Christelijke intolerantie in Tholen leidt tot een beklad regenboogzebrapad

Het zebrapad is beklad met verschillende leuzen. © Joop

Een regenboogzebrapad is in Tholen beklad. Aldus een bericht van 31 augustus 2022 van Omroep Zeeland.

Het regenboogzebrapad was door onbekenden gemaakt voor Emma Smits (23) Ze kwam tijdens haar deelname aan het tv-programma Au Pairs uit de kast en vroeg zich vervolgens op Instagram af waarom er in de gemeente Tholen nog geen regenboogzebrapad was. Welnu, Tholen kreeg er een en heeft dat geweten.

De bekladding verraadt met verwijzingen naar Hebreeuwse naam van God, YHWH, naar Sodom en Gomorra (Bijbel, Genesis 19) en naar de zonde (Bijbel, Romeinen 6:23) de christelijke achtergrond van de bekladder.

Het klinkt als een gedicht van een hedendaagse intolerante christelijke gelovige die geobsedeerd is door ontucht, schuld en zondebesef:

YHWH daar kun

je niet omheen

Sodom en

Gomorra

Stop de

Hoererij !!

Want het loon van

de zonde is de dood

De bekladding is waarschijnlijk bedoeld om niet-christelijke Tholenaren te intimideren. Zodat ze niet meer uit de kast komen en zich voortaan koest houden. Het kan ook een impulsieve daad zijn geweest van iemand die de emoties niet meer in de hand had. Zo’n bekladding maakt nog wat anders duidelijk. Namelijk hoe een christelijke gelovige zich op de kast laat jagen.

Regenboogzebrapaden hebben een symboolfunctie. Je hoeft de zin er niet van in te zien of het achterliggend gedachtegoed ervan te omarmen om ze te tolereren. Maar in Tholen is dat in dit geval niet gelukt. Daar heeft intolerantie het gewonnen van lankmoedigheid. Met dank aan het christelijke gedachtengoed die de bekladder van denkbeelden en dadendrang heeft voorzien die tot de bekladding heeft geleid.

Advertentie

Een ‘kunstmanager’ is geen kunstenaar die kunst maakt. Vragen bij het project ‘De glimlach in de openbare ruimte’ van Christel Jansen

Is wat een ‘kunstmanager’ maakt of bedenkt ook kunst? Dat is nog helemaal niet zo vanzelfsprekend als een artikel van Omroep Zeeland suggereert. Indirect roept dit vragen over de waarde van de journalistiek op.

Wat is overigens een ‘kunstmanager’? ‘Kunstmanager’ Christel Jansen zegt daar zelf over: ‘Als kunstmanager (..) breng je kunstenaars en liefhebbers bij elkaar.’ Dat klinkt procedureel, zonder dat het over de inhoud gaat.

Hoe dan ook heeft Christel Jansen uit het Zeeuws-Vlaamse Hoek kunstenaars een fiets met een badkuip laten bouwen. In een leegstand winkelpand in het Terneuzense winkelcentrum Steenen Beer heeft ze de badfiets laten beschilderen. Het publiek kijkt toe. ‘Deze gekke fiets’ noemt ze het zelf.

Het afstudeerproject van Christel heet ‘De glimlach in de openbare ruimte‘. Met dit project wil ze de kunst naar de mensen toebrengen en ze een glimlach bezorgen, zo vat het artikel van Omroep Zeeland het samen.

Maar wat de kunst, haar product is behalve de verwijzing naar kunst wordt niet duidelijk. De badfiets lijkt eerder een foefje, dan dat het fundamentele vragen over kunst oproept of kunst naar de mensen brengt.

