PvdA’ers hinten op coalitie van communautaire partijen (SP, CDA, PvdA). Het proberen waard?

RIJK02_NG-1981-9-26_W

Oud-fractieleider van de SP Jan Marijnissen verkneukelt zich over een opiniestuk van twee PvdA-ers senator Adri Duivesteijn en hoogleraar economie Rick van der Ploeg in NRC: ‘Zij zeggen dat de ontmanteling van de publieke sector negatief uitpakt. Aankomend weekend is het partijcongres van de PvdA, ik ben benieuwd waar dat toe gaat leiden. Als dit idee gemeengoed gaat worden binnen de partij, en de PvdA hun roots weer opzoekt, dan kan een linkse samenwerking weer mogelijk worden.’ Stoken bij de buren of welgemeend?

Naast het pleidooi van beide PvdA’ers om het uitkleden van de publieke sector te keren -te beginnen met het behoud van de vrije artsenkeuze in de Zorgwet- en de publieke instellingen van het middenveld ‘weer werkelijk te verankeren in de samenleving’ is het tekenend welke politieke samenwerking ze daartoe nodig achten ter realisatie. Een proces van elimineren. Weg van het neo-liberalisme en het individualisme. Weg van privatiseringen en het marktdenken. Weg van klantdenken en verzakelijking. Dus weg van het ik-tijdperk waarin het eigenbelang centraal stond. In de late jaren ’90 steunden ze trouwens als trouwe supporters die carriere konden maken de twee Paarse kabinetten Kok die dat proces dat ze nu veroordelen in gang zette.

Ze komen ‘negatief’ uit bij de volgende partijen: ‘Het cynische is dat het juist de communautaire partijen zijn (CDA, PvdA, SP en GroenLinks) die het in deze tijd ontbreekt aan een gemeenschappelijke opvatting hoe onze publieke taken moeten worden uitgevoerd.’ Daaraan zou nog de ChristenUnie en de Partij voor de Dieren toegevoegd kunnen worden. De politiek realiteit is dan een zespartijenkabinet dat nu volgens de actuele peilingen rond de 75 zetels schommelt. Met de SP als grootste partij die voor het eerst de minister-president zou kunnen leveren. De samenwerking van communautaire partijen is logisch en in de Nederlandse politiek nog nooit uitgeprobeerd. Kabinetten met PvdA en CDA komen nog het meest in de buurt. Maar de SP met een andere achterban en politieke stijl maakt het verschil. Gemeenschappelijk (communautair) is het nieuwe Paars.

Maar zoals vaker bij PvdA’ers laten ze zich kennen en overspelen ze hun hand door onnodig te verwijzen naar ‘progressieve partijen met een extra opdracht’. Ze kunnen beseffen dat deze ideologische PvdA-kadertaal de verdeelde CDA zal afstoten. Daarnaast lijken ze wensdenken in te wisselen voor politiek realisme. In de parlementaire geschiedenis heeft Nederland op landelijk niveau nog nooit een meerderheid van linkse (of: progressieve) partijen gehad en zal die naar verwachting de komende tijd ook niet krijgen. Dus hoe echt ze het bedoelen en op wie hun betoog is gericht is de vraag. Voor nu op de PvdA, of voor straks op SP en CDA? Waarschijnlijk het eerste, zo vlak voor het PvdA-congres. En dat maakt hun betoog gelijk een stuk minder interessant. Want durven Duivesteijn en Van der Ploeg wel echt te dromen over een samenwerking met de SP?

Foto: ‘Den Uyl sprak werknemer Van Gelder’ in de Verkiezingsstrijd ’81 van fotograaf Paul Babeliowsky, 1981.

Schrappen verbod godslastering doorbreekt onderdrukking door confessionele politiek

Update 3 december 2013: De Eerste Kamer heeft vandaag met ruime meerderheid besloten om het al jaren omstreden wetsartikel over de smalende godslastering te schrappen. Tegelijk nam de kamer een motie aan om te onderzoeken of gelovigen beschermd kunnen worden zonder dat de meningsuiting wordt aangetast. 

