Joachim Baur: Migratiemusea moeten afstand nemen van nationalisme en politiek. Om het echte verhaal te vertellen

ducelle_07

Tiffany Jenkins komt in een artikel voor Foreign Policy met een scherpe invalshoek voor de beeldvorming van migratie. Ze verwijst naar het boek ‘Die Musealisierung der Migration’ (2009) van de aan de Universiteit van Tübingen verbonden Duitse museumwetenschapper Joachim Baur. Het gaat erover hoe in speciaal opgerichte musea de migratiegeschiedenis wordt gepresenteerd. De kritiek is dat ze hierbij te simplistisch te werk gaan en nieuwe vehikels zijn om nationale identiteit te promoten. De musea zouden zich overgeven aan idealisering en simplificering door een beeld van multiculturalisme en tolerantie te schetsen. Hierbij verliezen ze hun kritische distantie en sluiten aan bij een beeld vol optimisme, waarvan overheden willen dat musea die tonen.

Hoe migratiegeschiedenis in gevestigde media wordt gepresenteerd maakt een media recensie van Wilfried Takken in NRC inzichtelijk. Hij behandelt het NPO-programma Verborgen Verleden waarin ‘prominente Nederlanders op zoek gaan naar hun verleden’. Hij neemt de volgende conclusie voor eigen rekening: ‘De les: we zijn allemaal vluchtelingen, die ooit naar Nederland kwamen gedreven, uit honger of angst. Verborgen verleden ondergraaft de nationalistische mythe van de bloedzuivere Nederlander.’ Dit is een versimpeling die voorbijgaat aan de echte geschiedenis en bestaande machtsstructuren en Baur de musea verwijt. Musea, Verborgen Verleden en Wilfried Takken doen burgers hiermee geen dienst, maar werken eraan mee een roze laag van goedwillendheid over de werkelijkheid te leggen die het echte verleden aan het oog onttrekt.

De kritiek is dat genoemde migratiemusea niet aan verklaren, maar aan verhullen doen. Jenkins schetst welke musea begonnen met het tonen van de migratiegeschiedenis: het Migration Museum in het Australische Adelaide dat opende in 1986 en het Ellis Island National Museum of Immigration in de VS in 1990. Ook Nederland kent erfgoedinstellingen die zich bezighouden met migratiegeschiedenis. De focus ligt hierbij op nieuwkomers en landverladers. Jenkins: ‘Op hun verschillende manieren hebben zij traditioneel een verhaal verteld  over natiestaten en niet over de migrant als individuele persoon.’ De kritiek is dat migratiemusea die sinds 1986 zijn ontstaan geen afstand nemen van het 19de eeuwse nationalisme. De migrant wordt er direct mee verbonden. De wijze waarop migratiemusea de migrant benaderen sluit aan bij het ontstaan van musea in de laat 18de en vroege 19de eeuw. Exact het tijdperk van het nationalisme en de natiestaten.

Dat betekent dat deze migratiemusea in dienst staan van natievorming. Ze hebben een politieke missie die Jenkins citeert: ‘bijdragen aan de erkenning van de integratie van immigranten in de Franse samenleving en de opvattingen en houdingen over immigratie in Frankrijk bevorderen’ (het Cité Nationale de l’Histoire de l’Immigration, Parijs) of ‘bevorderen sociale cohesie’ (Migration Museum, Adelaide). Nationale migratiemusea verspreiden de boodschap dat migratie voor iedereen een goede zaak is. Maar dat is het niet, de ene migrant is de andere niet. Zoals alle Nederlandse Nederlanders evenmin dezelfde startpositie hebben. Dat leidt tot de versimpeling van Wilfried Takken en Verborgen Verleden dat ‘wij allen migranten zijn’. Het is een verklaring die niets verklaart, behalve een oppervlakkig en van bovenaf opgelegd  idee van cohesie, saamhorigheid en gemeenschapsgevoel. Precies zo wordt het mechanisme van natie- een machtsvorming door de politieke en economische elite bewust verhuld. Het is de taak van migratiemusea om achter die ‘waarheid’ te kijken en het complete verhaal over migratie te vertellen. Niet alleen de populistische en politiek gewenste versie ervan.

