Spreekt Trump echt of digitaal voor de Moonies?

Gevraagd of Donald Trump een toespraak hield voor de Unification Church (Verenigingskerk) ofwel de Moonies antwoordde een woordvoerster ‘nee’. Dat zou betekenen dat deze video gefabriceerd is. Deepfake dus. Technisch schort er nogal wat aan deze video waarin beeld en geluid niet synchroon zijn.

De Moonies leunen aan tegen de radicaal-rechtse flank van de Republikeinse partij en streven naar wereldheerschappij met hen als bestuurders. Het is logisch dat Trump die zijn eigen cult heeft waarin politiek, religie en samenleving verkleefd zijn zich associeert met een rechts-radicale christelijke godsdienst als die van de Moonies. Trump zakt weg in de aandacht en zoekt naarstig naar gelegenheden om zich naar buiten toe voor een breed publieke te manifesteren.

Toch staat Trump met anderen aangekondigd op 11 september 2021 als spreker voor the Rally of Hope, een vehikel van de Unification Church. De video die deze virtuele bijeenkomst moet inleiden is niet beschikbaar. Waarom is onduidelijk.

Sprekerslijst voor de Rally of Hope, 11 september 2021

Zo neemt de verwarring toe over het feit of Trump fysiek of digitaal gesproken heeft op een virtuele bijeenkomst van de Moonies. Er lijken de volgende mogelijkheden te zijn. 1) Trump heeft daadwerkelijk gesproken en de Moonies hebben daarvan een registratie gemaakt. Technisch is in de bewerking daarvan iets misgegaan. 2) Trump heeft niet daadwerkelijk gesproken, wat we zien is deepfake. Met 2a) dat zijn team zelf een tekst heeft aangeleverd of 2b) dat de Moonies zijn tekst hebben geschreven en er in de afspraken tussen Trump en de kerk iets mis is gegaan.

Het feit dat zijn woordvoerster achteraf ontkend dat Trump deze toespraak heeft gehouden kan van alles betekenen. Trump bestaat bekend om zijn leugens. Waarom hij er achteraf afstand van neemt als hij werkelijk heeft samengewerkt met de Moonies is onduidelijk. De les van deze episode is dat bij Trump nooit iets zeker is en dat dat door de mogelijkheid van digitale manipulatie van woord en beeld alleen nog maar onbegrijpelijker op wordt.

Koreaanse film ‘Madame Freedom’ (1956)

Op het YouTube-kanaal Korean Classic Film zijn 190 klassieke Koreaanse films te vinden. Zoals de film in een hoge resolutie Madame Freedom (Ja-yubu-in) uit 1956 van Han Hyeong-mo. Klik hier om de film te zien. Wegens een ‘leeftijdsbeperking’ kan de film niet ingesloten worden en is alleen op YouTube te zien.

In een beschrijving van deze film zegt Colin Marshall in The New Yorker: ‘The first golden age of Korean cinema began soon after the Korean War ended, and at its height saw the country producing more than a hundred features a year. In 1956, the director Han Hyeong-mo scandalized audiences by dramatizing a working wife’s extramarital affairs. The backdrop was a society grappling with modernity: the arrival of commuter trains, business suits, luxury goods, jazz clubs, even film itself. This transformation had been set in motion decades before, by Korea’s Japanese colonial rulers, but the mid-nineteen-fifties flooded the country with more Western influence, in particular, than ever before. Han’s film treats that heady era both more vividly and more subtly than its source material, a didactic novel that finally sides with the scholarly husband over the libertine wife.’

Het Zuid-Korea dat we kennen als een welvarend land met westerse patronen kondigt zich in 1956 aan. Na de Japanse bezetting en de Koreaanse oorlog. Dit is de proloog van een ontwikkeling. De omslag van oud naar nieuw. De treurige stemming van de standard Les feuilles mortes waarmee de film begint zet de toon. Het leven moet geleerd worden.

