Een foto uit 1981 van de pomp van een oude gemaal in Zevenaar zegt dat het ‘thans‘ een kunstwerk is. Zo gaat dat blijkbaar. Als men iets een kunstwerk noemt, dan is het een kunstwerk.
Het opvallende is dat dit gemaal al een kunstwerk was in de zin van een bouwkundige civiele constructie. Waar verwijst dat ‘thans’ dan naar?
Wordt hier beweerd dat een bouwkundig kunstwerk is veranderd in een artistiek kunstwerk of wordt dat in het midden gelaten? Moeten we vermoeden dat de wijziging van een bouwkundig in een artistiek bouwwerk een verbetering is? De beschrijving van de foto roept vooral vragen op.
Oekraïne staat in brand en wordt door de Russische krijgsmacht van de kaart geveegd als autonome staat. Dat was in elk geval de opdracht van het leiderschap van de Russische Federatie. Dat is vooralsnog niet gelukt.
Oorlog is sinds end februari 2022 de backdrop van de internationale publieke opinie. Ofwel, een virtueel doek aan de achterkant van het wereldpodium als onderdeel van het decor van de Russisch-Oekraïense oorlog. Dat stuurt en vangt onze blik.
Verbazingwekkend is dat banaliteit, onbenulligheid. muggenzifterij, kinderachtigheid, trivialiteit en beuzelarij gewoon doorgaan. Zoals menselijke kleinheid altijd een plek opeist.
Een foto van de lokale kunstenaar Tommy Kha met als onderwerp Elvis Presley met Aziatisch uiterlijk in een tentoonstelling op de luchthaven van Memphis zorgde voor controverse. Het werd na enkele klachten verwijderd en daarna weer teruggeplaatst nadat de verwijdering weer klachten opriep.
Exbulletin geeft in een bericht details. Opmerkelijk is de reactie van Memphis’ gemeenteraadslid Chase Carlisle die de aanvankelijke verwijdering ‘respectloos naar kunstenaars en kunstwereld’ vond.
Tommy Kha wordt afgeschilderd als slachtoffer van de controverse die eerst leidde tot verwijdering van zijn foto en daarna terugplaatsing. Eind goed, al goed? Nee, toch niet. Opmerkelijk is de reactie van Memphis International Airport: ‘Onze excuses aan Tommy voor het effect dat deze beproeving op hem heeft gehad’. Kunst in de openbare ruimte, het blijft lastig. Slachtofferdenken is makkelijker.
Een beproeving? Is dat een ramp of marteling voor tere zielen die niets gewend zijn?
Schermafbeelding van deel petitie ‘Stop het herstel van Vanishing Staircase in Utrecht’ op Petities.nl.
Elke actie roept een reactie op. Dat is soms vermoeiend. Overigens ontkom ik er niet aan door dat op te merken. Neem de petitie van Mathijs Cremers die is geschreven naar aanleiding van het onbewust weghalen door een medewerker van de gemeente Utrecht van planten in een stenen trap tussen Centraal Museum en Singel. Het betreft het kunstwerk ‘Vanishing Staircase’ van Berthe Leemeijer.
De gemeente Utrecht heeft intussen toegezegd om de kosten van een nieuwe inrichting voor haar rekening te nemen. In een raadsbrief waaruit de DUIC citeert zegt wethouder Kees Diepeveen: ‘Samen met alle betrokken partijen stellen we zo snel mogelijk een plan op voor de nieuwe, groene inrichting van de trap. Ook kijken we samen met de betrokkenen naar een toevoeging bij het kunstwerk om nog explicieter te maken dat het hier gaat om een kunstwerk met een groen element’.
Het is de laatste toevoeging waartegen de petitie zich verzet als het zegt: ‘Ook vragen we de gemeente om af te zien van hekjes, bordjes en andere vormen van ‘regulering’. Voor je het weet is het bordje ‘Dit is kunst’ het kunstwerk’. Dat is hedendaags meta-denken dat scherts lijkt, maar een diepere waarheid bevat.