Dat kunstenaars naar de mensen in de wijk gaan en projecten in de openbare ruimte realiseren is niet nieuw. Denk aan Jeanne van Heeswijk met haar sieradenkraam of Tilmann Meyer-Faje met zijn buurtkroket. Of denk aan Domenique Himmelsbach de Vries of Nelle Boer met hun sociaal maatwerk en mystificaties. Dat betreft sociaal geëngageerde kunstenaars die hun kunst of hun opvatting over kunst inzetten om verbinding te maken of tot nadenken aan te zetten. Een kunstmanager kan zeker de welgemeende opzet hebben om kunstenaars en liefhebbers bij elkaar te brengen, maar het zwakke punt in die redenering is dat de inhoud van de kunst er bij inschiet. Daar zou het een ‘kunstmanager’ toch in de eerste plaats om te doen moeten zijn.

Foto 1: Schermafbeelding van deel artikelChristel brengt kunst naar de mensen toe met een badfiets’ van Omroep Zeeland, 11 juli 2020.

Foto: De Duits-Nederlandse kunstenaar Tilmann Meyer-Faje met zijn buurtkroket. Almere, 2007.

Het geval Fred Walravens: Zeeuwse lijsttrekker van FvD maakt zich onbereikbaar & onzichtbaar. Wat zegt dat over de partijdemocratie?

Een jaar geleden werden in februari 2018 drie voormalige Kamerkandidaten uit Forum voor Democratie (FvD) gezet. Ze vroegen om democratisering en overleg. Gert Reedijk, Arthur Legger en Freek Jan Berkhout kregen een brief van het bestuur die als redenen geeft dat ze geprobeerd hebben ‘de gecontroleerde uitbouw van de partij actief tegen te werken’ en het partijbestuur te ondermijnen. Punt van kritiek van de kritische leden die om meer partijdemocratie vroegen was juist dat het partijbestuur vanaf november 2017 de uitbouw van de partij ondanks eerdere toezeggingen abrupt had afgebroken. Onder meer op provinciaal niveau.

Juist dat gebrek aan interne democratie van FvD wreekt zich bij de campagne voor de verkiezingen voor de Provinciale Staten op 20 maart 2019. Het heeft van eigen lijsttrekkers lege hulzen gemaakt van wie onduidelijk is hoe ze over regionale problemen denken. Ze maken zich onbereikbaar zoals het Zeeuwse voorbeeld aantoont. Volgens onderstaande tweet van het door het hoofdbestuur in februari 2018 geroyeerde kaderlid van de partij Robert de Haze Winkelman hebben de kandidaten een spreekverbod opgelegd gekregen door penningmeester Henk Otten. De interne democratie van FvD is op provinciaal niveau door de partijleiding niet alleen de nek omgedraaid, maar leidt tot een gesloten en krampachtige manier van politiek bedrijven.

FvD is doorzichtig in haar ondoorzichtigheid. Gezien de winst in de peilingen lijkt dat besef nog niet tot het electoraat doorgedrongen. Hoewel het kan dat een deel van de kiezers een spreekverbod voor regionale lijsttrekkers een aanvaardbare politieke strategie vindt en dat waardeert als de ultieme vorm van anti-politiek.

Hoe dan ook zijn de beweringen over democratie van het bestuur van FvD een façade waarvan het de vraag is of die al is doorgeprikt. Want welk doel dient de nepshow over democratie van FvD? Waarom wordt het de lijsttrekkers verboden hun mening te geven in de openbaarheid, en hoe kunnen ze zich zonder verlies van hun zelfrespect daar mee inlaten? Notabene op het moment dat PVV’er Geert Wilders in de zogenaamde ‘linkse pers’ voor het eerst sinds lange tijd optreedt vanwege de hete adem van FvD in zijn nek. Wie onthult wat FvD tot nu toe wil verbergen? Het is er nog steeds niet van gekomen. Het cynische antwoord is dat het niet uitmaakt. De Zeeuwse lijsttrekker Fred Walravens maakt zich onzichtbaar, praat niet met journalisten, neemt niet deel aan verkiezingsdebatten en maakt zich onderhorig aan het partijbestuur. Het is veelzeggend voor een partij dat kandidaten zich daartoe lenen en voor kiezers dat ze op deze spookkandidaten stemmen.

