Jonathan Landay van McClatchy geeft feiten waarom de directeur van de CIA John Brennan door president Obama ontslagen moet worden. Uit een intern onderzoek van de CIA blijkt dat haar medewerkers een Senaatscommissie bespioneerden die onderzoek deed naar controversiële CIA-praktijken zoals marteling en rendition (de praktijk om verdachten ter ondervraging naar landen met minder juridische beperkingen te zenden). Commissievoorzitter en senator Dianne Feinstein kreeg van de regering-Obama een gecensureerde versie van het CIA-rapport. Politici, zoals senator Mark Udall roepen op tot het ontslag van John Brennan. De geloofwaardigheid van Obama heeft opnieuw een knauw gekregen. Hij treedt niet op en bijt weer niet door.
President Obama’s Nationale Veiligheidsadviseur Susan Rice verscheen zondag op ‘60 Minutes‘ van CBS bij Lesley Stahl. De interviewster zet dit fragment scherp aan door te stel stellen dat Snowden 1,5 miljoen ‘more documents‘ heeft. Onduidelijk is waarop ze dat baseert en waarom ze het zegt. De NSA zegt er nog steeds geen idee van te hebben wat Snowden gekopieerd heeft en Snowden en z’n medestanders laten er zich niet over uit. Amnestie voor Snowden acht Rice uitgesloten, ze meent zelfs dat-ie ‘teruggezonden’ moet worden. Door president Putin dus. Haar argument is dat Snowden geen amnestie verdient en de rechter onder ogen moet komen. Daarmee suggererend dat klokkenluiders een eerlijk proces wacht, wat juist betwijfeld wordt.
Het wordt absurdistisch als Lesley Stahl vraagt naar liegende vertegenwoordigers van de NSA. Stahl zegt: ‘Officials in the intelligence community have actually been untruthful both to the American public in hearings, in Congress, and to the FISA court.’ Rice antwoordt:’There have been cases where they have inadvertently made false representations, and they themselves have discovered it and corrected it.’ Dus: ‘Er zijn gevallen waar ze per ongeluk valse verklaringen hebben afgelegd, die zij zelf hebben ontdekt en gecorrigeerd’.
Dit is zulke onzin waarvan iedereen weet dat het onzin is dat het lachwekkend zou zijn als het niet zo ernstig was. Pas door wereldwijde publicitaire druk van journalisten die gebruik konden maken van de Snowden-documenten, politieke druk van landen als Duitsland en Brazilië, en enkele kritische senatoren als Ron Wyden, Mark Udall en later Rand Paul zijn de leugens van James Clapper, Keith Alexander of John Inglis gecorrigeerd. Dat deden ze niet op eigen initiatief of op dat van de regering-Obama, maar alleen omdat ze betrapt werden de grondwet te overtreden. Potsierlijk en beschamend van Rice is het om ambtenaren die jarenlang publiek, congres en FISA-rechtbanken voorlogen in bescherming te nemen door hun liegen een incident te noemen.
Het ergste wat Edward Snowden afgelopen juni vreesde toen-ie geheime NSA-documenten aan de journalisten Glenn Greenwald en Laura Poitras overhandigde was dat en geen publiek debat zou ontstaan. Dat het rimpelloos zou blijven in de eendenvijver. Z’n vrees is niet bewaarheid. De onthullingen die voornamelijk in Britse, Amerikaanse, Braziliaanse en Duitse gedrukte media verschenen hebben alles en iedereen in beweging gezet. Sinds juni loopt president Obama zichtbaar achter de ontwikkelingen aan. Hij is in het defensief gebracht. In het Amerikaanse congres zijn wetsvoorstelllen in behandeling genomen die het toezicht op de inlichtingendiensten aanscherpen. Latijns-Amerika en vooral Brazilië valt VS frontaal aan over NSA-spionage.
