Moties roepen op om geen diplomatieke afvaardiging naar WK Voetbal Qatar en Winterspelen China te sturen. Regering weigert en kiest stelling tegenover kamer

Schermafbeelding van deel artikelKabinet ziet boycot van WK voetbal in Qatar niet zitten‘ in De Telegraaf, 18 november 2021.

De regering-Biden overweegt om vanwege de mensenrechten geen diplomatieke afvaardiging naar de komende Olympische Winterspelen in China te sturen. Aldus een bericht van Politico van 18 november 2021. Dit speelt tegen de achtergrond van een relatie tussen de VS en China die tijdens de regering Trump verslechterd is. De Winterspelen vinden vanaf 4 februari 2022 plaats in Peking.

De regering Biden spreekt over ‘de genocide op religieuze minderheden in Xinjiang’. Het Canadese Lagerhuis steunde in februari 2021 een motie die zegt dat de behandeling van de Oeigoeren genocide is. De Nederlandse regering noemde het toen geen genocide, maar ‘grootschalige mensenrechtenschendingen tegen Oeigoeren‘.

Dat zou Nederland ook kunnen doen door geen ministers, premier of staatshoofd die deel van de regering uitmaakt te sturen naar de Winterspelen in China.

Hetzelfde is een optie voor het WK Voetbal in Qatar. Wel sporters sturen, maar geen diplomatieke afvaardiging namens Nederland. In februari 2021 nam een meerderheid van de Tweede Kamer een motie van SP-Kamerlid Sadet Karabulut aan met alleen VVD, CDA en FVD tegen die oproept om geen diplomatieke afvaardiging naar Qatar te sturen, aldus een bericht in De Telegraaf. Het gaat niet om een boycot, want dan zou Nederland geen sporters sturen, maar om het niet sturen van een diplomatieke afvaardiging.

In antwoord op een vervolgmotie van maart 2021 antwoordde het kabinet op 21 mei 2021 dat dit nog niet aan de orde was omdat Nederland zich nog niet had gekwalificeerd en dat pas in november 2021 duidelijk werd. Welnu, deze week heeft het Nederlandse elftal zich door een zege op Noorwegen geplaatst voor het WK in Qatar.

De schendingen van de mensenrechten in China zijn veel groter dan in Qatar en vinden op industriële schaal. Van de andere kant is de economische en politieke macht van China groter dan van Qatar.

Pas op 18 november 2021 dienden D66, GL en CU een motie in die de regering oproept om vanwege de mensenrechten geen diplomatieke afvaardiging naar de Winterspelen in China te sturen. Beide moties lijken samen te hangen.

Motie van het lid Sjoerdsma c.s. over geen regeringsafvaardiging naar de Olympische Winterspelen sturen. Ingediend 18 november 2021.

Of de motie van Sjoerdsma c.s. over China wordt aangenomen staat nog niet vast, maar is wel waarschijnlijk. Dan is het echter nog niet zeker of de regering die motie uitvoert. Het weigert evenmin de motie van Sadet Karabulut over Qatar uit te voeren. Toenmalig minister van Buitenlandse Zaken Stef Blok kondigde dat in zijn antwoord van mei 2021 aan.

Dit is des te merkwaardiger omdat het over het functioneren van de regering gaat en de grenzen die daar aan gesteld worden door de Kamer. Het Kamer heeft daarover het laatste woord, maar de demissionaire minister van Buitenlandse Zaken Ben Knapen (CDA) legt in navolging van Blok en na plaatsing van het Nederlands elftal de motie Karabulut naast zich neer en noemt volgen het bericht in De Telegraaf het uitvoeren ervan een symbolisch gebaar. Dat gaat dus over moderne slavernij van arbeidsmigranten. Hij verantwoordt dat zo: ‘Ik vind het te kort door de bocht om nu als een soort protestgebaar te zeggen, ‘we blijven weg’.

Dat is op zijn beurt te kort door de bocht van minister Knapen. Hij geeft zowel een verkeerde beschrijving van de situatie in Qatar als een misleidende beschrijving van de motie Karabulut. Die roept niet op dat ‘we‘ wegblijven, maar ‘geen afvaardiging van de regering te sturen naar het WK in Qatar en hierover in overleg te gaan met andere landen‘. De motie roept niet op dat de sporters wegblijven.

SP-Kamerlid Jasper van Dijk vindt het naast zich neerleggen van de motie Karabulut schoffering van de Tweede Kamer. Van Dijk: ‘Het zou zeer ongepast zijn als onze koning gezellig in een skybox gaat staan borrelen met de autoriteiten van Qatar. Zo lang werknemers worden uitgebuit moeten we dat voorkomen.’

Dat is een echo en voorafschaduwing van de kritiek die koning Willem-Alexander in februari 2014 kreeg toen hij tegen alle protesten in vanwege de schending van de homorechten door het Kremlin van het kabinet de Winterspelen in Sochi mocht bezoeken en met president Poetin een biertje dronk. Anders landen schaalden toen hun diplomatieke afvaardiging af, maar Nederland weigerde dat. Het RD formuleerde dat toen in een subliem redactioneel zo: ‘Het gedrag van onze koning in Sotsji was niet wijs en niet waardig‘. De kans bestaat dat de koning dat in Qatar of Peking herhaalt.

