Job Cohen: Dat moet en dat kan anders. Maar hoe dan?

Op het PvdA-congres heeft Job Cohen premier Rutte opgeroepen af te treden: Tegen Mark Rutte zeg ik: als onder jouw verantwoordelijkheid dagelijks ruim 200 mensen werkloos worden, dan wordt het tijd dat je zelf ontslag neemt. Volgens Cohen biedt de PvdA een alternatief: Wij willen strijden voor een samenleving waarin zoveel mogelijk mensen mee kunnen doen en waarin we tegenstellingen overbruggen. Want onzekerheid bestrijden we met verbondenheid, met de zekerheid dat je er niet alleen voor staat als je pech hebt.

Sinds de geforceerde breuk over Afghanistan gaat het niet goed met de PvdA. Niet in de peilingen, niet in de partij, niet in de kamer, niet in het programma en niet met de partijleider. In een NRC-onderzoek dat een vergelijking maakt met de SP, zeggen deze laatsten dat met de PvdA eigenlijk geen zaken te doen valt omdat de partij onzeker is. Als partijleider verkiest het PvdA-kader Lodewijk Asscher boven Cohen. Partijvoorzitter Ploumen is vervroegd opgestapt, vanaf de basis klinkt de roep om vernieuwing of verbreding.

In de Kerdijk-lezing van 18 november 2011 kondigde Cohen een koerswijziging naar links aan. Een echo van Ed Milibands afscheid van het neoliberalisme op het Labour congres van september 2011. Cohen probeert het onverzoenlijke te verzoenen als-ie zegt: ‘de staat moet zodanig te werk gaan, dat mensen worden aangemoedigd om hun verantwoordelijkheid te nemen’. Hij combineert individualisme (verantwoordelijkheid nemen) met paternalisme (de staat gaat te werk). Het valt nauwelijks in te zien hoe dat in de praktijk moet werken. VVD en SP hebben het makkelijker omdat ze respectievelijk voor individualisme of de staat kiezen.

De sociaal-democratie mag trots zijn op wat bereikt is voor zoveel mensen, zegt Job Cohen. Daarin heeft-ie gelijk. Maar da’s een verdienste uit het verleden die een valkuil is geworden. Een andere valkuil is de pretentie van brede volkspartij. Het wil allerlei doelgroepen erbij houden. Daarbij hebben VVD en SP het makkelijker als ze kiezen voor respectievelijk het vrije initiatief of de verzorgingsstaat. Ook hier twijfelt de PvdA.

De neergang van de PvdA valt niet uitsluitend te wijten aan Cohen. Hij heeft alleen de vernieuwing niet op de rails weten te zetten. Die in de marges van de partij wordt voorbereid, zoals bij de Wiardi Beckman Stichting. Onder Cohen is de anderhalf jaar in de oppositie slecht benut. Het heeft weinig zin voor de PvdA om een SP light-versie te worden. De PvdA heeft de strategische fout gemaakt een grote socialistische partij op links te laten ontstaan. Daar helpt geen wending naar links of verkiezing van Hans Spekman tot voorzitter meer aan.

Wat te doen? Daarop bestaat geen duidelijk antwoord, anders had het PvdA-kader dat zelf gevonden en naar buiten gebracht. De PvdA staat aan het einde van haar houdbaarheid in huidige vorm. Het moet faliekant veranderen om hetzelfde te blijven. Partijvernieuwing en herschikking met anderen is het antwoord. Het meest logisch is het loslaten van de pretentie van volkspartij en een splitsing in een SP- en een GroenLinks-versie van de partij. Het bestaan van de PvdA is ondergeschikt aan het voortbestaan van de sociaal-democratie.

Foto: GVB actie tegen bezuinigingen. Emile Roemer (SP) en Job Cohen (PvdA), 2011. Credits: Jos van Zetten

PvdA-voorzitter Ploumen stapt vervroegd op

Partijvoorzitter Lilianne Ploumen stapt per 1 januari 2012 vervroegd op. Haar termijn liep nog tot 2014, maar als reden geeft ze op de PvdA-site dat anders haar verkiezing zou samenvallen met campagnes voor gemeenteraadsverkiezingen en voor de verkiezing van het Europees parlement. En bij de PvdA is de partijvoorzitter daarvoor verantwoordelijk.

