Aanpak van eerwraak en vrouwenonderdrukking; hoe lang nog?

Keklik

Kamerlid Keklik Yucel (of Yücel) van de PvdA vertegenwoordigt binnen links een nieuwe manier van denken over de islam.  Een verademing na het oudlinks van Hedy D’Ancona die volgens een voormalig JS-voorzitter alles goedpraatte als het om de islam ging. Yucel ziet dat de islam in bepaalde gevallen functioneert als een gevangenis voor meisjes en vrouwen. Een schande dat een monsterverbond van linkse en christelijke politiek dit onrecht zou lang heeft laten voortbestaan. De politiek moet eindelijk eens krachtig stelling durven nemen.

Opnieuw toont de politiek verontwaardiging over eerwraak en andere vormen van vrouwenonderdrukking. Deze keer naar aanleiding van de moord van de moeder op een dochter in IJsselstein. Aangejaagd door kamervragen door de PVV aan staatssecretaris Fred Teeven en minister Lodewijk Asscher waarin niet vrouwenrechten centraal staan, maar massa-immigratie uit islamitische landen, denaturalisatie en uitzetting.

De PvdA en VVD zeggen zich geschokt te tonen. Eerwraak moet hard aangepakt worden. VVD-er Malik Azmani zegt dat voor dit soort middeleeuwse praktijken in ons land geen plaats mag zijn. Echt? Dat eerwraak in Nederland voorkomt en sommige molimvrouwen thuis worden opgesloten is toch al jaren bekend? Nog maar vier maanden geleden verscheen het rapport ‘Leven in gedwongen isolement’ van het Verwey-Jonker Instituut met de uitkomst dat er in Amsterdam 200 tot 300 vrouwen in gedwongen isolement leven.

Toch is er een omslag in het denken over dit onderwerp. Het verschil is dat er niemand meer is te vinden die een goed woordje wil doen voor een godsdienst die vrouwen onderdrukt. Electoraal is dat niet langer profijtelijk. Mede door de achteruitgang van de oudlinkse en christelijke politiek. Diegenen die dat ooit goedpraatten zijn tot het besef gekomen dat ze nog dommer zijn dan de onderdrukkers. De verandering ten goede gaat langzaam, ergerniswekkend langzaam, maar moet toch maar als een positief signaal opgepakt worden. Kamerleden als Keklik Yucel die zich inzetten voor vrouwenrechten moeten wel druk blijven zetten.

Foto: Schermafbeelding van een tweet van PvdA-kamerlid Keklik Yucel

Dibi streeft bijdetijds naar nieuwe progressieve partij

Tofik Dibi kijkt over partijgrenzen heen. Juist nu hij bij GroenLinks als kandidaat-lijsttrekker partijleider Jolande Sap uitdaagt. Tegen Nu.nl zegt Dibi: ‘Als de progressieve partijen zo versplinterd blijven, zullen ze nooit een meerderheid halen om Nederland socialer te maken.’ Een vreemde uitspraak omdat de geschiedenis leert dat als progressieve partijen zich verenigen ze nog geen meerderheid halen. Daarbij komt dat PvdA en SP hebben gezegd voor links van het midden te kiezen, en niet voor progressief. Overigens een vaag begrip. Een progressieve meerderheid is op dit moment nog minder haalbaar dan vroeger toen het evenmin haalbaar was.

Toch zijn Dibi’s denkbeelden interessant. Oprichting van een partij tussen GroenLinks, D66 en mogelijk de Partij voor de Dieren kan vrijzinnige politiek focus en ambitie geven. Het is 66 jaar geleden dat de Vrijzinnig Democratische Bond opging in de PvdA die mislukte als Doorbraak. Maar eenzame voetsoldaten in PvdA, VVD, GroenLinks en D66 hebben nog steeds de doorbraakgedachte in hun ransel. Wanneer durven deze individuen de stap te zetten om tegen hun partijkaders in samen af te koersen op een progressief-liberale partij?