Om koning Willem-Alexander tegen zijn eigen hysterie te beschermen is het alleen al gewenst om de beide moties over Qatar en China (mits die aangenomen wordt) uit te voeren. Zodat hij zich niet net als in Sochi 2014 opnieuw aan kan stellen als een kleine jongen en controversiële bestuurders van het ontvangende land legitimeert door ze te ontmoeten en een persmoment te gunnen voor hun propaganda. Dat komt naast de afkeuring over de behandeling van minderheden en arbeidsmigranten en de toepassing van de mensenrechten in beide landen.

Het kabinet doet er verstandig aan om in Europees verband te opereren en steun te zoeken voor het niet sturen van een diplomatieke afvaardiging naar de Winterspelen in China en het Wereldkampioenschap Voetbal in Qatar. Het gaat om de sport en daarom is het gewenst dat sporters en sportbestuurders de aandacht krijgen zonder dat een staatshoofd, premier of minister daar pontificaal voor gaat staan.

Er zijn voldoende mogelijkheden, plekken en gremia om de diplomatieke relaties met beide landen te onderhouden. Dat hoeft niet tijdens een sporttoernooi te gebeuren. Minister Knapen mist de essentie als hij zegt dat het wegblijven van de regering een symbolisch gebaar is. Het is andersom, de diplomatieke afvaardiging naar zo’n sporttoernooi is een symbolisch gebaar.

Radicale boeren zijn met hun anti-overheidsdenken tot ultrarechtse complotdenkers geworden

Nederland kent een archipel van rechts-radicale en -extremistische groeperingen. Ze zijn verdeeld en relatief zwak en vormen daarom volgens de inschatting van de overheid geen groot gevaar voor de veiligheid, zoals onlangs bleek uit het antwoord op kamervragen van Sjoerd Sjoerdsma (D66). Maar de kans dat ze naar geweld grijpen wordt niet uitgesloten. Het loopt van complotdenkers over het 5G-netwerk, het RIVM, vaccinatie, het stikstofdossier en het coronavirus, tot anti-semitisten, anti-LHBTQ, anti-vrouw, anti-overheid, anti-Black Lives Matter en racisten. Sinds 2019 kan men aan dit ultrarechtse gedachtegoed de geradicaliseerde boeren van Farmers Defence Force toevoegen. Die door de agro-industrie zijn gesponsord en op de been geholpen. Uit een vandaag gepubliceerd Brits rapport van de Commissie voor de bestrijding van extremisme (CCE) blijkt dat extremisten de pandemie benutten om hun haat te verspreiden. In Nederland zal het niet veel anders zijn.

Veelzeggend is een bericht op de rechts-radicale site DDS over ene Femke Marije-Wiersma die werkt voor de Nederlandse Melkveehoudersvakbond en reageert op GL-leider Jesse Klaver. Zowel zij als de auteur van het stukje gooien alle remmen los en gaan elke nuance uit de weg. Dat is opmerkelijk voor wie dat rechtse idioom niet kent. Het past in het patroon van de complotdenkers, malcontenten en achtergestelden die het als hun opdracht zien om tegen de gebezigde orde te schoppen en chaos en onrust te creëeren. Bij gebrek aan argumenten doen ze dat niet op een zakelijke, maar op een persoonlijke manier. Het klopt met de observatie van de overheid en de AIVD. Namelijk dat ultrarechts in Nederland gefragmenteerd en marginaal is, maar ook op sociale media slecht geïnformeerden aanzet tot copy cat gedrag. Mijn reactie bij dit artikel op DDS:

Het is verdedigbaar om het met de standpunten of kijk op de wereld van een ander niet eens te zijn. Dan zegt men: ‘Ik ben het niet met u eens. Ik denk er anders over’. En vervolgens geeft men aan waarom en hoe men anders denkt over een bepaald standpunt. Daar kan die ander dan weer op reageren. Zo ontstaat een discussie. Dat hoort bij een volwassen, open democratie.

Wat Femke Marije en Michael van der Galien doen is het omgekeerde. Ze spelen het op de man. Zo raakt het zakelijke verschil van mening uit het zicht. De eerste noemt Jesse Klaver ‘een slecht mens’ en de laatste noemt hem ‘een schoft’. Dat is ongelukkig en niet zinvol. Men kan het ook anders zien, namelijk dat Marije en Van der Galien geen steekhoudende argumenten hebben en het daarom maar op de persoon spelen. Lekker simpel, bij gebrek aan beter.

Jesse Klaver schrijft in betreffende tweet dat minister Schouten niet veilig op bezoek (in Zeeland) kan gaan. Want zij heeft op advies van veiligheidsmensen haar bezoek afgebroken. Klaver vraagt zich af waar de intimidatie stopt. Hij verzoekt PVV en FvD om afstand te nemen van de radicale boeren.

