In Bloemendaal annexeert oud-voorzitter Rotary illegaal deel gemeentepark

In Bloemendaal kan de bezitter van Villa Meerzicht illegaal 770 vierkante meter van gemeentepark Brederode stiekum annexeren -inclusief twee lantaarnpalen en een garage- en met een afgezet hel een half jaar in bezit nemen zonder dat de gemeente dit weet. Zo zegt waarnemend burgemeester Aaltje Emmens volgens RTV NH.

Het valt nauwelijks te geloven. Van tweeën een: of de gemeente stond dit oogluikend toe of de gemeente is niet op de hoogte van wat er in de eigen gemeente speelt. Hoe dan ook een brevet van onvermogen voor het gemeentebestuur van Bloemendaal. Volgens het Haarlems Dagblad is de villabezitter de oud-voorzitter van Rotary Bloemendaal. Zijn naam is Theo Spanjaart. Na alle publiciteit heeft de gemeente inmiddels ingegrepen.

Jan Cunen Museum moet sluiten. Ondanks breed protest

2000_evolutieaquarium

Update 10 januari 2015: Is het toeval dat de ontvangst van het plan dat extern adviseur Marco van Vulpen van het Amersfoortse BMC voor de verzelfstandiging voor het Jan Cunen Museum geeft uitgewerkt met teleurstelling wordt ontvangen? Kritiek van oud-directeuren is dat de inbreng van de burgers en kunstenaars uit de stad Oss en omgeving hierin ‘totaal verwaarloosd’ wordt, aldus Het Brabants Nieuwsblad. Oud-wethouder voor de SP Jules Iding voorspelt dat het op deze manier een mottenballenmuseum wordt. Het voorliggende plan wijkt volgens Iding en de oud-directeuren af van het besluit dat de Osse gemeenteraad vorig jaar nam over de toekomst van het museum. Van Vulpen was ook betrokken bij de planontwikkeling van Museum Oud-Amelisweerd in Bunnik die volgens critici niet op een bestuurlijk correcte wijze is verlopen. 

Sluiting van het Jan Cunen Museum in Oss gaat door als er geen externe financiering gevonden wordt. De bezuinigingen van een half miljoen euro op het museum en het Stadsarchief zet de gemeente Oss volgens plan door. Zo bleek gisteren uit de behandeling van de Voorjaarsnota. De SP, D66, Beter Oss en GroenLinks stemden tegen. Uit die korting trok directeur Nicolette Bartelink eerder de conclusie dat voortzetting niet zinvol is. Ondanks een hoop verontwaardiging van kunstliefhebbers, een pleidooi van kunstenaars als Paul Klemann en Mai van Oers, Jan Marijnissen, een protestsite, een petitie, de initiatiefgroep Red Museum & Archief en het ultieme konijn uit de hoed van het Nederlandse poldermodel: ‘een werkgroep van wijzen‘.

Is het erg dat het Jan Cunen Museum in Oss moet sluiten? Ach, Nederland, Brabant en Oss overleven het wel. Ondanks het feit dat een meerderheid van de bevolking tegen sluiting is, inclusief de Osse ondernemers en de Rotary die vrezen voor een verslechterd vestigingsklimaat. Het deert de collegepartijen VVD, CDA, PvdA en Voor De Gemeenschap niet. De macht van het getal is hun argument. Vooraf zei de Osse VVD dat ‘exploitatie van een museum geen primaire gemeentelijke taak is‘. Met als eindplaatje ‘Een zelfstandige cultuursector‘. Met dezelfde redenering kan alles verzelfstandigd worden: onderwijs, zorg, gevangenissen of krijgsmacht.

Directeur Peter Jongsma van het Golfbad verwoordt in een tweet als antwoord op SP’er Jules Iding opnieuw het gezonde volksoordeel: ‘Kunst IS elitair! Vandaar zoveel subsidie voor handje vol bezoek.’ De culturele sector zou zich dit standpunt aan moeten trekken. Een schande is het trouwens niet dat kunst elitair is. Zoals in een land vol minderheden sport, film, popmuziek, religie of De Efteling ook elitair zijn. Met een Museumkaart werden in 2012 19,5 miljoen bezoeken aan een Nederlands museum gebracht. Het geeft mensen veel plezier. Een massale elite, zoals ook de top-50 dagattracties over 2012 leert met 10 musea. Deze mix van musea, attractieparken, dierentuinen, zwembaden en recreatiegebieden biedt elk wat wils. Oud, jong, laagopgeleid, hoogopgeleid, sportief, natuurliefhebber, cultuurliefhebber, energiek, intellectueel, reflectief, noem maar op.

