekker er nu al uit te willen trekken. De opstelling van de buitenlandwoordvoerders van PvdA en D66 is opvallend. Hoewel het Nederland-Ruslandjaar 2013 van beide kanten een mislukking is omdat de incidenten en wederzijdse irritaties tussen de twee landen zich aaneenrijgen zou het ook een diplomatieke blamage voor Nederland zijn als het Nederland-Ruslandjaar voortijdig wordt afgebroken. Nog voor het bezoek op 9 november van koning Willem-Alexander aan Moskou. Ter afsluiting van het Nederland-Ruslandjaar 2013.

Sjoerdsma is op Twitter in de verdediging gedrongen. Hij krijgt de beschuldiging aan z’n broek voortijdig te handelen. ‘Eerst feiten , dan een mening‘ en ‘Niet te stoer willen doen nu!‘, merken twitteraars op. Sjoerdsma antwoordt: ‘heb je gevolgd wat er in dit “feestjaar” allemaal gebeurd is? Homowetgeving, greenpeace, diplomaat mishandeling, visumprobleem‘. Oud-D66-leider Jan Terlouw doet ook een duit in het zakje: ‘Wat heeft de daad van een enkele crimineel met het Ned.-Rusland jaar te maken? Of zat Poetin er achter?

Sjoerdsma heeft gelijk dat het geen feestjaar is. Hoewel iets succesvoller voorkwam het Nederland-Turkijejaar 2012 niet dat er eerder dit jaar irritaties ontstonden over het pleegkind Yunus. Wat is dan het nut van zo’n feestjaar? Ik schreef toen: ‘In 2013 worden wel 400 jaar betrekkingen tussen Nederland en Rusland gevierd. Gezien de slechte mensenrechtensituatie in Rusland is hiervoor bij zowel de Nederlandse politiek als het publiek evenmin enig enthousiasme. Een en ander roept de vraag op waarom deze nationalistische feestjes met autoritaire landen als Turkije en Rusland gevierd moeten worden. Door te moeten verkeren met autoritaire leiders als Erdogan of Putin wordt ons staatshoofd onnodig gecompromitteerd. Een democratische toets vooraf door de Tweede Kamer bij dit soort feestjes is gewenst. Zodat een conclusie kan zijn, Japan wel, maar Turkije en Rusland niet.‘ Gewenst is dat de Tweede Kamer daar een fundamenteel debat over houdt.

d66

Foto 1: Tweet Michiel Servaes (PvdA), 15 oktober 2013.

Foto 2: Tweet Sjoerd Sjoerdsma (D66), 15 oktober 2013.

Antwoord aan Selime die pleegzorg vergelijkt met de Waffen SS

ankara

Antwoord aan ‘Selime Ottoman‘ die reageerde op ‘Protesten bij bezoek Erdogan leiden af van Turkse tegenstellingen‘. We verschillen van mening. Het biedt me de kans de hoofdpunten op een rij te zetten.

De pleegzorg is een Nederlandse kwestie. Want zowel de pleegouders als de biologische ouders van Yunus wonen in Nederland. Nederland is een seculiere maatschappij waar in theorie alle religies en levensovertuigingen gelijkwaardig zijn. Voor de wet zijn homo- en heterosexuelen gelijk. Daar past geen discriminatie. Religies hebben daarover niet het laatste woord, laat staan dat ze een ultieme wijsheid zouden brengen die andersdenkenden moeten volgen. Die normen gelden uiteraard alleen binnen die religie. Door gelovigen wordt trouwens genuanceerder en minder eenduidig over homosexualiteit gedacht dan u schetst.

Bij pleegzorg zijn twee aspecten van belang. Dat het pleegkind bij de pleegouders goede zorg krijgt en dat het cultureel verschil overbrugd wordt. Want een pleegkind wordt tijdelijk bij pleegouders geplaatst. Aan beide voorwaarden lijkt te worden voldaan. De pleegouders handelen liefdevol en doen moeite om de Turkse cultuur aan Yunus over te brengen. Hem in contact te brengen met dat aspect van zijn achtergrond.