Macht staat nooit vrijwillig macht af. Verandering gaat langzaam. Politieke marges zijn smal, dat zei Den Uyl al in 1978: ‘ … marges gebruiken is soms het verschil tussen een spiraal naar beneden of naar omhoog. Het verschil tussen uitzichtloosheid en perspectief, tussen hoop en wanhoop.’ Daarom doet het merkwaardig aan dat maatschappijcritici nu wanhopen. Juist nu er perspectief is om de opbouw van de controlestaat te stoppen. John Naughton in The Guardian vindt de afzijdigheid van het brede publiek opvallend. Maar die van journalisten betreurt-ie meer. Feitelijk hebben de NSA-onthullingen het failliet van de Britse en Amerikaanse journalistiek aangetoond. Waarmee niet gezegd is dat een kleine minderheid niet kundig onderzoek en verslag doet. Zij beïnvloeden de politici en hebben de invloed. Niet de waterdragers voor die politiek.
In Nederland blinkt de voor de inlichtingendiensten verantwoordelijke minister van Binnenlandse Zaken Ronald Plasterk niet uit in kundigheid en inspiratie. Hij maakt een warrige en afwezige indruk op dit dossier. Hij weet geen goede houding te vinden. Omdat het onderwerp van privacy, meningsuiting, nationale veiligheid en spionage velen bezighoudt is dat jammerlijk. Ondanks de wanhoop van sommigen. Voor het kabinet is het belangrijk dat het kundig aangepakt wordt. De storm moet nog losbarsten. Glenn Greenwald komt met z’n onthullingen over Nederland. Dan moet het kabinet een antwoord hebben dat niet onderdrukt, maar kalmeert, vertrouwen wekt en perspectief op verbetering schetst. Met vice-premier Lodewijk Asscher heeft het kabinet een expert die dit dossier van partijgenoot Plasterk kan overnemen. Tijd voor herschikking van portefeuilles.
Onderzoeksjournalist Glenn Greenwald verlaat de Britse nieuwsorganisatie The Guardian. Hij stapt over naar een nieuwe organisatie waarvan nog niet alle bijzonderheden bekend zijn. Het nieuws van de overstap is voortijdig gelekt. Reuters meldt dat de oprichter van eBay en multimiljardair Pierre Omidyar de financier van de nieuwe organisatie is. Inmiddels is dit bericht door Omidyar Networks bevestigd aan CNN.
Glenn Greenwald publiceerde sinds juni 2013 in zijn column ‘On Security And Liberty‘ het merendeel van de onthullingen die gebaseerd waren op de documenten van klokkenluider Edward Snowden. De wereldwijde opschudding over de Amerikaanse spionage leidde onder meer tot wetsinitiatieven in het Amerikaanse congres om de macht van de inlichtingendiensten in te perken door het toezicht erop te verbeteren.
Greenwald zegt z’n tijd bij The Guardian absoluut niet te betreuren, maar het aanbod van Omidyar niet te kunnen laten lopen. Hij noemt het een ‘once-in-a-career dream journalistic opportunity‘. Pierre Omidyar en Glenn Greenwald zijn beiden 46 jaar, dus leeftijdsgenoten. Ze maken zich zorgen over de opbouw van de Amerikaanse controlestaat, inperking van de burgerrechten en de corruptie van de gevestigde media die hun controlerende taak van de macht verzaken. Nu bundelen ze de krachten. Dat belooft wat voor de journalistiek.
Ondanks allerlei waarschuwingen gaat de AMS-IX verder met het opzetten met een Amerikaans filiaal. Een voor velen onbegrijpelijke beslissing die niet strookt met de ongerustheid voor de macht van de Amerikaanse Patriot Act en de daaruit ontstane alertheid naar aanleiding van de onthullingen door Edward Snowden. Nederland blijft verbazen door zich mentaal als een eiland te gedragen dat weigert zich iets gelegen te laten liggen aan conclusies die elders getrokken worden. Bij de Nederlandse overheid, bedrijfsleven, media en publiek is nog steeds niet het volle besef doorgedrongen welke gevolgen de spionage door -vooral- Britten en Amerikanen voor de autonomie van Nederland heeft. Wellicht ligt er bij opinie- en geldmakers een overgave en berusting aan ten grondslag om liefst zo snel mogelijk op te gaan in de almachtige Pax Americana.
