Bij een Europese enquête over vertrouwen in de politie door moslims

Een tabel uit de gisteren gepubliceerde enquête van het Europese Agentschap voor Grondrechten (FRA) dat in Wenen is gevestigd. Het is de tweede enquête van de Europese Unie naar minderheden en discriminatie (EU-MIDIS II): moslims – geselecteerde resultaten. Het persbericht concludeert dat moslims in de EU een hoge mate van vertrouwen in de instituties hebben: ‘We zien onder hen zelfs juist een groter vertrouwen in democratische instellingen dan bij een groot deel van de algemene bevolking’, aldus FRA-directeur Michael O’Flaherty. Dit schetst tegelijk de complexiteit om de enquete goed op waarde te schatten. Wat wordt er precies gemeten? Hoe dan ook combineert de enquête positieve en negatieve ervaringen en verworvenheden.

Uit bovenstaande tabel 34 blijkt dat Nederlandse moslims van alle ondervraagden het minste vertrouwen in de politie hebben. Wie kijkt naar de etnische profilering door de politie -wat de grootste steen des aanstoot voor discriminatie door de politie is- ziet dat de Turkse moslimmigranten in onderstaande tabel 31 naar hun ervaring op een gemiddelde waarde uitkomen. Dat spoort lastig. Het rechtvaardigt geen tweede plek in tabel 31. Er moeten andere redenen zijn. Het is voorstelbaar dat de politie een witte organisatie wordt gevonden die met name in hoge functies te weinig divers is. Er zou sprake zijn van een discriminerende, anti-feministische cultuur. Leden van minderheidsgroepen kunnen zich daarom onvoldoende met de politie vereenzelvigen.

Het valt te bezien waar de hoge negatieve score van met name de Turks-Nederlandse moslims in tabel 34 vandaan komt. Heeft het te maken met de emancipatie van deze moslims die gemiddeld groter is dan in andere Europese landen? Komt het gebrek aan vertrouwen mede voort uit negatief sentiment en publiciteit die in de hele Nederlandse samenleving bestaat over alle problemen, het lage oplossingspercentage en de slechte organisatie van de Nationale Politie? Het is logisch dat Turkse en Noord-Afrikaanse moslims in Nederland negatief over de politie zijn gaan denken. Een kwestie van integratie en vereenzelviging met Nederland. De openheid over het debat van etnisch profileren en diversiteit kan leiden tot het zich miskend voelen zonder dat ervoor directe aanleiding bestaat. Wat tabel 34 precies betekent is daarom niet op voorhand duidelijk.

Foto’s. Tabel 34 en 31 uit enquête van de Europese Unie naar minderheden en discriminatie (EU-MIDIS II): moslims – geselecteerde resultaten, gepubliceerd op 22 september 2017.

Politieleiding maakte fouten in afhandeling zaak Mitch Henriquez

pol

Een bericht in NRC onthult dat toenmalig korpschef van de politie Gerard Bouman aan de teamchef van de Delftse politie Ronald Kruijswijk garandeerde dat de vijf agenten die betrokken waren bij de aanhouding van Mitch Henriquez in het Haagse Zuiderpark hun banen zouden behouden: ‘Wat er ook gebeurt niemand wordt ontslagen’. Die belofte stuurt Kruijswijk rond. Een van de betrokken agenten was werkzaam bij team Delft.

Hiermee gaan Bouman en Kruijswijk in tegen de eenheidschef van de regio Haaglanden Paul van Musscher die de vijf agenten buiten functie had gesteld. Dat deed hij na een bekendmaking waarin het OM de vijf agenten als verdachte aanmerkte. Bouman ging hiermee dus ook in tegen het OM. Directeur van Amnesty Nederland Eduard Nazarsky zegt tegen NRC dat de toezegging van Bouman ‘een gebrek aan respect voor de democratische rechtsstaat’ toont. En: ‘Als de hoogste baas van de politie meent dat eventuele oordelen van de rechter geen consequenties mogen hebben voor politieagenten, geeft hij daarmee een zeer kwalijk signaal af.

Nazarsky heeft gelijk. De politie staat niet boven de wet, maar moet de wet uitvoeren. Het bezit ook nog eens het machtsmonopolie wat het er nog gevoeliger op maakt. Als de leiding van de politie zichzelf boven de wet plaatst, dan moet de top van het ministerie van Veiligheid en Justitie corrigerend optreden. Bouman stapte op 1 februari 2016 op als korpschef. Hij kan voor zijn gebrek aan respect voor de rechtsstaat niet meer berispt worden. Als voorbeeld had dat niet misstaan als signaal aan de politieleiding hoe het zich dient te gedragen.

Probleem bij de Nederlandse politie blijft dat het zich meent te kunnen gedragen als een staat in de staat. Het opereert als een gesloten organisatie die moeilijk om kan gaan met kritiek van buitenaf en bij het geringste in de schulp kruipt. Daarbij komt dat door een aantal slecht aangestuurde herstructureringen door het ministerie van Veiligheid en Justitie het doelmatig optreden veder is afgenomen. Dat vertaalt zich in een laag oplossingspercentage van criminaliteit. Ondanks de dalende criminaliteit door demografische factoren.

De Nederlandse politie presteert slecht en heeft een beroerd image. De interventie van voormalig korpschef Bouman in de zaak Mitch Henriquez staat niet op zichzelf. Het is een teken van een organisatie die de weg kwijt is en slecht geleid wordt. Het is aan de politiek -die zelf niet altijd verstandig met de politie omgegaan is- om de organisatie open te breken. De politieleiding dient te beseffen dat het niet boven de wet kan staan.

Foto: Schermafbeelding van persberichtIntern onderzoek aanhouding Mitch Henriquez afgerond’ van de politie, 7 oktober 2016.