Het heldere en het duistere land. Column bij de tentoonstelling ‘Moving Realities’

berenice

De Utrechtse advocaat en dichter Hendrik Marsman hield in 1933 kantoor in de Domstraat. Vlak naast de Dom. Hier, naar links  160 stappen van deze plek verwijderd. In mei 1940 verbleef hij in Zuid-Frankrijk toen de Duitsers dat land binnenvielen. Op de vlucht naar Engeland vanuit Bordeaux werd op 21 juni de kleine vrachtboot de Berenice in de vroege ochtend door een Duitse U-Boot getorpedeerd. De echtgenote van Marsman die juist op het dek was overleefde het. De dichter niet. In totaal vonden 39 mensen de dood.

De voorspellende waarde van Marsmans gedicht De Overtocht uit 1926 is treffend en vaak opgemerkt. Het is alsof de dichter naar zijn eigen dood toeleefde. Het gedicht begint zo: ‘De eenzame zwarte boot // vaart in het holst van den nacht // door een duisternis, woest en groot // den dood, den dood tegemoet. \ik lig diep in het kreunende ruim, // koud en beangst en alleen // en ik ween om het heldere land, // dat achter den einder verdween // en ik ween om het duistere land, // dat flauw aan den einder verscheen.

Is iedereen die het heldere land verlaat en op weg gaat naar het duistere land een vluchteling? Als het niet in juridische zin is volgens het Vluchtelingenverdrag dan toch in ieder geval in praktische zin? Het doet er niet toe. Marsman zou nu een economische migrant genoemd worden, maar ging met zijn vrouw op de vlucht als vluchteling. Zijn vrienden Edgar du Perron en Menno ter Braak stierven op 14 mei 1940. Ter Braak pleegde zelfmoord en Du Perron stierf door een hartkwaal aan een hartaanval vanwege de opwinding over de Nederlandse capitulatie. Is iemand die kiest voor de dood ook een vluchteling uit het eigen leven?

Er bestaat dus begripsverwarring over wat een vluchteling is. Het is in Europa een politiek begrip geworden. De interpretatie ervan bepaalt iemands levenshouding. Wie de grenzen voor ontheemden af wil sluiten redeneert vooral vanuit het heldere land. Wie de grenzen voor ontheemden open wil stellen redeneert vanuit het duistere land. Het onbekende is vergeleken bij het bekende een stap in het ongewisse. De twee komen niet samen, hoewel in het debat steeds meer grijstinten ontstaan die de twee posities trachten te verbinden.

Maar het politieke debat hoe het moet met een onsje meer of minder is niet waar het de kunstenaar om gaat. Het is te plat. De schijnconstructie van het politieke gelegenheidsargument gaat voorbij aan het vormgeven van een eeuwige waarheid. Want dat is de pretentie van de kunstenaar.

Het is lastig in woorden te vangen waarom iemand het heldere land verlaat. Dat leert de Nieuwsbrief van Galerie Sanaa met de getuigenissen van de kunstenaars die op deze tentoonstelling te zien zijn. Is het wel onder woorden te brengen wat het verschil is met de nostalgie van allen die gewoon levenslang thuis zijn gebleven en hun leven leiden? Die uit zelfbehoud het eigen verleden romantiseren door het sepia te kleuren.

Een verplaatsing in ruimte vraagt vanzelfsprekend tijd. Dat duurt. Maar het omgekeerde geldt voor ieder mens omdat dat het leven zelf is. Verandering in tijd wordt voor allen noodgedwongen verandering in ruimte. Tot in de dood. Soms van de Domstraat tot op de bodem van de Noordzee. Zo groeien ontheemden en thuisblijvers met hun levens naar elkaar toe. En worden de verhalen van vluchtelingen minder uniek.

De vlucht verschilt wel in thematiek. Het biedt een krachtige verhaallijn waaraan al het andere ondergeschikt kan worden gemaakt. Zonder dat het onwaarschijnlijk en saai wordt. Dat werd goed begrepen in Hollywood omdat de vluchteling die op het nippertje aan het onheil ontkomt per definitie spanning biedt. Uiteraard in de geromantiseerde versie van de droomfabriek omdat echte oorlog, genocide, hongersnood of natuurramp die samengaat met pijn, leed, verdriet en ontberingen te schrijnend is. En toch niet invoelbaar. En als het al invoelbaar was niet gebruikt kon worden omdat het het volgen van de verhaallijn in de weg zou zitten.