U legt de zwarte piet bij de pleegouders waar de biologische ouders in gebreke bleven. Want Yunus werd uit huis geplaatst omdat er aanwijzingen van mishandeling waren. Door zijn biologische ouders. Pleegzorg zette het welzijn van het kind centraal. Omdat er geen Turkse of islamitische pleegouders waren te vinden omdat deze zich niet aanmeldden werd er gekozen voor pleegouders zonder Turkse en/of islamitische achtergrond.

Naar verluidt wordt in Turkije slechts 2% van de pleegkinderen in een pleeggezin geplaatst. De overige 98% komt in instellingen terecht. Het opvangen van pleegkinderen in een pleeggezin lijkt dus niet iets wat mensen met een Turkse achtergrond voor hun rekening willen nemen. Mogelijk is het percentage van Nederlanders van Turkse herkomst die pleegouder willen zijn hoger dan 2% omdat ze in Nederland met het systeem van pleegzorg in aanraking zijn gekomen. En omdat ze verwesterd zijn. Maar het zijn er onvoldoende.

Ik heb alle respect voor de lesbische pleegouders die bereid waren om een Nederlands jongetje van Turkse herkomst in huis te nemen. En dat nauwgezet doen. Een zware opgave om culturen te overbruggen. En ik heb minder respect voor de biologische moeder die nu hoog van de toren blaast, maar niet kon voorkomen dat haar zoontje wegens mishandeling uit huis moest worden geplaatst. De biologische moeder van Yunus zit wellicht met een schuldvraag die ze nu afschuift op de rest van de wereld. In haar ogen is iedereen schuldig en zij niet. Terwijl zij aan de basis van het probleem staat dat Yunus uit huis moest worden geplaatst.

Ik begrijp het opportunisme van Turkse media en politici die aandacht aan deze zaak besteden. Ze mogen dat doen. Met hun Pan-Turkische agenda die Turkije als een belangrijke natie ziet en hun in de eigen ogen het recht geeft zich met andere landen te bemoeien. Over Nederlands beleid hebben ze echter niks te zeggen.

Nederland mengt zich in het openbaar evenmin in interne Turkse zaken. Soms worden dit soort kwesties achter gesloten in diplomatiek overleg tussen ministers of regeringsleiders besproken. Maar niet in de media. Terwijl er toch alle aanleiding toe is om de Turkse regering ter verantwoording te roepen. In Turkije worden de mensenrechten grootschalig geschonden. De vrijheid van godsdienst en vereniging van Alevieten, Koerden en Christenen in Turkije staat onder druk. Evenals de vrijheid van meningsuiting voor de vele journalisten die in Turkse gevangenissen zitten. Het zou de Turkse media en politici sieren als ze daaraan aandacht zouden besteden. En niet aan een onderwerp in Nederland dat in vergelijking met de interne Turkse problemen en mensenrechtenschendingen tamelijk onbelangrijk is. En wat heeft ‘Selime Ottoman‘ daarover te zeggen?

Foto: The Making of Modern Ankara.

Protesten bij bezoek Erdogan leiden af van Turkse tegenstellingen

Taqiyye

Update 21 januari 2014: VVD-Kamerlid Pieter Duisenberg pleit voor intrekking van de accreditatie van de Islamitische Universiteit in Rotterdam, aldus Trouw. Aanleiding zijn uitlatingen van de rector, dr. Ahmet Akgündüz die het geweld van de regering-Erdogan tegen demonstranten goedpraat. Nog in oktober 2013 dreigde vice-premier Asscher met intrekking van de accreditatie na anti-westerse uitspraken van de rector. 

De Islamitische Universiteit Rotterdam (IUR) is een academische instelling in wording. De titel ‘Universiteit’ is in Nederland onvoldoende beschermd waardoor elke instelling zich zo kan noemen. In 2009 oordeelde een commissie over de hoogste opleiding, de masteropleiding Islamitische geestelijke verzorging dat het ‘voldoet aan de eisen voor de basiskwaliteit die een voorwaarde zijn voor accreditatie’. Maar de IUR laat weten dat deze opleiding door de  Nederlandse en Vlaamse Accreditatieorganisatie NVOA nog steeds niet geaccrediteerd is. Dat betekent dat een officieel keurmerk ontbreekt, dat de voorwaarde voor bekostiging door de overheid ontbreekt en dat de IUR geen recht heeft om erkende diploma’s af te geven. Opmerkelijk is dat dr. Jan Peters zowel deel uitmaakte van de accreditatiecommissie uit 2009 als lid is van de Raad van Toezicht van de IUR.

