De Nederlandse Leeuw en het luchtkasteel van een ‘progressief-liberale denkcultuur’

Gisteren kwamen volgens een bericht van de NOS 2000 mensen bij elkaar ‘voor een brainstormsessie over de multiculturele samenleving. Het is de eerste debatavond georganiseerd door De Nederlandse Leeuw. Een stichting die “de progressief-liberale denkcultuur wil doorbreken”.’ De NOS volgt de framing van alt-right over zoiets als een ‘progressief-liberale denkcultuur’ die leidend is. Wie vanuit het centrum van het Nederlandse politieke spectrum naar politiek en samenleving kijkt ziet -naast relicten van culturele hegemonie van links- echter geen ‘progressief-liberale denkcultuur’, maar vooral de economisering van de politiek onder druk van multinationals en financiële instellingen -inclusief de economisering door ECB of IMF- die het sinds de jaren ’80 voor het zeggen hebben gekregen. Aan de flanken nemen onwrikbare standpunten het politieke centrum in de tang. Aan de linkerkant wordt dat gevoed door nostalgie naar een sinds 15 jaar afgesloten periode van het multiculturalisme, aan de rechterkant door nostalgie naar de 19de eeuw van natiestaat en nationalisme. Behalve met de druk vanaf de flanken, worstelt het centrum met de druk van bedrijven en de gevolgen van de globalisering waar het door gebrek aan ambitie, macht en middelen onvoldoende weerstand aan kan bieden.

Zo kondigt zich een vijfdeling aan. In de politiek: radicaal links – centrum – radicaal rechts. In de economie: economische macht van bedrijven en financiële instellingen die de politiek in de zak heeft. In de cultuur (kunst, universiteiten, media, religieuze instellingen): naar links leunende posities die steeds meer uitgehold worden door de economisering van samenleving en politiek, en opgevuld worden door rendementsdenken dat vanuit de politiek en economie de cultuur in de greep neemt. Aan de buitenkant ziet het er nog links (of: ‘progressief-liberaal‘) uit, maar in de kern is het inmiddels grotendeels in het omgekeerde veranderd.

Het is begrijpelijk dat de vertegenwoordigers van radicaal-rechts die verschijningsvorm van de cultuur op de korrel nemen. Het is zowel een makkelijk te framen doelwit (‘linkse kerk’) als een afleiding voor het gebrek aan durf en een teveel aan gemakzucht als verhulling van opportunisme dat wordt gevoed door eigenbelang om de echte macht van multinationals, financiële instellingen en de veiligheidsindustrie niet aan te spreken.

Om te begrijpen hoe dat in de praktijk werkt is het goed om te beseffen wat alt-right is. Is het een politieke beweging binnen de gevestigde politiek zoals de Tea Party, of een subcultuur die vooral een maatschappelijk fenomeen is waarvan leden zich politiek losjes organiseren? Dat laatste is het geval. Sinds binnen de regering-Trump vertegenwoordigers van alt-right op afstand zijn gezet is dat er alleen maar duidelijker op geworden. Het feit dat binnen die subcultuur rechts-extremistische activisten en ideologen met racistische ideeën over blanke hegemonie verzameld zijn, betekent nog niet dat alt-right een rechtse politiek voorstaat binnen de randvoorwaarden van de bestaande politiek. Het grootste misverstand is dat het een conservatieve inslag heeft, het verzet zich juist tegen het conservatisme in de maatschappij. Alt-right is nihilistisch (in de zin van: ‘ontkenning van het bestaande’) zonder op dit moment een alternatief voor het bestaande te kunnen bieden.

Als De Nederlandse Leeuw zegt ‘de progressief-liberale denkcultuur te willen doorbreken’ dan moet men erop gewiekst zijn wat het ermee bedoelt en door wie het zich laat inspireren. Vooralsnog is een verzameling van radicaal-rechtse denkers bezig een stropop van de ‘progressief-liberale denkcultuur’ op te tuigen die in werkelijkheid allang niet meer bestaat, en hoe dan ook sterk gedevalueerd is. Om een organisatie van de grond te tillen en diverse subgroepen te verbinden kan het behulpzaam zijn om een vijandbeeld te creëren waarin die subgroepen zich kunnen vinden. De Nederlandse Leeuw staat voor de keuze welke kant het opgaat en welke leiders het wil volgen. Gaat het in de richting van het nihilisme van alt-right of beweegt het zich binnen de randvoorwaarden die de bestaande politiek stelt? Als het het gevecht met de macht van banken en multinationals aangaat en de politieke marketing van de ‘progressief-liberale denkcultuur’ achter zich laat omdat het dat frame niet meer nodig heeft om zich te bewijzen en te formeren, dan kan De Nederlandse Leeuw brullen. Niet tegen het luchtkasteel van de progressief-liberale denkcultuur, maar tegen echte macht.