Recent zijn op centrum-links pogingen ondernomen om de verstarring te doorbreken. Omdat individuele leden van GroenLinks, D66 en PvdA teleurgesteld waren in hun eigen partij zochten ze in wisselende combinaties samenwerking over partijgrenzen heen. In december 2010 was er het initiatief van een fusie tussen D66 en GroenLinks. In september 2011 ‘Leden van zes PvdA-afdelingen starten een traject om de Nederlandse progressieve beweging van nieuwe ideeën en energie te voorzien‘. In december 2011 was er het initiatief van een vrijzinnige beweging tussen leden van D66, GroenLinks en PvdA. Alles zonder resultaat.

Foto: Verkiezingsaffiche van de Vrijzinnig Democratische Bond, 1918

Burkaverbod helpt vrouwen voor zichzelf op te komen

Het kabinet stemt in met een burkaverbod ondanks een advies van de Raad van State dat oordeelt dat het in strijd met de vrijheid van godsdienst is. Het kabinet legt dit advies naast zich neer. Straks staat er op het in het openbaar dragen van een burka of gezichtssluier een boete van maximaal 380 euro. Volgens vicepremier Verhagen is het verbod tegen gezichtsbedekkende kleding bedoeld omdat het de open communicatie hindert.

In de reacties tekent zich een tweedeling af. Wilders vindt het geweldig nieuws, maar verder lijkt niemand er warm voor te lopen. Geledingen van de linkse en religieuze politiek zijn minder enthousiast. Zoals Tofik Dibi (GroenLinks) en Arie Slob (ChristenUnie). Dit monsterverbond tussen oudlinks en christenen blokkeert telkens de vrijzinnige politiek. Elke keer als het wil scoren komt de bevoorrechte positie van religie om de hoek kijken. Ondanks het feit dat het burkaverbod op het tegendeel lijkt te wijzen. Maar het is symboolpolitiek.

In oktober 2010 ergerde toenmalig JS-voorzitter Jelle Menges zich aan oudlinksVooral die types als Hedy d’Ancona. Vroeger hardcore feministen. Ze verbrandde bh’s, vond het huwelijk een vorm van onderdrukking en provoceerde meer dan Ayaan Hirsi Ali ooit deed. Alles voor de vrouwenrechten. Dat wil zeggen: toen. Nu zien deze feministen de burka bijvoorbeeld ineens als een vorm van voor jezelf opkomen. Ze praten alles goed, als het om de islam gaat. Provoceren is uit den boze. Veel PvdA’ers zagen allochtonen als troetelkinderen, die je moest aaien en paaien. Ze zagen de nieuwkomers niet als volwaardige mensen. 

Foto: Vrouwen in burka

PvdA-voorzitter Ploumen stapt vervroegd op

Partijvoorzitter Lilianne Ploumen stapt per 1 januari 2012 vervroegd op. Haar termijn liep nog tot 2014, maar als reden geeft ze op de PvdA-site dat anders haar verkiezing zou samenvallen met campagnes voor gemeenteraadsverkiezingen en voor de verkiezing van het Europees parlement. En bij de PvdA is de partijvoorzitter daarvoor verantwoordelijk.

Natuurlijk is er wat anders aan de hand. De PvdA doet het slecht in de peilingen, verliest bijna de helft van haar aantal zetels en is bij Peil.nl van De Hond virtueel nog maar de vijfde partij van Nederland. Na VVD, PVV, SP en D66. En Job Cohen is ongeschikt als partijleider. Hij weet niet te inspireren en geniet samen met Geert Wilders de minste populariteit. Da’s dodelijke voor de leider van een partij met de pretentie van brede volkspartij. De paradox is dat Cohen met zijn middenkoers toch de kiezers in het centrum niet aanspreekt.

De echte reden dat Ploumen opstapt lijkt dat ze de vernieuwing van de partij niet op gang heeft kunnen helpen. Want niet alleen heeft de PvdA een flets profiel en een fletse leider, afkalvende electorale steun, verlies aan intellectueel prestige maar het ergste is dat de PvdA niet durft te investeren in de eigen toekomst. Het jaar in de luwte is verlummeld en niet benut voor bezinning en vernieuwing. Zoals de CDA dat in 1994 wel deed met het Rapport-Gardeniers.

