Blast of Silence (1961)

Dit stukje verscheen eerder op George Knight Kort op 27 oktober 2013. Licht gewijzigd.


Frank Bono komt naar New York om een maffialeider te doden. Manhattan, 1961. Lange schaduwen, een levendige, gejaagde stad vol leegheid. 

Het is kerstmis. De dood loert om de hoek. Dat wordt een film noir, nog zwarter en cynischer dan anders. 

Blast of Silence is een zo nu en dan vergeten meesterwerk van Allen Baron met een jazzy score van Meyer Kupferman. Vergeten meesterwerken vormen de aparte categorie van ‘net niet‘. Van de minor poets van de cinema. Ook dat past het thema.

Allen Baron als Frank Bono in Blast of Silence (1961).

De ‘Face in the Crowd‘ van Bono is de stijlfiguur om tegenstellingen aan te dikken. De uitgesloten eenling draagt manmoedig het zelfgekozen lot. Zo lijkt het. 

Maar de kijker weet beter. Precies in het jaar dat op het scharnierpunt naar de moderne tijd vervreemding de film overstroomt: Antonioni. De gemeenschap aanvaardt zo’n rol niet en straft Bono met de dood. Eeuwige stilte. In beeld en geluid leeft de tijdscapsule voort. 

Gedachten bij foto ‘Son of Mafia Boss.–Brought back from prison to attend his father, Joseph Zerilli’s funeral’ (1977)

Detroit News, ‘Zerilli, Anthony J. ; Detroit Businessman; Son of Mafia Boss.–Brought back from prison to attend his father, Joseph Zerilli’s funeral. Pictured: front row between two women‘, 1977. Collectie`: Walter P. Reuther Library, Archives of Labor and Urban Affairs, Wayne State University.

Het is druk op de trap van de kerk in Detroit. De begrafenisdienst voor maffiabaas Joseph Zerilli is net achter de rug. Zijn zoon Anthony J. Zerilli wordt ‘een zakenman’ genoemd. We weten wat dat betekent in het maffia-milieu. Zoon Anthony heeft van de gevangenisdirectie toestemming gekregen om de begrafenis van zijn vader bij te wonen. Hij loopt zo te zien tussen zijn moeder en zus.

De foto is niet bijzonder vanwege karakteristieke personen die moeiteloos in een maffia-film zouden kunnen optreden. Wellicht op de dikke man rechts na die eruitziet als een trouwe assistent die door dik en dun gaat. Het gewone is de perfecte dekmantel. Criminele mimicry.

Familie, God en Werk, dat is het wel zo’n beetje dat hier telt. De dramawet dat de hoogste in rang de hoogste plek inneemt heeft de fotograaf ingewisseld voor de nabijheid van de hoofdpersoon, zoon Anthony. Maar het doet er niet toe in een wereld achter de schermen waar het achterste van de tong nooit getoond wordt.

Gedachten bij foto ‘Alkoholiliike’ (1937)

Alkoholiliike, 1937. [A branch store of Oy Alkoholiliike Ab (Finnish national alcoholic beverage retailing company) in the Weckman house at Sepänkatu 9 in Oulu on May 10, 1937. The store’s staff standing behind the counter]. Collectie: Finnish Heritage Agency.

Een onderwerp waarover men nooit uitgepraat raakt is hoe kunst en samenleving elkaar beïnvloeden. Tamelijk bekend is de wisselwerking tussen de Amerikaanse maffia en films als ‘The Godfather‘-cyclus van Francis Ford Coppola. Het is een dubbele identificatie heen en weer. De echte gangsters van de jaren 1970 zagen het filmbeeld van hun broederschap als zelfbevestiging. En gingen zich ernaar gedragen. Alsof ze pas echt bestonden toen hun leven werd gefictionaliseerd. Met als cadeau een gratis geïnternaliseerd zelfbeeld. Tegenwoordig onderzoeken sociaal-psychologen de beïnvloeding van ons gedrag door ‘nudging‘.