Het besluit is op te vatten als een inschatting door een zakelijke elite van de toekomst. Betrokkenen van de AMS-IX kiezen voor hun eigenbelang in de verwachting en het vertrouwen dat de storm over het NSA-schandaal gaat liggen. En de opbouw van de controlestaat in de VS publicitair, militair, politiek en economisch niet meer te stoppen valt. Dat het daarom beter is om er niet te laat in te stappen. Deze elite zou vanuit dat perspectief wel eens gelijk kunnen hebben. Met een Nederlandse overheid die het belang van de eigen strategische belangen niet wil verdedigen wordt de uitverkoop van de Nederlandse eigenheid mogelijk.
Opzetten van een juridische entiteit in de VS is geen onherroepelijke stap. Fysieke aanwezigheid is het nog niet. Wel is het op te vatten als mentale bereidheid. Er komen nog voldoende momenten om in een debat de gevolgen van de stap naar de VS te overwegen. Voordat een definitief besluit wordt genomen. Niet geheel onmogelijk is het trouwens dat onder parlementaire druk in de VS ‘reparaties’ van de Patriot Act en de FISA-rechtbanken tot een beter toezicht op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten leiden. Zodat de macht van de in een Nederlands internetknooppunt meekijkende NSA -met de Britten- ingeperkt wordt. Er wordt dan voor de AMS-IX in het Amerikaanse congres beslist. Als het bestuur van de AMS-IX die hervorming als voorwaarde ziet voor vestiging in de VS dan zouden voor- en tegenstanders onder de leden elkaar daar kunnen vinden.
Foto: Schermafbeelding van persbericht ‘Meerderheid AMS-IX-leden steunt opzet juridische entiteit in de VS’ door AMS-IX. 28 september 2013.
Een oud grapje is dat een Amerikaanse toerist die in Europa rondgeleid wordt bij alle monumenten antwoordt ‘oh, bij ons is dat groter‘. Dat irriteert de rondleider zo dat-ie richting gevangenis en krankzinnigengesticht gaat. Waarop de Amerikaan weer z’n standaardantwoord geeft. En een instemmende knik van de rondleider ontvangt. In de VS is alles groter. De rijkdom en de armoede. De religieuze verdwazing en het vrijdenken. De conservatieven en de progressieven. De heksenjacht op klokkenluiders door de overheid en de vrijheidsdrang van boeren, burgers en buitenlui. De gelijkgeschakelde mainstream media en de kwaliteitsblogs op internet.
Interessant aan de VS is dat de grap klopt. Alles is er groter. Zowel alles dat verkeerd als alles dat goed is. Er is de staatsveiligheidsdienst NSA die de hele wereld bespioneert zonder daartoe toestemming te hebben. Er zijn de chefs van NSA en DNI, Keith Alexander en James Clapper die liegen tegen het parlement, dat achteraf toegeven maar door president Obama niet berispt, laat staan ontslagen worden. Er is Obama die begon met een Nobelprijs voor de Vrede maar nu op grote schaal de burgerrechten schendt en de controle op z’n eigen macht omzeilt. Zo bezien zijn de VS een machtswellustig, arrogant land waar macht en welvaart steeds ongelijker verdeeld worden. Een natie die vanuit een bijna religieuze vervoering anderen de maat neemt en zich daarin ‘exceptional‘ vindt, maar steigert uit onbegrip als andere landen hetzelfde met de VS doen.
In de klassieke dramaturgie van Aristoteles is een held niet goed en niet slecht. Die balans geeft spanning en diepte van karakter. Zo is het ook met landen. Die zijn voorspelbaar en zelfs ongenietbaar als ze te goed of te slecht zijn. De ‘goede’ kant van de VS is in het machtspel bij lange na niet opgewassen tegen het militair-industrieel complex van gevestigde partijpolitiek, gevestigde media, de klassieke krijgsmachtsonderdelen en de inlichtingen- en veiligheidsdiensten, maar geeft wel zicht en hoop op een omslag, de peripiteia.