Foto: ‘Meneer en mevrouw Batten met koffers voor het Haagse station Hollands Spoor. Ze woonden aan het Prins Mauritsplein in Den Haag. Meneer Batten was oud KNIL-kapitein. / SpoorwegenSpoorwegen / SpoorwegenSpoorwegen / Straatbeelden’. Collectie: Historisch Beeldarchief Migranten.

PEW: Waarom Amerikaanse ‘nones’ religie achter zich laten

pew

Wat is de reden dat volwassenen die in hun kinderjaren religieus zijn opgevoed uiteindelijk religie de rug toekeren? Het Amerikaanse PEWResearchCenter heeft het uitgezocht en doet er in het onderzoekChoosing a New Church or House of Worship’ verslag van. Het is onderdeel van de bredere ‘Religious Landscape Study’. PEW vroeg waarom mensen zich niet langer identificeren met een religieuze organisatie of instelling. Er blijken honderden redenen te zijn, maar vele ervan zijn terug te voeren op enkele gemeenschappelijke thema’s.

Ongeveer de helft (49%) van de volwassenen die religie de rug hebben toegekeerd, de zogenaamde ‘nones’, zegt niet langer te geloven. Als verklaring verwijzen ze naar ‘gezond verstand’, ‘logica’ of ‘gebrek aan bewijs’. Dat zit op de lijn die Noam Chomsky in een interview met thruthout over religie en politiek aanvoert: ‘I think irrational belief is a dangerous phenomenon and I try to avoid it’. Zo’n 20% houdt niet van georganiseerde religie. Dit omvat de kritiek dat religieuze organisaties te veel aan machtsvorming doen en hun bestaan de oorzaak van conflicten is. Zo’n 18% zegt onzeker te zijn over religie. Dit omvat de ‘ietsisten’ die menen wel iets spiritueels te voelen, maar zich niet te willen binden aan een bestaande religie. Zo’n 10% van de ‘nones’ is religieus niet actief, hun religiositeit moet wakker gekust worden of tijd die er niet is vinden voor religie.

PEW merkt in een samenvatting op dat er onder de ’nones’ drie subgroepen zijn: a) atheïsten, b) agnosten en c) zij die over hun religie zeggen ‘niets bijzonders’. Onder de atheïsten zijn de niet-gelovers met 82% in de meerderheid, evenals onder de agnosten met 63%. Slechts 37% van de subgroep ’niets bijzonders’ zegt niet te geloven. Zo tekent zich een glijdende schaal van atheïsten via agnosten naar de subgroep ‘niets bijzonders’. De eerste subgroep voelt in meerderheid principieel niets voor religie terwijl in de laatste subgroep ook overwegingen meespelen niet aan religie toe te komen. Feitelijk is dat nog een grotere diskwalificatie van religie dan die de atheïsten maken omdat eruit blijkt dat religie deze volwassenen niet weet te motiveren.

Foto: Schermafbeelding van een overzicht van PewResearchCenter met de redenen waarom volwassenen religie de rug toe keren.

Sabine begint nieuwe religie: ‘Stopbeingsuchapieceofshitism’

sab

Makkelijker gezegd dan gedaan, hoe begin je een religie? Sabine begint het ‘Stopbeingsuchapieceofshitism’, ofwel het strontisme. Zo zegt ze. Een goed initiatief omdat er geen genoeg religies kunnen zijn. In de hang naar kleinschaligheid (zonne-energie op het eigen dak) zou elke straat of elk dorp z’n eigen religie moeten hebben. Toegespitst op de behoefte. Mega-fusies binnen de religieuze instellingen hebben religieuze organisaties op afstand van de burger gezet. Religies hebben twee componenten die nauw samenhangen: zingeving en machtsvorming. Want zin heeft geen zin als het politiek en maatschappelijk niet wordt gehoord.