Stuart Kaminsky formuleert dat in het hoofdstuk ‘The White-Hot Violence of the 1970s‘ in zijn boek ‘American Film Genres‘ (1984) zo (p. 107) : ‘And in some way, the viewing of the violence in an aesthetic context contributes to one’s understanding of the action‘. Dat geldt in algemene zin voor het brede publiek, maar in het voorbeeld van ‘The Godfather‘ ook voor de mobsters. Dat is een effect van kunst, of in dit geval films met een artistieke ambitie. Films die zijn bedoeld om te amuseren hebben dat effect niet.

Voorbeelden van films die doorsijpelen naar de samenleving zijn talrijk. Dat loopt van kijkers die zich zo identificeren met hun filmheld dat ze gedrag en uiterlijkheden imiteren tot films die succesvol een onderwerp of een misstand aansnijden die de politiek besluitvorming beïnvloedt.

Still uit ‘Toivon tuolla puolen‘ [The Other Side of Hope], (2017) van Ari Kaurismäki.

Het is niet lastig om het ‘raamwerk’ van de foto uit 1937 van de Finse alcoholwinkel in toneelbeeld en gereserveerd acteren te koppelen aan de films van de Finse regisseur Ari Kaurismäki. Het is dezelfde droge, uitgebeende absurditeit met trieste ondertoon van de films van Wes Anderson en Alex van Warmerdam. Of het toneel van Samuel Beckett. Alfred Jarry, Harold Pinter of Eugène Ionesco. In het beste geval meer dan een opeenvolging van tableaus.

In dramatisch effect slaat de foto uit 1937 het absurdisme van de grootmeesters van de cinematografie en het theater. Het beeld van de sobere drankwinkel met de drie medewerkers als paspoppen verbeeldt Finse melancholie. De treurnis van de weemoed. Portugese saudade in het hoge Noorden. Door deze reflectie erop wordt de relatie tussen kunst en samenleving verder verstevigd.

Still uit ‘Kauas pilvet karkaavat‘ [Drifting Clouds], (1996) van Ari Kaurismäki.

Documentaire ‘An American Affair: Trump & the FBI’ stelt interessante vragen, maar kan geen afdoende antwoorden geven

De documentaire ‘An American Affair: Trump & the FBI’ die afgelopen woensdag op de Duitse publieke zender ARD werd uitgezonden geeft stof tot nadenken. De waarde ervan is dat het met betrokkenen spreekt die van binnenuit bij het onderwerp waren betrokken. France 24 gaat in gesprek met co-regisseur David Carr-Brown.

In de late jaren 1970 en in de 1980s beheerste de Italiaanse maffia west New York en kon er niets gebouwd worden zonder hun medewerking. Dat was de periode dat in New York Trump vastgoed projecten van de grond probeerde te krijgen. Zoals het beschermde Jugendstil Bonwit Teller Building aan Fifth Avenuee dat Trump in 1980 schaamteloos en zonder gestopt te worden liet vernietigen om zijn Trump Tower te bouwen.

Later kwam daar de Russische maffia bij die vanuit Brighton Beach opereerde, nauwe banden had met de toenmalige KGB, de inlichtingendienst van de Sovjet-Unie, en door de Italiaanse maffia werd ingehuurd.

De Russen hielpen vanaf de jaren 1990 Trump op twee manieren. Omdat na een aantal faillissementen vanwege onder meer de dure mislukking van het Taj Mahal casino in Atlantic City geen enkele westerse bank hem nog geld wilde lenen werd hij afhankelijk van Russisch geld. Daar werd de Deutsche Bank voor gebruikt die als enige westerse bank nog zaken deed met Trump. Daarnaast wasten Russen door de aankoop van vastgoed in onder meer New York hun crimineel en illegaal geld schoon. Trump was een spil in die handel.

De verbazing tussen de inmiddels gepensioneerde FBI-agenten over hun leidinggevenden is voelbaar. De agenten vragen zich na al die jaren nog steeds af waarom Trump nooit stevig is aangepakt en of dat wellicht kwam omdat hij bescherming had in de top van het tamelijk zelfstandig opererende FBI-bureau in New York.