Foto: Tweet in reactie op Robert de Haze Winkelman, 7 maart 2019.

Zeeuws-Vlaanderen laat zich niet makkelijk op de kaart zetten

Is Zeeuws-Vlaanderen de Krim van Nederland? In elk geval is het demografisch een krimpgebied. Het wordt op slordig vormgegeven landkaarten soms tot België gerekend, zo constateert Omroep Zeeland. Ook door een programma van de publieke omroep als Spoorloos. Dat knelt omdat de cultuurstrijd over identiteit, eigenheid, nationaliteit en sociale cohesie een stempel drukt op het publieke debat. Over de uitsluiting van Nederlanders op economische, etnische of sociale gronden wordt heftig gediscussieerd. Wie horen erbij en wie niet?

Als geboren en getogen Zeeuws-Vlaming vind ik het wel vermakelijk dat sommige media blijkbaar zo weinig weten over hun eigen land. Als de kennis van de feiten ontbreekt relativeert dat de opinies die in dat publieke debat worden geuit. Om niet opgemerkt te worden is het voor de bestuurders van Zeeuws-Vlaanderen aantrekkelijk om buiten de radar van de publieke opinie en de landelijke media te blijven. Of is er weer een controverse over de ontpoldering van de Hedwigepolder voor nodig om Zeeuws-Vlaanderen op de kaart te zetten? Maar wat op de kaart staat is afgesloten, definitief bijgezet en doods. Wie slim is laat zich nooit op de kaart zetten. Vraag is waar de onkunde van Spoorloos en de kunde van Zeeuws-Vlaanderen elkaar ontmoeten.

Petitie roept Noord-Beveland op niet te bouwen in het Veerse Meer

vm

Een petitie van Jan Kollaart over bouwen in het Veerse Meer in de provincie Zeeland. In een bericht in de PZC geeft hij aan wat hem drijft: ‘De kust is van iedereen, maar de publieke ruimte wordt met al die private ‘eilandjes’ steeds kleiner. Voor het plezier van een kleine groep mensen moeten heel veel anderen wijken.’ Het gaat om de privatisering van de publieke ruimte. Omroep Zeeland legt in een artikel uit wat het 40 miljoen euro omvattende project van projectontwikkelaar De Zeeuwse Lagune uit Vrouwenpolder omvat.

Opmerkelijk in dat artikel is de reactie van wethouder Piet de Putter (VVD) van de gemeente Noord-Beveland: ‘Dit plan is economisch haalbaar en voldoet aan de eisen die wij als gemeente er aan stellen. De bebouwing wordt niet hoger, langer of breder dan dat wij willen. We zijn al dertien jaar met deze plannen bezig. Als het Rijk hier een streep door zet, vind ik dat onfatsoenlijk en onbehoorlijk bestuur.’ In de vergadering van 3 november besloot de raad ‘tot het opleggen van geheimhouding op grond van artikel 25 van de Gemeentewet ten aanzien van stukken met betrekking tot tot de ontwikkellocatie Veerse Dam.’ Dit houdt in dat het debat in de raad wordt bemoeilijkt en in bevolking en openbaarheid praktisch onmogelijk wordt gemaakt:

geh

Een en ander bracht mij tot een reactie die ik bij dat artikel van Omroep Zeeland plaatste:
Wat wethouder Piet de Putter (VVD) van Noord-Beveland over het Kustpact zegt klinkt niet erg vertrouwenwekkend. Of hij begrijpt het niet of hij doet net alsof hij het niet begrijpt. Dat is allebei even erg. Essentie ervan is dat er een integraal plan voor de hele kust bestaat waar lokale overheden aan gebonden zijn. En zich aan moeten houden.