Foto: Still uit Madame Freedom (Ja-yubu-in)  (1956) van Han Hyeong-mo op het YouTube-kanaal Korean Classic Film.

Utrecht en Amersfoort hebben puinhoop gemaakt van Museum Oud Amelisweerd. Laat ze niet betrokken zijn bij formulering oplossing

Zwarte Piet mag dan een cultureel fenomeen zijn dat onder vuur ligt en aan maatschappelijk draagvlak heeft ingeboet, in de cultuur van het openbaar bestuur van Utrecht en Amersfoort wordt Zwarte Piet steeds populairder sinds het failliet van de Stichting Museum Oud Amelisweerd. Succes heeft vele vaders, maar de mislukking niet. Het Museum Oud Amelisweerd met de Armando collectie is zoals voorspeld een artistieke en financiële mislukking geworden. In tientallen commentaren (zoek op Amelisweerd) is er hier sinds december 2010 voor gewaarschuwd. Met argumenten onderbouwd werd aangetoond dat de Stichting Museum Oud Amelisweerd geen levensvatbare exploitant was. Maar het Stichtse openbaar bestuur wilde niet luisteren, op wat opposanten in de marge na naar wie niet geluisterd werd. Nu worden de scherven opgeveegd in de gemeentebesturen van Utrecht en Amersfoort, het provinciebestuur van Utrecht en in de raden van deze drie bestuursorganen. Wat nu? Toch een Museum voor Chinoiserie zoals ik in oktober 2011 voorstelde? Iets anders is ook mogelijk. Vraag is of de politiek van Utrecht en A’foort na acht jaar aanmodderen nog wel in staat is om open en helder naar deze kwestie te kijken. Het lijkt me niet. Laat de politiek dit op afstand zetten en externe museummensen die verstand van zaken hebben een eerlijk en goed doortimmerd plan maken. De Stichtse politiek moet nu maar even niet aan zet zijn in dit kwartetspel dat het zo gigantisch slecht heeft gespeeld.

Foto 1: Schermafbeelding van deel artikelUtrecht wil 100.000 euro van failliet Museum Oud Amelisweerd’ van Matthijs Steinberger in het AD, 21 september 2018.

Foto 2: Tweet, 21 september 2018.

Armando beëindigt bruikleenovereenkomst met MOA. Alternatieven komen in zicht

In november 2016 schreef ik in een commentaar: ‘De 87-jarige beeldend kunstenaar en alleskunner Armando is het gemarchandeer met cijfers en de slechte vooruitzichten van de exploitatie definitief beu –feitelijk tekort over 2015 was 230.382 euro-. Hij is van plan te kappen met de Stichting Museum Oud Amelisweerd, aldus een bron uit zijn directe omgeving. Hij meent dat hij bij het Cobra Museum in Amstelveen beter op zijn plaats is en dat dat museum beter bij hem past.’ Ik was naar eigen inschatting  door die bron benaderd omdat ik sinds 2010 aandacht aan het onderwerp besteedde en me hard maakte voor een gezonde bedrijfsvoering die de Stichting Museum Oud Amelisweerd niet leverde. Er werd een spel achter de schermen gespeeld waarbij exploitant en kunstenaar elkaar aftastten en hun posities aanscherpten. En anderen probeerden te bewerken.

Vervolgens bleef het op een enkel bericht na -waarin werd betwist wie nou exact om welke reden de stekker uit de samenwerking trok- opvallend stil in de publiciteit. Tot vandaag, 19 april 2017. Het AD kopt in een bericht van Peter van de Vusse ‘Armando breekt met Museum Oud-Amelisweerd’. De aangekondigde breuk van november 2016 wordt nu werkelijkheid. Armando heeft volgens het AD de samenwerking met het MOA in maart 2017 opgezegd. AD: ‘De bruikleenovereenkomst, die de Armando Stichting (dat zo’n 1100 werken van de kunstenaar beheert) met het MOA had afgesloten, is beëindigd met een opzegtermijn van een jaar.’