Spannend wordt het als een videoverbinding tot stand komt van oud-agent Myron Fuller, die de rol van vorser speelt, met de voormalig onderdirecteur van de FBI en tot in de late jaren 1990 een leidinggevende op het New Yorkse bureau James Kallstrom. Hij is een Giuliani- en Trump-aanhanger en mengde zich in de campagne van 2016 tamelijk ongebruikelijk in het publieke debat over de FBI. De suggestie wordt heel terloops gewekt dat hij in zijn tijd Trump diensten heeft bewezen. Men voelt de dunne lijn die de oud-agent niet kan overgaan om Kallstrom te beschuldigen op straffe van een zaak van smaad aan zijn broek te krijgen.

Dat ishet onbevredigende van de documentaires over Trump (soms met Biden) die nu ter gelegenheid van de presidentsverkiezingen op 3 november 2020 verschijnen. Ze kunnen niet doorbijten en het achterste van de tong tonen. Ze hebben gemeen dat ze alle stoppen voordat de eindconclusie getrokken kan worden en de slotsom wordt opgemaakt. Want Trump heeft de essentiële gegevens afgeschermd en openbaarmaking ervan succesvol geblokkeerd. Daarin zal pas verandering komen als de bescherming van het presidentschap wegvalt. Daarnaast zit de angst voor een rechtszaak wegens smaad er in de Amerikaanse media diep in. Trump staat erom bekend rechtszaken te gebruiken als machtsmiddel tegen partners en opponenten. Het wachten is op het post-Trump tijdperk voordat de media echte openheid kunnen geven. Zonder schroom.

David Cay Johnston: Allerbelangrijkste dat onderzoeken zouden moeten uitwijzen is hoeveel geld Trump van het Kremlin kreeg

Het volgende scenario ontrolt zich in de VS voor 2019 en 2020. President Trump zit in de laatste twee jaar van zijn eerste termijn. In november 2020 zijn de volgende presidentsverkiezingen. De kandidaten van beide grote partijen zijn nog niet aangewezen. Trump krijgt op dit moment voor het eerst te maken met onderzoeken die de financiële handel en wandel van zijn organisatie doorlichten. De verwachting is dat er maffia-achtige onregelmatigheden aan het licht zullen komen. Zoals witwasschema’s en doorsluizen van Russisch geld via Deutsche Bank of bankfraude en belastingontduiking. Ontmanteling van Trumps organisatie kan het resultaat zijn. Dat zijn van de ene kant onderzoeken in staten zoals New York die vanuit het Witte Huis niet zijn te stoppen en onderzoeken door commissies in het Huis van Afgevaardigden die onder Democratisch voorzitterschap staan waarvoor hetzelfde geldt. In het Huis heeft de Democratische voorzitter Nancy Pelosi afgelopen dagen verklaard dat ze niet voor een afzetting (impeachment) van Trump is, omdat hij de moeite niet waard is. Achterliggende gedachte is dat een Republikeinse meerderheid in de Senaat hiermee niet zal instemmen. Zo neemt Pelosi afstand van Trumps beeldvorming zodat hij zich niet als slachtoffer kan afbeelden en laat ze de onderzoeken het werk doen. Tevens probeert ze de heethoofden in haar partij te neutraliseren die Trump frontaal aan willen vallen, maar daarmee precies zijn agenda dienen. Het wachten is nu op de uitkomsten van de onderzoeken en de bekendmaking van Trumps crimineel handelen dat ook de Republikeinen in Huis en Senaat te erg vinden, mede omdat het hun kansen in de verkiezingen van 2020 zal schaden. Het wachten de komende tijd is op het doorprikken en leeglopen van de cult van Donald Trump.

Waarom reageert het Westen zo lauw op de 100%-boeven in het Kremlin?

Het zou overzichtelijk zijn als er alleen boeven en boevenvangers waren. Maar zo is het niet. Boeven kunnen zich alleen handhaven als ze steun van een zwijgende meerderheid krijgen. Of liever gezegd, deels die steun kopen en deels die steun krijgen door laksheid, lamlendigheid en onoplettendheid. Dat doen ze door hun eigen omgeving te creëren. Die hebben ze nodig om in te kunnen opereren.

Dat is de wetmatigheid die overal werkt. In het klein en het groot. Van Brabantse en Limburgse gemeenten met drugshandel en de Italiaanse maffia, tot hele landen die in de greep van corruptie en de georganiseerde misdaad zijn. Het effect is dat als boeven niets in de weg gelegd wordt ze steeds brutaler en zelfbewuster optreden. Dat is een proces dat gestopt moet worden omdat het uiteindelijk ook de integriteit van de goedwillenden aantast.