Het was dus een dramatische kunstvorm als het toneel of de film die de juiste dosering, en de gepaste afstand en ernst wist te vinden om het verteerbaar te maken. De abstractie van de beeldende kunst maakt het voor een niet-dramatische kunst die niet tussentijds kan bijsturen op twee manieren lastig. Het maakt geen gebruik van tijdsverloop en kan er daarom niet op rekenen dat het onderscheid van de vluchteling met de thuisgebleven sterveling gezien wordt. En de zwaarte van het thema maakt de kans dat het loodzwaar wordt levensgroot omdat de afwisseling ontbreekt.

De Overtocht van Marsman gaat niet alleen over het leven dat eindigt in de dood, maar ook om de angst om wat er na de dood komt. Beeldende kunst die u hier ziet onttrekt zich per definitie aan het leven en wint het daarom uiteindelijk van kunstvormen die de tijd voor hun karretje willen spannen. Beeldende kunst heeft het moeilijk, maar reikt ook hoger. Dat is de tegenprestatie. Hoe de verschillende kunstenaars hun afweging maken kunt u hier zien. Dank u voor uw aandacht.

gs

Foto 1: Koopvaardijschip Berenice. Credits kroonvaarders.com.

Foto 2: Schermafbeelding van deel Nieuwsbrief met aankondiging tentoonstelling ‘Moving Realities’ van Galerie Sanaa in Utrecht.

Wapenstilstand in Oekraïne is oorlog. Maar oorlog is niet-oorlog

dix

De zogenaamde wapenstilstand in Oekraïne zou voor Nederlandse begrippen oorlog zijn. Terwijl oorlog voor Nederlandse begrippen een vredesmissie is. Nederland ontkent de oorlog. Da’s best verstandig van Nederland omdat het oorlogen altijd verliest. In elk geval sinds prins Maurits. In zo’n geval kun je beter ontkennen dat ze bestaan. Oorlog wordt in Nederland omgeleid richting woordenstrijd. Daarin zijn Nederlanders beter dan in het voeren van oorlog. Nederland is een domineesland, zo muntte Menno ter Braak die term in 1931. Oorlog is in Nederland dus bovenal een vredesmissie of niet-oorlog. Afgelopen maand stierven er in de zogenaamde wapenstilstand meer Oekraïense militairen dan Nederland sinds 1951 in vredesmissies heeft verloren.

Wat zijn de verwachtingen van een zogenaamde wapenstilstand die geen wapenstilstand is? De verwachting is dat de wapenstilstand weer echt oorlog wordt. Behalve Oekraïne komt geen enkel land die erkenning goed uit. Daarom duiken politici van alle landen op de oorlog tegen ISIS omdat het een goede oorlog is met duidelijke helden en schurken. Zo menen ze. Ze overtreffen elkaar in verontwaardiging. Hun uitgesproken zorgen over ISIS zijn de compensatie voor het in de steek laten van Oekraïne. Ondanks de garanties van het Boedapester Memorandum uit 1994 met de handtekening van de VS en het Verenigd Koninkrijk dat Oekraïne soevereiniteit en onafhankelijkheid garandeert en vrijwaart voor intimidatie met geweld of economische druk. Als de tuinman vluchten westerse leiders voor de dood die ze in Isfahan treffen. Karakterloosheid is hun klasse.

Er is zoveel meer te zeggen. De claim van Rusland op de Krim valt historisch niet hard te maken. De Tataarse activiste Fauziya Bayramova krijgt een jaar cel omdat ze zich uitspreekt voor rechten van moslims en Tataren. Rusland heeft meer kernkoppen dan de VS. Separatisten bestrijden vooral elkaar in facties die onderhorig zijn aan krijgsheren die in Somalië of Afghanistan niet zouden misstaan. Aanwezigheid van Russische militairen op Oekraïens grondgebied is verder onderbouwd door het Russische tijdschrift RBC. Het Russische leger voert versterkingen Oekraïne in voor de volgende stap in de vernietiging van dat land. En de VS en Europa? Ach, daarover is al zoveel gezegd. Ze voeren oorlog waar ze geen oorlog moeten voeren, en voeren geen oorlog waar ze wel oorlog zouden moeten voeren. Of vredesmissie of niet-oorlog. Wat het etiket ook is. Nogal weeïg.