Marije maakt niet aannemelijk wat er niet klopt aan deze tweet van Klaver. De feiten in de tweet kloppen. Niet Klaver, maar Marije neemt een loopje met de waarheid. Zoals gezegd, zij slaat de plank mis door het op de persoon te spelen en Klaver ‘een slecht mens’ te noemen. Omdat hij een andere mening heeft?

Klaver maakt, zoals inmiddels de meeste Nederlanders, een onderscheid tussen geradicaliseerde boeren en andere boeren. Klaver heeft het uitsluitend over ‘agressieve FDF-boeren’. Feit is dat minister Schouten haar bezoek moest afgelasten door het optreden van de geradicaliseerde boeren. Zij demonstreren in veel gevallen niet vreedzaam, maar intimiderend. Hiermee schieten de radicale boeren in eigen voet en verliezen ze steeds meer de sympathie van de Nederlanders.

Foto 1: Schermafbeelding van deel artikelBZV Femke Marije veegt de vloer aan met Jesse Klaver: ‘Een slecht mens’’ van Michael van der galien op DDS, 9 juli 2020.

Foto 2: Tweet van Jesse Klaver, 8 juli 2020.

Foto 3: Antwoord 4 met vraag van Kamervragen over het bericht over dreiging extreemrechts en het Dreigingsbeeld Terrorisme Nederland 52 van Minister Grapperhaus naar aanleiding van het artikel ‘Dreiging extreemrechts is een grote blinde vlek’, 1 juli 2020.

Kan Nederland zich de lichtheid van minister Blok veroorloven of is dat opzet om particuliere belangen makkelijk door te drukken?

Bij Buitenhof 18/11/2018

Minister Stef Blok zegt over Poetin :-
“…je kunt in de Oekraïne een burgeroorlog ontketenen…”

Het blijkt merkwaardig waarom politici een oorlog tussen landen een burgeroorlog noemen en een oorlog die geen oorlog is een oorlog. In de Nederlanden werd in 1940 een burgeroorlog ontketend. Zoiets? Bizar is dat minister Ank Bijleveld naar aanleiding van de Russische OPCW-hack zei dat Nederland ‘in cyberoorlog’ met de Russische Federatie is wat ze achteraf liet corrigeren omdat het ‘niet letterlijk bedoeld’ was. Is Bijleveld zelf wel letterlijk bedoeld? Kortom, de ene bewindsman noemt een oorlog in Oekraïne tussen landen een burgeroorlog en de andere bewindsvrouw noemt een oorlog tussen landen die geen oorlog is een oorlog.

Wat leert ons de opsomming van bokken die bewindslieden in de buitenland-driehoek van Rutte III schieten? Minister Sigrid Kaag van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking is de gunstige uitzondering. Ze mocht als D66’er om partijpolitieke redenen VVD’er en buitenlandminister Halbe Zijlstra niet opvolgen toen hij moest aftreden vanwege zijn Datsja-fantasie over president Putin. Dat leert ons dat deze ministers behoefte hebben aan bijscholing (door bijvoorbeeld deskundigen van Instituut Clingendael) omdat ze de (historische) kennis en het inzicht missen om de wereld die ze voor hun ogen zien correct te kunnen evalueren om daar vervolgens geloofwaardig en autonoom naar te handelen. Ze doen hun best, maar schieten toch tekort.

Ideaal zou het zijn als de ministersposten op Defensie en Buitenlandse Zaken bezet zouden worden door experts die hun sporen intellectueel en in het veld op dat gebied verdiend hadden. Nu zit Nederland omdat de poppetjes in de formatie moesten kloppen opgescheept met een onbenul als minister Bijleveld die elke keer weer toont dat ze geen idee heeft waarover ze praat en een goedwillende invaller als minister Blok die z’n best doet, maar toch tekortschiet. Bijleveld en Blok vertegenwoordigen het aantoonbare falen van de partijpolitiek.

Nederland krioelt van de deskundigen op allerlei gebieden op universiteiten, sectorinstituten en ook op lokaal niveau en daarom is het opvallend en niet in lijn met de stand van het land dat de ministers van Buitenlandse Zaken en Defensie niet op hun functie berekend zijn. In elk geval geven ze elke keer weer aan dat ze het beleidsterrein waarvoor ze ingehuurd zijn niet voldoende beheersen. Dat is beschamend. Des te meer als vereist wordt dat ze snel moeten schakelen en dat vanwege hun gebrek aan kennis en inzicht niet kunnen. Een minister die gezag mist en duidelijk optreedt als filiaalhouder kan in binnen- en buitenland niet krachtig functioneren. Zo’n minister bouwt geen invloed op en is per definitie een speelbal in de handen van anderen.

Neem het dossier Nord Stream II waarover de Tweede Kamer onder leiding van D66 en GroenLinks zich grote zorgen maakt. In strijd met het beleid van de EU over diversificatie en onafhankelijkheid van energie en onder protest van landen als Polen en de Baltische staten wordt dit geopolitieke project door de leidende politici in West-Europa ten onrechte als een economisch project voorgesteld. Het sterke vermoeden is dat economische grootmachten als Shell, Engie, OMV, Uniper en Wintershall de regeringen van de landen waarin ze gevestigd zijn (Duitsland, Oostenrijk, Frankrijk, Nederland) gijzelen en in de tang hebben genomen. De lijnen tussen de VVD en Shell zijn angstvallig kort. Welke initiatieven neemt Blok in antwoord op kritiek van de Tweede Kamer dat Nederland door de aanleg van Nord Stream II te afhankelijk wordt van Russisch gas? Zijn reactie is: afwachten. Kan Europa zich zo’n lakse houding veroorloven en beseft Blok wel de ernst van de situatie?