Bewustwording hierover is de eerste stap die gezet moet worden en het benoemen bij naam en toenaam van de boeven en hun daden is de tweede stap. Handelen door wetgeving en uitsluiting is de derde stap. Ideaal zou een pluk ze– wetgeving zijn die het door boevenstreken verkregen geld in beslag neemt en op een rekening stalt totdat het teruggeven kan worden aan de gedupeerden van de boevenstreek.

In het geval van de Russische Federatie zijn Putin en zijn bewind de boeven, en is het Russische volk de gedupeerde. De boeven stelen het land leeg ten koste van de inwoners. De boevenvangers zijn nationale politie- en inlichtingendiensten in het Westen die volgens traditionele opsporingsmethoden de daden van de boeven in kaart brengen en die informatie doorgeven aan hun nationale politici die een besluit kunnen nemen over verdere actie.

De boeven laten bewust een troebel beeld ontstaan doordat ze zich vermommen als politici. Door mimicry hebben ze hun boevenpet vervangen door een respectabele politieke pet. De politiek wordt ondergeschikt gemaakt aan de boevenstreken en de inwoners worden gegijzeld. De dubbele pet past de boeven uitstekend als dekmantel, bliksemafleider en uitvlucht. Dat laatste letterlijk om in het Westen te kunnen opereren en er bezit te kopen. Met het geroofde geld.

Dat maakt het voor politici van westerse landen die boeven willen laten vangen lastig om op boevenjacht te gaan. Ook omdat ze in voorkomende gevallen zijdelings zelf wel eens betrokken zijn geweest bij boevenstreken. Want hoe brandschoon zijn ze zelf? Of hoe integer is het systeem waarin ze opereren? Daarnaast worden ze in hun eigen samenleving onder druk gezet door bedrijven die zakendoen met de boeven en daarvan profiteren. Door winst voor hun bedrijf of steekpenningen voor hun eigen portemonee.

Zo smoort in het Westen de wil om boeven te vangen in relativiteit. De 100%-boef uit het Kremlin wordt gelijkgesteld aan de 10%-boef in Westminster, het Binnenhof, het Witte Huis of het Elysée. De 100%-boef laat in de eigen gecontroleerde staatsmedia niet na om de streken van de 10%-boeven aan de orde te stellen. Terwijl de streken van de 100%-boef in een continue publiciteitscampage in binnen- en buitenland worden uitgegomd en weggepoetst. Door staatsmedia die speciaal voor dat doel zijn opgericht.

Als uit opportunisme vervolgens de oppositie van de westerse 10%-boeven melding maakt van de streken van deze 10%-boeven dan heeft dat een drieledig effect: De herkomst van de informatie van de staatsmedia van de 100%-boef wordt verhuld; De informatie over de boevenstreken van de 100%-boef wordt aan de aandacht onttrokken; Ongelijksoortige informatie over appels en peren vertroebelt voor de nieuwsconsument het beeld over wat informatie is. Het gevolg is verwarring en het uitblijven van krachtige actie tegen de 100%-boeven.

Deze lijn van redenering maakt duidelijk dat het vooral een kwestie van politieke wil is om de 100%-boeven aan te pakken. Tot nu toe ontbreekt die wil en wordt de urgentie om hard op te treden niet ingezien. De zin om meer bevoegdheden te geven aan de inlichtingendiensten (via de sleepwet) of het neutraliseren van de door de Russische staatsmedia op Europa gerichte (des)informatie kan dan ook betwijfeld worden. Bij het ontbreken van hard, daadkrachtig en doelmatig handelen tegen de streken van de 100%-boeven kan er zelfs een afleiding in gezien worden om politiek niet hard op te treden.