Schermafbeelding van deel foto van het kunstwerk ‘Vanishing Staircase’ van Berthe Leemeijer. Credits: Berthe Leemeijer.
Begin 2021 liep ik langs het kunstwerk en moest constateren dat de begroeiing armetierig was. Het zag er niet uit als beginnende wildernis, maar als aarzelend onkruid. Van overwoekering waardoor de trap zou moeten verdwijnen was nog lang geen sprake. Met mijn medewandelaar constateerde ik dat het niet opschoot en vreesden we of het wel ooit goed zou komen. Denk ook aan de warme zomers. Ik verbaasde me erover dat er in ruim twee jaar tijd sinds de realisatie in 2018 zo weinig was gegroeid en waarom niet gekozen was voor een vegetatie die de trap nu al wat meer had bedekt.
De petitionaris heeft gelijk dat er geen bordjes bij de trap gezet worden omdat dat afbreuk doet aan de terloopsheid van het kunstwerk dat alleen in die hoedanigheid zijn waarde kan hebben. De kunstenaar zegt hierover: ‘In de loop der jaren zal de trap steeds verder door de natuur worden overgenomen’. Die ‘loop der jaren’ kent geen limiet en is eindeloos. Een bordje dat zegt dat het een kunstwerk is dat niet als zodanig genoemd wil worden is een onmogelijkheid.
Maar het is een lastige afweging. Men kan zich er alleen maar over verbazen dat de organisatie die verantwoordelijk is voor het onderhoud van de trap, te weten de initiatiefgroep vergroening Singel, en de groenvoorziening van de gemeente Utrecht die er niks had te zoeken geen contact met elkaar hebben gehad die dit misverstand heeft kunnen voorkomen.
Ik voel mee met de petitionaris die geen regulering wil. In de kern is het omgekeerd, de gemeente Utrecht heeft er niks mee te maken en moet zich er niet mee bemoeien. Want juist door dat wel te doen is het misgegaan. De gemeente moet de verleiding weerstaan om de gemaakte incidentele fout te willen herstellen door verdere bemoeienis die wordt gematerialiseerd in een structurele fout en het kunstwerk van karakter verandert. Berthe Leemeijer kan helpen om de overwoekering wat vaart te geven door voor vegetatie te kiezen die sneller groeit en de naam van het kunstwerk eer aandoet. Wellicht kan hovenier en kunstenaar Hans van Lunteren hierbij adviseren.
Update 3 juni 2019: Op 5 juni is de officiële opening van het vernieuwde Vredenburg. Het wordt door de onzichtbaarheid van het mozaïek als mislukt beschouwd. De Volkskrant zette het gisteren in een artikel op een rijtje. Opvallend is dat wethouder Victor Everhardt (D66) zegt tevreden te zijn over het resultaat. Hij zegt dat er geen fouten zijn gemaakt. Maar als een fout niet erkend wordt kan er ook niet van geleerd worden voor een volgende keer. Het project is mislukt, maar niemand in de Utrechtse politiek blijkt er verantwoordelijkheid voor te nemen.
Update 20 september 2018: Er is kritiek op het kunstwerk ‘Markt Mozaïek’ van Jennifer Tee op het Utrechtse Vredenburgplein. De zichtbaarheid zou ontbreken en de half miljoen graniettegels zouden vervuild of lastig schoon te houden zijn. In de Utrechtse raad hebben SP en GroenLinks schriftelijke vragen gesteld. Zijn er fouten gemaakt en waren die te vermijden geweest? In een commentaar van 3 juni 2017 voorspelde ik de mislukking en legde die bij de tunnelvisie van het toenmalige stadsbestuur die te strikte randvoorwaarden aan de kunstenaars oplegde. Is dat niet de essentie van de problemen en zou daar het debat niet over moeten gaan in plaats van over de kosten en details van de uitvoering? Maar dat vraagt zelfreflectie van de raad.
