Huidige sociale medium platforms hebben volgens wetenschappers geen toekomst

Schermafbeelding van column ‘We should all know less about each other‘ van Michelle Goldberg in The New York Times van 1 november 2021. Overgenomen door The Salt Lake Tribune op 2 november 2021 en de papieren versie van The New York Times (International Edition), 4 november 2021.

Columniste van The New York Times Michelle Goldberg is in haar columnWe should all know less about each other‘ van 1 november 2021 somber over sociale media. Ze sluit haar betoog zo af: ‘Sure, there are ways of communicating over the internet that don’t promote animosity, but probably not with the platforms that are now dominant‘. Over de VS waar volgens haar op dit moment in de publieke opinie een ‘cold civil war‘ woedt zegt ze: ‘In a country descending into a perpetual state of screeching acrimony (In een land dat afdaalt in een voortdurende staat van krijsende bitterheid) we might be able to tolerate each other more if we heard from each other less‘.

Goldberg baseert zich op onderzoek en uitspraken van professor sociologie en openbaar beleid Christopher Bail aan de Duke University. Bail is directeur van het Polarization Lab dat met een interdisciplinair team bestudeert ‘hoe technologie politieke verdeeldheid versterkt’.

Goldberg verwijst naar Bails recente boekBreaking the Social Media Prism: How to Make Our Platforms Less Polarizing‘ (2021) dat gebaseerd is op een experiment. Het komt erop neer dat gebruikers van Twitter gedurende een maand geconfronteerd werden met uitingen van hun politieke opponenten. De aanname dat dit tot matiging zou leiden werd niet bevestigd. Niemand werd gematigder. Het omgekeerde gebeurde: Republikeinen die werden blootgesteld aan die tegengestelde tweets werden juist iets conservatiever en Democraten werden iets progressiever.

Dat ondermijnt het idee van sociale media waarover ooit werd gezegd dat ze mensen zouden verbinden zodat de wereld opener en humaner zou worden. De huidige platforms van sociale media bereiken het omgekeerde: ze verscherpen verschillen, vergroten wederzijdse haat en dat heeft de weerslag op de structurering van de politiek. Het is een Amerikaans fenomeen dat ook naar Nederland is overgeslagen.

De huidige kritiek op Facebook moet dan tweeledig bekeken worden. De leiding van Facebook heeft om commerciële redenen een beleid ontwikkeld met algoritmes waarin woede en minachting worden beloond en Facebook een motor is geworden die desinformatie verspreidt en brandstof geeft voor complottheorieën.

Dat komt bovenop de volgens Bail destructieve kracht van sociale media die per definitie verschillen aanscherpen en de wederzijds haat aanwakkeren. Alle artikelen die nu verschijnen over de herstructurering van Facebook die als kosmetisch wordt gezien gaan bijna uitsluitend voorbij aan dat fundamentele gebrek van Facebook. Ook als Mark Zuckerberg zijn beleid 180 graden draait en alle aanbevelingen van de critici volgt, dan nog zal Facebook een destructieve kracht blijven die samenleving en democratie beschadigt.

De oplossing om tot gezonde sociale media te komen of de ongezonde te vermijden is tweeledig. Of werken aan een zwaar gemodereerd sociaal medium zoals dat nu bestaat in Vermont: het kleine Front Porch Forum of afzien van de nu bestaande sociale media zodat we ons niet langer in hoge mate kunnen storen aan en opwinden over andere meningen.

Dat is een les voor Nederlandse overheidsinstellingen, bedrijven en organisaties die hun interactie met het publiek grotendeels naar de huidige platforms hebben verlegd. Dat is een doodlopende weg omdat de huidige platforms zich op een doodlopende weg bevinden. Vooral Nederlandse overheidsinstellingen, maar ook bijvoorbeeld de samenwerkende Nederlandse musea of podia zouden er verstandig aan doen om definitief afscheid van Facebook, Twitter en Instagram te nemen om in samenwerking hun eigen gezonde platforms te bouwen.

Het is een investering die nu geld, eigen initiatief en autonoom denken vergt, maar voor de lange termijn rendeert vanwege het bezit van de data en de eigen organisatie en samenleving maatschappelijk gezond maakt. En kan toegevoegd worden, de eigen organisatie minder afhankelijk maakt van de luimen van grote Amerikaanse techbedrijven die het uitsluitend om winst te doen is.