Als klap op de vuurpijl kwamen vorige week zes PvdA-afdelingen met een roep om vernieuwing naar buiten. Maar hun omzichtig optreden was eerder een ondersteuning dan een overbrugging van de verdeeldheid die binnen de PvdA heerst. Want ze wilden tegelijk moderniseren en Job Cohen niet aanspreken. Ofwel, ook welwillende critici die willen veranderen komen niet om de macht en de logheid van het partijapparaat heen. Zo smoort elk initiatief in de patstelling tussen realisten, fundamentalisten en opportunisten.

Een reaguurder raakt de kern van Ploumens mislukte missie: Je wilde een partij bij elkaar houden die in zichzelf verscheurd is. Die niet weet te kiezen tussen Joop den Uyl en Wim Kok. Ploumen beweert: Wouter en Job zijn authentieke, gedreven sociaaldemocraten die niet misstaan in het rijtje Willem Drees, Joop den Uyl en Wim Kok. Zo kun je zonder kiezen alles aan alles koppelen. Maar de periode van dit soort relativisme is voorbij. De tijd voor opruimen en afrekenen lijkt aangebroken. Liliane Ploumen heeft het sein gegeven.

Foto: Lilianne Ploumen en Job Cohen op het PvdA-congres in Nijmegen, 25 april 2010

Job Cohen krijgt ‘moderne’ protestbeweging die hij verdient

Het is alles progressief, links, vernieuwing, modernisering en modern wat de klok slaat bij de Linkse Vernieuwing. Alsof het inwisselbare termen zijn. U raadt het al, hier is een protestbeweging van onderop uit de PvdA aan het woord. De inzet is alsvolgt: Leden van zes PvdA-afdelingen starten een traject om de Nederlandse progressieve beweging van nieuwe ideeën en energie te voorzien. Zeg maar een eeuwig draaiende windmolen van de progressiviteit waarvan niemand wil weten hoe-ie aangedreven wordt.

Aan turbotaal ontbreekt het deze PvdA-ers niet. Wat framing is hebben ze op bijspijkercursussen van hun partij geleerd. Jongens, wees niet bescheiden, noem iets gewoon ‘modern‘ of ‘progressief‘ en dan wordt het ook ‘modern‘ en ‘progressief. Niemand die verder kijkt. Dat advies is niet aan dovemansoren besteed. Die dekselse sociaal-democraten pakken behoorlijk uit. Mits vernieuwend, want voor minder gaan ze niet.

Zeggen deze PvdA-ers ook iets over de inhoud of zijn ze daar nog niet aan toegekomen? Nou, ook daar staan ze hun mannetje. Over het sociaal-economisch beleid: (..) en is het zelfs niet beter de euro te ontmantelen als die betekent dat zeggenschap naar Europa moet worden overgeheveld? Da’s nog eens een modern standpunt, Wilders en Roemer roepen het al jaren. Tevens hebben de moderne PvdA-ers zo hun onoriginele kijk op de tweede kredietcrisis: Hoe kan een tweede kredietcrisis worden voorkomen, en zijn de systeemfouten die de eerste hebben veroorzaakt voldoende aangepakt? Hoho, Wall Street en City even wachten, vernieuwende PvdA-ers bedenken een list. Voor schuldenprobleem en verschuivend evenwicht dat ze als kredietcrisis zien.

Lokale afdelingen willen een discussie over de koers van de partij, maar zetten geen vraagtekens bij het leiderschap van Job Cohen. Ze willen de partij inhoudelijk en organisatorisch vernieuwen, daar is-ie weer, en nodigen iedereen uit daaraan mee te doen. Maar met het leiderschap van Job Cohen zou dat niets te maken hebben. Dank je de moderne koekoek. Ik krijg plaatsvervangende schaamte over het gehalte van dit protest. En medelijden met Cohen. Het gezegde luidt: Elke partijleider krijgt de protestbeweging die hij verdient. 