Oud interim-directeur van het Centraal Museum en bedrijfseconoom Gert-Jan van der Vossen doet in opdracht van wethouder Diepeveen een onderzoek naar de toekomst van landhuis Oud-Amelisweerd. Naar verluidt is de Utrechtse politiek ontstemd door het verzoek op de valreep van 2016 om 75.000 euro extra geld door het MOA dat als een overval werd ervaren. Trouwens krokodillentranen want al vanaf 2011 was algemeen bekend dat het MOA een gezonde financiële basis miste, zwak onderbouwde financiële plannen naar buiten bracht en dreef op subsidies die op korte termijn af zouden lopen. Hoe dan ook heeft het MOA het verbruid in het Utrechtse stadhuis. Van der Vossen verkent serieus de opties voor een nieuwe gebruiker van het landhuis.

In het AD reageert MOA-directeur Ploum laconiek. Zij zegt nog het meest verrast te zijn door het feit dat het opzeggen door de bruikleenovereenkomst door Armando bekend is geworden. Contractueel zou vastgelegd zijn dat hierover niets in de publiciteit verschijnt. Het is duidelijk dat het in het belang van het MOA was om dit zo af te spreken. Het weet dat Van der Vossen naar een alternatief zoekt. In de publiciteit is door directie en bestuur van het MOA jarenlang beweerd dat de ‘unieke’ combinatie Armando, Chinees behang en landhuis de bestaansreden voor het museum is. Dat is veranderd nu Armando de bruikleenovereenkomst opzegt.

Armando’s afscheid van het MOA hoeft niet het einde aan de culturele bestemming van Oud-Amelisweerd te betekenen. De gemeente Utrecht heeft er meer dan 1,6 miljoen euro in geïnvesteerd. Daarbij stonden twee uitgangspunten centraal. Namelijk dat het vastgoed en de huidige exploitant niet per definitie aan elkaar gekoppeld zijn. En dat een terugvaloptie is voorzien als de huidige exploitant Stichting MOA het niet redt. Wat Van der Vossen het Utrechtse gemeentebestuur adviseert is nog onduidelijk, maar een goede optie zou een Museum voor Chinoiserie zijn. Het zou de 18de eeuwse Europese blik op het Verre Oosten verbinden met het landhuis met 18de eeuws Chinees behang. Daar is hier al in 2011 in een commentaar voor gepleit. Binnen het Centraal Museum is naar zo’n museum al in de jaren ’90 een haalbaarheidsonderzoek gedaan. De plannen liggen er nog en kunnen zo afgestoft en geactualiseerd worden. Ik wijs Van der Vossen graag verder.

Foto: Schermafbeelding van deel artikelArmando breekt met Museum Oud-Amelisweerd’ van Peter van der Vusse in het AD, 19 april 2017.

Motie over landhuis Oud Amelisweerd is voorzichtige loskoppeling van exploitant en vastgoed

oa

Fractievoorzitter Klaas Verschuure van D66 diende op 10 november in de Utrechtse raad tijdens de behandeling van de Cultuurbegroting bovenstaande motie (p.9) in van Aline Knip die Cultuur in haar portefeuille heeft. D66 is de grootste (coalitie)partij in de raad. Het is een dubbelzinnige en ruime motie. Het zorgt voor onduidelijkheid maar ook voor perspectief. Het gaat erom hoe de motie wordt uitgevoerd. Die dubbelzinnigheid geeft exact de worsteling van de Utrechtse politiek weer met landhuis Oud Amelisweerd.