In een brief aan de Utrechtse raad informeert wethouder Victor Everhardt (D66) ‘over de voortgang van het traject ‘Kunst op het Vredenburgplein’ en de herinrichting van het plein’. Vijf kunstenaars zijn geselecteerd ‘door de kunstadviseurs van het Artistieke Team in samenwerking met een kunstbegeleidingsgroep (bewoners, (markt)ondernemers en andere gebruikers)’. Het zijn Krijn de Koning (Nederland, 1963), Jennifer Tee (Nederland, 1973), Inti Hernandez (Cuba, 1976), Lucas Lenglet (Nederland, 1972) en Jon Rafman (Canada, 1981). Everhardt is verantwoordelijk voor het stationsgebied en niet voor cultuur. Cultuurwethouder is Kees Diepeveen (GL). In het verlengde hiervan is de gemeente een publieksactie begonnen om dit project onder de aandacht te brengen. Ook niet-Utrechters met een email adres kunnen tot 19 juni een stem uitbrengen.
Kunst in de openbare ruimte is door de uiteenlopende belangen vaak een ongelukkige combinatie. Dat vertaalt zich in een stroperige besluitvorming met een groot aantal betrokkenen met uiteenlopende belangen. Dat maakt het in Nederland bijna onmogelijk om er een succes van te maken. Vaak wordt niet het artistiek beste project gekozen. En dit staat nog los van de voorselectie door een projectgroep waar economische, ruimtelijke en politieke belangen moeten worden afgewogen zonder dat dit in de openbaarheid komt.
Ook het Vredenburgplein als ‘Plek voor Kunst’ is een weerbarstig project. De aap komt uit de mouw in de randvoorwaarden die Everhardt in zijn brief schetst: ‘De opdrachtomschrijving (..) is afgestemd op de diverse randvoorwaarden die op het plein van toepassing zijn zoals het tijdig kunnen realiseren van 65 standplaatsen, 14 bomen en voldoende zitgelegenheid. Hierover zijn ook afspraken gemaakt met de markt, initiatiefnemers, ondernemers en aanwonenden.’ De kunstenaars zijn met deze opdracht aan handen en voeten gebonden en kunnen niet ‘royaal’ uitpakken. Door de randvoorwaarden wordt het kunstwerk bij voorbaat ingeperkt. Vooral in volume. Niet dat kunstenaars die in de openbare ruimte werken dit niet gewend zijn, maar als voorwaarden te beperkend zijn verschuift de aandacht naar de vraag welke belangen ermee gediend worden. Een en ander roept vooral de vraag op waarom niet voor een plek in het centrum van Utrecht is gekozen waar voorwaarden minder beperkend zijn en de kunstenaars beter kunnen uitpakken. Met een beter kunstwerk tot gevolg.
Daarbij komt dat op de ruimtelijk denkende Krijn de Koning na de geselecteerde kunstenaars als een vorm van micky mousing kiezen voor het vanzelfsprekende en dat herhalen. Ze verliezen zich in sociaal gerichte kunst die onnodig fragmenteert op een toch al zo lastig plein. Ze voegen geen extra dimensie (beeldbepalend, herkenbaarheid, architectonische stevigheid) toe aan de plek of durven daar haaks op te staan, maar herhalen wat het al is: een ontmoetingsplek. Daardoor verzuipt hun kunst in de plek tussen de bouwvolumes. De Koning valt te prijzen omdat hij er als enige naar streeft om een beeldend werk te maken dat de functie van de plek niet herhaalt, maar overstijgt. Maar ook hij heeft het te stellen met beperkende randvoorwaarden.
Kunsthandel is een combinatie van handel, hype en kunst. In die volgorde. Marktwerking en psychologie gaan voor de kunst. De ondertitel van de Nederlandse vertaling van Don Thompsons boek Shock Art is kenmerkend ‘handel en hebzucht in de hedendaagse kunst’. Een aardige alliteratie waarin de ‘h’ als een haai naar kunst hapt. De Engelstalige ondertitel is duidelijker, en droger: ‘The Curious Economics of Contemporary Art’.