‘Schrappen verbod op godslastering is een pijnlijk verlies van een morele ankerplaats en een symptoom van een geestelijke crisis.‘ zegt Kees van der Staaij in een tweet. Da’s treffend gezegd door de politiek leider van de SGP. Hij spreekt zijn sympathisanten moed in en bindt ze aan de partij. Maar het echte pijnlijke verlies is dat de confessionele politiek aan macht heeft ingeboet en bij de afgelopen verkiezingen de neergaande lijn voortzette. Het schrappen van het verbod op de godslastering is daarvan een symptoom. Wachten is op voorstellen over abortus, euthanasie en gewetensbezwaarde ambtenaren. Waarna Van der Staaij zal verwijzen naar een pijnlijk verlies, een morele ankerplaats en een geestelijke crisis. Wat kan-ie anders zeggen?

Jan de Wit (SP) en Gerard Schouw (D66) dienen het voorstel in om het verbod op de godslastering te schrappen omdat het niet in het strafrecht thuishoort. ‘Het is iets voor de liefhebber die erin gelooftzegt De Wit. Ze rekenen op een meerderheid. Er is hoop dat de VVD die om machtspolitieke redenen nooit zijn tegenstem liet horen zich aansluit bij het voorstel. Maar zelfs zonder VVD is er nu een kamermeerderheid van 88 zetels.

Dat de godslastering nu pas geschrapt gaat worden verklaart dat vrijzinnige partijen in het verleden miserabel hebben geopereerd. Ook toen hadden ze een meerderheid in de Tweede Kamer. Dirk Verhofstadt vatte dat mechanisme ooit als volgt samen: ‘In de praktijk betekent dit immers dat mensen (vooral mannen) binnen minderheidsgroepen hun medemensen (vooral vrouwen) kunnen onderdrukken, waarbij ze zich steevast beroepen op de vrijheid van godsdienst. Deze politiek heeft in het verleden bewezen dat ze niet deugt’. 

Hoewel historisch anders gemotiveerd gaat het Nederlandse voorstel lijnrecht in tegen supranationale initiatieven voor een verbod op godslastering of het verbod om religieuze personen te beledigen waaraan de EU deelneemt. Op 19 september stelde de VVD Klaas Dijkhoff kamervragen naar aanleiding van een bericht in de Egypt Independent. Ook in september 2012 vertegenwoordigde de voorzitter van het EU-parlement Martin Schulz de Europese waarden slecht in zijn reactie op de film ‘Innocence of Muslims‘ toen hij met bezoekende vertegenwoordigers uit de Golfstaten meepraatte in zijn veroordeling van de film: ‘Ik veroordeel niet alleen de inhoud, maar ook de verspreiders van zo’n film, die enorm vernederend is voor veel mensen over de hele wereld.’ De vrijzinnige Nederlandse politiek moet maar eens beslissen waar het in meerderheid voor staat.

Foto: Johan Braakensiek, Minister Donner op het Oorlogspad, 1931. In: De Tribune.

Bruggen slaan met Rutte II

‘Bruggen slaan’, da’s het motto van het kabinet Rutte II. Fracties van VVD en PvdA hebben ingestemd met het regeerakkoord. Beide partijen hebben snel gehandeld. De wil was aanwezig. Voor die aanpak krijgen ze veel waardering. Voor en tegen elkaar houden ze vol dat het akkoord ‘evenwichtig’ is. Het wordt om 16.00 uur gepresenteerd. Maar nu de inhoud nog. Een muur van lastenverzwaringen komt op de burger af. We moeten wennen aan nieuwe en oude gezichten in nieuwe pakken. Of een enkele jurk. Minister van Infrastructuur en Milieu Schultz van Haegen neemt een sleutelpositie in. Ze kan bruggen gaan bouwen. Gaan slaan zoals het in de nieuwspraak heet. Een oerhollands beeld van handen uit de mouwen, arbeid en techniek. Zou het lukken?

