Stedelijk Museum aanvaardt geld van cultuurfonds Ammodo. Maar zou dit om morele en publicitaire redenen dienen te weigeren

af

Het Stedelijk Museum kijkt samen met Stichting Ammodo naar een nieuwe plek voor het Stedelijk Museum Bureau Amsterdam, aldus bovenstaand bericht op Artforum. Gezien de achtergrond van Ammodo is dit een opvallende ontwikkeling die alles in zich heeft de kunstwereld te beschadigen. ‘Together with Ammodo, we look forward to investigating ways of creating an inspiring place that offers compelling artistic encounters in Amsterdam and contributes to the city’s thriving artistic climate’ zegt directeur Beatrix Ruf. Maar hoe aantrekkelijk is het voor een culturele instelling om met Ammodo in zee te gaan? Het Stedelijk is zeker niet de enige, het rijtje is uitgebreid. Zelfs inclusief het Van Abbemuseum dat zo vaak politiek de nek uitsteekt.

Ammodo heeft een voorgeschiedenis die instellingen als het Stedelijk Museum zouden moeten kennen. Want elke instelling dient zich voldoende te informeren over een geldschieter waarmee het in zee gaat. De geschiedenis van Ammodo is besmet. Het komt erop neer dat ‘pensioenpremies van havenarbeiders in Rotterdam en Amsterdam buiten medeweten en tegen de wil van de spaarders een andere bestemming kregen’, zoals zes hoogleraren in 2014 in een opinie-artikel in de NRC betoogden. Dit wil zeggen dat in 2007 pensioenverzekeringsbedrijf Optas buiten medeweten van werkgevers en werknemers in de havens is verkocht aan verzekeringsmaatschappij Aegon. De Stichting Optas streek hiermee een vermogen op van circa 1,3 miljard euro dat zij nu besteedt aan ‘culturele en wetenschappelijke’ doelen. Hoewel de overdracht juridisch klopt, is het moreel verwerpelijk. Een culturele instelling kan het geld aannemen, maar moet goed beseffen dat het zich kan corrumperen en hiermee de eigen geloofwaardigheid en morele positie op het spel zet.

In 2014 schreef Eric Smit een artikel voor FTM over de verkoop van Optas en het geld dat Ammodo nu uitdeelt aan kunsten en wetenschappen. Hij citeert CDA-kamerlid Pieter Omtzigt: ‘Het is pensioengeld dat op slinkse wijze werd omgekat tot een fonds voor goede doelen. Mensen hebben voor dat geld gewerkt, dat moet aan pensioenen ten goede komen. Punt. De ontvangers moeten weten waar het geld vandaan komt en moeten overwegen het niet in ontvangst te nemen’. Uit Smits rondgang langs instellingen blijkt dat ze moeilijk kunnen uitleggen waarom ze geld aannemen van Ammodo. Houvast biedt punt 1.4.6 van de gedragscode (2012) van het Instituut voor Fondsenwerving: ‘Iedereen die organisaties of projecten in de sector wil steunen, met respect voor de belangen van de organisatie en van de consumenten, zal naar algemene fatsoensnormen en met respect voor hun wensen worden behandeld. Ter bescherming van de goede naam van de organisatie en van de sector in het algemeen worden bepaalde donateurs echter bij voorbaat geweerd als het risico bestaat dat de geloofwaardigheid van de organisatie in het geding kan komen.

Robin Hood is de fictieve uitzondering, stelen van de rijken om het aan de armen te geven. In de echte wereld gaat het andersom, stelen van de armen om het aan de rijken te geven. Stelen van havenarbeiders om het aan kunst en wetenschap te geven. Dit voedt de onrust van kanslozen die vinden dat het establishment in een eigen bubbel leeft en zich niets aantrekt van gewone mensen. De logica is dat wie de macht heeft de regels kan stellen. De 1% van Occupy die aan de touwtjes trekt wordt inmiddels de 0,1% genoemd. Zo erg is het. Dat heet in nette termen denivellering. Die ontwikkeling is geen direct gevolg van eerlijke concurrentie of de open markt van het kapitalisme, maar komt voort uit de beschermingsconstructie van het corporatisme. Exact het nadeel van het Nederlandse poldermodel waarin belangenorganisaties, zoals werkgevers- en werknemersorganisaties vooral in het recente verleden met de overheid in vooroverleg afspraken maakten.

Vraag is in hoeverre Nederlandse musea als Museum Boijmans, Van Abbemuseum, Kröller-Müller Museum, Mauritshuis, Museum Boerhaave, Ons’ Lieve Heer op Solder, Rijksmuseum of Stedelijk Museum zich bewust zijn van het verleden van Ammodo. Of doen ze net of hun neus bloedt, zolang het duurt? Er is veel voor te zeggen voor instellingen om op morele gronden geen geld te aanvaarden van Ammodo. Ook om de eigen goede naam te beschermen die zich op enig moment door negatieve publiciteit over Ammodo tegen deze instellingen kan keren. Het verdient ernstige overweging voor instellingen zoals het Stedelijk Museum om voortaan geen geld meer van Ammodo aan te nemen omdat het besmet is. Dan kunnen ze gelijk werken aan het rechtzetten van het hardnekkige beeld dat Nederlandse musea zo behoudzuchtig en ouderwets zijn.

Foto: Schermafbeelding van berichtStedelijk Museum Looking for a New Contemporary Art Venue in Amsterdam’ op Artforum, 24 mei 2016.