De Democratische senator Ron Wyden is zo’n tegenkracht die hoop geeft. Z’n oud-assistente Jennifer Hoelzer bekritiseert president Obama fel. Wyden en senator Mark Udall worden vaak in een adem genoemd. Ze gaan voor constitutionele zuiverheid en hebben opeenvolgende regeringen kritisch gevolgd. Senator Richard Blumenthal en de libertarische Republikeinse senator Rand Paul voeden die vrijheidsdrang vanuit juridische of politiek-filosofische betrokkenheid. Deze vier senatoren dienden gisteren wetgeving in die probeert om te komen tot een fundamentele hervorming van de surveillance programma’s. Techdirt zet hun plannen op een rijtje en beschrijft de onderdelen. Deze nieuwe coalitie vanaf de flanken bevestigt de tendens dat linkse en rechtse, ofwel progressieve, traditioneel-gematigde en libertarische politici elkaar vinden om de staatsmacht terug te dringen omwille van burger en grondwet. De rebellen trotseren het establishment. Da’s groots.
De vroegere assistent van de Democratische senator Ron Wyden licht naar aanleiding van haar spraakmakende artikel in techdirt ‘Jennifer Hoelzer’s Insider’s View Of The Administration’s Response To NSA Surveillance Leaks‘ voor Democracy Now! haar betoog toe. Jennifer Hoelzer ontkracht de overgebleven geloofwaardigheid van president Obama en toont met sprekende voorbeelden aan wat voor leugenaar Obama is. Hij preekt met mooie woorden transparantie, maar heeft vanaf november 2009 gedurende vijf jaar elke kans daarop eigenhandig getorpedeerd. Is Obama nu eindelijk tot inzicht gedwongen door de reacties op Snowden?
Inzichtelijk over de werking van de macht in Washington die niet anders weet dan tegenstanders te kleineren en bij gebrek aan argumenten terugvalt op geheimzinnigheid, obstructie van het politieke proces en uitsluiting van critici. Zelfs parlementaire controle op de NSA wordt nauwelijks getolereerd. Samen met media die zich bij de machtigen inlikken, zoals Glenn Greenwald over oud-NSA baas Michael Hayden zegt -die uit eigen gewin angstbeelden verkoopt- wordt zo de Amerikaanse democratie bezoedeld. Ook Nederland draagt daar de gevolgen van. Hoelzer biedt een sprankje hoop in een verziekt en gecorrumpeerd Washington.
Senator Rand Paul zet het werk voort van zijn vader Ron Paul als eigenzinnige politicus die tegen imperialisme is. Hij vraagt president Obama en beoogd CIA-directeur John Brennan de volgende vraag: ‘Do you believe that the President has the power to authorize lethal force, such as a drone strike, against a US citizen on US soil, and without trial?‘. Zowel de president als Brennan weigeren de vraag te beantwoorden. Laat staan dat ze ‘nee‘ zeggen. Zolang Brennan de vraag niet direct en duidelijk beantwoordt zal Rand Paul het benoemingsproces in de Senaat procedureel trachten te vertragen. Hij schrijft: ‘Until you directly and clearly answer, I plan to use every procedural option at my disposal to delay your confirmation and bring added scrutiny to this issue.‘
De Democratische senator Mark Udall sluit zich aan bij de zorgen van Paul. Glenn Greenwald zet de groeiende tegenstand van beide partijen op een rijtje in zijn The Guardian-column. Het Witte Huis weigert het congres de juridische adviezen te overleggen die gerichte moorden met drones rechtvaardigen. Maar tegelijk manoeuvreert het zodanig dat de benoeming van John Brennan niet in gevaar komt, aldus de New York Times. In dat artikel zegt Virginia Sloan van de burgerrechtenbeweging de Constitution Project: ‘We have this drone war, and the American public has no idea what the rules are, and Congress doesn’t know much more.’
De Amerikaanse politiek focust nu op de inzet van drones tegen Amerikaanse burgers op Amerikaanse bodem. Veelzeggend wisselt Rand Paul in interviews zijn voorbeelden af: een terrasje in Parijs of in Boston waar het ineens raketten regent. Het gaat ‘m om de autoriteit van de uitvoerende macht om rechteloos burgers te doden. Niet als ze een directe dreiging vormen, maar wel als een rechtszaak ook mogelijk is. Dat terrasje kan ook in Amsterdam, Rotterdam of Utrecht liggen. Nu regent het nog geen Amerikaanse drones in Nederland. Maar over vier of acht jaar wellicht wel. Onder een nog oorlogszuchtigere president. Daarom is het ook in het Nederlands belang dat president Obama nu duidelijkheid geeft over de grenzen aan zijn macht.