Nord Stream II loopt het risico klem te komen zitten tussen de dreiging van Amerikaanse sancties dat het project vleugellam maakt en de huidige inactiviteit en het selectief wegkijken van de regeringsleiders in West-Europa. Een voortvarende en creatieve minister zou gezien het Nederlands belang (Gasunie, Shell, gasrotonde, energie onafhankelijkheid) die twee proberen te verbinden door steun in de EU te mobiliseren, de Russen in te tomen en de Amerikanen te paaien. Maar minister Blok wacht af. Op instructies van Shell? Zo wordt duidelijk dat slecht functionerende minsters zonder de benodigde startkwalificaties als Bijleveld en Blok die niet op hun taak berekend zijn en geen gezag opbouwen wel degelijk een negatieve invloed hebben op de economie en politiek van Nederland. Het kwalijke is dat het zo makkelijk anders kan als partijpolitieke overwegingen niet leidend zouden zijn. In de partijpolitiek staat het algemeen belang niet altijd boven het particulier belang.

Foto 1: Still uit uitzending van Buitenhof met minister Stef Blok, 18 november 2018.

Foto 2: Aanleg van Nord Stream II, Moscow Times, 13 november 2018. Credits: Jörg Carstensen / DPA / TASS.

Wat te doen met Turkije? Vuile handen of een schoon geweten? De olifant in de kamer van VVD’er Han ten Broeke

htb

Partijpolitiek is vervelend, maar volgens verdedigers ervan een onvermijdelijk kwaad. Maar is dat wel zo? Gisteren was bij Nieuwsuur een debat (na 21’40’’) over Turkije en de samenwerking met president Erdogan tussen VVD’er Han ten Broeke en D66’er Sjoerd Sjoerdsma. Vertegenwoordigers van een rechts-liberale en centrum-liberale partij die waarschijnlijk in een volgend kabinet gaan samenwerken. Ten Broeke en Sjoerdsma verschillen over de wenselijkheid om samen te werken met het regime van Erdogan dat volgens neutrale waarnemers steeds verder afglijdt in de richting van een autoritair regime. Sjoerdsma wil afstand nemen door de afspraken van de EU met Turkije op te schorten en Ten Broeke is de pragmaticus die vuile handen maakt.

Zin van zo’n debat waarin partijpolitieke uitgangspunten de boventoon voeren is dat het de gedateerdheid van de klassieke partijpolitiek aantoont. Het is niet alleen volledig losgezongen van de realiteit door de gesegregeerde wereldvreemdheid van de vertegenwoordigers ervan die vooral bestaat uit het toepassen van debatingtrucs, maar verdrinkt ook in het eigen gebrek aan samenhang en logica. Wat de zaak betreft heeft Sjoerdsma gelijk dat door de gewijzigde situatie in Turkije geen zaken meer gedaan kunnen worden met Erdogan. Ten Broeke weet dat, maar geeft het niet toe omdat premier Rutte namens de EU in het voorjaar credits heeft behaald met het bereiken van een afspraak met de toenmalige Turkse premier Ahmet Davutoğlu over de vluchtelingenstroom. De positie van Rutte is de olifant in de kamer die niet genoemd kan worden en het debat vrijblijvend en overbodig maakt. Verspilde moeite voor journalistiek, politiek en publiek.

De EU is een waardengemeneenschap waar democratie, mensenrechten en rechtstaat het uitgangspunt zijn. Niet alleen in theorie, maar ook in de praktijk. Daar moet naar gehandeld worden. Vertegenwoordigers van de EU moeten voortdurend bepalen of landen niet afglijden en er nog wel zaken gedaan mee kan worden. Want die relatie beschadigt de geloofwaardigheid van de EU. In het geval van Turkije gaat het nog verder omdat het land al sinds 1962 aspirant-lid van de EU is. Op 30 juni is volgens een bericht van Yahoo tijdens het recente EU-voorzitterschap van Nederland een nieuwe onderhandelingsronde gestart over Turks lidmaatschap. Dat was gezien de toenmalige situatie van de democratie in Turkije toen al ongewenst en is het er door de reacties van Erdogan op de mislukte coup alleen nog maar meer bizar op geworden. En als klap op de vuurpijl zit de VVD’er Han ten Broeke tegen zijn eigen gezond verstand en overtuiging in om partijpolitieke redenen deze concessies aan de Turkse regering te verdedigen. Dat is het failliet van de partijpolitiek.