Foto 1: Mackinac Bridge, Michigan VS.

Foto 2: Albert Hahn, omslag De Notenkraker, 1911. Minister Syb Talma (ARP) was in het kabinet Heemskerk een van de grondleggers van de sociale zekerheid. 

GroenLinks mist opdracht voor groene partij van de toekomst

Er gaat onder voorzitterschap van burgemeester Eduard van Zuijlen van het Groningse Menterwolden tot uiterlijk april 2013 een interim-bestuur aan de slag bij GroenLinks. Het interim-bestuur bereidt het partijcongres voor. Dus een doorstart. Maar heeft GroenLinks niet elke geloofwaardigheid en bestaansrecht verloren? Onbegrijpelijk is waarom in de opdracht aan het interim-bestuur opheffing niet genoemd wordt.

Was het gebrek aan professionaliteit bij de leiding maar de enige oorzaak voor de afgang van GroenLinks geweest. In de publiciteit zijn allerlei problemen naar voren gekomen: de praat- en vergadercultuur, de partijbaronnen, de verdeeldheid tussen vrijzinnig-liberalen en de rest van de partij, het gebrek aan aandacht voor milieu en duurzaamheid. In ieder geval resteert er een flets profiel. Ook de slechte peilingen waren niet de oorzaak. De verleiding om de fout niet in eigen gelederen te zoeken leidt nu tot een leven na de dood.

Gepast om te constateren dat GroenLinks landelijk nooit aan de verwachtingen heeft voldaan. Ook onder Rosenmöller werden niet meer dan 11 zetels behaald. Altijd werd er gehoopt op meer met vergezichten over een linkse meerderheid die nooit in de parlementaire geschiedenis van Nederland is gerealiseerd. Zelfs in 1973-1977 onder Joop den Uyl niet. Die vlucht in visioenen en vergezichten zegt dat GroenLinks los staat van de politieke werkelijkheid. Dat relativeert het gebrek aan leiding van nu. Dat zoekt de oorzaak dieper.

Een vlucht in visioenen en vergezichten had positief aangewend kunnen worden als het een pleidooi voor de inhoud was geworden. Maar de vlucht bleef steken in machtspolitiek. Als Jolande Sap iets te verwijten valt is het dat ze niet de groene inhoud liet spreken. Extra meelijwekkend was dat ze op een linkse meerderheid hintte. Sap was de enige politicus in de campagne die serieus een verkeerd vergezicht als uitgangspunt nam.

De documentaire Power to the People van VPRO’s Tegenlicht schetst onbedoeld toekomstige overbodigheid en gemiste kansen van GroenLinks. Dat gaat over kleinschaligheid, zelfvoorzienende energie en zelfredzaamheid van burgers. Het tekent de contouren van de duurzame samenleving van de toekomst. Weg van de grote verbanden en bedrijven, op weg naar baas in eigen huis. Daaruit volgt gemeenschapszin en sociale gelijkheid.

Als GroenLinks visie had gehad, dan had het in de campagne maatschappelijke trendsetters gemobiliseerd om te hinten naar dat toekomstbeeld en het losjes in haar programma gevoegd. Dan had het zich onderscheidend gemaakt. Dat gemis maakt nu de weg vrij voor een groene partij van de toekomst. Die verder kijkt dan het Binnenhof en ministersposten. Een partij met een belast verleden als GroenLinks staat dat ideaal in de weg.

Foto: Pavel Constantin, Greenwashing, 2011

GroenLinks als tweederangs partij kan beter ophouden te bestaan

De pers meet het breed uit: De chaos in GroenLinks is compleet. Na partijleider Jolande Sap en het voltallige partijbestuur stapt nu ook voorzitter van de evaluatiecommissie Andrée van Es op. In een verklaring laat de partij weten dat Van Es zich terugtrekt omdat de suggestie dat ze als voorwaarde voor het voorzitterschap zou hebben gesteld dat Sap moest aftreden aan publiciteit wint. De partij ontkent dit, maar geeft toe dat Van Es na het aanvaarden van het voorzitterschap aan zowel Sap als partijvoorzitter Heleen Weening liet weten dat ze zouden moeten opstappen. Van Es wil de evaluatiecommissie niet in opspraak brengen en trekt zich terug.