Nederland is een functionerende rechtsstaat. Lokale overheden dienen zich te houden aan wetgeving. Het gaat niet aan om wetten oneigenlijk op te rekken door een beroep te doen op argumenten die stoelen op politiek gewoonterecht, zoals: ‘We zijn al dertien jaar met deze plannen bezig’. Ja, dus?

De argumentatie van De Putter zou reparatiewetgeving trouwens onmogelijk maken. Want altijd kan er teruggegrepen worden op een situatie die bestond voordat de geldende wetgeving van kracht werd.

Piet de Putter draait de zaken om. Als het bestuur van een lokale overheid zich niet houdt aan bestaande wetgeving dan kan het zelf beticht worden van onbehoorlijk bestuur.

Daarbij komt de termijn van 13 jaar die blijkbaar nodig was om een voor allen aanvaardbaar plan te maken. Als projectontwikkelaar en financiers onder coördinatie van het gemeentebestuur eerder met een voor de raad en bevolking aanvaardbaar, realistisch en minder controversieel plan waren gekomen, dan had er eerder gebouwd kunnen worden. Dat dit niet is gebeurd valt Piet de Putter en zijn voorgangers te verwijten die eerder initiatief hadden moeten nemen door de regie naar zich toe te trekken. Dat hebben ze onvoldoende gedaan. Daarvan plukken ze nu de wrange vruchten.

Foto 1: Schermafbeelding van deel petitieGeen bebouwde eilanden in het Veerse Meer nu en in de toekomst’.

Foto 2: Raadsbesluit van de gemeente Noord-Beveland over de geheimhouding art. 25 Gemeentewet over de ontwikkellocatie Veerse Dam, 3 november 2016.

Francisca van Vloten over Domburg, Mondriaan en de plannen voor een nieuw museum

De Zeeuwse oud-commissaris van de koning(in) Carla Peijs spreekt met de conservator van het Marie Tak van Poortvliet Museum in Domburg Francisca van Vloten over Walcheren, kunstenaarskolonies, het Zeeuwse licht, Piet Mondriaan en Jan Toorop. Van Vloten schetst plannen voor een nieuw museum in de duinen met depot, kantoor, twee tentoonstellingszalen en een audio-visuele ruimte. Kortom, een compleet, goed museum. Inclusief een onderzoekscentrum voor kunstenaarskolonies in Europa. Nogal ambitieus voor Zeeland waar de overheid een deel van de culturele identiteit verloren heeft en de toegang tot de culturele voorzieningen niet serieus neemt. Ondanks de opmerking van Peijs dat Zeeland ‘dieper wil steken dan de oppervlakte’. Heus?

Zeeland verliest culturele identiteit en neemt toegang culturele voorzieningen niet serieus

De Zeeuwse gedeputeerde Ben de Reu (PvdA) gaf in 2013 een persiflage op een lokale politicus die geen normaal woord uitbrengt en onzin uitkraamt. Maar tegelijk door laat schemeren een man van de wereld te zijn die het tegenovergestelde uitstraalt. Een lastige rol vol twijfel en tegenstrijdigheden die subtiel spel vereist om geloofwaardig te zijn. Zeeland wil over de grenzen van de provincie heen in Europa een grote speler worden. Dat is de droom van elke lokale politicus die hogerop wil en de nachtmerrie voor de inwoners. Hun bestuurders willen een grote speler worden. Gevolg van die ambitie is dat ze met hun hoofd in de wolken de werkelijkheid uit het oog verliezen. Ben de Reu wil met zijn business cases geen initiatieven meer nemen, maar dat aan anderen zoals het bedrijfsleven overlaten. Conny van Gremberghe noemt het misplaatste geilheid van Ben de Reu. In gewone taal wil dat zeggen dat de provincie de basistaken op de tweede plek zet.