Het Jan Cunen Museum is onderdeel van die infrastructuur. Wie aan de onderkant onderdelen weghaalt moet niet verbaasd zijn als na verloop van tijd het hele bouwwerk instort. Da’s de consequentie van de sluiting van een plaatselijk museum met landelijke uitstraling. Da’s precies de verantwoordelijkheid van het Osse college.

Foto: Paul Klemann, Aquarium of evolution. Tekening, 2000. Credits: Paul Klemann.

Arto Imago nam Kunstuitleen Tilburg over en veilt 537 kunstwerken

De onvolprezen en best bezochte kunstsite van Nederland Trendbeheer merkt het op. Op internet is weer een kunstveiling aan de gang die mogelijk marktverstorend werkt. Deze keer is het Arto Imago die overbodig werk van de Kunstuitleen Tilburg opruimt. Eigenaren Catherine Megens en haar partner Cessy Paardekooper menen dat kunst aan de wand hoort. Er worden 537 werken voor slechts 10% van de verkoopprijs ingezet.

Eerder besteedde ik hier aandacht aan de kunstveilingen van de gemeente Nijmegen. In december 2011 zocht ik contact met coördinator Stefan Grond met het verzoek om de resultaten openbaar te maken. Om na te gaan of een kunstveiling op internet inderdaad marktverstorend werkt. Grond overlegde met cultuurwethouder Henk Beerten die openbaarmaking afwees. Grond voerde als argument aan dat een meerderheid van kunstenaars tegen openbaarmaking was vanwege de lage verkoopwaarde van hun werk. Omdat een slecht resultaat echter ook kan volgen uit een slechte uitgevoerde veiling klinkt dat tamelijk vergezocht.

Het is onduidelijk op welke voorwaarden de gemeente Tilburg de collectie van de Kunstuitleen Tilburg heeft overgedaan aan Arto Imago. Het persbericht Voortzetting kunstuitleen door Arto Imago van 29 april 2010 citeert cultuurwethouder Marjo Frenk (GroenLinks): ‘Met deze overeenkomst zorgen we ervoor dat de gemeentelijke kunstcollectie behouden en toegankelijk blijft voor de kunstliefhebbers van de stad‘. Het valt lastig in te zien hoe een kunstveiling dit doel dient. Het is aan de Tilburgse raad om te checken of wethouder Frenk de overeenkomst met Arto Imago wel onder de goede voorwaarden heeft gesloten.

Sluitingstijd van de veiling is maandag 12 maart 2012 vanaf 20.00 uur. Er kan geboden worden op werken van onder meer Paul Klemann, Otto Egberts, Marlene Dumas, Leon Adriaans, Fons Haagmans, Frans Franciscus, Marc Mulders, Co Westerik en Rob Scholte. Ik ben benieuwd of kunstenaars door Arto Imago van de veiling op de hoogte zijn gebracht. Deze veiling staat niet alleen. Vele gemeentelijke en provinciale kunstcollecties gaan onder de hamer. Het aanbod aan grafiek is groot. Sla uw slag, zet een paar tientjes opzij en doe een bod.

Foto: Paul Klemann (1960) – zonder titel – Grafiek/Papier 29/65 – 75 x 94 cm, lot 513

Nijmegen weigert openheid van zaken over kunstveilingen

Coördinator van de kunstveilingen Stefan Grond heeft overlegd met de Nijmeegse cultuurwethouder Henk Beerten en zegt geen openheid van zaken over de kunstveilingen te geven. Zo heeft-ie me vandaag telefonisch laten weten. Afgelopen donderdag had Grond toegezegd de openbaarmaking intern te bespreken.

Grond en de wethouder zijn tegen openheid van zaken omdat ‘een meerderheid van kunstenaars‘ (aldus Grond) ertegen zou zijn vanwege de lage verkoopwaarde van hun werk. Ik noemde het eerder een vergezocht argument. Want een lage verkoopwaarde volgt niet noodzakelijkerwijze uit een lage marktwaarde van een kunstenaar. Ook een slecht opgezette en uitgevoerde veiling kan de prijs drukken. Maar het is ook een gelegenheidsargument omdat het niets van doen heeft met de openheid van zaken die de LAMO verlangt.