In de aanhef wordt verwezen naar de huidige exploitant Stichting Museum Oud Amelisweerd (MOA), maar in het middenstuk en dictum wordt exploitatie door een andere exploitatie niet uitgesloten. Het gaat erom hoe zwaarwegend ‘een toekomstbestendige en realistische openstelling’ moet worden opgevat. Wie kijkt naar de slechte financiële situatie en vooruitzichten van MOA, komt al snel uit bij een andere exploitant. Strikt opgevat leest deze zinsnede als het einde van MOA op deze plek. Het is de vraag of zo’n interpretatie van deze breed gesteunde motie door andere fracties ook zo wordt opgevat. Door de verwijzing naar ‘alle betrokkenen’ blijkt dat ook in gesprek wordt gegaan met MOA. Dat is verstandig om actuele cijfers over de bedrijfsvoering te verkrijgen en randvoorwaarden over toekomstige exploitatie van landhuis en landgoed scherp te krijgen.

In een toelichting lijkt Aline Knip alle opties open te houden. Dat is verstandig en geeft de Stichtse politiek armslag om initiatief te nemen en ruim te denken over de toekomst: ‘Amelisweerd is het best bezochte groengebied van de stad Utrecht! Het landhuis zelf is bovendien een prachtig rijksmonument en recent gerenoveerd. Ik wil dat het college gaat onderzoeken hoe het landhuis publiek toegankelijk kan blijven. Over een paar maanden kunnen we dan kijken welk scenario het meest haalbaar is. Het zou fijn zijn als er ook plek blijft voor het museum wat er nu gevestigd is, ook dat moet het college gaan onderzoeken.’ Met de laatste zin introduceert Knip dubbelzinnigheid. Want de uitspraak ‘fijn zijn als er ook plek blijft voor het museum wat er nu gevestigd is’ is weer in tegenspraak met een open motie die zich niet vastlegt op de uitkomst. Maar zelfs dat is onduidelijk als dit opgevat wordt als medewerking van de raad om het MOA anders onder te brengen.

De achterliggende gedachte die de motie benadrukt is dat als de huidige exploitant het niet redt, het prachtig gerestaureerde landhuis niet verloren is. Exploitatie en vastgoed zijn verschillende aspecten die niet aan elkaar gekoppeld moeten worden. Dat leidende principe dat voorop stond bij alle debatten in de Utrechtse raad geeft deze motie goed weer. Restauratie was terecht prioriteit van de gemeente Utrecht. Dat vergde veel zorg en een investering van meer dan 1,6 miljoen euro. Het is goed dat de raad beseft dat dit juweel in de kroon -wat landhuis en landgoed Oud Amelisweerd zijn- geen last is waarmee geleurd moet worden. Maar een aanwinst die iedereen wel wil hebben. Daarom kan ook uitgekeken worden naar andere exploitanten met meer perspectief en een betere financiële uitgangspositie. Bijvoorbeeld een Museum voor Chinoiserie.

Foto: Schermafbeelding van motie in ‘Spreektekst D66 Fractievoorzitter Klaas Verschuure Programmabegroting 2017’, 10 november 2016.

Raad voor Cultuur is afwijzend in advies over Museum Oud Amelisweerd. Vooral over de samenhang met de Armando Collectie

Chinees_behang_oud_amelisweerd_15

Het bleef vorige week onder de radar in de commotie over De Appel, Het Scheepvaartmuseum, Het Nieuwe Instituut en het positieve en negatieve nieuws over het EKWC, maar Museum Oud Amelisweerd (MOA) kreeg negatief advies van de Raad voor Cultuur. Het had gevraagd om 125.000 euro en kreeg nul op het rekest. Het advies is interessant omdat het niet alleen inzicht geeft in het functioneren van dit museum en schetst hoe slecht het er financieel voorstaat, maar ook weinig heel laat van het concept wat eraan ten grondslag ligt.