Wat te doen? Hoe dan ook begint een andere aanpak met de bewustwording over de streken van de 100%-boeven. De informatie daarover kan door boevenvangers gegeven worden, maar dat overtuigt het brede publiek nauwelijks. Want opsporingsdiensten praten vanuit hun functie en belang. Ze hebben altijd de schijn tegen dat ze de streken van de 100%-boeven uitvergroten om meer geld en bevoegdheden voor de eigen dienst te krijgen. Westerse politici die onder druk staan van hun eigen bedrijfsleven en daar al veel te lang hun oren naar hebben laten hangen, ontbreekt het eveneens aan geloofwaardigheid. De Nederlandse politiek is pas geloofwaardig als het in het parlement in navolging van andere westerse landen een Magnitsky-wet invoert. Nu doet het Binnenhof aan symboolpolitiek.

Wat ons voorlopig rest is het geluid van de Russische oppositie. Dat bestaat uit de waarschuwing over wat er in de Russische Federatie gebeurt en hoe samenwerking met de 100%-boeven in het Kremlin de eigen samenleving kan besmetten. Deze activisten die hun eigen leven in de waagschaal stellen door te waarschuwen voor de streken van de 100%-boeven dragen de tragiek van het Russische volk in zich. Zoals Vladimir Kara-Murza.

Het lijken de zakelijke contacten met de Russen die Trump uiteindelijk de das zullen omdoen

Het panel van The Young Turks met Cenk Uygur in een centrale rol kijkt naar de laatste ontwikkelingen in het Rusland-onderzoek door speciale aanklager Robert Mueller en de bekentenis van Mike Flynn dat hij heeft gelogen tegenover de FBI. Het trekt de lijn door en verbindt dat met de financiële transacties van de Trump Organisatie met Russische betrokkenen. Plichtmatig vraagt het zich af of Mueller ernaar kijkt. Sinds de zomer van 2017 is bekend dat dit zo is, zoals uit een bericht van Bloomberg blijkt. Trumps zakelijke contacten met betrokkenen in de Sovjet-Unie en daarna de Russische Federatie dateren van  1987. De logica van Trumps pogingen om zijn belastingaangifte geheim te houden, zijn herhaaldelijke lofuitingen van de Russische president Putin en het in zijn team halen van opvallend veel pro-Russische belanghebbenden leidt irrefutabel tot de conclusie dat Trump in de zak van de Russen zit en in 30 jaar van het Kremlin afhankelijk is gemaakt.

Nederlandse overheid beseft urgentie van cybersecurity en cybercrime niet

De wereldvreemdheid van de Nederlandse overheid en politiek is immens. Het doet er alles aan om te suggereren dat Nederland een eiland is. Neem het onderwerp cyberveiligheid. Afgelopen woensdag 13 september hield Director of National Intelligence Dan Coats een toespraak op de Billington Cybersecurity Summit in Washington. Hij schetst een beeld van bedreigingen van de kritische infrastructuur of het hacken van bedrijfsnetwerken van de Amerikaanse defensie-industrie en technologiebedrijven. Tegelijk verdedigde hij zich tegen zijn voorganger James Clapper (‘former officials’) die kritisch is op de aanpak van cyberveiligheid door de regering-Trump en houdt hij een pleidooi voor hechte samenwerking met het bedrijfsleven.

Of de Amerikaanse regering goed, niet goed genoeg of verkeerd bezig is valt te bezien, maar in elk geval zegt Coats de ernst van de dreiging van landen als de Russische Federatie, China, Iran of Noord-Korea te beseffen. Zijn waarschuwing is duidelijk: ‘We have not experienced yet a catastrophic attack. But I think everyone in this room is fully aware of the ever-growing threat to our security.’ De klap kan elke moment komen, in elk land. Ook in Nederland. Overigens is de Amerikaanse overheid niet alleen in de verdediging, maar valt het andere landen aan, zoals de geschiedenis met het Israëlisch-Amerikaanse Stuxnet verduidelijkt. In 2009 werd met fataal gevolg een virus geplaatst in ultracentrifuges die deel uitmaakten van de Iraanse nucleaire industrie.