Eerder liet Grond me weten dat de leidraad voor het afstoten van museale objecten, LAMO gevolgd is. Het zegt over de afhandeling: Een goede documentatie vormt een verantwoording van het handelen en maakt reconstructie van het proces in de toekomst mogelijk. Maak afspraken over de plaats en de bewaartermijn van de afstotingsdocumentatie. In verband met het publieke karakter van collecties moet afstotingsdocumentatie toegankelijk zijn voor derden. Besteed ook in het jaarverslag aandacht aan de afstotingsoperatie.

Nijmegen behoudt de toegankelijkheid voor aan individuele kunstenaars die op aanvraag documentatie over hun geveilde werk kunnen inzien. Daarmee voldoet het niet aan de voorwaarden van de LAMO die het zegt te volgen. Want derden kunnen de documentatie niet inzien. Wethouder Beerten geeft met zijn minimalistische opvatting in mijn ogen een verkeerde interpretatie van de LAMO betreffende de publieke toegankelijkheid. Hij minimaliseert het publieke karakter van de met gemeenschapsgeld aangekochte kunstwerken.

D66-wethouder Henk Beerten legt de lat van de openbaarheid hoog. Hij volgt de LAMO niet consequent en legt aan de hand van de resultaten geen verantwoording af over de internet- en de Rotary-veiling van met publieke middelen aangekochte werken. De resultaten kunnen niet tegen het licht worden gehouden. Beerten dwingt degenen die de documentatie willen inzien tot een beroep op de Wet Openbaarheid Bestuur (WOB).

Het woord is nu aan de Nijmeegse gemeenteraad. Het staat voor de afweging of het vindt dat Beertens interpretatie van de LAMO houdbaar is en of het hem daar vervolgens op aan wil spreken. Maurice Nooijen van GroenLinks stelde eerder vragen aan Beerten. Het woord is ook aan de beroepsvereniging van kunstenaars die met een beroep op de WOB volledige openheid van Nijmegen over de kunstveilingen kan afdwingen.

Foto: Zicht op Nijmegen, tussen 1890 en 1900

Nijmegen overweegt openbaarmaking resultaten kunstveiling

Afgelopen donderdag had ik telefonisch contact met Stefan Grond, beleidsadviseur Cultuur en coördinator van de kunstveilingen op het Nijmeegse stadhuis. Hij had de discussie hier over de kunstveilingen gevolgd. Hij probeerde niet zozeer de kritiek te weerleggen, maar de zorgvuldigheid te benadrukken. Grond lichtte toe dat bij de ontzameling de richtlijnen van de LAMO zijn gevolgd. Daar twijfel ik niet aan, maar wel had ik een aanvullend verzoek, namelijk openheid van zaken. Juist om allerlei spookverhalen weg te nemen.

De leidraad noemt bij de afronding van een ontzameling een zorgvuldige documentatie en openheid van zaken als voorwaarden. Onder dat laatste kan de openbaarmaking van de veilingresultaten worden verstaan. Grond legde uit dat er twee bezwaren zijn die Nijmegen tot nu toe van openbaarmaking weerhield. Da’s de privacy van de kopers. Maar deze gegevens kunnen geanonimiseerd worden. En de weerstand van sommige kunstenaars die stellen dat een lage verkoopwaarde van hun werk ook een lage marktwaarde betekent.

In ons gesprek bleef hangen dat dat laatste verband niet zo direct hoeft te zijn als verondersteld. Gechargeerd gezegd kan een lage verkoopwaarde ook volgen uit een slecht opgezette en uitgevoerde veiling. Ik beweer niet dat dat aan de orde was, maar het aanvoeren van de bezwaren van genoemde kunstenaars over de lage verkoopwaarde komt vergezocht op me over omdat het niet noodzakelijk volgt uit hun lage marktwaarde.

Verder is er nog een praktisch bezwaar tegen openbaarmaking, namelijk de middelen die het vraagt. Da’s opnieuw onderdeel van een goede toepassing van de leidraad. Grond voegde toe dat daarvoor menskracht vrijgemaakt moet worden. Dat vergt wat planning en tijd. Ik schat in dat dat enkele maanden vraagt.

Al met al proefde ik in Gronds reactie begrip dat openbaarmaking ervoor kan zorgen dat de spookverhalen stoppen. Grond voegde toe dat zowel op de internet- als op de Rotary-veiling geen werk van Paul Klemann is verkocht. Of het moest oud werk van voor 1987 zijn. Maar da’s onwaarschijnlijk. Nijmegen had geen werk van Klemann in de collectie en daarom werd-ie niet bericht. Dat doet overigens weinig af aan de bezwaren van kunstenaars als Margriet Smulders en Dorian Hiethaar die kritisch zijn over de Nijmeegse kunstveilingen.