Ben de Reu is ook gedeputeerde voor Cultuur. Volgens het Interprovinciaal Overleg (IPO) is Culturele infrastructuur en monumentenzorg een van de zeven kerntaken van de provincie. Het IPO omschrijft de taak van provincie en vakgedeputeerde Cultuur Ben de Reu zo: ‘De provincie zet zich in voor het behoud en de ontwikkeling van deze culturele identiteit en zorgt ervoor dat culturele voorzieningen goed toegankelijk zijn en blijven.’ Nu is Zeeland volgens onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) uit 2013 toch al de provincie waar de bewoners het verst moeten reizen om bij culturele voorzieningen te komen. Logisch gezien de kleinschaligheid en geografie van Zeeland. Maar juist daarom moet de provincie ervoor zorgen dat die basisvoorzieningen niet nog verder achteruitgaan zodat ze onder een onaanvaardbaar minimum zakken.

In de Zeeuwse cultuursector wordt niet ervaren dat de provincie de urgentie ervan inziet dat het koste wat kost een constructieve rol dient te vervullen om het weinige te houden dat er is. Vooral de hedendaagse kunst staat onder druk nu de grotere gemeenten als Terneuzen, Middelburg, Vlissingen en Goes te veel bezuinigen op cultuur. Volgens de Raad voor Cultuur zouden ze zelfs anti-cultuur zijn. Wie treft nou het grootste verwijt dat de culturele voorzieningen in Zeeland worden uitgekleed, de rijksoverheid, de provincie of de gemeenten?

De tekenen zijn onheilspellend. De Vlissingse expositieruimte Willem 3 moet per 1 januari 2016 sluiten. De in Vlissingen wonende kunstenaar Loek Grootjans zei tegen de PZC: ‘Het voelt alsof de bodem nu onder mijn bestaan wordt weggeslagen.’ Presentatie-instelling De Vleeshal in Middelburg is terechtgekomen in de gevarenzone. Het werd door de Raad voor Cultuur vanwege het niet voldoen aan de inkomstennorm uit de basisinfrastructuur 2013-2016 verwijderd. De grootste Zeeuwse gemeente Terneuzen met zo’n 55.000 inwoners heeft zelfs nooit een platform voor beeldende kunst gehad dat het niveau van de oudheidskamer was ontstegen. En zelfs die staat niet meer opgesteld. Terneuzen kent alleen een Schoolmuseum dat door middenstander Douwe van der Meer als hobby werd opgericht. Tijd voor ontwikkelingshulp, Ben de Reu?

ze

Foto: Schermafbeelding van artikel en video ‘Hedendaagse kunst in Zeeland in zwaar weer’ van Omroep Zeeland, 4 december 2015.

Zeeuwse vertolking ‘Me Bin Bange’ over de vluchtelingencrisis

De beste Zeeuwse cover 2015 is ‘Me Bin Bange’ van de gelegenheidsformatie De Angsthazen (Ries de Vuyst, Peter Quaak, Hans van der Werf, Tonnie ‘Broeder’ Dieleman en Latzi Jones) gezongen in een dialect van West Zeeuws-Vlaanderen, het Land-van-Kezands (Cadzand). In de traditie van de levensblues van Wannes van de Velde. Het swingt de pan uit. Het voorbeeld is van de Duitse gypsyrockgroep Bucovina met Stefan Hantel, een etnische Boekovina-Duitser uit het gebied van West-Oekraine en Noord-Roemenië. Is de cover niet beter?

De tekst is van Ries de Vuyst en gaat over een actueel onderwerp: de vluchtelingencrisis en de angst ervoor.