Kritiek op Ollongren. FVD onttrekt zich niet aan eigen schaduw en blijft hangen in complotdenken en in zichzelf gekeerdheid

In de verklaringFVD stelt Kamervragen aan Ollongren (D66) over inperking publiek debat en vrije internet’ heeft Forum voor Democratie kritiek op het beleid van minister van Binnenlandse Zaken Kajsa Ollongren inzake de bestrijding van nepnieuws. Kritiek op dit dossier is niet onterecht, maar Forum voor Democratie gaat zo over de top dat het vooral aandacht vestigt op het eigen onvermogen om een solide argumentatie op te bouwen en het gebrek aan degelijkheid om normale politiek te bedrijven. Zo stort de proefballon van Forum neer voordat die het luchtruim heeft gekozen. Bij het artikelFVD zet aanval in op “Orwelliaanse” D66-minister Ollongren: “Ze geeft gevolg aan haar totalitaire impulsen!”’ op DDS plaatste ik onderstaande reactie:

Het is cynisme ten top. Forum voor Democratie dat zich overvloedig en herhaaldelijk bedient van nepnieuws beschuldigt een minister ervan … zich te bedienen van nepnieuws.

Het spreekwoord zegt dat de aanval de beste verdediging is, maar in het geval van Forum voor Democratie gaat dat niet op omdat het verschil tussen de eigen claim en de werkelijkheid te groot is. Forum gedraagt zich potsierlijk en heeft moeite een feitelijke basis te vinden die de eigen kritiek geloofwaardigheid geeft. Forum voor Democratie voert opnieuw de klucht van de miskenning op. Feitelijk de uiting van een negatief zelfbeeld. Want Forum probeert niet eens meer anderen te bereiken en een belangwekkend politiek onderwerp echt te agenderen. De partij praat liever in zichzelf.

Dat begint al in de verklaring van deze politieke partij met de allang weerlegde complottheorie die suggereert dat George Soros met zijn ‘machtige imperium’ onze verkiezingen beïnvloedt. Hiermee zet Forum voor Democratie gelijk al twijfels bij de eigen bedoelingen.

Dat is jammer omdat het over een belangrijk onderwerp gaat, namelijk het verschijnsel nepnieuws, de bestrijding ervan en de reactie daarop van de overheid. Maar in de handen van Forum verliest dit onderwerp elk gewicht, zodat de partij het tegenovergestelde bereikt van wat het nastreeft. Namelijk de legitimatie van de overheid. Want Forum maakt door overdrijvingen en onwaarheden dit onderwerp onschadelijk.

Forum voor Democratie maakt het er nog potsierlijker op door een techbedrijf als Facebook direct te associëren met ‘met linkse, EU- en immigratiegezinde regeringen’. Dat soort regeringen bestaat uitsluitend in de fantasie van Forum. Wat de partij zegt is klinkklare onzin. Facebook is een beursgenoteerd bedrijf dat het vooral om het behalen van winst gaat en tot nu toe zeer terughoudend is opgetreden in het bestrijden van nepnieuws. Recent heeft directeur Mark Zuckerberg gezegd dat Facebook niet op zal treden tegen politieke advertenties die aantoonbare onwaarheden bevatten. Daarop heeft hij van vele kanten kritiek gekregen.

Zo hobbelt de verklaring van Forum voor Democratie van onwaarheid langs aanname naar leugen. Met zo’n op voorhand lekgeschoten verklaring van Forum voor Democratie die elk gewicht mist heeft minister Ollongren geen verdediging nodig. Dat is jammer, want zij heeft heel wat uit te leggen. Want haar beleid inzake nepnieuws lijkt zoekend en onzeker.

Het valt Forum voor Democratie te verwijten dat het van een principieel en belangrijk onderwerp als nepnieuws en de rol van de overheid daarin een parodie maakt en het zo onschadelijk maakt. Terwijl de kwestie juist een serieus debat verlangt.