Kunstenaars van wie werk op de veiling is verkocht kunnen nu al een verzoek indienen om gegevens van hun geveilde werk in te zien. Volgens Grond heeft een aantal kunstenaars dat al gedaan. Mijn idee om via dit blog kunstenaars hun verzoek te laten bundelen tot een collectief verzoek zou een volgende stap kunnen zijn. Eerst ligt er de vraag hoe de bezwaren tegen en voor openbaarmaking afgewogen moeten worden. Ofwel, zijn de tot nu toe aangevoerde bezwaren tegen openbaarmaking houdbaar en in de geest van de LAMO-leidraad?

Hoe nu verder? Grond zegt het verzoek om openbaarmaking van alle veilingresultaten, inclusief de Rotary-veiling intern te willen bespreken. Vanwege de gevolgen leidt deze route voor de juridische verwikkelingen langs een juridisch adviseur en voor de bestuurlijke verwikkelingen langs cultuurwethouder Henk Beerten.

Foto: Jan van Goyen, Gezicht op de Valkhofburcht in Nijmegen, 1641. Collectie Museum Het Valkhof

Tussenbalans van het debat over Nijmegen en kunstveilingen

Consensus zie ik in de discussie over de Nijmeegse kunstveiling en het cultuurbeleid. Ondanks meningsverschillen die altijd bestaan. Allerlei soorten kunstenaars, niet-kunstenaars, personen werkzaam in de kunstsector en kunst-theoretici kunnen en mogen daarover meepraten. Geen enkele categorie heeft het laatste woord. Dat er voor degenen die er hun brood mee verdienen meer op het spel staat ligt voor de hand. Daarom past begrip dat kunstenaars zich hartstochtelijk en gedreven weren.

Minder is zeker onvoldoende in een politiek klimaat dat voor cultuur minachting toont. En wat uiteindelijk nog moeilijker verteerbaar is, de functie van kunst in onze samenleving niet erkent. Consensus ontstaat niet uit de kunstenaars tegen de rest. De consensus ontstaat door degenen die kunst als een onmisbare vormende en aanscherpende waarde in het leven zien. En de rest die dat weigert te zien of tot wie het besef van dit onderscheid niet eens doordringt. Trouwens een teken dat in het onderwijs nog heel wat te winnen valt.

Consensus bestaat dat een gemeente als Nijmegen de cultuur in de marge heeft gedrongen. Als Utrechter denk ik met weemoed terug aan sociaal-democratische cultuurwethouders als Pot en Van der Linden die nog maar 30 jaar geleden cultuur vanzelfsprekende dekking gaven vanuit het idee van verheffing van de eigen stadsbewoners. En dat gold voor vele steden met allerlei wethouders. Het idee is geenszins versleten, maar telt niet meer. Het type betrokken wethouders is ingewisseld voor managers die de politiek als loopbaan zien.

In Nijmegen komen de ontwikkelingen samen. Geen partij heeft nog een hart voor cultuur. Wethouders zijn inwisselbare procesmanagers die denken in procedures, planning en contracten. Hun ambtenaren opereren binnen kaders die de cultuur niet langer serieus nemen. Zij zien kunstenaars niet als burgers die mede de samenleving vormen. Gevolg van een en ander is dat de cultuur geen politieke steun meer heeft en wegspoelt als een zandkasteel op het strand bij springvloed. Waarbij camera’s geweigerd worden om het te openbaren.

Dat alles was de reden dat ik deze discussie opstartte over de kunstveilingen. Elementen zoals ik die hier schets zijn op dit blog herhaaldelijk in verschillende gedaanten gepasseerd. Aarzelend en zoekend, soms plots met enig inzicht. Mijn gesprek met Paul Klemann afgelopen zondag in de ruimte van zijn Tielse atelier annex galerie was een moment dat me de aanleiding gaf om bovengenoemde elementen te actualiseren.

Welnu, deze posting lijkt een actuele focus te bieden. Daar ben ik blij mee. In de vele reacties vormen die van de kunstminnenden de overgrote meerderheid. Feit dat vele beeldende kunstenaars de moeite nemen om hun gedachten te formuleren is positief en vind ik belangrijk. Maar naast hun betrokkenheid en liefde voor hun vak proef ik ook onzekerheid. Niet eens zozeer over hun eigen beroepspraktijk, maar meer over de talentontwikkeling. Over de afnemende maatschappelijke en politieke status van kunst. Over de collega’s die hun atelier al ontruimd hebben. Kortom, over het vervolg. Hoe gaat het verder met ons allen?