Natuurlijk is er wat anders aan de hand. De PvdA doet het slecht in de peilingen, verliest bijna de helft van haar aantal zetels en is bij Peil.nl van De Hond virtueel nog maar de vijfde partij van Nederland. Na VVD, PVV, SP en D66. En Job Cohen is ongeschikt als partijleider. Hij weet niet te inspireren en geniet samen met Geert Wilders de minste populariteit. Da’s dodelijke voor de leider van een partij met de pretentie van brede volkspartij. De paradox is dat Cohen met zijn middenkoers toch de kiezers in het centrum niet aanspreekt.

De echte reden dat Ploumen opstapt lijkt dat ze de vernieuwing van de partij niet op gang heeft kunnen helpen. Want niet alleen heeft de PvdA een flets profiel en een fletse leider, afkalvende electorale steun, verlies aan intellectueel prestige maar het ergste is dat de PvdA niet durft te investeren in de eigen toekomst. Het jaar in de luwte is verlummeld en niet benut voor bezinning en vernieuwing. Zoals de CDA dat in 1994 wel deed met het Rapport-Gardeniers.

Als klap op de vuurpijl kwamen vorige week zes PvdA-afdelingen met een roep om vernieuwing naar buiten. Maar hun omzichtig optreden was eerder een ondersteuning dan een overbrugging van de verdeeldheid die binnen de PvdA heerst. Want ze wilden tegelijk moderniseren en Job Cohen niet aanspreken. Ofwel, ook welwillende critici die willen veranderen komen niet om de macht en de logheid van het partijapparaat heen. Zo smoort elk initiatief in de patstelling tussen realisten, fundamentalisten en opportunisten.

Een reaguurder raakt de kern van Ploumens mislukte missie: Je wilde een partij bij elkaar houden die in zichzelf verscheurd is. Die niet weet te kiezen tussen Joop den Uyl en Wim Kok. Ploumen beweert: Wouter en Job zijn authentieke, gedreven sociaaldemocraten die niet misstaan in het rijtje Willem Drees, Joop den Uyl en Wim Kok. Zo kun je zonder kiezen alles aan alles koppelen. Maar de periode van dit soort relativisme is voorbij. De tijd voor opruimen en afrekenen lijkt aangebroken. Liliane Ploumen heeft het sein gegeven.

Foto: Lilianne Ploumen en Job Cohen op het PvdA-congres in Nijmegen, 25 april 2010

PvdA zonder Job Cohen terug naar de basis

UPDATE 22 januari 2012: De PvdA doet het slecht in de peilingen en zakt weg. In de peiling van Maurice de Hond staat de PvdA na SP, VVD en PVV op de vierde plek. Hoewel peilingen niet veel zeggen. Maar met 17 zetels staat het op een verlies van 13 sinds de Tweede Kamer verkiezingen van ruim anderhalf jaar geleden. De PvdA onder Cohen weet niet te overtuigen. Al anderhalf jaar niet. Vraag is wanneer de partij het roer omgooit. 

De PvdA is een bus die als het voor het rode licht staat wijst naar symboliek en bij groen niet doorrrijdt omdat het niet weet welke kant het op moet. Vanwege een ontbrekende koers suggereert de partij dat stilstand vooruitgang is. Politiek leider Job Cohen praat bij gebrek aan richting over verbinden, maar weet dat zelfs binnen de bus niet in praktijk te brengen in het vinden van een nieuwe route. Steeds meer passagiers zijn het zat en spuien kritiek op de inertie van de PvdA.

Jelle Menges, de voorzitter van de Jonge Socialisten laat in mei 2011 opnieuw van zich horen in een VK-opiniestuk dat-ie samen met JS-secretaris Thomas Hendrix schreef. In november 2010 wees-ie eerder in het ledenblad Rood op de fouten van de huidige PvdA. Die kwamen erop neer dat de partij niet kiest voor het sociaal-democratisch gedachtengoed, de sociaal-economie niet centraal stelt, opportunisten te veel ruimte geeft, door relativeringen van oudlinks de eigen achterban heeft verraden en om electorale redenen aan cliëntelisme voor culturele minderheden doet.