Zoals vaker blijft Forum voor Democratie hangen in eigen jargon, complotdenken en het bedienen van de eigen doelgroep en is niet in staat om boven zichzelf uit te stijgen en dit onderwerp voor velen interessant te maken. Forum voor Democratie gaat vanuit electoraal denken voor de eigen profilering ten koste van een zinvol debat. De partij toont als geen ander de eigen overbodigheid aan. Electoraal zal Forum voor Democratie vermoedelijk succesvol zijn in het behalen van meer dan twee zetels bij komende landelijke verkiezingen, maar tegelijk snijdt het de weg naar andere partijen af door deze opstelling van dagdromerij, complotdenken en in zichzelf gekeerdheid.

Foto: Schermafbeelding van deel verklaringFVD stelt Kamervragen aan Ollongren (D66) over inperking publiek debat en vrije internet’ van Forum voor Democratie, 24 oktober 2019.

Facebook ligt onder vuur. Het pakt de problemen niet aan, maar vertraagt, ontkent en leidt af. Grijpen de toezichthouders in?

Facebook ligt onder vuur door een achtergrondartikel in The New York Times. In haar programma praat Stephanie Ruhle met journaliste Kara Swisher. Het blijkt dat Facebook onder leiding van de algemeen directeur Sheryl Sandberg een campagne voerde om de kritiek op het bedrijf af te leiden en de omvang van de problemen te verhullen. Dit roept opnieuw de vraag op of Facebook verantwoordelijkheid neemt en werkelijk geconstateerde problemen van nepnieuws en inmenging van buitenlandse overheden probeert te verhelpen. Of dat het eenzijdig gericht blijft op groei. Ruhle stipt in het interview de grip van het grote geld op de Amerikaanse politiek aan. Minderheidsleider Chuck Schumer is in de Senaat verdacht aardig voor Facebook. Andere Senatoren zijn kritischer, maar of ze genoeg druk kunnen zetten om Facebook in beweging te krijgen en niet opnieuw weg te laten komen met smoesjes is de vraag. Dit onderwerp raakt ook direct aan Nederland.

Rijksmuseum Twenthe is boos op Facebook vanwege naaktverbod. Waarom heeft het zich voor de publiciteit zo afhankelijk gemaakt?

Tubantia meldt in een bericht dat het Rijksmuseum Twenthe in Enschede problemen heeft met de publiciteit vanwege een naaktverbod van Facebook. Gevolg is dat het beeldmateriaal afgelopen maanden herhaaldelijk werd geweigerd omdat er teveel bloot op te zien was en het museum zich zo niet met publiciteitscampagnes kan profileren op sociale media. Woordvoerder Karin Jongenelen zegt: ‘De censuur van Facebook heeft absurde vormen aangenomen. Het is nu eenmaal een gegeven dat op veel historische schilderijen bloot te zien is. Juist de mooiste werken uit onze collecties kunnen we nu niet meer gebruiken in onze promotie.’

Eerder dit jaar ageerde Toerisme Vlaanderen in een ludieke actie tegen Facebook (FB) omdat oude kunst in Vlaamse musea te naakt werd gevonden en werd gecensureerd. Ik concludeerde in een commentaar dat de macht van de Amerikaanse techbedrijven erg groot is geworden, dat de censuur duidt op het opkomen van een nieuwe preutsheid en dat ‘kunstmusea zich als ‘tentoonstellingsfabrieken’ afhankelijk hebben gemaakt voor hun publieksbereik’. Aan de eerste twee redenen kunnen de kunstmusea weinig veranderen. De macht van Facebook is iets wat de politiek bij voorkeur in grensoverschrijdend overleg (bijvoorbeeld EU of UNICEF) moet aanpakken en het terugdringen van de nieuwe preutsheid is een maatschappelijk proces. Maar die afhankelijkheid van sociale media valt de kunstmusea of overheden te verwijten. Daar kunnen ze zelf iets aan veranderen. Ze hadden het nooit zover moeten laten komen. Nu worden ze verschrikt wakker en beseffen ze ineens hoe afhankelijk ze zich voor hun publiciteit van Facebook en soortgelijke bedrijven hebben gemaakt.

Welke signalen hebben ze afgelopen jaren gemist? Hoe merkwaardig is het dat een woordvoerder van een Nederlands rijksmuseum zegt geen kant meer op te kunnen? Dat is een brevet van eigen onvermogen. Het gepaste antwoord erop is ‘eigen schuld, dikke bult’. De preutsheid is niets nieuws. De voorbeelden zijn talrijk.