Het gaat niet alleen om Turkije. Er zijn vele landen waarmee de EU warme relaties onderhoudt die beter teruggebracht zouden worden naar een laag niveau. Zoals vergelijkbare autoritaire regimes als Saoedi-Arabië, Bahrein, Syrië, Egypte, de Russische Federatie, China of Noord-Korea. Tot die landen zou de EU veel meer afstand moeten houden. De EU leeft niet op een eiland en moet het hebben van economische voorspoed. Het dient rekening te houden met interne en externe concurrenten, dus kan niet te kieskeurig zijn. Maar het moet wel eigen uitgangspunten centraal blijven zetten in de afwegingen over buitenlandse handel en politiek.

Dat is geen keuze voor ethische politiek boven pragmatisme, maar een keuze voor eigen geloofwaardigheid. Dat is een keuze voor sterke zelfwaardering en een sterk zelfbeeld. De huidige Turkse regering is de steun van de EU niet waard. Politici zouden er beter aan doen dat volmondig toe te geven en niet weg te vluchten in debatten die dienen om de waarheid te verhullen. Media moeten dit soort debatten niet meer uitzenden.

Foto: Still uit de uitzending van Nieuwsuur op 18 juli 2016. Met links Han ten Broeke (VVD) en rechts Sjoerd Sjoerdsma (D66). In het midden presentator Joost Karhof.

Kamervragen van drie partijen over Russen, Amerikanen en Geen Peil. Een kwestie van perspectief

12716302665_afe59e540b_b

Drie partijen stelden vandaag kamervragen aan minister Bert Koenders van Buitenlandse Zaken of minister Ronald Plasterk van Binnenlandse Zaken naar aanleiding van een artikel in de Britse The Telegraph van afgelopen zaterdag 16 januari 2016. D66 aan Koenders, en SP en GrBvK aan Plasterk. Het gaat over de beschuldiging dat het Kremlin door geldelijke steun Europese politieke partijen zou beïnvloeden in haar richting. Amerikaanse veiligheidsdiensten zouden een onderzoek gestart zijn naar illegale partijfinanciering door de Russen in de afgelopen 10 jaar. De suggestie die uit het artikel spreekt is dat de EU-lidstaten blijkbaar deze Russische dreiging niet zien, er in elk geval geen onderzoek naar doen of tegen optreden.

Voor Nederland is de volgende passage interessant in het artikel van Peter Foster en Matthew Holehouse: ‘Russian influence has also been detected in a referendum in the Netherlands next April over whether to block the EU’s closer relations with Ukraine. Sources said arguments deployed in support of the referendum “closely resembled” known Russian propaganda.’ Dit klinkt vaag. Waaruit die Russische invloed zou bestaan wordt niet uitgelegd. Dat tegenstanders van de EU, NAVO en de VS die zich hebben verenigd in het NEE-kamp tegen de associatie-overeenkomst van de EU met Oekraïne op dezelfde argumenten uitkomen als het Kremlin ligt voor de hand. Dat de initiatiefnemers van GeenPeil op de loonlijst van het Kremlin staan wordt niet beweerd. Wel dat ze argumenten ‘lenen’ en dicht tegen de Russische propaganda aanschurken. Maar evengoed kan beweerd wordt dat de voorstanders argumenten gebruiken die ook in Washington of Londen gehanteerd worden. Dus?

De tweedeling in de kamervragen tussen enerzijds D66, en anderzijds SP en GrBvKl is opvallend. Kees Verhoeven en Sjoerd Sjoerdsma van D66 willen van minister Koenders weten of hij weet of het Kremlin pogingen doet om de Nederlandse politiek te beïnvloeden. Ze vragen of hij ‘over enige aanwijzing [beschikt] dat het aanstaande raadgevend referendum over het Associatieverdrag tussen Oekraïne en de Europese Unie op enige wijze, al dan niet financieel, is beïnvloed vanuit Rusland?’ Tevens willen ze weten of ‘er Nederlandse inlichtingendiensten betrokken [zijn] bij het onderzoek naar Russische beïnvloeding van Europese politieke partijen, zoals dat wordt uitgevoerd door autoriteiten in de VS?’ Met hun suggestie: een onderzoek in de VS.

SP’er Ronald van Raak benadert de kwestie vanuit het perspectief dat Amerikaanse veiligheidsdiensten in Nederland actief zijn en er politieke partijen doorlichten. Hij komt met een vraag waarbij hij als bron naar The Telegraph verwijst door de Amerikaanse veiligheidsdiensten iets in de mond te leggen wat ze niet beweren: ‘Deelt u de opvatting van de Amerikaanse geheime diensten dat het referendum in Nederland over de wet die strekt tot goedkeuring van de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en Oekraïne wordt georganiseerd op initiatief van de regering van Rusland.’ Van Raak chargeert. Joram van Klaveren en Louis Bontes blijven wel binnen de strekking van het Telegraph-artikel en vragen onder meer of minsiter Plasterk bereid is om bij de Amerikanen na te gaan ‘in hoeverre de initiatiefnemers van het referendum (GeenPeil) in de gaten worden gehouden door Amerikaanse inlichtingendiensten en op welke wijze dit gebeurt?