De IUR presenteert zich als een instituut voor moslims met diverse achtergronden. Maar da’s schijn. Het is een Turks-soennitische instelling waar Turkse namen in de staf de meerderheid vormen. Ondanks die Turkse steun dreigde in 2003 een faillissement door de aankoop van het kapitale pand van 2,5 miljoen euro aan de Bergsingel. De Triodos Bank schoot de IUR  te hulp met een lening. Wat een criticus tot de verzuchting brengt waarom een bank die uit de antroposofie voortkomt islamisten steunt. In 2002 merkte Johan Meuleman van de concurrerende Islamitische Universiteit Europa (IUE) op over de IUR: ‘(..) een groot deel van de bestuurders zit gewoon in Ankara achter een bureau. De meeste docenten, inclusief de rector zelf, spreken geen woord Nederlands. Dus wie zouden dan die financiers moeten zijn?‘ De IUE staat ook onder Turkse invloed.

Volgens Jan Felix Engelhardt heeft de IUR hechte banden met de Nurcu-beweging. Een nadeel voor studenten. Een hedendaagse representant die zich internationaal manifesteert is Fethullah Gülen die tegenstanders als pseudo-modernist zien. De beweging brengt de moderniteit naar de islam, maar niet omgekeerd. Het wijst de moderne wetenschap echter niet af. De samenwerking tussen premier Erdogan en de Gulen-beweging lijkt sinds kort voorbij. Binnen de regerende AK-partij bestaan verschillende facties. Premier Recep Erdogan is een Nakşiler, een aanhanger van de Nakşibendi die ook voortkomt uit de spirituele Soefi-beweging.

Erdogan bezoekt komende donderdag de IUR. Turkse-Nederlanders combineren zijn bezoek met een protest tegen de plaatsing van Yunus. Dat wijst in hun ogen op verkeerde keuzes die de Nederlandse pleegzorg maakt. Door de commotie over Yunus en de aandacht die Turkse media en politici voor de vermeende onverenigbaarheid van islam en homosexualiteit opeisen wordt de interne Turkse strijd gemaskeerd. Daar waar extreem-rechts, nationalisme en conservatieve islam elkaar kruisen. Premier Erdogans bezoek geeft het zoveelste signaal dat-ie de assimilatie van Europeanen van Turkse herkomst afwijst. Maar frappanter is dat-ie zich waagt in een bolwerk van de Fethullah Gülen beweging. Voor nu een binnenlandse vijand in Rotterdam.

Foto: Banner bij ‘To taqiyye or not to taqiyye? De Gulenbeweging = Vijfde colonne..?‘ op www.fethullahgulen.nl.

Turkije en Nederland profileren en profiteren van kwestie Yunus

Update 17 maart: De betoging op 21 maart in Rotterdam is door de organisatoren afgelast. De reden is nog niet bekend gemaakt. Op een nieuwe Facebook-pagina wordt wel opgeroepen om te demonstreren: ‘Ze willen voorkomen dat we de protest houden, alles gaat gewoon door!’ Initiatiefnemer is de ‘Islamitische Universiteit’. Feitelijk geen academische instelling maar een Turkse instelling die de Groot Turkse gedachte uitdraagt.

De Turkse premier Recep Erdogan is voor zowel vice-premier Lodewijk Asscher (PvdA) als oppositieleider Geert Wilders (PVV) een geschenk uit de hemel. Door zich tegen hem af te zetten kunnen ze hun eigen democratisch profiel oppoetsen. Het biedt Asscher de kans om zich rechtsstatelijk en gouvernementeel te profileren. Wilders grijpt de kans om zich te tonen als iemand die opkomt voor vrijheid en universele waarden.