In 2014 censureerde FB weliswaar niet de naaktfoto’s van de Australische kankerpatiënte Beth Whaanga die op haar FB-pagina verslag deed van haar ziekte, maar zeiden meer dan 100 ‘vrienden’ hun vriendschap met haar op omdat haar verslagen te onthullend zouden zijn. Dat is de werkelijkheid waarin Facebook opereert. Een commercieel bedrijf dat het om winstgevendheid te doen is en goed oplet hoe die winst geoptimaliseerd kan worden. Als daar censuur bij past en af en toe een slappe, ontwijkende schuldbekentenis in een hoorzitting om de politiek te pacificeren, dan moet dat maar. In 2013 sloot FB de pagina’s van de topless opererende activistes van het vrouwencollectief FEMEN. In 2015 zei FB nee tegen het naakte realisme van kunstenaar Jans Muskee. In 2016 verwijderde FB de iconische foto van het ‘napalmmeisje’ in Vietnam vanwege naaktheid.

Overheden en semi-overheidsinstellingen als Rijksmuseum Twenthe zijn jarenlang de fuik ingezwommen en deden alsof dat zonder gevolgen zou blijven en straffeloos kon. Hoe naïef men na talloze waarschuwingen kan zijn maakt de woordvoerder van Rijksmuseum Twenthe inzichtelijk. Zij kan dan wel zeggen dat ze boos is op FB, maar eigenlijk zou ze vooral boos op het eigen mediabeleid moeten zijn. Ze heeft gelijk ‘hoezeer we zijn doorgeslagen’. Maar ze heeft anders gelijk dan ze denkt. Overheden en semi-overheidsinstellingen hebben zich jarenlang afhankelijk gemaakt van techbedrijven en dachten op kosten van FB gratis publiciteit te kunnen maken. Op de commerciële markt bestaat zoiets echter niet. Rijksmuseum Twenthe en soortgelijke instellingen zouden er verstandig aan doen om zich los te maken van FB en op internet hun eigen media op te bouwen waarover ze volledige zeggenschap hebben. Gezien alle signalen en incidenten hadden ze daar vijf jaar geleden al mee kunnen beginnen. Volgzaamheid, onderworpenheid en afhankelijkheid lonen niet.

Foto: Schermafbeelding van deel artikelRijksmuseum Twenthe boos op Facebook: kunst met blote borsten verwijderd’ van Herman Haverkate op Tubantia, 28 september 2018.

Facebook censureert schilderijen van Vlaamse meesters. Dat toont macht techbedrijven, opmars preutsheid en popularisering musea

Dit reclamefilmpje van Toerisme Vlaanderen maakt veel duidelijk over onze tijd. Met een omweg kijken we naar onszelf. Aanleiding is het beleid van Facebook om oude kunst in Vlaamse musea die te naakt wordt bevonden te censureren. Het wordt door Facebook verwijderd. Het is de Vlaamse toeristensector en musea een doorn in het oog. Ze tekenen protest tegen de censuur door Facebook aan. In een bericht geeft de Vlaamse publieke omroep VRT de bijzonderheden. Er is zelfs een brief naar Mark Zuckerberg verstuurd.

Deze kwestie maakt duidelijk dat bedrijven als Facebook veel macht hebben waar overheidsinstellingen geen afdoende antwoord op hebben. Ze zijn voor hun publiciteit via sociale media afhankelijk van bedrijven als Facebook, Google of Twitter. Tevens duidt de censuur door Facebook aan dat een nieuwe puriteinsheid en preutsheid in opmars is die de samenleving overspoelt. Inclusief de traditionele oude schilderkunst. Het antwoord van Toerisme Vlaanderen geeft tenslotte aan hoe eng toerisme en museumsector verknoopt zijn en kunstmusea zich als ‘tentoonstellingsfabrieken’ afhankelijk hebben gemaakt voor hun publieksbereik.