Foto: Otto Dix, Der Krieg, 1929-1932.  Middendeel uit het Dresden Triptiek. Collectie: Staatlichen Kunstsammlungen Dresden.

Giovinezza: Aanstootgevend. Niet voor alle leeftijden geschikt

De volgende video is door de YouTube-community aangemerkt als aanstootgevend of expliciet. Mogelijk niet voor alle leeftijden geschikt.’ YouTube waarschuwt me voor bovenstaande video en zet dat waarvoor ik gewaarschuwd moet worden voor mij bovenaan onder het kopje ‘Nog een keer kijken’. Wat je noemt de kat op het spek binden. Na het aanklikken van ‘Doorgaan’ en het negeren van ‘Annuleren’ herinner ik me de melodie. Ik verwees er op 15 september 2012 naar in ‘Cesare Pietroiusti vermengt historisch en hedendaags fascisme’.

Het lied ‘Giovinezza’ bewierookt de jeugd en was de officiële hymne van de Nationale Fascistische Partij en het leger tijdens het tijdperk Mussolini. Zo explosief dat het blijkbaar 70 jaar later nog een waarschuwing verdient. De Italiaanse tenor Beniamino Gigli nam ‘Giovinezza’ in 1937 op. Waarbij nu de verwijzing naar Il Duce geschrapt is. Er bestaat ook de Duitse bewerking ‘Hitlerleute’ dat het niet haalt bij het Italiaanse voorbeeld. Waarom YouTube de Duitse bewerking niet als aanstootgevend of expliciet aanmerkt is de vraag.

Ondraaglijke lichtheid van het Nederlands cabaret: Theo Maassen

15612606-568x378

Er blijkt afgelopen weken in de Nederlandse media een heuse storm opgestoken te zijn. Over een belangrijk iets. Internetactivist Aaron Swartz die in het nauw gebracht door de Amerikaanse overheid zelfmoord pleegt? Nee. De Franse interventie in Mali? Nee. De oorlog in Syrië? Nee. Waarover dan wel? Theo Maassen. Een cabaretier met Brabantse tongval die agressie speelt en oogst. In de ‘als of‘-wereld van de dramatiek dus.

Cabaret is amusement dat onder het mom van een hogere waarheid op een domineestoon het dagelijkse naar een dramatisch niveau tilt door te shockeren, op scherp te zetten of te ontroeren. Cabaret bestaat bij gratie van ontvankelijkheid in de wederzijdse afspraak tussen publiek en cabaretier. Fransen noemen dat zo aardig ‘Épater la bourgeoisie‘ ofwel indruk maken op de burgerij. Die laat zich graag afzeiken om deel te worden van iets groters dat het vermoedt. Cabaret is kleinkunst voor de kleinburger die egalitair geniet van zelfkastijding.

De mediastorm spitste zich toe op een uitspraak van Maassen over de beveiliging van een politicus als Geert Wilders. Hij zegt daartegen te zijn: ‘Misschien dat mensen dan net effe iets langer nadenken voordat ze iets zeggen.’  Da’s een mening die slecht valt bij rechts en links tot bijval verleidt. Ook wordt Maassen verweten door Nausicaa Marbe dat-ie de islam niet hard durft aan te pakken, maar zich confortabel als pseudo-rebel richt op Wilders als symbool van een voorbij verleden. Theo Maassen symboliseert de ultieme kleinburger.

Kritiek gaat voorbij aan het wezen van de ‘als of‘-wereld van dramatiek. Aan de stilzwijgende afspraak tussen acteur en publiek om binnen theaterconventies een gezellig loopje met de werkelijkheid te nemen. Om effect te resulteren dikt een voorstelling in en verdraait. Juist daarom kan een cabaretier alleen afgemeten worden aan het feit of-ie succesvol zijn schijnwereld dramatiseert, maar niet aan de waarde van politieke uitspraken over de echte wereld. Cabaret is immers geen politiek debat. Nederlands cabaret veinst met licht vermaak onder een loodzware mantel van ongeveinsdheid de realiteit, maar zal er per definitie nooit arriveren.