Hoe gaat Sabine haar nieuwe religie opstarten? Wat is er eigenlijk voor nodig? Is dat een gebouw voor bijeenkomsten of kan het vanuit de huiskamer of een kantoortje via internet en sociale media afgewikkeld worden? Maar zorgt dat wel voor het goede gemeenschapsgevoel? Goede publiciteit en belangenbehartiging bij politieke partijen en het openbaar bestuur zijn in elk geval nodig om de nieuwe religie te vestigen. In Nederland is het verkrijgen van de ANBI-status essentieel. Het 90%-criterium eist een inzet van meer dan 90% voor het algemeen nut. En dan moet een religie ook nog een geloofwaardig programma met uitgangspunten opstellen dat concurrerend en onderscheidend is. Want religie is een vechtmarkt met talloze aanbieders.

Foto: Schermafbeelding van tweet van @ThatSabineGirl, 19 juli 2015.

Bestaande macht blokkeert ontstaan fundamentele kritiek: EU

change

De kritiek van ‘acht bestuurders en wetenschappers op Thierry Baudet en Bastiaan Rijpkema lokte kritiek uit. Ook van mij. Ik vond dat de acht zonder kennis van zaken over de werking van de nieuwsmedia op internet spraken. Dat detail gaf me weinig vertrouwen in hun andere inzichten. Een van de acht Peter Verhaar plaatste op m’n blog een reactie, maar antwoordde jammergenoeg niet meer op m’n riposte. Ook niet in de e-mail die ik ‘m stuurde. De kern van het  debat ging over het verwijt van de acht dat Baudet en Rijpkema zonder kennis van zaken over Europa schrijven. Ze vonden de bewering ‘dat de democratie wordt uitgehold‘ een ‘schrijnende onjuistheid‘ is. Wie heeft er gelijk in deze discussie tussen de tien min of meer deftige heren in de NRC?

De stellingnames van beide partijen in het geschil over de EU passen in een patroon dat zich in 2013 in allerlei westerse landen aftekende. Aangejaagd door de onthullingen van Edward Snowden die de verhoudingen op scherp zette en iedereen ertoe dreef om kleur te bekennen en voor of tegen de status quo te kiezen. Voor het eerst sinds de in de jaren ’60 (vdve) in gang gezette democratisering tekende zich weer op grotere schaal een tweedeling af tussen de verdedigers van de bestaande macht en de aanvallers daarvan vanaf beide flanken.

Een oud modewoord ‘establishment‘ werd weer van stal gehaald. Ofwel, ‘dat om tegen te schoppen‘. In een hoefijzermodel raken conservatieven en progressieven elkaar. Niet door het midden, maar over de flanken. In de VS waren het Julian Assange en Ron Paul die elkaar vonden. Of de rebellen tegen het establishment van de gevestigde politieke partijen. Zodat Amy Goodman van Democracy Now! en de conservatieve Glenn Beck van Fox ondanks zichzelf in hetzelfde kamp belandden. Niet dat ze nu ineens in alles gemeenschappelijk waren. Verre van dat. Maar beslissend was dat hun afwijzing van president Obama met z’n inperking van privacy en de opbouw van de controlestaat met behulp van een ondersteund conglomeraat van bedrijven en overheden groter was geworden dan hun onderlinge afkeer. In Nederland vinden SP en PVV elkaar soms op de flanken.

Is het zo simpel om de ‘acht bestuurders en wetenschappers‘ als verdedigers van de bestaande macht te zien en Baudet en Rijpkema als aanvallers? Ik denk het wel. De acht geven zich bloot als ze zeggen: ‘Wij als burgers zijn echter gebaat bij ordentelijke uitwisselingen van argumenten‘. Da’s altijd de argumentatie van de macht om de lijnen van die door de macht vastgestelde regels te volgen. Maar buitenstaanders hebben daar niks bij te winnen en zoeken a-synchrone middelen om zowel die debatregels als de vanzelfsprekendheid van de macht te vervangen. In hun gespeelde naïviteit, geniale domheid of ultieme geslepenheid doen de acht alsof ze dat niet begrijpen. Ze eisen dat er gediscussieerd wordt binnen de piketpaaltjes die zij helpen neerzetten.