GroenLinks is geen partij zonder ideeën. Het heeft er misschien eerder te veel. Leden geven hun evaluatie over de verkiezingsnederlaag in de discussie van het wetenschappelijk bureau de Helling. Die van Frank Hemmes is interessant. Het verscheen eerder op Vrij-Zinnig. Hemmes verwijt het GroenLinks van de afgelopen jaren hoogmoed. Hij toont naar mijn idee overtuigend de overbodigheid van de partij op de electorale markt aan. Het heeft niets unieks dat andere partijen niet bieden. D66, PvdD, PvdA en SP doen dat veel beter.

Over het ontbreken van het eigen gedachtengoed: ‘Het voornaamste probleem is dat GroenLinks niet uit lijkt te stijgen boven een incoherente verzameling standpunten die bij elkaar gehouden moeten worden door een links-liberaal groen vernis. Er is als het ware geen ideologische kern, zoals het liberalisme of de sociaaldemocratie dat is, van waaruit de standpunten uitgelegd kunnen worden en waaraan een vast electoraat zich kan binden.‘ En: ‘In plaats van een solide kern zijn er meerdere facetten die allemaal een andere kiezersgroep aanspreken. Er is een groen facet, een vrijzinnig-liberaal facet en een sociale kant.’

Over het ontbreken van politieke traditie: ‘Maar de echte hoogmoed van GroenLinks zat hem in de manier waarop de partij haar boodschap de afgelopen jaren uitdroeg. Het constante verkondigen dat het progressieve of radicale midden het alfa en omega van de nieuwe politiek in de 21e eeuw was, en dat begrippen als socialistisch, liberaal, links of rechts verouderd waren en hadden afgedaan. Als er iets is dat door de huidige verkiezingen, waarin links en rechts duidelijk de spil vormden, is gelogenstraft, dan is het dat waanidee wel. De arrogantie en pedanterie van wat in feite een tweederangs partij is om met onverholen minachting te beweren dat links en rechts achterhaalde begrippen zijn, terwijl voor veel kiezers deze tweedeling nog springlevend is, heeft GroenLinks nu de marge ingeduwd.

Over de toekomst: ‘Wil GroenLinks haar bestaansrecht behouden en meer zijn dan een marginale partij, dan zal het een eigen, unieke, herkenbare en vooral samenhangende ideologie of verhaal moeten ontwikkelen. Doet het dat niet, dan kan elke kiezer inmiddels bij een andere partij op zoek naar ideeën en macht.’

Hemmes neemt geen ruimte om de ontstaansgeschiedenis te schetsen. De fusie in 1990 van de vier uiteenlopende partijen CPN, PSP, PPR en EVP was een valse start die nooit goedgemaakt is. Nooit werd het een geheel. Als stemmer op de PSP heb ik nooit de overstap naar GroenLinks kunnen maken dat twee religieuze partijen (PPR en EVP) en de crypto-religieuze CPN omvatte. Dat getuigende en zalvende is vanaf het begin in GroenLinks gaan zitten. Onder Ina Brouwer of Paul Rosenmöller meer dan onder Femke Halsema. Dit komt niet precies overeen met de verklaring van Frank Hemmes over hoogmoed, maar geeft wel raakvlakken aan.

De remedie voor de toekomst lijkt duidelijk. GroenLinks kan ophouden te bestaan en zich opsplitsten. Een socialistisch-pacifistische kern heeft als zelfstandige partij bestaansrecht door een onderscheidende ideologie en kan zich vernieuwen door het gedachtengoed dat in de hackersgemeenschap leeft. De rest kan opgaan in bestaande partijen. Een liberaal-vrijzinnige kern in D66, een duurzame kern in de PvdD, de religieuze kernen in de ChristenUnie, en een socialistische kern in de PvdA. Een partij is ondergeschikt aan het gedachtengoed.

