Een sociologische kwakzalver spreekt. Trendwatcher Bakas pleit voor herzuiling

Van trendwatchers als Lidewij Edelkoort en Adjiedj Bakas had ik toch al geen hoge pet op. Wat ze doen is de vrijblijvende analyse zonder verantwoording. Het is het niveau van de sportjournalistiek: de bal is rond. In hun nevelige schimmigheid klopt de uitleg altijd, hoe die ook is. Achteraf wordt nooit gecheckt of openbaar gemaakt of de voorspellingen of trends wel zijn uitgekomen.

Bakas bereikte met zijn pleidooi voor herzuiling een nieuw dieptepunt in zijn hoedanigheid van voorspeller. Of liever gezegd, hij reikt naar een hoogtepunt van absurdisme. Hij passeert met stalen gezicht de grootste komieken die proberen grappig te zijn. Bakas is lachwekkend zonder dat hij het zelf lijkt te beseffen. Dat maakt het zo bijzonder dubbelzinnig. Je denkt steeds ‘waarom beschermt niemand deze man tegen zichzelf?‘. Wie nodigt hem uit als gast? Wie laat hem zijn kunstjes vertonen?

Bakas ziet in herzuiling een middel om polarisatie tegen te gaan. Hij zegt aan het eind van het fragment: ‘In de tijd van de verzuiling had ieder zijn eigen ding. De katholieken hadden hun zuil, de protestanten, de socialisten, de liberalen. En die gingen naar hun eigen winkeltjes, hun eigen restaurants, hun eigen ding. Ik kan me dus heel goed voorstellen, als theaters voortaan zeggen, maandagavond is voor de rode mensen, dinsdagavond voor de gele mensen, woensdagavond voor de groene mensen. Dan gaan we ontbozen‘. Kostelijk is de verbijstering van Barbara Barend die Bakas’ betoog niet serieus lijkt te nemen.

Dit fragment van WNL van 6 december 2021 is zo aardig omdat niet duidelijk wordt of Bakas het serieus meent of ons met zijn pleidooi voor herzuiling voor de gek houdt. Maar laten we aannemen dat hij het meent. Want trendwatchen is zijn verdienmodel en niet het komisch acteren.

Bakas vergeet met zijn vergelijking en teruggang naar de verzuiling dat de breuklijnen in het huidige Nederland anders lopen dan tijden de hoogtijdagen van de verzuiling waar hij naar verwijst. Maar ook tijdens de verzuiling van de jaren 1950 was de verdeling tussen de zuilen lang niet zo strikt en scherp als Bakas suggereert. Verzuiling is geen zak winegums die op kleur kunnen worden gesorteerd.

Bakas is een representant van de maatschappelijk geaccepteerde versie van het koffiedik kijken van futurologen, trend voorspellers, kortom van de klasse van toekomstdeskundigen die zich tooit met wetenschappelijke autoriteit. Bakas is een sociologische kwakzalver die niet alleen de toekomst niet kent, maar evenmin het verleden.

Bakas is een deftige bedrieger die zich van een hogere orde acht dan de volkse bedrieger. Iedere sociale klasse kiest blijkbaar de bedrieger door wie het het liefst bedrogen wil worden. Daarom zegt Bakas toch iets. Via hem laat hij ons in de spiegel van ons eigen absurdisme kijken. Bakas is de hofnar naast de troon die op mag draven om ons te vermaken met zijn onzinverhalen. Dat we daar behoefte aan blijken te hebben is de trend die uitkomt. Ondanks Bakas.

Sociologie van toekomstvoorspelling: Waarom worden verhalen van graancirkel denkers afgewezen en van trend voorspellers omarmd?

De oertijd kan ons helpen om te overleven, dat is mijn allernieuwste gedachte over de toekomst. Als een soort cultureel archeoloog ga ik spitten in vroege beschavingen, waarvan je de restanten kunt zien in inspirerende inheemse volkeren. Welke wijsheid in bestuur, ceremonieën, rechtspraak, voeding enzovoort hebben zij? Het is een onderzoek naar onze meest basale eigenschappen, naar dat wat ons menselijk maakt.

Is hier een zelfbenoemde expert, graancirkel denker, wichelroede loper, helderziende, waarzegger met glazen bol, prediker van een obscure religie of ziener aan het woord? Of betreft het een uitspraak van de maatschappelijk geaccepteerde versie van het koffiedik kijken van futurologen, trend voorspellers, kortom van de onwetenschappelijke klasse van de toekomstdeskundigen die zich tooit met wetenschappelijke autoriteit?