Foto: Theo Maassen in zijn voorstelling ‘Met alle respect’, 2012. Credits: Hollandse Hoogte / Vincent van den Hoogen.

Cesare Pietroiusti vermengt historisch en hedendaags fascisme

Kunstenaar Cesare Pietroiusti zingt op 22 maart 2003 van 18.00 tot 23.45 uur in de Saletta Comunale for Contemporary Art in Castel San Pietro de beginregels van twee fascistenliederen Vincere (Overwinnen) en Giovinezza (Jeugd). Opzet is door te gaan totdat z’n stem het begeeft. De liederen bewieroken Italië en de jeugd. Omstanders zingen mee: ‘Vincere, vincere, vincere, e vinceremo in cielo, in terra e in mare. E’ la parola d’ordine, una suprema volontà‘. Ofwel, ‘Winnen, winnen, winnen, en we zullen winnen in de lucht, op land en op zee. Het is ons erewoord, onze opperste wil‘.  De performance heet Pensiero unico (Unieke gedachte).

In de Utrechtse presentatie-instelling BAK opent op 29 september de groepstentoonstelling How Much Fascism? Zoals vaak gaan de ondoordringbare teksten voor het onderwerp staan dat brede aandacht verdient. En beeldende kunst zo’n slechte naam bezorgt. Mijn vraag is hoe hedendaagse uitingen van fascisme herkend kunnen worden, gesteld dat ze in die vorm nog bestaan. Of ontneemt terugkijken het zicht op wat zich nu vlak voor onze ogen afspeelt? Hoe flexibel zijn kunstenaars om verder te kijken dan Geert Wilders of Marine le Pen? Naar de islam, Barack Obama of Hu Jintao. Valkuil van politieke kunstenaars is een voorspelbare focus.

Foto: Republikeinse Nationale Conventie in St. Paul, Minnesota, 2008

Rob Riemen als half-intellectueel

Het rommelt in wetenschappelijk Tilburg. Op de universiteit die om begrijpelijke reden geen Katholieke Universiteit Tilburg mocht heten. Maar waardeloos is het wel. Hoogleraar en sociaal-psycholoog Diederik Stapel wordt beticht van fraude. Hij zou onderzoeksgegevens uit zijn duim gezogen hebben. Het meest schrijnend is dat Stapel tevens over professioneel ethos doceerde. Degene die de certificaten uitreikt is zelf corrupt. Zo dondert de basis vanonder het wetenschappelijk bedrijf.

Na het jarenlang afglijden van het hoger onderwijs was het wachten op een wetenschappelijk bedrijfsongeval. De ver doorgeslagen bureaucratisering en accentverlegging van onderzoek en onderwijs naar management en ondersteuning heeft de kritische massa uit de meeste universiteiten gezogen. Diederik Stapel is de eerste die door de mand valt, maar zal naar verwachting niet de laatste zijn.

Er kondigt zich in Tilburg al een volgende slachtoffer aan en dat is de theoloog Rob Riemen. Hij is directeur van het Nexus Instituut dat in 1994 door hem werd opgericht. Het bestudeert het Europese cultuurgoed in zijn kunstzinnige, levensbeschouwelijke en filosofische samenhang, om zo inzicht te bieden in eigentijdse vragen en uitdagend vorm te geven aan het cultuurfilosofische debat. Ik heb altijd een hogere dunk gehad van zijn publicitaire handigheid en succesvol lobbyen dan van zijn wetenschappelijke kwaliteiten.

De PVV-Brabant stelde een maand geleden in de Staten vragen over de subsidie aan Nexus. Volgens de PVV ontvangt Nexus subsidie van OCW, de Universiteit van Tilburg, de Provincie Noord-Brabant en de gemeente Tilburg, bij elkaar ruim een miljoen euro aan belastinggeld per jaar. Da’s een aanzienlijk bedrag voor een instituut dat op het raakvlak van publiciteit, journalistiek, (cultuur)politiek en wetenschap opereert. Nexus is geen academisch instituut. Het roept de vraag op of Nexus overheidssubsidie ontvangt die kranten, tijdschriften en uitgeverijen niet mogen ontvangen.