Burgerbeweging Partido X daagt in Spanje de macht uit

px

De analyse dat het politieke bestel samenleving en burgers niet meer vertegenwoordigt en de democratie niet meer werkt leidt alom tot nieuwe ideeën, ambities en initiatieven. Velen nemen afstand van de gevestigde politieke partijen omdat ze feitelijk met elkaar een eén-partijstaat vormen. Zo ontstaan nieuwe bewegingen. In Italië is er de populistische Beppe Grillo met z’n Vijfsterren-beweging. In Europa zijn overal Piratenpartijen in opkomst. Met als speerpunt e-democratie om de politiek naar de huiskamer van de burger te brengen. Met succes in Duitsland. In IJsland is de internationale piraat Jón Gnarr burgemeester van Reykjavik.

In Spanje is er sinds een klein jaar de burgerbeweging Partido X die voortkomt uit de indignados. Het claimt voor ware democratie te gaan. Het hoopt dat het oude politieke establishment verdwijnt: ‘Thus, the political elite as it was known in the old regime disappears, replaced by elected public employees who compile and implement in an effective manner, the solutions expressed by the expert knowledge society.Partido X heeft maar een programmapunt: ‘Democracia y punto’, ofwel democratie, punt.’ Transparantie, machtsdeling, e-democratie en referendum zijn de middelen om democratie terug naar de burger te brengen. Of Partido X slaagt is de vraag. Hoe kan het de gevestigde politiek en bedrijfsleven passeren? Maar als eer een oplossing komt voor de huidige stagnatie dan kan deze alleen komen van kleine partijen als de Piraten of Partido X.

dem

Foto 1: Schermafbeelding van het Engelstalig manifest van de Spaanse Partido X, 21 oktober 2013.

Foto 2: Schermafbeelding van de vier mechanismen om democratie te bereiken en te garanderen. Want ‘In een echte democratie kunnen de burgers een stem en controle hebben over beslissingen die invloed op ons hebben‘. Dat zijn: transparantie van het openbaar bestuur, wettelijke macht aan de burger, echte verkiezingen en een bindend referendum. 21 oktober 2013.

Reageert politiek passend op sociale onvrede? En de media?

Amerikaanse progressieve journalisten en activisten die niet dol zijn op president Obama vragen het zich af. Het is toch in het belang van de macht om de sociale onvrede in een samenleving niet op te laten lopen? Want dan dreigt door instabiliteit de machtspositie in gevaar te komen. Inclusief de opbouw van de controlestaat die door nauwe samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven vorm krijgt. Waarom zouden ze dat sluipende proces van inperking van de burgerrechten dat op termijn groots uitbetaalt nu in de waagschaal stellen?

Het antwoord is tweeledig. Bedrijven hebben geen enkele moraal en missen een geweten. Ze zijn uitsluitend op de eigen prestaties gericht en interesseren zich niet voor de samenleving. Signalen van het tegendeel die ze naar de samenleving sturen zijn slechts vormen van marketing en promotie. En politici of opinieleiders die het gevaar van de sociale onvrede inzien dat tot verregaande ontwrichting kan leiden schatten in dat het niet zo’n vaart loopt. Of ze schatten het wel degelijk ernstig in maar hebben het niet voor het zeggen.

Opnieuw kan toegevoegd worden dat Nederland niet de VS zijn. Glenn Greenwald noemt echter niet voor niets als voorbeelden van sociale onvrede de Europese landen Griekenland, Hongarije, Spanje, Portugal en het Verenigd Koninkrijk (Londen). Waar Indignados en Occupisten gemarginaliseerd worden. Da’s in de achtertuin of aan de voordeur van Nederland. Omdat de economische, culturele en politieke verwevenheid van deze landen met Nederland groot is, raakt het ook ons land. Daarbij komt dat de Fortuyn-revolte nooit definitief is gaan liggen. 11 Jaar na  de dood van de naamgever smeult onder de oppervlakte de onvrede door als de spreekwoordelijke veenbrand. Er is weinig voor nodig om dat op te rakelen. Complicatie is dat de sociale onvrede door de oppositie voor partijpolitieke doeleinden misbruikt wordt om tegen het kabinetsbeleid te ageren. Maar dit partijpolitieke opportunisme is wat anders dan de maatschappelijke onrust die dieper steekt.

Tandenknarsend kom ik voor het aan de orde stellen van de fundamentele problemen van onze tijd vanuit de positie van de underdog telkens weer terecht bij Angelsaksische media die trouwens in hun landen buiten de hoofdstroom staan. Zoals Democracy Now! of The Young Turks. Hoe absurd is dat voor een Nederlander die in het Nederlands blogt over de Nederlandse samenleving. Liefst zou ik Nederlandse programma’s willen citeren, maar ze bestaan op een uitzondering na niet. Dat tegenvoorbeeld is Tegenlicht van de VPRO dat programma’s maakt die verder gaan dan de waan van de dag of een doorgeefluik willen zijn van de zittende machten. Hoe het komt dat op de Nederlandse televisie of op internet geen enkel nieuwsprogramma kan ontstaan dat boven de partijpolitiek en het polderlandschap uitstijgt is een vraag die met name progressieve media zich kwalijk kunnen nemen. Het stellen van de juiste vragen is meer waard dan het geven van gelegenheidsantwoorden.

gl_indignados125_07

Foto: Protest in Brussel van verontwaardigden op 12 mei 2012. Fotoverslag in De Morgen.