Naast de wetenschappelijke pretentie en dikdoenerij roept het citaat de vraag op wat het verschil is tussen de uitspraken van niet-geaccepteerde en geaccepteerde toekomstvoorspellers. De eersten worden in kringen van de zelfbenoemde weldenkende klasse afgewezen en de laatsten omarmd. Dat geloof of ongeloof heeft minder te maken met de waarde van de uitspraken dan met een culturele en maatschappelijke acceptatie.

Vanwaar dit verschil als de uitspraken van de futurologen en trend voorspellers even vals, onbetrouwbaar, onvoorspelbaar en uit de lucht gegrepen zijn als die van de graancirkel denkers en waarzeggers? Wat dat is het geval. Achteraf wordt nooit gecheckt of openbaar gemaakt of de voorspellingen wel zijn uitgekomen.

Een verklaring is dat het ene volks bedrog is en het ander deftig bedrog. Maar het is en blijft allebei bedrog.

Iedere sociale klasse kiest blijkbaar de bedriegers door wie het het liefst bedrogen wil worden. Eigen soort eerst. Dat is een defensieve reflex en volgt uit groepsdenken en uitsluiten van anderen. Maar de verachting ‘van bovenaf’ voor de complotdenkende graancirkel denkers met hun onzinverhalen wordt er stukken minder geloofwaardig op als het de onzinverhalen van Lidewij Edelkoort weigert dezelfde kritische keuring te geven.

Foto 1: Schermafbeelding van deel artikelDe favorieten van trend forecaster Lidewij Edelkoort: ‘Deze crisis genereert nieuwe energie en inzichten’’ van Jeroen Junte in de Volkskrant, 2 oktober 2020.

Foto 2: Athanasius Kircher: Mundus Subterraneus (Earth’s internal fires, illustration from an edition of Athanasius Kircher’s Mundus Subterraneus (“Subterranean World”). Photos.com/Jupiterimages.

Gedachten bij affiche ‘Blijf er af!’ uit 1946 die waarschuwt dat onschuldig schijnende voorwerpen levensgevaarlijk kunnen zijn

Een waarheid als een koe uit 1946. Een affiche van de Regeringsvoorlichtingsdienst zegt: ‘Blijf er af! Niet alleen granaten, patronen, landmijnen, zelfs onschuldig schijnende voorwerpen als flesschen, kabels, slagpijpjes enz. kunnen levensgevaarlijk zijn.’ Nu geldt hetzelfde. Een deurkruk, een lichtknop, een kopje of glas kunnen levensgevaarlijk zijn. Moeten we daaruit concluderen dat de geschiedenis zich herhaalt? Maar niet zoals het gezegde van Marx en Engels luidt eerst als tragedie en daarna als klucht. De coronacrisis is geen grap, maar ernst. Het kluchtige van wat nu gebeurt is dat sommigen zich laten kennen in hun ware aard door de crisis aan te grijpen om hun gelijk te halen. Het zou de omslag naar duurzaamheid zijn. Of naar het einde van de globalisering. Of naar een betere en eerlijkere samenleving. Zulke speculaties zijn levensgevaarlijk. Het doet denken aan het simplisme van trendwatchers als Lidewij Edelkoort of Adjiedj Bakas die als waarzeggers in hun glazen bol kijken en niet te toetsen uitspraken doen. Ze zijn echter niet de enigen. De klucht achter de tragedie vindt nu plaats en leidt tot vele soorten eigen gelijk. Maar we kunnen nog niet weten hoe het afloopt.

Foto: AfficheBlijf er af! Niet alleen granaten, patronen, landmijnen, zelfs onschuldig schijnende voorwerpen als flesschen, kabels, slagpijpjes enz. kunnen levensgevaarlijk zijn’ uit 1946 die in opdracht van de Regeringsvoorlichtingsdienst is gemaakt. Credits: Koninklijke Bibliotheek/ Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie. 