Erdogan die in Europa een steeds slechtere pers krijgt is de ultieme bad guy. Reporters Without Borders  omschrijft Turkije als de grootste gevangenis voor journalisten. Het is vrij schieten op de autoritaire Erdogan. Wilders noemt hem een ‘homohater, een zionistenhater, een christenhater en een koerdenhater’. Erdogan bezoekt ons land op 21 maart. Turken grijpen de kwestie Yunus aan om die dag in Rotterdam te betogen tegen de pleegzorg om hun Turkse gezindheid en verbondenheid met Turkije te benadrukken. Dat mag in Nederland. Wilders roept premier Rutte op de uitnodiging te schrappen. Wilders wil dat de ‘smakeloze’ Erdogan lekker in Turkije blijft, want ‘wij hebben hier in Nederland die gekke praatjes niet nodig‘.

Het is de interviewer ontgaan dat de viering van 400 jaar diplomatieke betrekkingen tussen Nederland en Turkije al achter de rug is. Het vond in 2012 plaats. Het heeft blijkbaar weinig indruk op hem gemaakt. Mede door de problematische politieke situatie in Turkije kunnen Nederlanders zich moeilijk vereenzelvigen met Turkije. Het feest is plichtmatig gevierd. Was de viering uitsluitend een vehikel voor economische expansie?

In 2013 worden wel 400 jaar betrekkingen tussen Nederland en Rusland gevierd. Gezien de slechte mensenrechtensituatie in Rusland is hiervoor bij zowel de Nederlandse politiek als het publiek evenmin enig enthousiasme. Een en ander roept de vraag op waarom deze nationalistische feestjes met autoritaire landen als Turkije en Rusland gevierd moeten worden. Door te moeten verkeren met autoritaire leiders als Erdogan of Putin wordt ons staatshoofd onnodig gecompromitteerd. Een democratische toets vooraf door de Tweede Kamer bij dit soort feestjes is gewenst. Zodat een conclusie kan zijn, Japan wel, maar Turkije en Rusland niet.

Hoe moet het verder met Erdogan en Turkije? Wilders’ suggestie om de uitnodiging in te trekken geeft het foute signaal. Alsof Nederland bang is voor de confrontatie met Erdogan. Voorwaarde is wel dat hem in de contacten met Nederlandse politici ondubbelzinnig te verstaan wordt gegeven dat-ie zich niet heeft te bemoeien met intern Nederlands beleid. En dat-ie niets te zeggen heeft over Turken in Nederland. Yunus is een in Nederland geboren Nederlander waarover Erdogan niets te zeggen heeft. De Nederlandse regering kan aan geloofwaardigheid winnen door de invloed die Turkse bewegingen in Nederland op Turkse-Nederlanders uitoefenen actiever dan tot nu toe terug te brengen. Dit Pan-Turkisme bemoeilijkt het leven van Turkse-Nederlanders die willen integreren. Dan levert het bezoek van premier Erdogan nog iets constructiefs op.

Turkije diskwalificeert zich door bemoeienis met pleegkinderen

erdogan-israil-simarik-oglan-1604993

Update: Vice-premier Lodewijk Asscher heeft zich vanmiddag fel uitgesproken tegen Turkse bemoeienis met het Nederlandse pleegkinderbeleid. Hij benadrukt dat het een interen Nederlandse kwestie is. Voorzitter Ayhan Üstün van de parlementaire commissie voor mensenrechten denkt daar volstrekt anders over. Hij spreekt zich tegenover de NOS als volgt uit: ‘De mensen over wie we het hebben, zijn onze burgers en behoren tot ons ras. Het zou niet juist zijn voor een land om niet over zijn eigen burgers te spreken.’ Hier botsen het individualisme van de Nederlandse liberale democratie en het groepsdenken van de Turkse staat.

Een Turkse parlementaire onderzoekscommissie zegt een reddingsactie te beginnen voor pleegkinderen van Turkse herkomst in Nederland, België en Duitsland die zijn ondergebracht bij christelijke of homoseksuele pleegouders. Alsof atheïstische, Koerdische, Alevitische of communistische pleegouders wel hun goedkeuring zouden wegdragen. Het vindt dat de kinderen bij ouders met dezelfde religieuze en culturele achtergrond ondergebracht zouden moeten worden. Maar Bureau Jeugdzorg zegt dat deze onvoldoende te vinden zijn.