Drie reeksen kamervragen die verschillende kanten uitwijzen zijn gebaseerd op hetzelfde artikel in een Britse krant. Partijen lezen in de media wat ze erin willen lezen en leggen hun accenten. Het zijn net mensen met hun voorkeuren, kuren en waarheden. Politici geven zich bloot door hun vragen. Zijn het de Amerikanen, de Russen of de initiatiefnemers van Geen Peil die in Nederland over de schreef gaan? Wie weet. Het is allemaal mogelijk. Zo werkt de politiek. Het definitieve antwoord zullen we vermoedelijk nooit horen. Vragen staat vrij.

Foto: Het Kremlin in Moskou. Credits: Murat Sağlam.

Nederlandse politiek worstelt met energiepolitiek en rol Rusland

sjo

Bij energiepolitiek zijn principes inwisselbaar voor geld als het aan CDA en VVD ligt. Het gaat om de gevolgen van de afnemende opbrengst van het Groninger gasveld vanwege aardbevingen. Hoewel Nederland ook met de verminderde opbrengst nog aan haar contractuele verplichtingen kan voldoen wil het voor de toekomst een rol in de Europese energiepolitiek opeisen door zich te profileren als gasrotonde. Een idee dat ontwikkeld werd onder de kabinetten Balkenende. Maar toen was de opstelling van de Russische Federatie jegens Europa constructiever dan nu. De uitdaging is om dat idee van de gasrotonde zonder Russisch gas te realiseren.

Uit het artikel op nu.nl waarnaar Sjoerdsma verwijst komt een verschil tussen partijen tot uiting over de relatie met Rusland. Dat ligt in Nederland extra gevoelig na het neerschieten van de MH17 dat 193 Nederlanders het leven kostte. Het waarschijnlijkste scenario is dat dit door een onderdeel van het Russische leger gebeurde. Rechtvaardigt dat ‘business as usual’ in een land dat zich met Den Haag profileert als ‘internationale stad van vrede en recht’? In het gewraakte interview met De Volkskrant noemde werkgeversvoorzitter Hans de Boer de MH17 een incident. Nu volgt de VVD. ‘Ethici’ van PvdA (en D66) staan tegenover ‘realisten’ van VVD (en CDA en SP). Waarbij de neo-communisten van de SP Rusland en de neo-liberalen van CDA en VVD multinationals als Shell in bescherming nemen dat deelnemer wordt aan het Russische Nord Stream II project van Gazprom.

Woordvoerder in de Tweede Kamer namens de VVD André Bosman heeft gelijk dat het gas ergens vandaan moet komen. Maar hij bedrijft demagogie door bewust de doelen voor de korte- en lange termijn door elkaar te halen. Zoals gezegd, Nederland kan nog steeds aan alle binnen- en buitenlandse verplichtingen voldoen. Daarbij komt dat hij bij de alternatieven behalve windenergie duurzame energie uitsluit. Weliswaar is dat geen oplossing voor de korte termijn, maar de VVD blijft wel de ontwikkeling van duurzame energie blokkeren.

De opstelling van de VVD is schijnheilig. Het zegt dat buitenlandse politiek en handelsbelangen van elkaar te scheiden zijn, maar weet dat dit niet zo is. Levering van water en energie zijn politieke instrumenten van de toekomst die de politiek van landen beïnvloeden en het gedrag van inwoners bepalen. De VVD valt niet snel te betrappen op een politiek-filosofische houding die dieper gaat dan de eigen portemonnee. Dat is niet erg als er geen principes of rechten in het geding zijn, maar in de relatie met Rusland is sinds de annexatie van de Krim wel degelijk iets fundamenteel veranderd. Dan wreekt zich het wegkijken van de VVD vanwege handelsbelangen. Moeten we dan toch maar op D66 of PvdA stemmen dat zich met minister Bert Koenders standvastiger en principiëler toont dan VVD en CDA die door het bedrijfsleven gestuurd lijken te worden?

warm

Foto 1: Tweet Sjoerd Sjoerdsma (D66), 25 juni 2015.

Foto 2: Schermafbeelding uit artikel NOS VVD en PvdA botsen over gas ‘autoritair’ Rusland‘, 25 juni 2015.

MH17: Waarom lijkt het toch alsof het kabinet Rutte iets verbergt?

Er komt op verzoek van Raymond de Roon (PVV) en Pieter Omtzigt (CDA) op korte termijn een plenair debat over de MH17. Vraag is of op 14 juli 2014 het Oost-Oekraïense luchtruim niet gesloten had moeten worden toen een Antonov vrachtvliegtuig van Oekraïne werd neergeschoten op 6,2 kilometer hoogte. VPRO’s Argos zette het op 4 april in een radiouitzending op een rijtje. Vraag is wat er in een Oekraïense briefing in Kiev is gezegd. Wat stond er in het verslag van die briefing aan Buitenlandse Zaken in Den Haag? De regering Rutte weigert inzage. PvdA en VVD staan op de rem. Via een debat probeert de kamer openheid af te dwingen.