Foto: Schermafbeelding van tweet van Joost Niemoller van 19 januari 2018, met reactie.

Advertentie

Heeft beroep op moslims om na te denken over humanisme zin?

Wat voor de één een open deur is, blijft voor de ander levenslang een gesloten deur. De vrije keuze om zonder sociale dwang een religie, levensovertuiging of nihilisme te kiezen. Dat laatste is dus de vrijheid om niets te kiezen. Deze video richt zich onder meer op moslims in het Arabische en Iraanse gedachtengoed omdat daar de meeste onvrijheid wordt vermoed. Wat volgt is een verkorte cursus humanisme die even versimpeld en onwaarachtig is als een verkorte cursus islam. Rooyaroo maakt het er nog simpeler en onwaarachtiger op door op deze YouTube-posting het geloof in menselijkheid gelijk te stellen aan atheïsme. De realiteit is anders.

Wat is de invloed van een video die grossiert in woorden over medemenselijkheid en gemeenschapsgevoel? En daarbij het hoogste geloof wil vervangen door het hoogste verstand. Zoals vaker richt het zich vooral op degenen die de boodschap van de vrijheid om te kiezen al begrepen en verinnerlijkt hebben. Om die een hart onder de riem te steken. Motivatie voor de eigen groep dus. Moslims die door islamitische rechtsgeleerden, imams of internet-predikers wordt voorgehouden dat geloofsafval een oorlogsdaad is zullen van de video niet onder de indruk zijn. En de rest? In een niet-neutrale omgeving bestaat geen neutraliteit. Dus wat is de zin?

Onvermijdelijk dat subsidie levensbeschouwelijke omroepen stopt

omr

Is het erg dat in Nederland en Vlaanderen subsidie voor ‘levensbeschouwelijke omroepen’ wordt geschrapt en is het toeval dat dit beleid uitgevoerd wordt door liberale bewindslieden? Past het stoppen van de subsidie bij een pluriforme samenleving waarin de publieke omroep als taak vertegenwoordiging van minderheden heeft?

De term ‘levensbeschouwelijke omroepen’ is verhullend omdat het in beide landen op de uitzondering van de humanisten na om omroepen op religieuze basis gaat. Het is merkwaardig dat het Nederlandse Commissariaat van de Media spreekt over ‘kerkgenootschappen en genootschappen op geestelijke grondslag’. Typerend is dat het Commissariaat zeven hoofdstromen onderscheidt waarvan er zes religieus zijn: ‘het Boeddhisme, het Hindoeïsme, het Humanisme, de Islam, het Jodendom, het Katholicisme en het Protestantisme.’ Uit onderzoek blijkt dat de helft van de meerderheid van de Nederlandse bevolking niet religieus is.

Er zijn vier problemen met de levensbeschouwelijke omroepen. 1) Vanwege maatschappelijke en technische ontwikkelingen neemt door het kijkgedrag het belang van lineaire televisie af waardoor de representativiteit wordt ondergraven. Narrowcasting neemt het over van broadcasting; 2) Er ontbreken hoofdstromen zoals die tot uiting zouden kunnen komen in de Atheïstische Omroep, Kopimi Omroep, Wiccan OmroepNihilisme Omroep of allerlei soorten Vrijzinnige Omroep; 3) De bestaande levensbeschouwingen die ten grondslag liggen aan de omroepen zijn niet langer representatief. Zo vertegenwoordigt het Jodendom slechts 43.000 en het Boeddhisme zo’n 60.000 gelovigen en is het merkwaardig dat het Christendom volgens de omschrijving van het Commissariaat twee hoofdstromen kent en de Islam niet. 4) De onderlinge verdeling van de zendtijd is onevenwichtig. Zo krijgt de Humanistische Omroep die in zekere zin 50% van de bevolking vertegenwoordigt  32 uur televisie terwijl de Protestante hoofdstroom met zo’n 12% vertegenwoordiging 104 uur televisie krijgt.