De raad vindt de samenhang tussen het landhuis, het Chinese behang en de Armando Collectie gezocht en onvoldoende uitgewerkt. Naar de mening van de raad vormt het landhuis in combinatie met het landgoed en het behang een waardevol ensemble. De raad is echter niet overtuigd van de museale samenhang met de Armando Collectie die het museum beoogt. Wel is hij van mening dat MOA een grote betekenis heeft voor de regio Utrecht en een toegevoegde waarde levert aan de lokale culturele infrastructuur.’ Een snoeiharde inzet. De raad ontkent samenhang in het concept dat bestaat uit het landhuis, antiek Chinees behang en de Armando Collectie. Omdat vooral de ‘museale samenhang‘ met de Armando Collectie wordt betwijfeld komt dit des te harder aan omdat dit de ontstaansreden voor het museum was. Feitelijk wordt hier gezegd dat de Armando Collectie er bij de haren is bijgesleept. Dit is zeker geen kritiek die voor het eerst klinkt, maar door bestuur en directie van het museum en de Utrechtse cultuurwethouder stelselmatig wordt weggewimpeld.

Naast de observatie dat het MOA de plannen kwalitatief en kwantitatief niet voldoende heeft onderbouwd en het MOA educatief sterk lokaal gericht is, mist de raad ondernemerschap: ‘De liquiditeit, de solvabiliteit en het weerstandsvermogen van MOA zijn laag. Dit heeft een hoog financieel risico tot gevolg. Bovendien is het museum pas twee jaar geopend. De raad heeft onvoldoende zicht op hoe het museum zich verder gaat ontwikkelen.’ En: ‘MOA is een jonge organisatie en heeft in de beginfase nog geen sluitende begroting kunnen overleggen. De financiële positie is vooralsnog onzeker. MOA had in 2013, 2014 en 2015 een negatief exploitatieresultaat. Het museum heeft een lage liquiditeit en solvabiliteit, en een laag weerstandsvermogen.’

Opvallend is dat de raad bepleit dat MOA zich gezien de hoge kwaliteit van het Chinese behang richt op ‘op buitenlandse, met name Chinese bezoekers’. De raad ziet dat zelfs als ‘een logische stap’. Dat komt overeen met de pleidooien op dit blog uit 2011 voor een Museum voor Chinoiserie en uit 2012 voor een Chinahuis. De raad redeneert vanuit het totale Nederlandse museumaanbod en ziet daar kansen. Het vindt dat MOA zijn reikwijdte zou moeten verruimen door de blik niet lokaal, maar internationaal te richten. Uit dit advies om zich te richten op Chinese bezoekers en de kritiek op de museale samenhang met de Armando Collectie volgt het stilzwijgende advies dat de Armando Collectie weinig te zoeken heeft in een Museum Oud Amelisweerd.

NB: Zie hier voor diverse blogpostings over Museum Oud Amelisweerd.

Foto: Fragment van het antieke Chinese behang in landhuis Oud-Amelisweerd, Bunnik. Credits: Hugo de Wijs.

Kim Jong-un gaat vanaf het terras voor in de strijd. Lachen?

Is het wel ethisch om grappen te maken over het strategisch genie van de Noord-Koreaanse leider Kim Jong-un die in hemdsmouwen vanaf zijn balkon met bureau het oppercommando voert over het leger? In een land met concentratiekampen en hongersnoden. Toch blijft die net iets te dikke Kim met zijn opgeschoren nek een ideaal mikpunt voor hoon. Of zijn grappen over Kim en zijn onoverwinnelijke leger met gerontische generaals als het weglachen van het leed zoals humor is? Kim Jong-un is de mesjogge leider die als hij niet bestond uitgevonden zou worden om ons te doen beseffen hoe absurd het leven werkelijk is. Kim houdt ons bij de les.

Beleving staat centraal bij vaste opstelling in Limburgs Museum

De vernieuwde presentatie ‘Van neanderthaler tot stedeling’ geeft een uniek overzicht van de Limburgse bodemschatten’ aldus de toelichting van het Limburgs Museum in Venlo. Donder en bliksem moeten de beleving van de bezoeker zo realistisch mogelijk maken. Opzet is om het verleden dichterbij te brengen. Volgens de woordvoerder van het Limburgs Museum passen daarin prima donder en bliksem op zaal.