Petitie roept op tot discipline van Facebook

Het ziet er niet best uit voor de oprichter en topman van Facebook Mark Zuckerberg. Hij heeft zitten slapen en toezichthouders hebben Facebook niet bij de les gehouden. Zuckerberg dacht als onaantastbare oligopolist de geschiedenis te kunnen herschrijven. Maar zoals altijd is het andersom, de geschiedenis herschrijft Facebook.

In de media circuleren opinies met de vraag of hij Facebook niet moet verlaten. Hoe dan ook gaat Facebooks macht door de politiek aangepakt worden. Die is te groot en te ongecontroleerd geworden. Het schandaal met Cambridge Analytica dat leidde tot dubieuze verkiezingsresultaten in onder meer Nigeria, India, het Verenigd Koninkrijk (Brexit) en de VS had met alert optreden van de top van Facebook beperkt kunnen worden. Om druk op de ketel te houden zijn er petities, zoals bovenstaande op Avaaz. Het is niet zozeer een signaal aan Zuckerberg om op te treden en de data van de gebruikers te beschermen, maar een oproep aan de politiek om Facebook hard aan te pakken. Dit is een verhaal van ‘te laat en hopelijk niet te weinig’, meer zit er niet in.

Foto: Schermafbeelding van petitie ‘Dear Mark Zuckerberg …’, tekenen kan hier.

Facebook en De Volkskrant passen op uiteenlopende wijze de journalistieke code verkeerd toe

Media Matters roept CEO van Facebook Mark Zuckerberg uit tot de ‘misinformer‘ van het jaar 2017. De multinational die steeds weer beterschap belooft in het opkrikken van het journalistieke gehalte, het minimale doet om er mee door te kunnen, maar uiteindelijk te weinig levert. Facebook neemt geen verantwoordelijkheid en kan daar onvoldoende op aangesproken worden. Facebook is de op en top verspreider van nepnieuws. Op de Facebook-pagina van De Volkskrant ontmoeten multinational en Nederlandse nieuwsmedium elkaar.

Maar waar Facebook te weinig journalistieke traditie heeft of zich daartoe wenst te bekeren, heeft een traditioneel nieuwsmedium als De Volkskrant te veel journalistieke code. De Code van Bordeaux uit 1954 legt de journalist op ‘op faire wijze te werk te gaan’, op hoor altijd wederhoor te geven. Maar deze ‘faire wijze’ wordt valkuil en hinderlaag voor de traditionele journalistiek als wederhoor voornamelijk nepnieuws toevoegt. Hoofdredacties zouden niet deze ‘faire wijze’, maar de eerbied voor de waarheid voorop moeten zetten.

Mijn reactie bij dit FB-bericht: ‘Facebook en De Volkskrant ontmoeten elkaar in het verspreiden van nepnieuws. Ze hebben helemaal niks geleerd in 2017. Facebook, de internationale misinformer van het jaar, en De Volkskrant de Nederlandse misinformer van het jaar. Is het onderhand geen tijd voor andere beleid, beste hoofdredactie van de Volkskrant? Neem de kerstdagen de tijd om diep na te denken. Om dit soort nepnieuws van en over Baudet in 2018 te vermijden. Zo kan 2018 het jaar worden dat De Volkskrant een kwaliteitsslag maakt, vals van echt nieuws onderscheidt en beseft dat de journalistieke code uit 1954 met de doodlopende weg van het enerzijds-anderzijds in 2018 niet meer ongewijzigd toegepast kan worden.

Foto: Schermafbeelding van deel FB-bericht van De Volkskrant met eigen reactie, 23 december 2017.

Facebook verwijdert iconische foto van 9-jarig napalmmeisje vanwege naaktheid. Machtsmisbruik of preutsheid?

150512085932-31-seventies-timeline-0512-restricted-super-169

Dit is de iconische foto van het ‘napalmmeisje’ in Vietnam. Een foto van Nick Ut met onder meer centraal in beeld de 9-jarige Phan Thị Kim Phúc met napalm op haar lichaam. Ze was naakt omdat haar kleren door de napalm waren verbrand. Haar dorp Trang Bang was op 8 juni 1972 gebombardeerd door de Zuid-Vietnamese luchtmacht omdat vermoed werd dat er strijders van de Vietcong aanwezig waren. Ut won er de World Press Photo en Pulitzerprijs mee. De foto hielp er aan mee om de publieke opinie te beïnvloeden en te doen kantelen. Vanaf 1973 trokken de Amerikaanse troepen zich geleidelijk terug uit Vietnam.