Omdat de ‘levensbeschouwelijke omroepen’ als relict van het verleden niet meer representatief zijn voor de hedendaagse samenleving die zo pluriform is geworden zou het een logische ontwikkeling zijn als ze bij de tijd gebracht werden door opname van nieuwe stromingen en het afwaarderen van het belang van religieuze hoofdstromen. Dat de liberale bewindslieden Sven Gatz in Vlaanderen en Sander Dekker in Nederland daaraan niet beginnen en vermoedelijk uit bezuinigingsdrift het instituut levensbeschouwelijke omroepen binnen de publieke omroep bij het oud vuil zetten is jammer, maar onvermijdelijk. Het nieuwe dat zo divers is valt lastig te integreren binnen de publieke omroep en het oude heeft zijn tijd gehad. De oplossing zit ‘m op internet waar levensbeschouwelijke omroepen in een eigen domein hun eigen doelgroepen kunnen bedienen.

Foto: Schermafbeelding ‘Levensbeschouwelijke omroepen België verdwijnen‘ van EO.

Atheïsten behoren tot religieuze meerderheid van Nederland. Is dat zinvol?

rel

Volgens het rapport ‘The Future of World Religions: Population Growth Projections, 2010-2050’ van Pew Research Center heeft Nederland in 2050 een andere religieuze meerderheid (religious majority) dan in 2010. Niet langer een christelijke, maar een ongebonden (unaffiliated) meerderheid. Uit de cijfers van het CBS valt af te leiden dat Nederland in 2010 mogelijk al geen christelijke meerderheid meer had, omdat moslims en niet-godsdienstigen 49% van de bevolking uitmaakten. Joden, hindoes, boeddhisten en andere gelovigen maakten 6% uit. Maar zeker sinds 2012 heeft Nederland volgens het CBS geen christelijke meerderheid meer.

Volgens Pew behoren de ongebonden tot een religieuze groep. Pastafarianismus, Kopinisme, Wicca of Neo-Paganisme, Miracle of Love, Satanisme, Spiritualiteit, Secularisme, Atheïsme, Humanisme, Agnosticisme, Vrijzinnigheid, Nihilisme en nog veel meer worden als ongebonden religie beschouwd. Nu zijn wereldwijd de ongebondenen na het christendom en de islam de in grootte derde levensbeschouwelijke groep. Statistieken van het CBS waarop Pew zich waarschijnlijk baseert zijn rommelig en niet consequent. Het christendom  wordt onderverdeeld in stromingen, maar de islam niet. Terwijl daar de onderlinge verschillen juist groter lijken. Maar ook de groep ongebondenen is een ratjetoe, met atheïsten die zelfs tot een religieuze groep behoren.

Moet er waarde aan de statistieken gehecht worden? Ja en nee, ze dienen maatschappelijke veranderingen beter weer te geven dan nu. De diversiteit is zo groot geworden dat een klassiek perspectief dat de grote monotheïstische religies als maatstaf neemt de nieuwste ontwikkelingen onvoldoende verklaart. Statistieken kunnen een geschikt hulpmiddel zijn bij beleidsontwikkeling, maar dan moeten ze wel gemoderniseerd zijn.

Foto: Schermafbeelding uit rapport ‘The Future of World Religions: Population Growth Projections, 2010-2050’ van Pew Research Center, 2 april 2015.

Humor van John Oliver over Rusland, Putin en Nemtsov

Humor schept afstand en is het beste medicijn tegen fatalisme, verbittering of overgave. Schouderophalen en lachen is een beter antwoord dan fanatisme omdat de beschouwer zich niet met z’n hele hebben en houwen in de strijd gooit. Dus voor zichzelf een marge inbouwt en toch een standpunt inneemt. De Brits-Amerikaanse John Oliver vermengt op HBO in Last Week Tonight op een slimme manier serieuze en niet-serieuze kritiek. Alles wat hij zegt over het Rusland van Putin klopt. Maar hij dikt aan. Wat nu gebeurt met een land dat afglijdt naar despotisme is vanwege de historische voorbeelden hoe dat eindigt welbeschouwd te erg om te beseffen.

Humor grenst aan absurdisme. De kijk op de wereld van de buitenstaander die de realiteit als een haperend, hikkend en nihilistisch horloge ziet. De conformist vult het vacuüm dat resteert als antwoord op de vraag wat de zin van het leven is met zingeving die volgt uit religie, kunst of maatschappelijke betrokkenheid. De non-conformist berust, aanvaardt of benadrukt zelfs de zinloosheid en probeert die niet kunstmatig op te vullen.