King Billy geeft in een reactie ondersteundend bewijs voor het gelijk van Baudet en Rijpkema en het ongelijk van de acht bestuurders en wetenschappers: ‘Deze heren maken zich druk over de wijze waarop een debat over de toekomst van Europa wordt gevoerd? Waar is überhaupt inhoudelijk publiek debat in Nederland?‘ Dat debat wordt door de bestaande macht de nek omgedraaid. Tekenend is dat de Europese Commissie sinds 20 december 2013 de financiële steun aan het kritische en grenzen overstijgende website Presseurop staakte.

Zijn topbestuurders van de EU bang voor feiten? Presseurop is voorbeeld van een nieuwsmedium op internet dat de acht heren van bestuur en wetenschap afdoen als de illusie van een debat zonder draagvlak. Maar de echte werkelijkheid is precies andersom. De EU gaat voor de illusie van publieke steun door het publiek debat te blokkeren. Lees hier de hartekreet van José Ignacio Torreblanca over een Europees establishment dat bang is voor de publieke opinie zoals dat ook verwoord wordt door Baudet en Rijpkema: ‘Een unie van regels is goed, maar wat we echt nodig hebben, is een unie waar politiek wordt bedreven. Wie is bang voor politiek?

Foto: Schermafbeelding van petitie ‘To @VivianeRedingEU: Save @Presseurop!‘ tegen het stopzetten van de steun aan Presseurop, 26 december 2013. Tekenen kan hier.  

Schets van hedendaagse macht in een cartoon. Vol weemoed

supremely-sold_500_363

Een cartoon van Mike Luckovich voor Truthdig over het Amerikaanse Hooggerechtshof. De perfecte illustratie van de corporatieve staat. Tot in de hoogste democratische instellingen oefenen grootbedrijven hun macht uit. Overheid en bedrijfsleven zijn hecht verknoopt en niet meer te ontwarren. Wie neemt de besluiten? De ene burger zit er nog tamelijk goedgemutst bij. Wel verloren als een 18de eeuwse Benjamin Franklin. Ach, arme.

Foto: Cartoon ‘Supreme‘ van Mike Luckovich voor Truthdig. 15 september 2013. 

Uitersten ontmoeten elkaar: Ron Paul en Julian Assange

De progressieve Julian Assange en de libertarische Ron Paul vinden elkaar in hun afkeer van wat Assange het ‘extremistische centrum’ noemt. In dat centrum wordt de macht verdeeld en anderen buitengesloten. Vooral in de informatievoorziening. In de VS zijn dat Democraten en Republikeinen, in Nederland de VVD en PvdA. Personen uit die partijen die eerlijkheid, waarheid of burgerrechten boven de machtsvorming zetten worden niet tot dat machtscentrum van hun eigen partij toegelaten. Dit hoefijzermodel is niet nieuw, maar interessant is dat het steeds minder uitzonderlijk wordt. Feit dat Ron Paul voor zijn video-kanaal Julian Assange van WikiLeaks als gast uitnodigt onderstreept deze ontwikkeling. Zie hier voor de andere delen van het gesprek.

De verklaring ‘Waarom ik de VVD verlaat‘ van de fractievoorzitter voor de VVD in Menterwolde Marc Hesp snijdt precies dat probleem aan van een politieke partij als de VVD die in de machtsvorming de eigen principes verliest en de burgerrechten geweld aan doet: ‘Liberalisme gaat over vrijheid, een overheid die de persoonlijke vrijheid waarborgt. Dat staat haaks op de anti-privacy agenda van de VVD bewindslieden.’

2308g

Foto: Marcel van Eeden, 27 augustus 2007 [2308]

Hoelzer ontkracht de geloofwaardigheid van Obama over NSA

De vroegere assistent van de Democratische senator Ron Wyden licht naar aanleiding van haar spraakmakende artikel in techdirt ‘Jennifer Hoelzer’s Insider’s View Of The Administration’s Response To NSA Surveillance Leaks‘ voor Democracy Now! haar betoog toe. Jennifer Hoelzer ontkracht de overgebleven geloofwaardigheid van president Obama en toont met sprekende voorbeelden aan wat voor leugenaar Obama is. Hij preekt met mooie woorden transparantie, maar heeft vanaf november 2009 gedurende vijf jaar elke kans daarop eigenhandig getorpedeerd. Is Obama nu eindelijk tot inzicht gedwongen door de reacties op Snowden?

