Cenk Uygur vraagt zich af over er in de VS progressieve (‘liberal’) media bestaan. Dit naar aanleiding van de bejegening in de campagne van de progressieve Democratische kandidaat voor het presidentschap Bernie Sanders. Cenks antwoord is ontkennend. Zelfs de als progressief bekend staande Washington Post is naar zijn idee niet progressief, maar zou in de zak van het bedrijfsleven zitten. Omdat Sanders zegt het bedrijfsleven aan te pakken als hij president wordt, laten de progressieve media Sanders vallen. Republikeinse kandidaten Donald Trump en Ted Cruz worden door die progressieve media minder als bedreiging gezien dan Sanders die aan politieke structuren wil morrelen. Bij de campagne in 2012 was het de Republikeinse outsider en libertariër Ron Paul die gif voor de media was. Evenals Sanders nu had Paul relatief veel steun onder jongeren.
Het is een misverstand dat de gevestigde media links zijn, want ze zijn rechts. Ook in Nederland, waar NRC, Volkskrant en Trouw eerder tegen de zittende macht aanschurken dan die kritisch volgen. Dat is er de laatste jaren nog erger op geworden omdat de redacties ondergeschikt zijn gemaakt aan het nieuwsbedrijf. Ondanks redactiestatuten en plechtige woorden over onafhankelijke journalistiek. Dat laatste bestaat niet echt in een commercieel bedrijf. Ook goedwillende redacties die goede journalistiek willen bedrijven hebben steeds minder te zeggen in hun eigen medium. Nog onlangs kwam dat tot uiting in een botsing tussen de redactie van de NRC en het bedrijf NRC Media die het nieuwsbedrijf commercieel uitbaat over een artikel in een commerciële bijlage over de Krim door Munda de la Marre. De NRC-Ombudsman ontkende trouwens in een commentaar dat er vermenging bestaat van redactie en commercie, maar leek daarbij toch weg te kijken voor de macht van het bedrijfsleven die verder gaat dan de garantie van de journalistieke onafhankelijkheid.