Ik bin bang’in hie bin bange
Mee zen allen bin me bange
Vluchteliengen slecht idee
Douw ze maar terug in zjee
(Geef ze mee de vuulte mee
Strek zitten ze in oons stamcafé)

Waarom kommen ze zo dichtbie
Daar wor ik hlat nie blieje van
Oe moe mn kind noe over strate
Zet ze op de Wooge Plaaten

Wie gata betalen dan
Wan ik bin da nie van plan
Opoe zit in der eigen stront
In zudder lopen mee een iphone rond

Ik ziet ier goed en ik zit ier droog
Mee mn maten aan de toog
M’n pens is vol in ik red het wel
Mee m’n ene hersencel

Eigen vertaling:
(Ik ben bang en hij is bang
Met z’n allen zijn we bang
Vluchtelingen slecht idee
Duw ze maar terug in zee
(Geef ze het onkruid mee
Straks zitten ze in ons stamcafé)

Waarom komen ze zo dichtbij
Daar word ik helemaal niet blij van
Hoe moet m’n kind nou over straat
Zet ze op de Hooge Platen

Wie gaat dan dan betalen
Want ik ben dat niet van plan
Oma zit in haar eigen stront
En zij lopen met een iPhone rond

Ik zit hier goed en ik zit hier droog
Met mijn maten aan de bar
Mijn buik is vol en ik red het wel
Met mijn ene hersencel).

RvC: Vier grootste Zeeuwse gemeenten zijn anti-cultuur. Dus?

oz

De bron is niet terug te vinden, maar de vier grootste Zeeuwse gemeenten zouden anti-cultuur zijn. Volgens Omroep Zeeland. De provincie van de Zeeland Suite van Leo Cuypers. Maar inderdaad, zoek de verschillen toen en nu. Burgemeester in oorlogstijd Joop Daalmeijer helpt de landelijke politiek de cultuur uit te kleden, maar verwijt Zeeland dat het de daad bij het woord voegt. Hoe rechtlijnig is dat? In Zeeland gooit Daalmeijer open deuren open met z’n zalvende praatjes. Zonder dat hij meent te beseffen hoe klein het volume van Zeeland is, en hoe lastig het is om zelfs basisvoorzieningen in stand te houden. Wie verwijt nou wie iets? Is het het afbraakbeleid van Zeeland of het afbraakbeleid van de Raad voor Cultuur? Voor de Zeeuwen pleit dat ze de kerk boven het theater stellen en daar gewoon eerlijk voor uitkomen. En zelfs ooit een Zeeland Suite toestonden. Voor de Raad voor Cultuur pleit niets. Daalmeijer schuift af. Hij houdt Zeeland zijn lege huls voor.

Foto: Schermafbeelding van bericht ‘Raad voor Cultuur: Gemeenten zijn anti-cultuur’ van Omroep Zeeland, 29 oktober 2015.

Spirituele Beurs: De engelen geven aan dat je het helder ziet

Het begint ineens veel hier te kriebelen. En dat heeft met mij te maken met het derde oog. Het derde oog staat voor helderzien. De engelen geven aan dat je het allemaal heel helder ziet. En dat hetgeen wat je helder ziet je daarvoor stappen mag voor gaan nemen. Aldus Angelshart die over haar voorhoofd wrijft. Als deelnemer aan de Spirituele Beurs 2015 die op 10 en 11 januari plaatsvond in het Zeeuws-Vlaamse Hulst en voor de 13de keer werd georganiseerd door De 4windrichtingen. In Cultureel Centrum Den Dullaert.

De Spirituele Beurs heeft vele verkoop- en consultantstands, zoals psychometrie, pendelen en kaartleggen. En zandlezen of engelenconsult. Wat het waard is spreekt voor zichzelf. Spiritualiteit voorziet in een behoefte en is in de tijd van ietsisme, economische tegenspoed en sluitende kerken een gat in de markt. Als de geest het toelaat. Voor iedereen die op zoek is naar voetreflexologie, helderziende waarnemingen, pendelen, geestelijke bewustwording, kaartlezen, kaartleggen, krijt- en kleurhealing, ‘reiki mbv paarden’, zicht op het zielepad, familieopstelling, psychometrie, Tarot, stemvorken healing, energetische massage of realisatie-coaching.

sp

Foto: Still uit reportage ‘Spirituele beurs Hulst 2015’ van Omroep Zeeland. Met Angelshart.