De foto is niet te zien op Facebook, zo bericht nu.nl in een bericht. Het napalmmeisje zou te naakt zijn en mogelijk zelfs kinderporno zijn. Aanleiding was de Noorse krant Aftenposten die de foto plaatste bij een artikel op Facebook, waarna het sociale netwerk die verwijderde. Nu’nl: ‘Facebook zegt vrijdag dat het bij beelden van naakte kinderen moeilijk is onderscheid te maken tussen geoorloofde nieuwsfoto’s en kinderporno.’ Opmerkelijk is dat niet het geweld van een oorlog, maar de naaktheid van een 9-jarig meisje door Facebook als reden voor verwijdering wordt aangevoerd. Ik plaats dit commentaar met foto op Facebook.

Wat gaat er verkeerd als een foto die in het historische geheugen van generaties is gegrift, prestigieuze prijzen won en eraan meehielp om de publieke opinie te beïnvloeden door Facebook wordt verwijderd? Is hier sprake van nieuwe truttigheid of machtsmisbruik van internetbedrijven die onder een hoedje met regeringen spelen? Kinderporno wordt door politici vaak aangevoerd om maatregelen te nemen die neerkomen op de inperking van de internetvrijheid. Pornografie als excuus voor staatscensuur. Het is absurd dat Facebook meent een historisch belangrijke foto te moeten censureren vanwege de naaktheid van een 9-jarig meisje. Ook nog eens ‘functioneel naakt’ omdat het de verbranding van haar kleren en lichaam accentueert.

Deze ingreep door Facebook zegt dat dit bedrijf te veel macht heeft en er niet weet mee om te gaan. Er is onderhand een catalogus van fouten van Facebook te maken over de bizarre en preutse omgang met naakt. Zoals kankerpatiënte Beth Whaanga, de activistische feministes van FEMEN die hun blote borsten gebruiken als politiek wapen of kunstenaars als Jans Muskee van wie een tekening leidde tot de tijdelijke afsluiting van zijn Facebook-account. Het is de hoogste tijd dat Facebook door de gebruikers tot de orde wordt geroepen.

Foto: Nick Ut, Napalm Girl. Vietnam, 1972.

Facebook zegt nee tegen het naakte realisme van Jans Muskee

10430047_10152826710873237_2988618755749598488_n

Beeldend kunstenaar Jans Muskee kreeg gisteren een melding van Facebook dat iemand bovenstaande foto van twee van zijn tekeningen had gerapporteerd wegens het bevatten van naakt en dat Facebook het ging onderzoeken. Een uur later kreeg Muskee opnieuw een melding met de mededeling dat de foto verwijderd was ‘omdat deze in strijd is met de richtlijnen van de community van Facebook’. Met een link naar deze richtlijnen. Daarop werd zijn account afgesloten. Hij kon pas weer inloggen na het invullen van een verklaring dat zijn tijdlijn geen naakt bevatte. De betreffende richtlijn ‘voor de Facebook-community’ over naakt luidt als volgt:

Na

Heeft Facebook zorgvuldig gehandeld bij de verwijdering van de foto van de tekeningen van Muskee en de tijdelijke sluiting van zijn account? Het lijkt er sterk op dat de algoritmen van Facebook op hol waren geslagen en het niet volgens de eigen richtlijnen handelde. Want de foto van beide tekeningen die Muskee op zijn tijdlijn plaatste is geen ‘pornografisch materiaal’ of bevat ‘expliciete seksuele inhoud waarin een minderjarige is vertegenwoordigd’. Jans Muskee is een tekenaar die zijn artistieke verbeelding de ruimte geeft om het menselijk lichaam weer te geven. Facebook achtte het in dit geval blijkbaar nodig beperkingen op te leggen vanwege de weergave van naakt. De uitzondering die Facebook maakt voor artistieke uitingen in de vorm van ‘foto’s van een beeldhouwwerk zoals David van Michelangelo’ vond Facebook hier niet van toepassing.