Inzichtelijk over de werking van de macht in Washington die niet anders weet dan tegenstanders te kleineren en bij gebrek aan argumenten terugvalt op geheimzinnigheid, obstructie van het politieke proces en uitsluiting van critici. Zelfs parlementaire controle op de NSA wordt nauwelijks getolereerd. Samen met media die zich bij de machtigen inlikken, zoals Glenn Greenwald over oud-NSA baas Michael Hayden zegt -die uit eigen gewin angstbeelden verkoopt- wordt zo de Amerikaanse democratie bezoedeld. Ook Nederland draagt daar de gevolgen van. Hoelzer biedt een sprankje hoop in een verziekt en gecorrumpeerd Washington.

Amerikaanse nieuwsmedia zijn er voor de afleiding: Larry Kudlow

De gevestigde Amerikaanse pers is niet op zoek naar de waarheid, maar naar een plek in de schaduw van de macht. Bovenstaand fragment van de Kudlow Report van CNBC geeft inzicht hoe de Amerikaanse kijkers een schijnwereld van behoudende snit wordt voorgezet. Da’s geen journalistiek die aspecten vanuit verschillende kanten belicht, maar politiek activisme met een vooropgezet doel. Het noemt Edward Snowden zonder onderbouwing een crimineel. Tegen deze kretologie is het lastig opboksen. Nog niet eens om de waarheid te vertellen, maar om een journalistiek te krijgen die uitspraken verantwoordt en feiten wil laten spreken.

Zo vergeet Larry Kudlow te zeggen dat de VS geen uitleveringsverdrag met Rusland heeft en dat de VS zich zelf niet houdt aan uitleveringsverzoeken van andere landen. Zoals nog onlangs het geval Robert Sheldon Lady duidelijk maakte in een dubieuze samenwerking tussen de VS en Panama. Niet alleen is deze dubbele standaard van de regering-Obama schijnheilig, het goedpraten ervan door de gevestigde media is schokkend. Deze media gaan voorbij aan het goed informeren van het publiek dat bewust onwetend gehouden wordt.

Zelfs iemand met een radicale blik op de wereld als Kudlow zou de feiten moeten laten spreken. Maar dat doet-ie niet. Aangenomen dat-ie de feiten kent. Met z’n gespeelde bravour van de alleswetende wijze laat-ie zich inspireren door het beeld  van resolute politici die knopen doorhakken en niet terugdeinzen voor ferme uitspraken. Niet nieuwsgierigheid en willen weten, maar prediken en beïnvloeden staan voorop. Wat resteert is een combinatie van amusement en misleiding van de kijker. Het heeft niks met echte journalistiek te maken.

Waarom dit voorbeeld? Voor het volgen van de Amerikaanse politiek richt ik me op maatschappij-kritische bronnen die niet aan partijen gebonden zijn. Vaak online-nieuwsmedia die marginaal gedistribueerd worden. Zoals Democracy Now!, The Young Turks, The Real News, McClatchy, Common Dreams, Firedoglake, wired, Counterpunch of The Guardian. Naast de gevestigde media bepalen ze mijn blik op de VS. Ik weet dat ze in de media een minderheid uitmaken die nauwelijks tot Amerikaanse huiskamers doordringt. Larry Kudlow en zijn vakbroeders bij gevestigde media doen dat wel. Ze vormen het beeld dat kijkers in arren moede consumeren.

Het is goed om te beseffen dat overal ter wereld de onthullingen van Edward Snowden hun weerslag hebben gevonden in de gevestigde media. Behalve in de VS. Daar zijn media instrumenten die de zakelijke belangen van conglomeraten behartigen. In samenwerking met de zittende regering. In gehypte, continue retoriek.