Foto: PvdA-leider Joop de Uyl bezoekt tweedehands autozaak in Utrecht tijdens de campagne van 1981; Foto Eduard de Kam

PvdA zonder Job Cohen terug naar de basis

UPDATE 22 januari 2012: De PvdA doet het slecht in de peilingen en zakt weg. In de peiling van Maurice de Hond staat de PvdA na SP, VVD en PVV op de vierde plek. Hoewel peilingen niet veel zeggen. Maar met 17 zetels staat het op een verlies van 13 sinds de Tweede Kamer verkiezingen van ruim anderhalf jaar geleden. De PvdA onder Cohen weet niet te overtuigen. Al anderhalf jaar niet. Vraag is wanneer de partij het roer omgooit. 

De PvdA is een bus die als het voor het rode licht staat wijst naar symboliek en bij groen niet doorrrijdt omdat het niet weet welke kant het op moet. Vanwege een ontbrekende koers suggereert de partij dat stilstand vooruitgang is. Politiek leider Job Cohen praat bij gebrek aan richting over verbinden, maar weet dat zelfs binnen de bus niet in praktijk te brengen in het vinden van een nieuwe route. Steeds meer passagiers zijn het zat en spuien kritiek op de inertie van de PvdA.

Jelle Menges, de voorzitter van de Jonge Socialisten laat in mei 2011 opnieuw van zich horen in een VK-opiniestuk dat-ie samen met JS-secretaris Thomas Hendrix schreef. In november 2010 wees-ie eerder in het ledenblad Rood op de fouten van de huidige PvdA. Die kwamen erop neer dat de partij niet kiest voor het sociaal-democratisch gedachtengoed, de sociaal-economie niet centraal stelt, opportunisten te veel ruimte geeft, door relativeringen van oudlinks de eigen achterban heeft verraden en om electorale redenen aan cliëntelisme voor culturele minderheden doet.

Binnen de PvdA woedt een strijd tussen fundamentalisten en realisten. Menges is realist en wil de PvdA zuiveren. In het VK-opiniestuk ‘De PvdA moet weer volkspartij worden‘ noemt-ie het een grote schoonmaakbeurt. Menges wijst opnieuw op de richtingloosheid van de PvdA, de verwording van volkspartij tot bestuurderspartij en het verhaal dat de PvdA mist om hoog- en laagopgeleiden, autochtonen en allochtonen te verbinden. Hij brengt het verbinden van Job Cohen terug tot een parkeerstand bij gebrek aan beter en een excuus om niet door te pakken.

Menges staat niet alleen. De fundamentele kritiek van hem en Hendrix wordt gedeeld door onder andere Paul Scheffer, René Cuperus, Mohammed Mohandis, Arne Mosselman, zogenaamde liefdevollen Eddy Terstall en Marcel Duyvestijn en Monika Sie Dhian Ho van de Wiardi Beckman Stichting. Ook Eberhard van der Laan en Wouter Bos behoren tot de realistische vleugel. Bos die volgens Terstall ‘niet zo’n beetje door zijn eigen partij werd tegengewerkt’. 

Naast de kritiek op de partij om niet te kiezen treft de PvdA ook de vloek van het verkeerd handelen. Zoals rond de discussie over de onverdoofde rituele slacht. Moslims en Joden uit de PvdA stellen terecht dat het verbod op ritueel slachten de vrijheid van godsdienst aantast. Maar als Eindhovens PvdA-raadslid Ertan Isik stelt: ‘Het ritueel bestaat al 1400 jaar en wordt voorgeschreven door Allah. Hij weet beter dan mevrouw Thieme of dieren al dan niet lijden’ dan heeft-ie in een seculiere partij als de PvdA niets te zoeken.

De oproep van Menges voor een grote schoonmaakbeurt en het vinden van een nieuwe partij-identiteit komt op het juiste moment. Het valt samen met de discussie over het aantreden van een partijleider die geloofwaardig een nieuwe koers weet in te zetten. Het is overigens opvallend dat kritische geluiden altijd uit de marge van de PvdA komen. De fractiediscipline en de waan van de dag beperken het denken zoals het kritische boek ‘Politiek voor de leek’ over het functioneren van de politiek van Mei Li Vos leert.

Foto: Otto e mezzo, 1963 van Federico Fellini