Binnen de PvdA woedt een strijd tussen fundamentalisten en realisten. Menges is realist en wil de PvdA zuiveren. In het VK-opiniestuk ‘De PvdA moet weer volkspartij worden‘ noemt-ie het een grote schoonmaakbeurt. Menges wijst opnieuw op de richtingloosheid van de PvdA, de verwording van volkspartij tot bestuurderspartij en het verhaal dat de PvdA mist om hoog- en laagopgeleiden, autochtonen en allochtonen te verbinden. Hij brengt het verbinden van Job Cohen terug tot een parkeerstand bij gebrek aan beter en een excuus om niet door te pakken.

Menges staat niet alleen. De fundamentele kritiek van hem en Hendrix wordt gedeeld door onder andere Paul Scheffer, René Cuperus, Mohammed Mohandis, Arne Mosselman, zogenaamde liefdevollen Eddy Terstall en Marcel Duyvestijn en Monika Sie Dhian Ho van de Wiardi Beckman Stichting. Ook Eberhard van der Laan en Wouter Bos behoren tot de realistische vleugel. Bos die volgens Terstall ‘niet zo’n beetje door zijn eigen partij werd tegengewerkt’. 

Naast de kritiek op de partij om niet te kiezen treft de PvdA ook de vloek van het verkeerd handelen. Zoals rond de discussie over de onverdoofde rituele slacht. Moslims en Joden uit de PvdA stellen terecht dat het verbod op ritueel slachten de vrijheid van godsdienst aantast. Maar als Eindhovens PvdA-raadslid Ertan Isik stelt: ‘Het ritueel bestaat al 1400 jaar en wordt voorgeschreven door Allah. Hij weet beter dan mevrouw Thieme of dieren al dan niet lijden’ dan heeft-ie in een seculiere partij als de PvdA niets te zoeken.

De oproep van Menges voor een grote schoonmaakbeurt en het vinden van een nieuwe partij-identiteit komt op het juiste moment. Het valt samen met de discussie over het aantreden van een partijleider die geloofwaardig een nieuwe koers weet in te zetten. Het is overigens opvallend dat kritische geluiden altijd uit de marge van de PvdA komen. De fractiediscipline en de waan van de dag beperken het denken zoals het kritische boek ‘Politiek voor de leek’ over het functioneren van de politiek van Mei Li Vos leert.

Foto: Otto e mezzo, 1963 van Federico Fellini

Gedwongen islamisering, een terugblik (1)

Deel 1 gaat in op de schatting van het aantal moslims, beperkingen aan immigratie en de ontvangst van gastarbeiders. Deel 2 kijkt naar de ketting-immigratie en apartheid en concludeert wat er mis ging.

1. Als het over integratie gaat verbaas ik me al jaren over twee aspecten. Namelijk dat termen als migranten, allochtonen, moslims, achterstandsgroepen en minderheden door elkaar worden gebruikt. Dat geeft weinig scherpte. En dat de schatting van het aantal moslims in Nederland onnauwkeurig is en steeds bijgesteld wordt. Het is meer dan vrijblijvende zorg omdat een en ander dient als richtlijn voor beleid.

Nieuwe schattingen van het aantal moslims zijn lager dan het CBS eerder publiceerde. Voor 2006 resulteerde dat in 850.000. Dat kwam overeen met het aantal Nederlanders dat uit een islamcultuur afkomstig is. Daaronder vallen ook christenen, seculieren en afvallige moslims. Deze afwijking van het destijds voorspelde cijfer is het gevolg van een verandering in methodiek en niet van een dalende aanhang van de islam.

Na correcties zijn er volgens kwalitatieve schattingen en onderzoeken op dit moment minimaal 200.000 en waarschijnlijk 350.000 ‘echte’ moslims in Nederland. Dit betreft mensen die zich laten inspireren door de islam, die religie serieus belijden en regelmatig de moskee bezoeken. Een stabiel getal dat niet groeit. Het past in een trend van afnemende groei van het aantal moslims wereldwijd.

Onderling verschillen Nederlandse moslims enorm. Ze zijn etnisch, sociaal en wat herkomst en welstand betreft divers. Een promotieonderzoek van sociologe Fenella Fleischmann toont aan dat religiositeit van moslims geen negatieve invloed heeft op schoolprestaties en arbeidsmarkt. Hoogopgeleiden met een goede baan worden evenmin minder gelovig. Wel binnen de voorwaarde dat de islam gelijk erkend en behandeld wordt. Hiervan is in Nederland sprake.

