De toelichting bij de video op het YouTube-kanaal van RTV Rijnmond luidt: ‘De gemeenteraad van Rotterdam trekt veel makkelijker de portemonnee voor Museum Boijmans Van Beuningen dan voor een nieuw Feyenoordstadion. Het museum krijgt 168,5 miljoen voor een grote renovatie, terwijl over een veel lager bedrag voor een nieuw stadion veel langer gesteggeld wordt. In het programma De Zoekmachine van RTV Rijnmond wordt de vraag gesteld waarom dat zo is.’ Op toelichting en reportage valt nogal wat aan te merken.
Een bezwarend aspect komt aan het eind aan de orde als raadslid Gerben Vreugdenhil van Leefbaar Rotterdam (portefeuille ‘Majeure Projecten’) uitlegt dat Stadion Feyenoord/ Feyenoord City en Museum Boijmans verschillende soort ondernemingen zijn. Vreugdenhil: ‘Publiek geld naar publiek bezit geldt hier [= Boymans]. Voor Feyenoord City geldt: Publiek geld gaat naar een privaat initiatief’. Maar dat ligt genuanceerder, want Museum Boymans is in 2006 geprivatiseerd. Weliswaar zijn een deel van de collectie en het gebouw eigendom van de gemeente Rotterdam gebleven, maar is het geen gemeentelijk museum zoals het commentaar zegt. Het museum kan op de markt als ‘creatieve ondernemer’ opereren en heeft dat sinds 2006 succesvol gedaan. De gemeente staat echter meer op afstand dan deze vermeende tweedeling suggereert, hoewel het een feit is dat de gemeente verantwoordelijk is voor het onderhoud van het gebouw. Zoals sommige geïnterviewden opmerken hebben de kosten zich opgestapeld doordat de gemeente Rotterdam renovatie heeft uitgesteld.
Raadslid Ruud van der Velden van de Partij voor de Dieren merkt op dat het hem niet duidelijk is waarom bij Museum Boijmans voor de zogenaamde ‘ambitievariant’ is gekozen. Maar die terechte kritiek lijkt niet zozeer met Museum Boijmans te maken te hebben, maar meer met het opereren van de Rotterdamse coalitie en de tekortschietende voorlichting en transparantie. Zoals VVD’er Jan-Willem Verheij opmerkt en Van der Velden overigens ook al suggereert is het bij Boijmans net als bij Stadion Feyenoord evenmin snel gegaan. In beide gevallen gaat het om langlopende processen. Wat uiteindelijk de zin van de kritiek op de ‘ambitievariant’ is als het verschil van 55 miljoen euro niet door de gemeente Rotterdam, maar door andere private of publieke partijen wordt opgebracht is de vraag. Overigens trok de Stichting Droom en Daad afgelopen week haar aanbod voor de schenking van ‘een substantieel deel’ van die 55 miljoen euro in omdat het blijkbaar geen ’stoel aan tafel’ kreeg die het had opgeëist. Het overleg erover kan echter weer vlotgetrokken worden.
Een gemeente trekt de portemonnee voor van alles: stadspromotie en -marketing, burgerzaken en bestuur, voorlichting en communicatie, grondexploitatie, bouwen, onderwijs, zorg, transport, sociale uitkeringen, veiligheid en inderdaad ook sport en cultuur. Het grootste punt van kritiek op de reportage is het tegenover elkaar in hetzelfde kader plaatsen van sport en kunst. Kunnen die op zo’n simpele wijze vergeleken worden?
Dat begint al met de vraag van sportpresentator Peter van Drunen die werkzaam is voor RTV Rijnmond. Zijn vraag wordt als volgt verwoord: ‘Waarom trekt Rotterdam veel makkelijker de portemonnee voor museum Boijmans dan voor een nieuw stadion?’ Dat is een veelgelaagde vraag waarin allerlei elementen samenkomen. Ze worden in de reportage beantwoord (privaat/publiek, slimmer lobbyen door Boymans dan door Feyenoord City, steeds weer veranderende projectplannen van Feyenoord City op verschillende plekken terwijl die van Boymans redelijk continu zijn), op het aspect na wat het verschil is van de functie van kunst en een museum (Museum Boymans) en de functie van professionele sport en een evenementenlocatie (City Feyenoord).
De reportage van RTV Rijnmond is journalistiek niet onzorgvuldig, maar doet door het niet logisch achter elkaar zetten van de feiten en het niet benadrukken van de verschillen tussen sport en kunst toch aan het creëren van een tegenstelling die extra wordt uitvergroot. Dat is ongelukkig en ongewenst. Het weerlegt misverstanden over deze ‘Majeure Projecten’ niet, maar houdt ze in de lucht zonder ze afdoende te duiden. Duiden is de functie van goede journalistiek. RTV Rijnmond kiest halfslachtig voor een debat dat als open wordt gepresenteerd, maar laat te veel essentiële elementen ongenoemd om het debat af te kunnen sluiten.