Deze veelheid aan aspecten is de breedte die nodig is. Het gaat over kunst en kunstenaars en over alles dat niet genoemd kan worden. Je kunt van kunstenaars zeggen wat je wilt, maar hartstochtelijk en gedreven zijn ze. Soms schieten woorden tekort waar beelden spreken. Of een zaal vol werk van Jan Schoonhoven dat idee nou tempert of juist aanwakkert. Ongrijpbaarheid is goed en hoeft niet altijd verklaard te worden.

De 19de eeuw is voorbij en de kunstenaar is geen priester meer. Soms kun je dagdromen dat die gedateerde scheidslijnen verkieselijker zijn dan de hedendaagse vaagheid waarachter openbaar bestuur en ambtenarij zich verschuilen. Ze zijn niet tegen te spreken omdat ze hun machtspositie hebben opgebouwd door wegduiken en ontlopen van verantwoordelijkheden. De tijd lijkt aangebroken dat het preciseren en vergroten van tegenstellingen te verkiezen valt boven de nieuwe gelijkheid. Tegen dat laatste is iedereen machteloos.

Foto: Nijmeegse kunstveiling van start, 2011

Nijmegen veilt kunst zonder de kunstenaars erin te kennen

Afgelopen weekend sprak ik een gerenommeerde Nederlandse tekenaar die een goede tien jaar geleden kunstwerken aan de gemeente Nijmegen had verkocht voor 3000 gulden per stuk. Via via hoorde hij dat hetzelfde werk onlangs door Nijmegen voor 100 euro op een kunstveiling is verkocht. Hij wist van niks. Dat bedrag is een koopje en staat in geen verhouding tot de tegenwoordige opbrengst van zijn werk. Van zijn getuige hoorde hij dat de veiling verre van professioneel opgezet was. Dat verklaart de lage opbrengst.

Volgens een brief van het Nijmegse college van 15 februari 2011 gaat het om kunst uit drie deelcollecties dat ontzameld wordt: 1) Aankopen die vanaf 1955 door de gemeente zijn gedaan en die na de verzelfstandiging van de Commanderie van St. Jan niet aan de collectie van Museum het Valkhof zijn toegevoegd; 2) Werken die van 1956 tot 1987 tijdens de Beeldende Kunstenaars Regeling periode (BKR) zijn verworven; 3) Werken die in de periode 1987 tot 2002 op basis van een jaarlijks gemeentelijk budget én met behulp van middelen van de provincie zijn verworven. De werken van de kunstenaar die ik sprak maakten deel uit van de laatste deelcollectie van zo’n 800 werken.

Op 14 september 2011 stelde Maurice Nooijen van Groen Links vragen aan het Nijmeegs college over de internetveilingen. Van de 3200 werken komen er zo’n 2200 onder de hamer. Opzet is om te komen tot een hoogwaardige kerncollectie van zo’n 1000 werken. De gemeente was niet van plan de kunstenaars te benaderen hun werk terug te nemen, maar bood het direct aan. Nooijen: ‘Een rechtstreekse veiling is onzorgvuldig en niet respectvol naar de kunstenaar toe. Wij vinden het belangrijk dat de gemeente altijd de kunstenaars de gelegenheid geeft de werken terug te nemen, zoals ook eerder is afgesproken’.

Henk Beerten is sinds april 2011 de Nijmeegse cultuurwethouder. Hij noemt de veiling van werken uit de gemeentelijke collectie succesvol. Zijn conclusie dat een breed publiek interesse heeft in moderne kunst kan kloppen, maar blijkt toch niet uit de kunstveilingen. Voordelig voor de gemeente is het niet als duur aangekocht werk voor een schijntje weggaat. Daarbij komt dat de marktwaarde van kunstenaars die door de gemeente tegen afspraken in niet worden geïnformeerd door deze uitverkoop onder druk komt te staan.

De getuige kan niet op de veiling door de RotaryClub Rijk van Nijmegen van 18 november duiden. Want de kunstenaar die ik sprak is geen Nijmegenaar. Door de gemeente werden 60 werken voor een goed doel beschikbaar gesteld. Door de Rotary uitgezocht. De opbrengst was € 40.000 en wordt door de organisatoren succesvol gevonden. Het wordt de hoogste tijd dat kunstenaars eens notaris, advocaat of ondernemer gaan spelen, zoals de Rotarians kunstveiling denken te kunnen spelen. Minder succesvol kan het moeilijk worden.

Foto: Kunstveiling op 18 november 2011 te Nijmegen. Credits: SelBach Vormgeving & Fotografie