Het integratiedebat is gepolitiseerd. Uiteenlopende partijen hebben hun specifieke belang bij een hoge schatting van het aantal Nederlandse moslims. Voor de PVV betekent dat het oproepen van een spookbeeld, voor zogenaamde anti-racisten het mobiliseren van fondsen en zelfs eigen bestaansrecht, voor de welzijnsindustrie een deel van de financiering en de invulling van een doelstelling en voor de Nederlandse moslims een betere plek aan tafel. Maar al deze partijen beseffen dat ze de waarheid bij elkaar liegen.

Dit klimaat van verkeerde aannames voedt theorieën die van vele kanten komen en allerlei kanten uitgaan. Het niet ontkrachten van de mythe van islamisering valt de Nederlandse politiek aan te rekenen. Merkwaardig is dat in Nederland geen enkele partij volmondig een zakelijke opstelling verwoordt. De voormalige voorzitter van de Jonge Socialisten, Mohammed Mohandis komt nog het dichtst bij een realistische opstelling.

Ook media zijn gepolitiseerd en laten na duidelijkheid te scheppen. De ene keer praten ze Wilders na, de andere keer Nederland Bekent Kleur. Dan weer een linkse politieke partij of een islamprediker. Een zakelijk en analytisch geluid wordt in de media nauwelijks gehoord. Gratis dagblad De Pers is een gunstige uitzondering.

2. Een zijstap geeft aan dat de meeste landen beperkingen aan immigranten stellen. Een Palestijnse of Thaise gastarbeider kan niet zomaar in Koeweit, de Golfstaten of Saoedi-Arabië aan de slag. De werkvergunning is een tijdelijk contract en gezinshereniging is verboden. Bij politieke of economische tegenwind worden ze het land uitgeschopt.

Het is dus aan de centrale overheid om voorwaarden te stellen. Traditionele immigratielanden als Australië, Canada en Nieuw-Zeeland werken met vergunningen, gaan uit van de arbeidsmarkt en stellen eisen aan de vakbekwaamheid van immigranten.

In 1924 deed de VS met de Immigration Act of 1924 het land voor een bepaald type immigranten op slot. De gedachte hierachter was dat de instroom in de jaren daarvoor te snel was gegaan, de integratie veel problemen kende en er tijd nodig was om de diverse etnische groepen aan elkaar te laten wennen en tot een eenheid te laten smelten. De Amerikaanse melting pot. In Nederland is het een taboe om te zeggen dat grenzen tijdelijk dicht moeten. Vluchtelingen uitgezonderd vanwege humane redenen.

3. Moslims waren 40 jaar geleden gastarbeider. Ze waren met weinigen, doorgaans zonder gezin en niet bovenmatig geinspireerd door de islam. Velen waren seculier of slapend islam-lidmaat. Ze ontvluchtten de dictatuur of de armoede van hun land van herkomst. Inclusief avonturiers die graag een gesloten sociaal klimaat achterlieten. Ze werden op zijn minst onverschillig tegemoetgetreden.

De gasbel van Slochteren maakte vanaf de jaren ’70 (vdve) subsidies mogelijk om gastarbeiders te pacificeren. De vorm die werd gekozen was de verzuiling die ook toen al door maatschappelijke ontwikkelingen minder geloofwaardig was. Orthodox islamitische organisaties bleken het best georganiseerd. Ze wonnen de inschrijving.

Een monsterverbond van bedrijven, overheden, politieke partijen, welzijnsindustrie en moslimorganisaties van orthodoxe snit sloot de gastarbeiders vervolgens op in een patroon van betutteling, beter weten, slachtofferdenken, goede bedoelingen en gemeenschapsdenken.

In de verdediging van de autochtone arbeiders boden de vakbonden het langst weerstand. En de Socialistiese Partij bracht in 1983 de brochure Gastarbeid en Kapitaal uit van vrijdenker Anton Constandse. Het bezorgde de SP veel tegenwind. SP-voorman Tiny Kox oordeelde later dat het de doorbraak van de SP had vertraagd. Nu is de status van de brochure ongewis. Door de opkomst van Fortuyn en Wilders kreeg de SP koudwatervrees om in het verkeerde kamp ingedeeld te worden. Het beroep op de klassenstrijd heeft de SP ingeslikt. De brochure is niet makkelijk te vinden.

Foto: De aankomst van zestig Spanjaarden in Someren in 1963

Is Job Cohen de vernieuwer van de PvdA?