Nog in juni 2017 was er de kwaadaardige software van het Petya-virus die was bedoeld om de Oekraïense economie schade toe te brengen. Het verspreidde zich door heel Europa en bracht vele bedrijven schade toe. Terwijl de aanval niet eens op die bedrijven was gericht. Gezien de sinds 2014 woedende oorlog tussen Oekraïne en de Russische Federatie die niet alleen op het slagveld in Oost-Oekraïne, maar ook in de publiciteit en de digitale wereld wordt uitgevochten bestaat het sterke vermoeden dat het virus met medewerking van het Kremlin vanuit de Russische Federatie werd verspreid. Als het tegen een NATO-lid was gericht en er cruciale schade aan de infrastructuur van betreffend land was aangebracht, dan had het als een oorlogsdaad opgevat kunnen worden dat artikel 5 in werking zette. Een voor allen, allen voor een. Zonder dat een aanval op Nederland is gericht kan ons land door een digitale aanval dus in een oorlog betrokken worden.

Cyberveiligheid is niet hetzelfde als cybercriminaliteit, maar er zijn raakvlakken. Terroristen hebben vaak vanuit hun verleden contact met criminele netwerken opgebouwd. Dat geldt voor een land als de Russische Federatie waar directe lijnen lopen van overheid naar maffia. Ook in de VS is dat het geval waar president Trump voor zijn vastgoedprojecten contacten had met de Russische (Semjon Mogilevitsj) en de Russisch-Amerikaanse maffia (Felix Sater). Overheidsdiensten moeten nauw samenwerken om de digitale dreiging te weerstaan. Want elke zwakke plek wordt opgezocht en kan worden afgestraft. De gevolgen kunnen desastreus zijn. Bovenwereld en onderwereld, criminaliteit en traditionele oorlogsvoering zijn vermengd geraakt.

Is Nederland er klaar voor en beseft het de urgentie van de situatie? Nee, het lijkt er in de verste verte niet op. Gerrit van der Burg is als voorzitter van het College van procureurs-generaal specifiek verantwoordelijk voor cybercrime. In die hoedanigheid gaf hij vandaag een interview aan het AD dat de Volkskrant in een bericht samenvat. Er ontstaat een ontluisterend beeld van het OM. ‘We trekken er hard aan, maar we zijn er nog niet klaar voor’ en ‘We zijn van oorsprong geen digitale organisatie’. Nee, allicht niet, geen enkel OM in geen enkel land is van oorsprong een digitale organisatie. De verplichting rust op de leiding van het OM om dat als de wiedeweerga te worden. ‘Het onvoorstelbare wordt voorstelbaar, als het gaat om cybercrime’, zo zegt Van der Burg. Maar wat hij zich nou precies voorstelt blijft raadselachtig. Naar verluidt wil het komende kabinet 25 miljoen euro vrijmaken voor de bestrijding van cybercriminaliteit. Dat is veel te weinig en het komt erg laat.

Foto: ‘Foto: ‘Dutch Visit: Col. Jeff Schilling, of G-5/7, briefs Brig. Gen. Hans Hardenbol, along with Dutch military delegation, during a visit to the Army Cyber Command.‘ Op de site van de U.S. Army Cyber Command/ U.S. 2nd Army is deze foto uit 2012 niet meer terug te vinden, hier wel bij een commentaar.

Richard Engel: bedrog en corruptie door het Putin regime

Met als directe aanleiding de Russisch-Oekraïense oorlog en de bezetting van de Krim door de Russische Federatie besteedt dit blog sinds 2014 veel aandacht aan de Russische Federatie en de machinaties van het in het Kremlin zittende regime. Oppositieleider Alexei Navalny noemde Putins partij Verenigd Rusland in een nog steeds veel geciteerde uitspraak ‘de partij van schurken en dieven’. In zijn verslag noemt NBC-journalist Richard Engel het bedrog en corruptie, graft and corruption. Veelzeggend is dat Putin overweegt om te breken met zijn partij en als ‘onafhankelijke kandidaat’ aan de presidentsverkiezingen van maart 2018 deel te nemen.

Mijn aandacht voor de Russische Federatie komt niet voort uit de haat ertegen, maar juist uit de genegenheid ervoor. De inwoners wordt hun land en rijkdom ontstolen door een boevenbende in het Kremlin. Relativisten zullen daar op antwoorden dat stelen door de top in alle landen gebeurt en van alle tijden is. Dat is zo. Maar in de Russische Federatie heeft het extreme vormen aangenomen. Het is een bewust opgezet systeem dat een volk gijzelt. De mate van diefstal en corruptie vanuit het Kremlin loopt uit de pas met wat in andere landen gebeurt. Een andere reden is dat het Kremlin de Europese veiligheidssituatie bedreigt en de stabiliteit van Europa meer dan wie ook in gevaar brengt. Het is een systeem van zakkenvullen dat een heel volk gijzelt.