Foto: Affiche GroenLinks, lijst zes (PPR, PSP, CPN, EVP), 1989

Job Cohen relativeert, maar hoopt op progressieve volkspartij

In een NRC-interview van Marc Chavannes kijkt Job Cohen terug op zijn leiderschap van de PvdA. Naar eigen zeggen mislukte hij omdat-ie onvoorbereid was. Over Wouter Bos zegt Cohen: ‘Die had me laten weten dat er een moment zou komen waarop hij wilde stoppen als partijleider. Hij dacht dat ik degene was die het moest overnemen. Als je kijkt hoe het gelopen is kan je je afvragen waarom hij dat dacht.’ Sommigen dachten dat al vanaf het moment dat Cohen het van Bos overnam. Twijfels over Cohen werden ook hier herhaaldelijk geuit.

Job Cohen gebruikt het interview om afstand te nemen van de Haagse politiek en een staatsman-achtige pose aan te nemen. Als politicus die het allemaal gezien heeft en nu probeert boven de partijen uit te stijgen. Eindelijk vrij om te spreken. Terwijl Cohen als partijleider vooral PvdA-er was, neemt-ie daar nu afstand van: ‘Als je er middenin zit dan zie je de verschillen tussen cultuur en opvattingen van de partijen; van de SP, van de Partij van de Arbeid, van GroenLinks, van de Partij voor de Dieren; die zie je allemaal haarscherp. Sta je er wat verder vanaf, dan denk je, jongens, wat moeten we in hemelsnaam met al die partijen?’ 

Cohen ziet een fusie op links voor zich: ‘Nu ik op meer afstand sta, denk ik: waarom kan dat niet gewoon in één club? Niet nu, maar in de komende jaren zou je met een grote progressieve volkspartij zoveel sterker staan’. Cohen ziet dus de SP en de PvdA als progressieve partijen. De afgelopen week noemde de VVD’er Halbe Zijlstra D66 zijn favoriete partner. En D66 ziet zichzelf als kern van de vrijzinnige politiek die door kan groeien naar tientallen zetels. Als een Vrijzinnig Democratische Bond die de Doorbraak juist terugdraait.

Toch heeft Cohen gelijk dat herschikking van partijen nodig is. Het is alleen de vraag of dat volgens de lijnen moet die hij schetst. Recent waren er talloze centrum-linkse pogingen om de partijpolitieke verstarring te doorbreken. In december 2010 was er het initiatief van een fusie tussen D66 en GroenLinks. In september 2011 ‘Leden van zes PvdA-afdelingen starten een traject om de Nederlandse progressieve beweging van nieuwe ideeën en energie te voorzien‘. In december 2011 was er het initiatief van een vrijzinnige beweging tussen leden van D66, GroenLinks en PvdA. En Tofik Dibi sprak in mei 2012 over een progressieve bundeling.

Een herschikking kan ook bestaan uit  een vrijzinnig blok (D66, Piraten, delen GroenLinks, PvdA en VVD), een links-conservatief blok (SP, delen PvdA, PvdD en GroenLinks), een liberaal blok (delen VVD, Brinkman, 50Plus), een religieus blok (deel CDA, CU en SGP) en een conservatief blok (PVV, delen VVD en CDA). De herschikking die Cohen voor ogen staat is dus niet de enige mogelijkheid. Daarom zal niet snel gebeuren wat-ie voorziet.

Foto: Partijen

Dibi streeft bijdetijds naar nieuwe progressieve partij

Tofik Dibi kijkt over partijgrenzen heen. Juist nu hij bij GroenLinks als kandidaat-lijsttrekker partijleider Jolande Sap uitdaagt. Tegen Nu.nl zegt Dibi: ‘Als de progressieve partijen zo versplinterd blijven, zullen ze nooit een meerderheid halen om Nederland socialer te maken.’ Een vreemde uitspraak omdat de geschiedenis leert dat als progressieve partijen zich verenigen ze nog geen meerderheid halen. Daarbij komt dat PvdA en SP hebben gezegd voor links van het midden te kiezen, en niet voor progressief. Overigens een vaag begrip. Een progressieve meerderheid is op dit moment nog minder haalbaar dan vroeger toen het evenmin haalbaar was.

