Posts Tagged ‘Mondriaan’
Vulgariseren door marketing. Kan Haags Gemeentemuseum taak als bewaker van erf- en gedachtegoed van Mondriaan serieus aan?
Je zou maar directeur van het Haags Gemeentemuseum zijn en op zaterdag 23 juni 2018 deze advertentie op de achterkant van het katern Economie van NRC aantreffen. Op de foto is een zeilboot op zee te zien met driemaal de naam ‘Brunel’, op de boeg de naam ‘Volvo Ocean Race’ en op het voorzeil een Mondriaan-achtige grafiek die de naam ‘The Hague’ omsluit. Voor wie de foto dan nog niet begrepen heeft biedt de advertentie overbodigheid. De namen Den Haag, Brunel en Mondriaan worden in de marge herhaald onder de titel ‘Op naar Den Haag; veel succes!’ Logo en naam van het Gemeentemuseum zijn onderaan de advertentie te lezen.
In een persbericht van 10 december 2017 geeft het Haags Gemeentemuseum uitleg. De inhoud ervan is zo leeg, onbeduidend en ongerijmd dat de verleiding om uit het persbericht te citeren niet te weerstaan valt:
1) Schipper Bouwe Bekking van ‘Team Brunel’: ‘Wij zijn blij dat we Mondriaan aan boord hebben op onze nieuwe ‘mast head code 0’ zeil’. Heeft Bekking dat werkelijk gezegd of is het waarschijnlijker dat hem dat in de mond gelegd wordt door de betrokken marketeers van dit project?
2) Over het Mondriaan jaar 2017: ‘Het Mondriaan jaar mag een doorslaand succes genoemd worden, want vele nationale en internationale bezoekers bezochten de stad en het museum.’ Door wie mag het Mondriaan jaar dan wel een ‘doorslaand succes’ genoemd worden als het bereik en de bezoekcijfers de enige maatstaf lijken te zijn? De jongens en meisjes van de marketing lijken kwaliteit met kwantiteit te verwarren.
3) ‘De campagne heeft aangetoond dat de kunstenaar Mondriaan verbindt en inspireert. Mondriaan is daadwerkelijk ontdekt, massaal omarmd door jong en oud en overduidelijk voor altijd verbonden met de stad Den Haag.’ De suggestie is dat Piet Mondriaan in Den Haag door deze campagne pas in 2017 ‘daadwerkelijk ontdekt’ is. Waar laat dat alle publiciteit van voor die tijd, zoals de aankoop van Mondriaans ‘Victory Boogie Woogie’ (1944) in 1997 voor 37 miljoen euro die met veel publiciteit over aankoop en tentoonstelling vanaf 1998 in het Haags Gemeentemuseum gepaard ging? De campagne claimt onterecht de ontdekking van Mondriaan. Vraag is of deze ongerede claim voortkomt uit onbenulligheid en gebrek aan (kunst)historisch besef of uit berekening om via de marketingcampagne nog eens extra in een verwijzing naar zichzelf oneigenlijk een succesvol resultaat van de campagne te claimen?
4) Oud-wethouder Karsten Klein (CDA): ‘Met dit initiatief – een Mondriaan spinakerzeil voor Team Brunel – laat Den Haag zien dat het de ultieme bestemming is voor de Volvo Ocean Race teams.’ Opnieuw passeert de flinterdunne logica van de marketing met als favoriete stijlvorm de cirkelredenering die deze keer de lege huls van een wethouder met eigen prietpraat vult. De marketing volgt de afgesloten logica van de marketing zonder dat nog enig verband met de echte wereld kan worden gelegd. Deze marketing draait in zichzelf rond. De claim is dat marketing werkt omdat marketing bestaat. Deze campagne lijkt zo vooral een campagne voor het belang van marketing te worden.
De publiciteit werd vooral de laatste dagen overspoeld door berichten die overduidelijk door de afdeling marketing van Team Brunel waren ingestoken en als kant-en-klare content voor artikelen in de Nederlandse pers werden aangeleverd. Zo schreef Omroep West in het bericht ‘Wederopstanding Team Brunel in Volvo Ocean Race door Mondriaan-zeil’ waarbij niet geheel toevallig de drie hoofdsponsors (Brunel, Volvo, Den Haag) in de titel worden genoemd op 24 juni: ‘Toen we die zeilen met dat Mondriaan-ontwerp ontvingen, vonden we het aan boord allemaal meteen helemaal super. Het zeil heeft ons geleerd weer te lachen. Je wordt er vrolijk van. Van de kleuren, het design. Ik heb er echt hele mooie herinneringen aan inmiddels.’ Mondriaan wordt zo door de marketing van Brunel gereduceerd tot een ontwerp op een zeil waarom te lachen valt.
Dat had directeur Benno Tempel allemaal in zijn ‘eigen’ persbericht en de advertentie in NRC kunnen lezen. Mondriaan wordt door de gemeente Den Haag ingezet als marketinginstrument en het Gemeentemuseum heeft daarin te volgen. Het woord dat voor deze gang van zaken in gedachten schiet is het Germanisme Fremdkörper. Marketing is de insluiper, de binnendringer, de infiltrant, de spion die onder de dekmantel van een valse identiteit en onder het gezag van het gemeentebestuur het Gemeentemuseum binnendringt en daar handelingen verricht ten behoeve van de versterking van de strategische marktpositie van de gemeente Den Haag en arbeidsbemiddelaar Brunel. Het Gemeentemuseum is hierbij niet de katalysator die ongehinderd uit het proces komt, maar de partij die in de kern beschadigd wordt door de marketing voor andere partijen. Het Gemeentemuseum is als bewaker van Mondriaans erf- en gedachtegoed machteloos om het uit handen van marktpartijen te redden. Dat is een bevinding die de zwakke positie van het Gemeentemuseum demonstreert. Overigens eindigde Team Brunel als derde van de zeven teams. Ondanks het ‘vrolijke’ Mondriaan-zeil.