De ontmoeting van conformisme en non-conformisme zorgt voor de scherpste humor. Dan onthult zich een andere wereld achter de gebruikelijke die komisch en tragisch is. Met het perspectief van de buitenstaander.

Харьк.наб.л.8_Д.Хармс_VizuIMG_3678

Foto: Daniil Kharms in graffiti, Charkov 2008. Zie Wikipedia voor het leven van Kharms.

Valkuilen van progressieve journalistiek. Op weg naar vrijdenken

Pjotr vroeg me waarom ik geen aandacht besteedde aan de verslaggeving van Democracy Now! over Oekraïne. Een goede vraag. Hij wist zich zelfs te herinneren dat ik de redactie op 27 juli een kritisch mailtje stuurde. Mijn kritiek werd ingegeven door m’n verbazing over de naar mijn idee onnodige terughoudende opstelling van progressieve media zich uit te spreken over Oekraïne en het optreden van Putin. Alsof ze zich er geen raad mee wisten. Democracy Now! was ik uit het oog verloren. Een nieuwsmedium dat ik hoog heb zitten in het kritisch volgen van de macht, vooral bij de kwesties Assange, Manning, NSA en Snowden. Dus bij de opbouw van de controlestaat en het functioneren van de veiligheidsindustrie. Maar Oekraïne is andere koek.

M’n analyse luidde: ‘Anders gezegd, deze progressieve media zitten klem tussen hun linkse reflexen en hun afkeer van de Amerikaanse macht. Daarin past geen veroordeling van een expansief Rusland omdat ze hiermee die andere afkeren moeten relativeren. Het kan zijn dat ze dit door interne verdeeldheid niet voor elkaar krijgen of dat programmatisch de grijstinten lastig in een zwart-wit wereldbeeld zijn in te passen.

Intussen had Democracy Now! toch aandacht besteed aan Oekraine en Stephen Cohen uitgenodigd. Daarover antwoordde ik Pjotr nadat ik de uitzending zag: ‘Ik vind het teleurstellend dat opnieuw Stephen Cohen de gast is. Ik zou wel eens een ander geluid willen horen. Ik vind hem eenzijdig. Hij kletst ook onzin en kent niet alle feiten voldoende. (..) Mijn kritiek is dat Cohen te Amerikaans in zijn visie is. Hoe paradoxaal dat wellicht ook klinkt. Maar dan in het negatieve. Zijn visie wordt naar mijn idee vooral bepaald en beperkt in de reactie op de Amerikaanse neoconservatieven. Zo wordt bij hem elk praatje over Oekraïne eigenlijk een commentaar op de binnenlandse Amerikaanse politiek. Hij zit gevangen in z’n eigen frame.’ Aldus mijn inschatting.

Na deze reactie stuitte ik op een item van een ander progressief nieuwsmedium en digitaal platform The Young Turks dat in mijn ogen de kritiek op de Amerikaanse macht weet te combineren met de kritiek op de Russische macht en het optreden van president Putin. Zich niet in een keurslijf laat dwingen voor de een en tegen de ander. Daarom zet ik deze media graag naast elkaar. De jonge Turken zijn als post-modernistische nihilisten kritisch op elke macht zoals ook ik het graag zie. Zonder cynisch te worden is een jongere generatie het geloof in wereldverbetering voorbij. Naar mijn idee stellen ze zich internationaler en minder Amerikaans op dan Democracy Now! of The Real News die wortelen in de kritiek op de Amerikaanse macht en uitgaan van klassiek links denken. Mogelijk omdat beide anchors van TYT van Turkse en Armeense herkomst zijn.

Het nihilisme van TYT is niet om vrolijk van te worden. Maar in de paradox het onbeschrijfbare te beschrijven lijkt het een betere omschrijving van onze gefragmenteerde wereld dan wat zowel de klassiek linkse als de klassiek rechtse nieuwsbronnen er nu van maken. Die grotendeels blijven hangen in de Koude Oorlog en de geopolitiek. Weten we welke orde er in de nieuwe chaos zit die op dit moment onze wereld treft en kunnen we die in woorden vangen? De voorwaarde voor begrip is vooruitkijken en niet om blijven kijken naar wat was.

goya.shootings-3-5-1808

Foto: Francisco Goya, De derde mei 1808 in Madrid, 1814. Collectie Museo del Prado in Madrid.