Wat het kabinet Rutte ervan weerhoudt openheid over de MH17 te geven is de vraag. Er zijn twee opties: of er zijn interne fouten gemaakt die toegedekt moeten worden of de confrontatie met Rusland wordt zoveel mogelijk uit de weg gegaan. Dat de MH17 met medewerking van het Kremlin is neergehaald is het scenario dat steeds waarschijnlijker is geworden. De opstelling van vooral de VVD maakt onwaarachtig dat deze partij werkelijk inzage wil geven in wat er rond 14 juli gebeurd is. Wil premier Rutte werkelijk dat de onderste steen over de MH17 boven komt? Hij doet in zijn handelen alle moeite om de schijn van het tegendeel te wekken.

De ondragelijke lichtheid van VVD’er Halbe Zijlstra. Over dictators

sjsj

Winston Churchill draait zich om in z’n graf als VVD-fractievoorzitter Halbe Zijlstra aan het woord is. Zijlstra zegt vandaag in een interview met De Volkskrant dat ‘Nederland dictators aan de randen van Europa voortaan niet meer met opgeheven vinger tegemoet moet treden’. Hij is ervoor ‘de coöperatie te zoeken met het regime omdat het in ons veiligheidsbelang is’. Halbe Zijlstra’s pragmatiek gaat over grenzen en maakt alles relatief.

De kritiek van onder andere Bram van Ojik (GroenLinks) spitst zich toe op de mensenrechten. In een tweet zegt hij: ‘VVD zet vlak na asielrecht nu ook de mensenrechten bij de vuilnis. Dat kan geen toeval zijn, zou Schippers zeggen.’ Buitenlandwoordvoerder Michiel Servaes van de PvdA zegt: ‘Wij willen en kunnen onze idealen en waarden dus niet achterlaten op Schiphol als we naar het buitenland reizen.’ In een tweet noemt Servaes de opmerkingen van Zijlstra ‘kil, kortzichtig & contraproductief’. Sjoerd Sjoerdsma van D66 reageert in een tweet: ‘Regeerakkoord: in bilaterale samenwerking bevorderen we de mensenrechten.’

Hoofdzaak waarom Zijlstra’s voorstel slecht doordacht is en niet deugt is niet de ethiek van mensenrechten, idealen en waarden, maar doelmatigheid van buitenlands beleid. Europese landen moeten massamoordenaar Assad en agressor Putin geen legitimiteit geven, maar hun deze legitimiteit juist ontnemen. In gesprek gaan met autoritaire leiders suggereert dat er met hen rationeel en binnen de grenzen van de internationale rechtsorde gesproken kan worden over gedeelde waarden. Wat de strijd in Syrië en de Russisch-Oekraïense oorlog duidelijk maken is dat deze basis voor een gesprek ontbreekt. Assad en Putin ontkennen gewoonweg wat ze doen. Zijlstra gaat daar aan voorbij en biedt de autoritaire leiders legitimiteit die ze niet verdienen.

Het is zorgelijk dat Zijlstra zegt dat Nederland met dictators aan tafel moet gaan zitten. Niet zozeer omdat hij doel en middelen van het buitenlands beleid door elkaar husselt en daarin geen ruggengraat toont, maar het vermoeden voedt de strekking zijn eigen woorden niet te doorgronden door nonchalant proefballonnetjes te lanceren. De socioloog Halbe Zijlstra zakt met deze uitspraak ethisch, intellectueel, filosofisch en politiek definitief door het ijs. Hij laat zich kennen als een handige jongen die hoog gestegen is in de hiërarchie van de VVD, maar uiteindelijk de inhoud mist om die functie evenwichtig te kunnen uitoefenen. Het baart zorgen over de selectie en de bedrijfsvoering van de politiek als lichtgewichten als Halbe Zijlstra zo hoog kunnen stijgen.

Foto: Tweet van D66’er Sjoerd Sjoerdsma, 28 maart 2015.

Opstelten beantwoordt kamervragen over MH17. En zit ernaast

car1

Update 5 april 2015: Steeds duidelijker wordt wat de Nederlandse regering wist in de drie dagen voor de ramp met de MH17, en steeds minder duidelijk wordt waarom de regering luchtvaartmaatschappijen en kamer niet volledig heeft geïnformeerd. Den Haag wist van een briefing door de Oekraïense regering op 14 juli 2014 dat Russische luchtdoelraketten van het Russische leger een bedreiging vormden voor de burgerluchtvaart boven Oost-Oekraïne. Waarom is die informatie niet gedeeld met de kamer? In juli 2014 niet, in februari 2015 niet en nu niet. Waarom laadt de regering-Rutte de verdenking op zich iets te verbergen? En wat is dat dan? 

De ministers Opstelten, Koenders en Plasschaert en staatssecretaris Mansveld beantwoordden gisteren de op 3 februari gestelde kamervragen van Sjoerd Sjoerdsma (D66) en Pieter Omtzigt (CDA) over de MH17. Het draait om de vraag of de Nederlandse regering KLM had moeten waarschuwen over de veiligheidssituatie boven Oost-Oekraïne. Drie dagen voordat de MH17 werd neergeschoten schoten separatisten en/of Russen een Oekraïens militair Antonov toestel op 6,5 kilometer hoogte neer. Opzienbarend nieuws in de  media. Oppositiepartijen verwijten de regering geen duidelijkheid te geven over haar informatiepositie van dat moment en over een briefing door de Oekraïense regering naar aanleiding van het neerhalen van de Antonov.