Waarom komt Vox nu met dit verhaal over de economie van de handel in hedendaagse kunst dat al zo vaak verteld is? Dat is gissen. De vormgeving met grafieken en de raspige stem maken het er niet helderder op.
De Stichting Onterfd Goed In Eindhoven stopt ermee en houdt uitverkoop. De reden die gegeven wordt is dat de kosten te hoog waren. Of de opbrengsten te laag. Het bedrijfsmodel dat opereerde zonder subsidie blijkt achteraf niet te hebben geklopt. Dat is jammer, maar de vraag is of dit niet te voorzien was. De stichting bemiddelde in de verkoop van delen van kunstcollecties van gemeentes en musea die werden ontzameld en op de markt werden gebracht. Onder meer zo’n 5000 kunstwerken van de gemeente Utrecht.
Een en ander geeft te denken over de professionaliteit van de stichting en de levensvatbaarheid van het bedrijfsmodel als blijkt dat ‘de inkoop bij de meeste collectie hoger was dan de opbrengst’ zoals Omroep Brabant in het verslag optekent. Het beeld ontstaat dat gemeentes de Stichting Onterfd Goed hebben gebruikt waarvan vanaf het begin duidelijk was dat het niet tegen haar taak opgewassen was en met een verkeerd bedrijfsmodel de markt op werd gestuurd. Het opportunisme van de gemeentes weegt zwaarder dan het falen van de Stichting Onterfd Goed die gebruikt werd als afvalputje van een falend gemeentelijk collectiebeleid.
Wat is kunst? In Alkmaar weten ze hoe dat duidelijk gemaakt moet worden. Met een bord waarop staat: ‘Dit is kunst’. Zo simpel is het. Voorbijgangers zouden schrikken en wellicht zag Openbare Werken van de gemeente de bui al hangen. Bevreesd voortdurend gebeld te gaan worden. Kortom, geen misverstand mag mogelijk zijn.
Maker Leonard van Munster denkt er anders over en vindt het bord niks. Kunst moet in zijn ogen voor zichzelf spreken. Kunst heeft geen nutsfunctie. De mensen moeten verrast worden door zijn waterspuitend kunstwerk in de Vaart. Daar valt wel iets voor te zeggen. Dus geen tekstbord. Het is de discussie tussen de estheet en de didacticus: uitleggen en zo mogelijk het werk kapot interpreteren of niet uitleggen met kans op onbegrip.
Door zijn ingreep verandert Van Munster net als de gemeente zijn eigen kunstwerk. Het wegknippen van het bord komt voor het waterspuiten te staan. Een duivels dilemma omdat het werk niet meer kon zijn zoals het was bedoeld. Voorlopig werkt het filmpje op het YouTube-kanaal van RTV NH niet. Het is hier te zien.
Wie googelt op ‘stichting com’ vindt bovenstaande verwijzing: ‘Componisten van Overbodige Muziek’. Bij doorklikken komt men op onderstaande pagina met het kopje ‘Componisten van Oorspronkelijke Muziek’. Is hier sprake van een onderlinge tegenstelling of niet? Kunnen componisten van oorspronkelijke muziek ook componisten van overbodige muziek zijn, en omgekeerd? Het antwoord valt niet op voorhand te geven.
In de cultuursector is vaak onduidelijk of er sprake is van een gebrek aan overeenstemming die ontstaat door slordigheid of lui denken of aan gelaagdheid die er bewust in is gestopt. Als de God in de bijbel die als functie heeft alle onzin te legitimeren en te verbinden tot waarheid. Ambiguïteit dus, de 2-componentenlijm die zwart en wit, dun en dik, arm en rijk, overbodig en oorspronkelijk verbindt zonder dat er licht tussen zit.