Na de affaire Stapel gaat PVV-kamerlid Martin Bosma en rechterhand van Geert Wilders opnieuw in de aanval. Riemen zou volgens Bosma in een rede Menno ter Braak citaten toegedicht hebben die in het geheel niet door Ter Braak zijn gedaan. De inzet van Bosma is duidelijk, hij wil een lastige tegenstander verzwakken die het op de PVV voorzien heeft. Da’s normale politiek, hoewel het blootleggen van andermans zwaktes wat negatief gericht is. Maar Riemen doet zelf niet anders en nu geeft Bosma hem een koekje van eigen deeg.

Bosma heeft gelijk. Riemen verandert en verzint citaten en dat is literair, journalistiek en wetenschappelijk onaanvaardbaar. Riemen maakt er potje van door in zijn boekjes en redes Ter Braak naar zijn hand te zetten. Menno ter Braak is Nederlands cultureel erfgoed dat beschermd moet worden. Des te erger als Riemen op festivals optreedt voor een redelijk onwetend publiek dat veel wijs gemaakt kan worden. De half-intellectueel Riemen moet met zijn fikken van de intellectueel Ter Braak afblijven.

Foto: De redactie van Forum: Menno ter Braak, Simon Vestdijk en Edgar du Perron (1932-1935)

The Plot Against Wilders

Cultuurfilosoof Rob Riemen van Instituut Nexus steekt zijn nek uit. Da’s moedig. Hij gooit stenen in de vijver van de Nederlandse consensus. Hij volgt het voorbeeld van Franse intellectuelen die niet schromen om het straatgeweld in hun werk toe te laten. Riemen volgt zijn innerlijke noodzaak om te praten. Da’s goed.

Hij wijst de hele politiek naar de prullenmand. VVD, PvdA, CDA, PVV, ze vallen bij hem stuk voor stuk door de mand. Riemen waarschuwt Nederland nog eenmaal. Maar weet Riemen het debat ook op een hoger peil te brengen waar het thuishoort? Of komt-ie niet verder dan de marketing van een congres van zijn instituut?

Riemen schreef het boekje De eeuwige terugkeer van het fascisme. Hierin stelt-ie dat Geert Wilders een fascist is. Desgevraagd weet Riemen in Nieuwsuur of NRC echter niet uit te leggen wat het fascisme inhoudt. Kritiek op Riemen is dat zijn kwalificatie van Wilders uit de lucht is gegrepen, terwijl hij toegeeft dat de vergelijking op sommige punten mank gaat.

Riemen legt uit dat het fascisme veelkleurig is en focust op de begindagen van het historisch fascisme. Toen het ergste nog moest komen. Door Wilders in die beginfase te plaatsen suggereert Riemen dat Wilders dezelfde weg zal gaan als Mussolini of Hitler. Zo’n claim voor de toekomst kan niemand tegenspreken. Alles wat Riemen zegt is hypothetisch en associatief. Wilders is de Charles Lindbergh uit Philip Roth’ roman The Plot Against America.

Bedenkelijk is dat Riemen vragen zet bij Wilders’ motivatie. Hij plaatst Wilders buiten het discours door hem een leugenaar, heerser, anti-democraat, propagandist van geweld, demagoog, opportunist en machtspoliticus om de macht te noemen. Deze diskwalificaties verklaart-ie opnieuw door terug te redeneren vanuit vergezichten die hypothetisch zijn. Hiermee miskent Riemen de Realpolitiker die Wilders ook is.

Riemen maakt fictie en geen non-fictie. Jammer dat-ie zich zo laat afleiden door Wilders. Daarmee trapt-ie in dezelfde valkuil als de politieke klasse. Riemen heeft zinnige punten van kritiek over de dominante rol van de economie en het afgenomen cultuurbesef. Het is jammer dat Riemen geen andere focus en methode heeft gekozen om zijn cultuurkritiek te uiten. Nu blijft-ie hangen in propaganda tegen Wilders.

Foto: Palazzo della Civiltà Italiana, EUR, Roma