In Nederland is opschudding ontstaan omdat een in Den Haag wonend lesbisch stel na bedreigingen moest onderduiken. Het voedt de negenjarige van oorsprong Turkse Yunus op. Naar verluidt werd het bij de in Nederland wonende Turkse ouders weggehaald vanwege aanwijzingen voor mishandeling. De gemeente Den Haag is boos over de bemoeienis van Turkse politici met dit pleegkind. Zelfs de Turkse premier Erdogan die volgende week Nederland bezoekt meent zich ermee te kunnen bemoeien. Dit geroep vanaf de zijlijn roept de vraag op of  het de Turkse politici om het welzijn van pleegkinderen als Yunus te doen is. Stille diplomatie door overleg met de ministers van Justitie, Volksgezondheid en Buitenlandse Zaken ligt meer voor de hand.

Een en ander werd op scherp gezet door de nog steeds in Nederland wonende biologische moeder. Ze laat zich in de publiciteit neerbuigend uit over de lesbische achtergrond van de pleegouders. De toon van de moeder van Yunus is opvallend. Zij suggereert dat-ie vanwege de achtergrond van de ouders niet kan worden opgevoed. Bureau Jeugdzorg verklaart het tegendeel. Het lesbisch stel doet alle moeite en stelt zich open voor de Turkse cultuur. De biologische moeder moet maar eens goed bij zichzelf te rade gaan en zich afvragen waarom haar zoontje ooit uit huis werd geplaatst. Dat lijkt zinvoller dan te roeptoeteren in de Turkse media die een Groot Turkse agenda voeren waar elke minderheid een bedreiging voor de Turkse identiteit vormt.

Plaatsing van pleegkinderen is een mathematisch probleem. In 2005 had zo’n 46,5% van de Zuid-Koreanen geen religie, aldus Wikipedia. Moeten dat van elke 200 Zuid-Koreaanse pleegkinderen er 93 bij pleegouders zonder religie terechtkomen? Is het logisch dat van elke 100 geadopteerde kinderen uit Sri-Lanka er 69 naar boeddhistische pleegouders gaan? Van de Sri-Lankezen is 69,1% boeddhistisch, aldus Wikipedia. Eind vorige eeuw bleek zo’n 59% van de Chinezen geen religie te hebben. Horen 59 van elke 100 Chinese pleegkinderen dan thuis bij pleegouders zonder religie? En moet ook de biometrische verdeling zoals ras matchen tussen pleegkind en pleegouders? Wat sommige Turkse media en politici roepen getuigt niet alleen van opgeschroefd nationalisme en discriminatie tegenover andersdenkenden, maar is logistiek praktisch simpelweg onhaalbaar.

Foto: De Turkse premier Erdogan.

Pan-Turkisme in het Turks Museum Nederland

Een opening in het Turks Museum Nederland. ‘Een plek voor ontmoeting, verdieping en ontspanning in Den Haag‘. Turkse grijze pakken praten over de viering van de diplomatieke betrekkingen tussen Nederland en Turkije. Die bestaan 400 jaar. Maar waar zijn de Nederlandse autoriteiten? Waarom laten ze zich hier niet vangen op film? Heeft dat te maken met de verdenking die bij dit soort bijeenkomsten op de loer ligt? Namelijk dat het om een nationalistische vereniging gaat? Type Grijze Wolven. Wat wordt hier feitelijk gevierd?

De presentatie van de schilderijen op ezels doet eerder denken aan een outlet store in een desolaat winkelcentrum dan aan een serieus museum. En zie ook hoe centraal Veyis Güngör staat in onderstaand schema dat opduikt in een artikel van Ernst Haffmans over ‘Pan-Turkisme in de polder‘. Voorman van de ‘Union of European Turkish Democrats‘ die de AK-Partij van premier Recep Erdoğan steunt. Daarom vierden deze Turken hun feestje alleen. Met cultuur als halffabricaat voor politiek. Het is werkelijk niet om aan te zien.

schema_g

Foto: Organisatieschema van extreem-rechtse Turkse verenigingen van Ernst Haffmans