De grens aan museale beleving is niet absoluut en schuift op onder druk van het Alive Museum, Amsterdam EXPO of The Amsterdam Dungeon. Bezwaren volgen uit de conservering en presentatie van de objecten, de kosten, de waarschijnlijkheid (vraisemblance) van het realisme en het purisme van de museumsector.

Nederlandse musea hebben nog lang niet de grens van de beleving bereikt. Waarom in bovengenoemde presentatie geen waterbassins, niveauverschillen, dieren in kooien, insecten op de geluidsband, acteurs verkleed als neanderthaler, lichtkunstwerken of verspreiding van geuren en rook toegevoegd? Alles voor de beleving. De mogelijkheden zijn onbegrensd. Misschien moet de sector die grens maar eens formuleren.

Faillissement Amsterdam EXPO herinnert musea aan hun essentie

expo

Amsterdam EXPO is failliet en zal geen doorstart maken, aldus oprichter Peter Tabernel tegen AT5. Het was een museum zonder museum te zijn dat in het buitenland presentaties inkocht en tentoonstelde. Zo’n vaag profiel is wonderlijk omdat daar geen marketing tegenop kan. Was Amsterdam EXPO de V&D van de museale evenementenbranche die verdwaald in het middensegment vergeefs trok aan een dode formule? Geen omweg waard. Met te weinig prestige, diepgang en authenticiteit van het Rijksmuseum en andere beeldbepalende Nederlandse musea. En met te weinig beleving, spektakel en glamour van een Koreaans Alive Museum dat nieuwe media gebruikt om de bezoekers te overbluffen. Tabernakel weet waar zijn kansen liggen: in Azië.

Het faillissement is ook een waarschuwing aan de Nederlandse kunstmusea over hun profilering. Niet het populisme van museumnachten vol marketing en porno, aanschurken tegen DWDD met pop-up museum of een oppervlakkige programmering is de focus die voor de lange termijn de meeste kansen biedt. Hoewel het tijdelijk soelaas kan bieden en museumdirecteuren nu verblindt en enthousiasmeert. Maar zoals V&D leert is kannibalisme van de eigen formule een doodlopende weg. De toekomst vraagt van Nederlandse musea het omgekeerde: diepgang, ambitie, inzetten op intrinsieke kwaliteit en echtheid die terug naar de kern gaat.

Foto: Schermafbeelding van artikel ‘Amsterdam Expo is officieel failliet verklaard. Vanaf 1 maart sluiten de deuren’. Credits: AT5.

Alive Museum uit Korea: het gat in de markt. Kunst als beleving

Alive Museum en Trick Art Museum zijn activiteiten van Creative TONG Inc. Een Koreaanse keten van ‘musea’ met vestigingen in Zuid-Korea, China, Singapore, Thailand, Vietnam en Turkije. Voor de ondernemer die durft: straks in Amsterdam. Eerder een concurrent voor Amsterdam EXPO, Amsterdam Dungeon of blockbuster tentoonstellingen als 1001 Inventions en Da Vinci dan het Stedelijk Museum of het Rijksmuseum. Adval Brand Group is de buitenlandse dochter van Creative TONG voor Azië. Vraag is of buiten Azië expansie mogelijk is.

Ons idee van wat kunst is en hoe een museum functioneert lijkt nog een te hoge drempel om nu een Alive Museum in Nederland te vestigen. Maar straks is wat we nu nog kitsch vinden wellicht in de mode. Gladheid is de nieuwe Rembrandt. Evenementen verkleed als museum lijken een gat in de markt van de toekomst. Voor de beleving. Nieuwe media maken het mogelijk. Creative TONG zoekt uitbreiding en heeft een ijzeren formule in de aanbieding. Marketing voor Vincent van Gogh in Singapore toont hoe het tot leven komt. Of: doodslaat.