Christensen over het falen van de gevestigde journalistiek

Christian Christensen is hoogleraar journalistiek aan Stockholm University. In een opinie-artikel voor Al Jazeera English beschrijft-ie het tekort van de journalistiek. Het is tot onderdeel van de macht gemaakt. Als reactie hierop zijn journalistiek-activistische organisaties as Anonymous en WikiLeaks ontstaan. Ze vullen het gat dat de gevestigde media laten vallen. Een anonieme stem leest het artikel voor. Zonder bronvermelding.

Kern van z’n kritiek is: ‘My point is that the mainstream press in countries such as Sweden, the United States and the United Kingdom, have (more often than not) failed to engage in critical investigations into, and analyses of, the accumulation and utilisation of power. And, it is this failure that has created a vacuum filled, at least in part, by WikiLeaks and Anonymous. ‘ Volgens Christensen doen media nauwelijks aan kritisch onderzoek en slaan ze het onderwerp van machtsvorming en -misbruik door de gevestigde machten over.

Toegevoegd kan worden dat de journalistiek de confrontatie met het eigen falen ontloopt. De journalistiek neemt graag anderen de maat, maar weigert zichzelf de maat te nemen of serieus te reageren op kritiek van anderen. Dit ontkennen van het eigen falen verklaart waarom de reactie van de gevestigde media op WikiLeaks en Anonymous afgelopen jaren zo negatief was. Niemand wordt immers graag geconfronteerd met een betere ‘ik‘. Nog eens versterkt door het onbegrip van de gevestigde journalistiek over nieuwe media. WikiLeaks en Anonymous zijn geen foutloze organisaties zonder blinde vlekken, maar opereren met een politieke, economische en intellectuele autonomie waarvan gevestigde journalisten alleen maar kunnen dromen.

201372893756408580_20

Foto: Afbeelding van Guy Fawkes, het symbool van Anonymous.

Laatste avondmaal met religie

Religie is eeuwen geleden ontstaan. Nu is de maatschappij gewijzigd. Naast godsdienst zijn er cultuuruitingen gekomen die meer bij de tijd zijn. Sport, amusement, kunst en media zijn nieuwer en daarom voor velen aantrekkelijker. Ze worden afgedaan als oppervlakkig en inhoudsloos. Die reactie is van alle tijden en komt voort uit de kinnesine van een oude cultuuruiting. Door secularisatie neemt het belang van godsdiensten af.

Terwijl de godsdiensten door herschikking, publiciteit en relatieve groei nog een front weten te vormen. Da’s de paradox van achteruitlopende groei. Maar er vallen open plekken. Er staan minder paarden in de stal dan vroeger. De plekken worden gecompenseerd door intimidatie en strijdlust. De wereldwijde trend van een teruglopend aandeel van religie leidt niet tot bescheidenheid. Religieuze minderheden proberen over seculiere meerderheden te heersen. Deze fase waarin verhoudingen kantelen zorgt voor onrust en onzekerheid.

De reuring van de islam wordt gevreesd. Maar deze worsteling is geen sterkte, maar zwakte. De islam mist aansluiting bij de moderne wereld. Het wereldbeeld in islamnaties is schizofreen en vol schaamte, achterstand en hulpeloosheid. Terugkijken van de islam biedt geen perspectief en mist het programma van de 21ste eeuw.

Als een godsdienst eerder kiest voor politiek en machtsvorming dan voor verinnerlijking, zingeving en afstand, dan maakt godsdienst zich kwetsbaar in het maatschappelijk debat. Maar anders kan niet omdat het voor het eigen voortbestaan op moet komen. Het geeft de onhoudbare situatie van religie weer. Godsdienst moet cachet uitstralen, maar tegelijk lobbyen om geld, goed en geest veilig te stellen. Verticaal en horizontaal moeten in dezelfde mal geperst worden. Een godsdienst vervreemdt in dit proces van haar eigen wortels.

Naar verwachting valt godsdienst als eeuwenoud cultuurgoed straks in de categorie oude ambachten. Zover is het nog niet. Godsdienst kan ook als uiting van een elite klein en fijn eindigen waar het ooit begon. De massa zal dan nieuwe cultuuruitingen omhelsen, zoals allerlei godsdiensten eens naar hun zin werden ontwikkeld.

Foto: Viridiana van Luis Bunuel (1961)