Trendwatchen met Jeannette ten Kate over beeldende kunst

wool_painting_x-2012-771

Kunstadviseur Jeannette ten Kate van Sinopia Art Consultancy in Amsterdam zegt de tijdgeest goed te begrijpen. Als een Lidewij Edelkoort of Adjiedj Bakas begeeft ze zich op het terrein van het trendwatchen, ofwel het voorspellen van de richting die de toekomst neemt. Het is al te verleidelijk om niet cynisch te doen over de pretenties van deze zelfbenoemde trendwatchers die met hun praatjes opereren op het snijvlak van financiële, sociale, culturele, economische, technologische en spirituele terreinen waarop ze zich in hun onbescheidenheid kundig achten. Een wonder waarom ze hun overstijgende helderziendheid inzetten in een bescheiden niche van de markt en in hun alwetendheid geen minister-president of CEO van Shell worden.

We leven in een tijd waarin we te maken hebben met een enorme creatieve tijdgeest’, zegt kunstadviseur Ten Kate. Vanaf de heupen lijkt ze trefzeker de eigen tijd aan flarden te schieten. Uiteraard is haar uitspraak nietszeggend omdat elke tijd te maken heeft met een enorme creatieve tijdgeest. Men moet bedenken dat het trendwatchers niet gaat om historisch besef en diachronisch onderzoek door de tijd heen die resulteert in een waarheid, maar om dwarsverbanden. Trendwatchers opereren door het leggen van verbanden omdat ze zich zo onttrekken aan de traditionele wetenschapsterreinen. Buiten de gebaande paden kraaien ze hun niet te controleren uitspraken. Zo hopen ze een imago van geloofwaardigheid op te bouwen dat mogelijk niet echt serieus genomen wordt, maar in elk geval bladvulling, amusement of de hoop op zakelijk voordeel biedt.

De methode Ten Kate bestaat uit het verbijzonderen naar de eigen tijd van universele waarden. Zoveel wordt wel duidelijk uit haar voorspellingen. ‘Mensen willen deel uitmaken van een groep, ze willen ergens bij horen. Het gaat erom wat je aan hebt, wat je eet en wat je aan de muur wilt hangen’ extrapoleert ze verder. Zijn er ooit tijden geweest dat mensen geen deel wilden uitmaken van een groep en ergens bij wilden horen? Maar Ten Kate komt niet alleen met nietszeggende praatjes, ze kletst ook aantoonbare onzin. ‘Mensen vinden het leuk om echt iets te hebben waar ze naar kunnen kijken en dat niet failliet kan gaan’. Daarmee bedoelt ze beeldende kunst. Maar investeringen in kunst kunnen wel degelijk tot een nulpunt zakken en zijn feitelijk helemaal niet zo profijtelijk als trendwatcher Jeannette ten Kate suggereert. Daar is onderzoek naar gedaan.

Jeannette ten Kate moet in haar Consultancy productie draaien en potentiële klanten een positief beeld van het aankopen van kunst voorspiegelen. Ze redeneert met vooruitziende blik naar haar eigen bedrijfsresultaat toe. Zo wordt trendwatchen toegepaste marketing die niet zozeer iets zegt over de eigen tijd of de nabije toekomst, maar bovenal uitgaat van het zakelijk perspectief van de trendwatcher. De handel van topkunst zoals die zich voordoet op veilingen, freeports, achterkamers in hotels en bij topgalerieën bestaat uit de manipulatie van marktprijzen. Op bescheiden niveau werkt Jeannette ten Kate er onbescheiden aan mee.

Foto: ‘I WENT’ van Christopher Wool, 2012.

ED-columnist Jos Kessels mompert op de kunst. Zo triest

ED-columnist Jos Kessels krijgt ruim baan van het Eindhovens Dagblad om z’n ongenoegen over de subsidies van de gemeente Eindhoven voor kunst en design te uiten. Een filmpje dat leuk wordt omdat Kessels vooral zichzelf te kijk zet. Het valt nauwelijks te geloven dat-ie echt meent wat-ie mompelt. Hoewel het ergste valt te vrezen. Z’n kunst bashing past in een patroon van schoppen tegen kunst, kunstenaars en overheidssubsidies.

Kessels’ tocht door Strijp-S heeft iets intriest. Het beeld van een somberman op z’n retour die anderen niks gunt en de voeling met de vibraties van z’n tijd onderweg is kwijtgeraakt. Zijn monoloog is niet fijnzinnig of grappig. Eindhoven krijgt de columnist die het verdient, humeurig en vol haat tegen kunst. Treurig om te zien.