Het gaat hier niet om naakt, Jans Muskee of om degene die het nodig vond om ‘het misbruik te rapporteren’. Het gaat om de machtspositie van Facebook. Om te kunnen functioneren is het voor actiegroepen, instellingen of personen noodzakelijk om gebruik te kunnen maken van sociale media. Facebook speelt hierbij een centrale rol. Door sluiting verhindert Facebook dat zonder dat er een alternatief voorhanden is. Door dit bijna-monopolie zou Facebook extra zorgvuldig in haar argumentatie moeten zijn. Wat gebeurt er als er nogmaals een rapportage van misbruik over Jans Muskee komt? Wordt deze kunstenaar dan voor langere tijd afgesloten? Daarnaast is tegen uitsluiting door Facebook geen beroep mogelijk wat het er nog onrechtvaardiger op maakt.

Dit geval staat niet op zichzelf. De sextremistes van Femen die hun borsten inzetten als politiek wapen gaan op Facebook met ‘geblurde’ -dus vervormde- borsten door het leven. Hun Facebook-pagina’s werden in 2013 tijdelijk afgesloten wegens ‘het verspreiden van pornografie en bevorderen van prostitutie’. Maar Femen is een politiek-feministische organisatie die opkomt voor vrouwenrechten en strijdt tegen uitbuiting van vrouwen door pornografie en prostitutie. Nog tragischer is het geval van de Britse George Rolph die in 2013 een hongerstaking was begonnen en nauwelijks publiciteit kreeg in de media. Op de 14de dag van zijn staking werd zijn account zonder opgave van reden of aantoonbare aanleiding door Facebook gesloten. De moraal: een Facebook-pagina beginnen tegen Facebook omdat het je account afsluit is de paradox van de nieuwe tijd.

Foto 1: Door Facebook verwijderde tekeningen van Jans Muskee van een posting op Facebook.

Foto 2: Schermafbeelding van richtlijnen van Facebook over naakt.

Facebook, Beth Whaanga, kanker, naaktheid en vriendschap

969056_10152264603456514_1695632678_n

Facebook kent strenge regels over naakt. Zoals geen blote borsten. De activistes van FEMEN die hun lichaam inzetten om topless te protesteren kunnen zo op Facebook geen volledig verslag van hun acties doen. Verschillende pagina’s van nationale afdelingen werden vorig jaar zelfs tijdelijk afgesloten door Facebook. Onvrijwillig. Die sluiting leverde nieuw protest op als een eeuwig vliegwiel van tegenstand. Nu worden door Facebook de tepels van de feministes geblurd. Vaag gemaakt. Wat de vrouwen schimmiger maakt dan ze zijn.

Facebook neemt als commercieel bedrijf dat allerlei doelgroepen bedient het zekere voor het onzekere. Het maakt geen onderscheid tussen naakt als politiek protest, illustratie van een ziekte, kunst of pornografie. Facebook kenmerkt op voorhand elke naaktheid als pornografie. Toch kan het dat niet in alle gevallen volhouden, zoals het verhaal van de Australische Beth Whaanga verduidelijkt. De Vrouw Onder de Rode Jurk.

Beth Whaanga is kankerpatiënte, moeder van vier kinderen, heeft een FB-pagina, maatschappelijke steun en de behoefte om verslag van haar ziekte te doen. Door de littekens van de operaties te laten zien wil ze aantonen wat kanker kan aanrichten. Als een Sophie Ristelhueber-project dat het lichaam als oorlogstoneel toont. Met als doel om te laten zien hoe belangrijk preventie is en regelmatige lichaamscontrole noodzaak is.

Hoe moet Facebook daarmee omgaan? Het zou bot zijn om het oprechte verslag dat Beth Whaanga van haar lichaam geeft te blurren. Facebook heeft dat dan ook niet aangedurfd. Maar meer dan 100 ‘vrienden’ zeiden de vriendschap op, zo gaat het verhaal. De naaktheid zou te onthullend zijn. Wat Beths zus Emma Rayner tot de opmerking bracht dat deze vrienden geen ruggengraat hebben. Het roept de vraag op wat vrienden op Facebook waard zijn en hoe diep een vriendschap op Facebook gaat als vrienden zo gemakkelijk afhaken.

Foto: Beth Whaanga toont haar lichaam na operaties.