Jeff Gedmin: Het Westen moet zich niet laten verblinden door Putin

Waarom besteed ik sinds begin 2014 zoveel aandacht aan Oekraïne? Niet omdat het land een voorbeeld is van goed leiderschap, burgerzin of democratie. Hervormingen worden tergend langzaam in gang gezet. Deels door eigen onvermogen, deels door obstructie van buitenaf. Oekraïne is als grootste land van Europa met 44 miljoen inwoners belangrijk voor de stabiliteit van dit continent. Als het mislukt heeft dat gevolgen voor de EU-lidstaten. Daarom interesseer ik me voor Oekraïne. Het moet slagen vanwege de veiligheid van Europa.

De Russische Federatie probeert met politieke, economische, militaire en publicitaire middelen te verhinderen dat Oekraïne zich ontworstelt aan de gordel van corruptie zoals Hubert Smeets het noemt en succesvol wordt opgenomen in Europa. Niet noodzakelijkerwijze in de EU, maar in de sfeer van Europese normen en waarden. Integratie verhinderen de Russen door laatdunkendheid, ondermijning, een hybride oorlog in Oost-Oekraïne die ze ontkennen te voeren en bezetting van de Krim dat rechtstatelijk nog steeds onderdeel van Oekraïne is.

Jeff Gedmin spreekt zich uit voor Hromadske TV. Hij zegt zich zorgen te maken dat westerse leiders -en vooral de terughoudende president Barack Obama die in de laatste jaren van zijn presidentschap op de winkel past- zich over Oekraïne laten manipuleren door het Kremlin: ‘Whatever transpires in the next weeks in Syria, Vladimir Putin may try to convince the President of the United States and Secretary of State John Kerry, saying let’s work together on Syria and fighting ISIS, and if we cooperate on fighting ISIS, I need your help in Ukraine because please, Ukraine is our backyard, and please, you have to help me a little bit if I help you.

De deal die Oekraïne uitruilt tegen de belofte van Russische samenwerking in Syrië is niet alleen een schrikbeeld voor een meerderheid aan Oekraïners die aansluiting zoeken bij Europa en zich aan de gordel van corruptie willen ontworstelen, maar ook een schrikbeeld voor Europa. Want er dreigt zo aan de oostgrens van de EU een instabiel zwart gat te ontstaan met 44 miljoen inwoners die alle hoop de bodem in wordt geslagen.

Gedmin gelooft dat kanselier Angela Merkel de enige is die president Putin begrijpt. Mede omdat ze onder Russische bezetting in de DDR is opgegroeid en de manier van denken en retoriek van de huidige post-Sovjet-leiders doorziet. Hij betwijfelt of president Obama en minister Kerry de Russische leugens doorzien. Omdat het Westen tot nu toe afwezig was in het beantwoorden van Putins agressie aan de randen van Europa lijkt Putin krachtig. Maar met een gecoördineerd antwoord zou dat snel over zijn. Want uiteindelijk is het bewind van Putin een kleptocratie dat de Russische Federatie als wingewest beschouwt en leegrooft. De EU moet aansluiting zoeken bij de Russen die ook het slachtoffer zijn van deze maffiapraktijken van het Kremlin.

Naast het gevaar van Oekraïne als mislukte staat dat door Rusland wordt ondermijnd, bestaat het gevaar van een imploderende Russische Federatie die in elkaar klapt en de EU-lidstaten met een niet te stelpen vluchtelingenstroom zal overspoelen. Daarom is nu Europese steun aan Oekraïne economisch, strategisch en politiek noodzakelijk voor de toekomst van de EU. Het heeft er niets mee te maken of Oekraïne dat ‘verdient’ en nu al de toets van kritiek kan doorstaan. Steun is in het eigenbelang van de EU. Die bestaat zeker niet uit een uitruil van Oekraïne voor vage doeleinden in Syrië die de Russen nu Hollande en Obama voorspiegelen.