Binnen de PvdA woedt een stille strijd tussen fundamentalisten en realisten. Onder de laatsten kunnen Eberhard van der Laan, Paul Scheffer, René Cuperus, Jonge Socialisten als Mohammed Mohandis, Arne Mosselman, Jelle Menges, Sharon Dijksma en de zogenaamde liefdevollen als Eddy Terstall en Marcel Duyvestijn worden verstaan. Evenals Monika Sie Dhian Ho van de Wiardi Beckman Stichting. Maar ook Wouter Bos, die niet zo’n beetje door zijn eigen partij werd tegengewerkt volgens Terstall.

Jelle Menges ergert zich in een interview in het ledenblad van de PvdA Rood aan de PvdA’ers die zich achter oudlinkse ideeën schaarden: Vooral die types als Hedy d’Ancona. Vroeger hardcore feministen. Ze verbrandde bh’s, vond het huwelijk een vorm van onderdrukking en provoceerde meer dan Ayaan Hirsi Ali ooit deed. Alles voor de vrouwenrechten. Dat wil zeggen: toen. Nu zien deze feministen de burka bijvoorbeeld ineens als een vorm van voor jezelf opkomen. Ze praten alles goed, als het om de islam gaat. Provoceren is uit den boze. Veel PvdA’ers zagen allochtonen als troetelkinderen, die je moest aaien en paaien. Ze zagen de nieuwkomers niet als volwaardige mensen. De ergernis van Menges tekent de culturele kloof die dwars door de PvdA loopt.
 
Volgens René Cuperus staat Nederland voor drie vuurproeven: de uitweg uit de financiële crisis, het antwoord op het politieke onbehagen en herstel en rehabilitatie van het publieke ethos van overheid en publieke sector. Daarbij komt voor de PvdA de crisis die alle sociaal-democratische partijen treft. Cuperus citeert onderzoekers Vander Weyden en Abts: In heel West-Europa zijn de sociaaldemocratische partijen niet langer de massapartijen en arbeiderspartijen van weleer. (..) Het gevolg was dat nogal wat sociaaldemocratische partijen een deel van hun vroegere kernelectoraat zijn verloren: enerzijds is de steun van de verburgerlijkte arbeidersklasse minder evident aangezien hun stem minder door de tegenstelling arbeid versus kapitaal wordt gestuurd; anderzijds zoeken nogal wat achterblijvende arbeiders en laaggeschoolden hun toevlucht tot populistische partijen die wel een inhoudelijk antwoord bieden op hun gevoelens van machteloosheid, angst en achterstelling. (..) Links is meer en meer losgescheurd van de wereld van de arbeid en de vakbeweging en de klassieke arbeiderspartij is geëvolueerd naar een links-progressieve partij die geleid wordt door een nieuwe middenklasse van hooggeschoolden die nieuwe thematische en ideologische accenten legt in de linkse ideologie. (..) Deze evoluties plaatsen de sociaaldemocratie in een ideologische spreidstand en in een electorale paradox: ofwel houdt men vast aan de klassieke idee van de klassenstrijd en staatsinmenging met het risico te weinig tegemoet te komen aan de gevoeligheden en grieven van de nieuwe middenklasse, ofwel gaat het meer in de richting van een progressief vertoog van kansengelijkheid en vrijemarktwerking met het gevaar de traditionele van arbeiders en kwetsbare groepen al te zeer tegen de borst te stuiten.
 
Kan de PvdA een nieuwe start maken? Daartoe dient nog veel werk verricht te worden. De uitweg uit de impasse zal van de realisten moeten komen. Als enigen kunnen ze een passende politieke filosofie ontwikkelen. Maar hun positie binnen de PvdA is slecht. Het zal van de kracht van hun argumenten moeten komen. Da’s een wankele basis. Inhoudelijke sterkte is niet altijd voldoende zoals de kritiek op de afgewezen integratienota aantoonde die uiteindelijk afgeschoten werd. Zolang de fundamentalisten op sleutelposities zitten zal de impasse binnen de PvdA voortduren. In de coulissen wordt de wederopleving voorbereid. Vergeefs of niet?

Foto: De PvdA-coryfeeën Wouter Bos, Wim Kok, Job Cohen, Hedy d’Ancona en Jan Pronk bij de Dag van de Arbeid in mei 2011, tevens het 65-jarig bestaan van de partij. Foto Hollandse Hoogte