In vraag 17 zegt verantwoordelijk minister Opstelten er niet mee bekend te zijn dat andere landen hun luchtvaartmaatschappijen een waarschuwing hadden gegeven met betrekking tot de gevaren in het luchtruim van Oost-Oekraïne. Onderstaand citaat uit de WSJ van 23 juli 2014 zegt dat twee Koreaanse luchtvaartmaatschappijen Korean Airlines en Asiana Airlines al voor de ramp met de MH17 op 17 juli 2014 het luchtruim van Oost-Oekraïne sinds begin maart 2014 meden. Ze hadden uit hun eigen risico-analyse geconcludeerd dat de situatie boven Oost-Oekraïene niet veilig was.

car3

Waren ze gewaarschuwd door hun eigen regering of hadden beide Koreaanse luchtvaartmaatschappijen deze afweging zonder informatie van de Zuid-Koreaanse regering gemaakt? De WSJ citeert in hetzelfde artikel een ambtenaar van het Koreaanse ministerie van Transport die zegt dat de Koreaanse luchtvaartautoriteit de waarschuwingen over conflictgebieden die het krijgt van andere landen standaard doorgeeft aan de eigen luchtvaartmaatschappijen. Ze kunnen dan zelf beslissen wat ze ermee doen, zoals het wijzigen van de routes.

car4

Dit betekent dat de Zuid-Koreaanse regering via de Koreaanse luchtvaartautoriteit de twee Koreaanse luchtvaartmaatschappijen Korean Airlines en Asiana Airlines de waarschuwingen van de Oekraïense luchtvaartautoriteit heeft doorgegeven. Dit is strijdig met het antwoord van vraag 17 van minister Opstelten dat ‘andere landen geen waarschuwing gegeven hebben met betrekking tot gevaren over de veiligheid van het luchtruim van Oost-Oekraïne‘ omdat dit onjuist is en tevens goed toegankelijke informatie waar de minister mee bekend had kunnen zijn. Deze onwaarheid geeft te denken over de kwaliteit van de antwoorden.

Foto 1: Schermafbeelding van kamervraag 17 van de leden Sjoerdsma en Omtzigt over de Nederlandse informatiepositie in aanloop naar de MH-17 ramp, plus antwoord van de regering. 10 februari 2015.

Foto 2 en 3: Schermafbeeldingen van passages uit artikel ‘Before MH17 Crash, Korean Airlines Were Avoiding Ukraine’ van de WSJ, 23 juli 2014.

Waarom informeerde op 14 juli kabinet KLM niet over veiligheidssituatie Oost-Oekraïne?

mh17

Minister Opstelten van Veiligheid en Justitie beantwoordde met zijn collega’s van Defensie en Buitenlandse Zaken gisterenavond kamervragen van Sjoerd Sjoerdsma (D66) en Pieter Omtzigt (CDA) over ‘het aantal neergeschoten helikopters en vliegtuigen boven Oost-Oekraïne voorafgaand aan de ramp van 17 juli 2014’. Uit bovenstaand antwoord blijkt dat ‘een breed gezelschap van diplomaten van bevriende landen’ waaronder Nederland op 14 juli 2014 werd bijgepraat door Oekraïne over onder meer de veiligheidssituatie in het luchtruim. Op 14 juli was een Oekraïens militair vliegtuig, een Antonov-26 op 6,5 kilometer hoogte door de pro-Russische separatisten neergehaald. De aanwezige diplomaat heeft vervolgens Den Haag bericht.

De beantwoording door minister Opstelten roept vooral verdere vragen op. Waarom zijn de Nederlandse luchtvaartmaatschappijen, waaronder de KLM op 14 of 15 juli niet geïnformeerd door het kabinet over de verslechterende veiligheidssituatie boven Oost-Oekraïne? Zodat ze dit gebied hadden kunnen mijden zoals British Airways en Air France deden, zoals de NYTimes op 18 juli grafisch verduidelijkte. Weliswaar was op 14 juli door het neerschieten van de AN-26 uit de media al bekend dat deze situatie snel verslechterde, maar Opstelten bevestigt dat er er nooit ‘vanuit de Nederlandse overheid een waarschuwingssignaal naar luchtvaartmaatschappijen gegaan [is] over de veiligheid van het luchtruim in Oekraïne’. Da’s opvallend.

nyt

Luchtvaartmaatschappijen kunnen niet zelf die inschatting maken, zo is de taakverdeling niet geregeld. Dit roept de vraag op of de bewuste briefing van 14 juli door de Oekraïense overheid of andere inlichtingen voor de Franse en Britse regering er mede aanleiding voor was om hun luchtvaartmaatschappijen te waarschuwen het luchtruim boven Oost-Oekraïne te mijden. En waarom het Nederlandse kabinet dat naliet.

Foto 1: Schermafbeelding van deel antwoord kamervragen van Sjoerdsma en Omtzigt aan minister Opstelten over de MH17.

Foto 2: Grafische voorstelling van de vluchtroutes door diverse luchtvaartmaatschappijen in de week voorafgaand aan het neerschieten van de MH17, New York Times.