Toch zijn Dibi’s denkbeelden interessant. Oprichting van een partij tussen GroenLinks, D66 en mogelijk de Partij voor de Dieren kan vrijzinnige politiek focus en ambitie geven. Het is 66 jaar geleden dat de Vrijzinnig Democratische Bond opging in de PvdA die mislukte als Doorbraak. Maar eenzame voetsoldaten in PvdA, VVD, GroenLinks en D66 hebben nog steeds de doorbraakgedachte in hun ransel. Wanneer durven deze individuen de stap te zetten om tegen hun partijkaders in samen af te koersen op een progressief-liberale partij?

Recent zijn op centrum-links pogingen ondernomen om de verstarring te doorbreken. Omdat individuele leden van GroenLinks, D66 en PvdA teleurgesteld waren in hun eigen partij zochten ze in wisselende combinaties samenwerking over partijgrenzen heen. In december 2010 was er het initiatief van een fusie tussen D66 en GroenLinks. In september 2011 ‘Leden van zes PvdA-afdelingen starten een traject om de Nederlandse progressieve beweging van nieuwe ideeën en energie te voorzien‘. In december 2011 was er het initiatief van een vrijzinnige beweging tussen leden van D66, GroenLinks en PvdA. Alles zonder resultaat.

Foto: Verkiezingsaffiche van de Vrijzinnig Democratische Bond, 1918

Pim Fortuyn 10 jaar later. Wat heeft het opgeleverd?

UPDATE 6 mei: Tien jaar geleden werd Pim Fortuyn vermoord. Nederland was in schok en is nog niet bekomen van de schrik. Nabeschouwingen schetsen het belang van Fortuyn. Als bij een verloren voetbalwedstrijd. 

Het is 1997. Marcel van Dam en Pim Fortuyn gaan in het VARA-programma Het Lagerhuis in debat over de islamisering van Nederland. Fortuyn zit nog niet in de politiek en heeft een boekje ‘Tegen de islamisering van onze cultuur‘ geschreven. Van Dam doet de volgende uitspraak tegen Fortuyn: U bent een buitengewoon minderwaardig mens. Weet u dat? Door deze emotionele uitbarsting verliest Van Dam het debat.

Daarna ontkent Van Dam dit gezegd te hebben en worden door de VARA beelden jarenlang niet vrijgegeven. In terugblikken moet Van Dam alsnog door het stof. Het voedt de mythe van de linkse kerk. De uitspraak wint aan belang wanneer Fortuyn in 2001 de politiek ingaat. Eerst voor Leefbaar Nederland en daarna voor de LPF. De uitspraak ondersteunt de claim van Pim Fortuyn dat-ie gedemoniseerd wordt door de gevestigde politiek.

Vandaag is het 10 jaar geleden dat het debat na afloop van de gemeenteraadsverkiezingen van 6 maart 2002 werd uitgezonden. Op 7 maart kort na middernacht. Paarse regenten Ad Melkert (PvdA) en Hans Dijkstal (VVD) begrijpen Fortuyn niet, hebben geen antwoord op hem en vergooien hun politieke toekomst. Balkenende opereert handiger en wordt minister-president. De landelijke verkiezingen van 15 mei 2002 komen eraan.

In de media wordt 10 jaar later terugblikt op het debat tussen een vrolijke Fortuyn die voor het eerst aan de tafel van de macht mag plaatsnemen met een zure, wrokkige Melkert en een geïrriteerde Dijkstal. Ik herinner me goed het met stijgende verbazing te hebben bekeken in de wetenschap dat hier iets historisch gebeurde. Toch had ik vaak op Hans van Mierlo (D66) gestemd en was fan van Paars. Maar de claim op het pluche van deze leiders oogde potsierlijk omdat ze hun eigen tijd niet begrepen en hun eigen rol overschatten.