Aldus ontstaat een gebrek aan scherpte. Want als zowel het een als het ander kan, hoe urgent is het dan nog? ‘Alles kan‘ is de vijand van aangescherpte kunst die puntigheid op het scherp van de snede inwisselt voor breedte. De behoefte om zoveel mogelijk te willen vangen onder een noemer die opgeblazen wordt tot een voertuig voor van alles en nog wat leidt tot culturele obesitas. Opblazen met uiteenlopende bedoelingen, intenties en gerichtheid op allerlei doelgroepen ontneemt kunst de eigenschap om verrassend veelzeggend te zijn. Zodat de kijker of toeschouwer de lege plek in het gras of de uitgestippelde, maar niet geopenbaarde weg om te bewandelen mist. Wat er te nadrukkelijk ingeweven is leidt tot een schreeuwerig patroon dat een en al structuur wordt en ophoudt kunst te zijn die aanscherpt om terloops ontdekt te worden. Overtekend.
Foto 1: Schermafbeelding van resultaat zoekterm ‘stichting com’ op Google, 6 september 2015.
Is het logisch dat een krant met een groot protestants verleden als Trouw zich distantieert van religieuze uitingen die schade aanrichten? Het laat zich dit buitenkansje niet ontnemen. Het is menselijk om verdiensten te claimen en geen verantwoordelijkheid te nemen voor negatieve ontwikkelingen. Het gaat om Islamitische Staat IS die zich op de islam baseert en in Syrië archeologische kunstschatten vernielt. Of verpatst.
In een artikel laat Trouw archeoloog en aasistent-hoogleraar in Leiden dr. Olivier Nieuwenhuijse aan het woord. Hij zegt: ‘Oudheden worden gestolen en verpatst op de zwarte markt. Het is een belangrijke bron van inkomsten voor de terreurbeweging. Met religie heeft dat niets te maken.’ Assistent-hoogleraar Olivier Nieuwenhuijse meent dus dat het vernielen van oudheden door IS niets met religie te maken heeft. Trouw maakt daar in de kop van dat het verwoesten van Palmyra door IS niets met religie te maken heeft.
Trouw geeft hoop door deze kop die de rol van religie ontkent. Mogelijk de start van verdere emancipatie van het geloof. In de toekomst kunnen we in Trouw de volgende koppen verwachten: ‘Uitspraken paus hebben niets te maken met religie’, ‘Onderzoek toont: Jezus Christus neemt afstand van religie’ of ‘Religie heeft niets te maken met religie’. Waarmee de emancipatie van geloof en gelovigen voltooid is en religie bijgeschreven kan worden als iets dat voorgoed voorbij is. Inclusief de traditie van kranten met een protestant verleden.
Jihadisten van ISIS vernielen kunstschatten in een museum in Nineve bij het Irakse Mosoel. Ooit de grootste stad ter wereld. Rond 700 voor Christus was Nineve op zijn machtigst. Deze moslims lijken er volop plezier aan te beleven. ISIS is zo dol op onthoofdingen dat het dat bij gebrek aan mensen nu ook op standbeelden toepast. Straks gaan ze bij gebrek aan hoofden elkaar nog te lijf. Is het schandalig wat ze doen? Het antwoord is een kwestie van perspectief. Voor wie niets goeds verwacht van de islam bevestigen ze het beeld van een intolerante, onwetende en in zichzelf gesloten gemeenschap. Het zijn in elk geval geen cultuurliefhebbers.
Mogelijk zullen deze islamisten dat zelf anders zien. Ze plaatsen zich -waarschijnlijk onbewust- in de traditie van de beeldenstormers. Zoals die de kerken in 1566 trof toen de protestanten met hun hamers rondtrokken. Religies denken door hun hooghartig karakter en hun beroep op het hogere het altijd beter te weten. Daar is geen kruid tegen gewassen. Alleen jammer dat religies het plezier van anderen zo steeds weer vergallen.