Foto 1: Advertentie in NRC, 23-24 juni 2018.
Foto 2: Schermafbeelding van een tweet van Omroep West Sport in artikel ‘Wederopstanding Team Brunel in Volvo Ocean Race door Mondriaan-zeil’ van Omroep West, 24 juni 2018.
Ontdekt kringloopwinkel vroeg werk van Mondriaan? Verhaal met een baard
Het moet niet gekker worden. De Marokkaans-Nederlandse Mohamed Boualia -met baard- die werkt bij de Kringloopwinkel Naarden heeft in een opgehaalde boedel een vroeg werk van Piet Mondriaan ontdekt. En is er blij mee. Door nader onderzoek moet vastgesteld worden of het werkelijk een werk van Mondriaan betreft.
Integratie kan niet beter uitgelegd worden door Boualia’s blijdschap en interesse in moderne kunst. Waar Nederlandse politici die kunst de rug toekeren als het niet in hun marketing past. De omgekeerde wereld?
Francisca van Vloten over Domburg, Mondriaan en de plannen voor een nieuw museum
De Zeeuwse oud-commissaris van de koning(in) Carla Peijs spreekt met de conservator van het Marie Tak van Poortvliet Museum in Domburg Francisca van Vloten over Walcheren, kunstenaarskolonies, het Zeeuwse licht, Piet Mondriaan en Jan Toorop. Van Vloten schetst plannen voor een nieuw museum in de duinen met depot, kantoor, twee tentoonstellingszalen en een audio-visuele ruimte. Kortom, een compleet, goed museum. Inclusief een onderzoekscentrum voor kunstenaarskolonies in Europa. Nogal ambitieus voor Zeeland waar de overheid een deel van de culturele identiteit verloren heeft en de toegang tot de culturele voorzieningen niet serieus neemt. Ondanks de opmerking van Peijs dat Zeeland ‘dieper wil steken dan de oppervlakte’. Heus?
Hilversum verzelfstandigt Museum Hilversum. Tel uit je winst
‘Het is niet meer van deze tijd dat een gemeente een Museum beheert. Met een verzelfstandiging wordt de bewegingsvrijheid voor Museum Hilversum groter’ aldus wethouder cultuur Eric van der Want van Hilversum in een persbericht. Hij suggereert met z’n turbotaal baanbrekend bij de tijd te zijn. ‘Bij een zelfstandig museum, los van de gemeente, kan het cultureel ondernemerschap beter tot zijn recht komen’. De bezwering ‘cultureel ondernemerschap‘ gebruikt-ie als geneesmiddel voor alle kwalen. De D66-cultuurwethouder presenteert dit panacee als wondermiddel en zoethoudertje tegelijk. Een oude wijsheid die elders al op de terugtocht is dringt ten langen leste tot Hilversum door. Zoals zo vaak mag een cultuurwethouder van D66 het praatje uitventen.
Zoals gebruikelijk bij verzelfstandiging blijven gebouw en collectie eigendom van de gemeente. Van der Want opereert als een tovenaar die zegt het onverzoenlijke te kunnen verzoenen. Met minder geld denkt-ie voor meer kwaliteit te zorgen: ‘Ruim een jaar geleden ben ik als wethouder Cultuur op pad gestuurd met als opdracht een forse bezuiniging op cultuur en een verbetering van de kwaliteit in de sector. Mijn ambitie was gericht op ontwikkeling van cultureel ondernemerschap en versterking van de culturele functies door samenwerking tussen de instellingen. En dat met heel veel minder geld.‘ De verzelfstandiging van het lokale museum is onderdeel van een grootscheepse bezuinigingsoperatie. Maar wordt toch niet zo gepresenteerd.
Gemeenten doen met musea, wat de rijksoverheid met gemeenten doet. Ze schuiven eigenmachtig en verhuld de lasten door. De gemeente gooit de lastenverzwaring over de schutting bij het museum. Hilversum heeft het lef om ‘verder bezuinigingen op cultuur niet verantwoord‘ te noemen, maar tegelijk niets anders te doen dan bezuinigen. Om die tegenstelling te maskeren noemt het daarom een bezuiniging geen bezuiniging, maar ‘cultureel ondernemerschap‘. Als semantisch sluitstuk van een traditie die bij het oud vuil wordt gezet.
Overal is wel een museumdirecteur te vinden die cultureel ondernemer wil spelen. En volop denkt te kunnen genieten van de vrijheid van de markt die voor kleinere instellingen een valkuil wordt. De praktijk leert dat pas als alle reserves verteerd zijn de opvolgers van wethouder en directeur in de problemen komen. Museum Hilversum krijgt een maximale jaarlijkse subsidie van €600.000 en eenmalig een startsubsidie van €100.000.
Foto: “Compositie met twee lijnen” van Piet Mondriaan. ‘Een bezoekster poseert bij “Compositie met twee lijnen” van Piet Mondriaan. Het schilderij werd voor 2,5 miljoen gulden gekocht van de gemeente Hilversum door het Stedelijk Museum Amsterdam. Het Stedelijk Museum Amsterdam had het werk al sedert 1951 in bruikleen van de gemeente. In 1987 besloot de gemeente Hilversum het schilderij te veilen om de renovatie van het cultureel centrum “Gooiland” te financieren. Dit besluit veroorzaakte veel opschudding, er werd gevreesd dat het schilderij naar het buitenland zou verdwijnen. Het schilderij is niet geveild en voor 2,5 miljoen gulden in handen gekomen van het Stedelijk Museum Amsterdam.‘ Credits: Ferry André de la Porte.