Wat is de oogst van Fortuyn? Da’s een kwestie van perspectief. Sommigen zeggen dat-ie de weg voor Geert Wilders heeft gebaand. Om Wilders te demoniseren wordt Fortuyn met terugwerkende kracht opgehemeld. Politieke omgangsvormen zijn door Fortuyn losser geworden, maar het politieke systeem is nog even gesloten als 10 jaar geleden. Functies in het openbaar bestuur gaan nog steeds door de trechter van de partijpolitiek. Nog slechts 2% van de bevolking is partijlid en 98% mag niet op eigen kracht meedoen. Erg minderwaardig.

Crisis binnen GroenLinks biedt zicht op vernieuwing

Er is gedonder binnen GroenLinks. Volgens een bericht in de NRC kunnen vier van de tien kamerleden zich niet vinden in de koers van fractievoorzitter Jolande Sap. Het komt erop neer dat Sap niet voor individuele vrijheid kiest zoals Femke Halsema deed, maar voor linkse samenwerking met SP en in mindere mate de PvdA. Sap volgde Halsema in december 2010 op. GroenLinks scoort slecht in de peilingen en de missie in Kunduz werkt als een splijtzwam. Overigens een erfenis van Halsema. Dat zorgt voor onzekerheid binnen de fractie.

Fractievoorzitters moeten rijpen. Van Emile Roemer bleek al na 2 maanden dat-ie het in zich had, bij Job Cohen is dat na 2 jaar nog steeds niet aangetoond. Jolande Sap is een twijfelgeval. Na 14 maanden heeft ze nog niet bewezen een leider te zijn, maar evenmin valt ze zo door de mand als Cohen. Haar uitleg met de stekkerdoos tijdens de Algemene Beschouwingen 2011 was tenenkrommend. De econome Sap zou zich tijdens de huidige crisis beter kunnen profileren als economisch expert. Met als complicatie dat ze dan financieel-economisch woordvoerder Bruno Braakhuis opzij moet zetten die een van de vier opposanten is.

Het gaat om een richtingenstrijd. Kiest GroenLinks voor oud-links en haakt het aan bij SP en PvdA of zet het de links-liberale koers van Halsema voort en stelt het zich vergelijkbaar op als D66? Ofwel, het gaat om een afweging tussen de gevestigde belangen van de verzorgingsstaat tegenover hervormingen voor de toekomst. Omdat komende bezuinigingen alleen te halen zijn met hervormingen lijkt de optie oud-links achterhaald.

Recent zijn op centrum-links pogingen ondernomen om de partijpolitieke verstarring te doorbreken. Omdat ze teleurgesteld zijn in hun eigen partij zoeken individuele leden van GroenLinks, D66 en PvdA in wisselende combinaties samenwerking over partijgrenzen heen. In december 2010 was er het initiatief van een fusie tussen D66 en GroenLinks. In september 2011 ‘Leden van zes PvdA-afdelingen starten een traject om de Nederlandse progressieve beweging van nieuwe ideeën en energie te voorzien‘. In december 2011 was er het initiatief van een vrijzinnige beweging tussen leden van D66, GroenLinks en PvdA. Tot nu toe tevergeefs.

Kan de huidige crisis in GroenLinks helpen bij nieuwe partijvorming? Als de stemming tussen de kamerleden van GroenLinks representatief is voor de richting dan is 40% bereid om te hervormen met anderen. Om samen te gaan met kritische VVD’ers (type Voorhoeve), liefdevolle PvdA’ers (type Terstall) en vrijzinnige D66’ers (type Van der Ham). Voor zo’n seculier-vrijzinnige hervormingspartij moeten tien zetels te halen zijn. Een wetmatigheid is dat partijen alleen bewegen als het slecht gaat. Het wachten is op een crisis binnen D66.

Foto: Jolande Sap probeert tijdens een debat in de Tweede Kamer met een stekker en stekkerdoos Geert Wilders iets te vertellen, 2011. Credits: ANP

Job Cohen: Dat moet en dat kan anders. Maar hoe dan?

Op het PvdA-congres heeft Job Cohen premier Rutte opgeroepen af te treden: Tegen Mark Rutte zeg ik: als onder jouw verantwoordelijkheid dagelijks ruim 200 mensen werkloos worden, dan wordt het tijd dat je zelf ontslag neemt. Volgens Cohen biedt de PvdA een alternatief: Wij willen strijden voor een samenleving waarin zoveel mogelijk mensen mee kunnen doen en waarin we tegenstellingen overbruggen. Want onzekerheid bestrijden we met verbondenheid, met de zekerheid dat je er niet alleen voor staat als je pech hebt.

Sinds de geforceerde breuk over Afghanistan gaat het niet goed met de PvdA. Niet in de peilingen, niet in de partij, niet in de kamer, niet in het programma en niet met de partijleider. In een NRC-onderzoek dat een vergelijking maakt met de SP, zeggen deze laatsten dat met de PvdA eigenlijk geen zaken te doen valt omdat de partij onzeker is. Als partijleider verkiest het PvdA-kader Lodewijk Asscher boven Cohen. Partijvoorzitter Ploumen is vervroegd opgestapt, vanaf de basis klinkt de roep om vernieuwing of verbreding.

In de Kerdijk-lezing van 18 november 2011 kondigde Cohen een koerswijziging naar links aan. Een echo van Ed Milibands afscheid van het neoliberalisme op het Labour congres van september 2011. Cohen probeert het onverzoenlijke te verzoenen als-ie zegt: ‘de staat moet zodanig te werk gaan, dat mensen worden aangemoedigd om hun verantwoordelijkheid te nemen’. Hij combineert individualisme (verantwoordelijkheid nemen) met paternalisme (de staat gaat te werk). Het valt nauwelijks in te zien hoe dat in de praktijk moet werken. VVD en SP hebben het makkelijker omdat ze respectievelijk voor individualisme of de staat kiezen.

De sociaal-democratie mag trots zijn op wat bereikt is voor zoveel mensen, zegt Job Cohen. Daarin heeft-ie gelijk. Maar da’s een verdienste uit het verleden die een valkuil is geworden. Een andere valkuil is de pretentie van brede volkspartij. Het wil allerlei doelgroepen erbij houden. Daarbij hebben VVD en SP het makkelijker als ze kiezen voor respectievelijk het vrije initiatief of de verzorgingsstaat. Ook hier twijfelt de PvdA.

De neergang van de PvdA valt niet uitsluitend te wijten aan Cohen. Hij heeft alleen de vernieuwing niet op de rails weten te zetten. Die in de marges van de partij wordt voorbereid, zoals bij de Wiardi Beckman Stichting. Onder Cohen is de anderhalf jaar in de oppositie slecht benut. Het heeft weinig zin voor de PvdA om een SP light-versie te worden. De PvdA heeft de strategische fout gemaakt een grote socialistische partij op links te laten ontstaan. Daar helpt geen wending naar links of verkiezing van Hans Spekman tot voorzitter meer aan.

Wat te doen? Daarop bestaat geen duidelijk antwoord, anders had het PvdA-kader dat zelf gevonden en naar buiten gebracht. De PvdA staat aan het einde van haar houdbaarheid in huidige vorm. Het moet faliekant veranderen om hetzelfde te blijven. Partijvernieuwing en herschikking met anderen is het antwoord. Het meest logisch is het loslaten van de pretentie van volkspartij en een splitsing in een SP- en een GroenLinks-versie van de partij. Het bestaan van de PvdA is ondergeschikt aan het voortbestaan van de sociaal-democratie.

Foto: GVB actie tegen bezuinigingen. Emile Roemer (SP) en Job Cohen (PvdA), 2011. Credits: Jos van Zetten