Mauro Manuel is instrument van politieke strijd

Het CDA pleit ervoor om de 18-jarige mbo’er en uitgeprocedeerde asielzoeker Mauro Manuel een studievisum te geven. Politici van andere partijen vinden dat eerder een oplossing voor het CDA, dan voor Mauro. Want als-ie al een studievisum krijgt moet-ie over twee jaar alsnog weg. Terug naar zijn land van herkomst Angola.

Volgens de regels van de  Immigratie en Naturalisatiedienst (IND) is de kans klein dat Mauro een studievisum krijgt omdat-ie niet aan de voorwaarden voldoet. Voor mbo’ers geldt dat een visum alleen afgegeven kan worden als Nederland het meest aangewezen land is voor de mbo-opleiding ICT die Mauro bij het ROC in Eindhoven volgt. Maar zo’n opleiding bestaat ook in Denemarken.

Door de interne problemen van het CDA dat met 11 zetels nog nooit zo laag in de peilingen heeft gestaan wordt Mauro Manuel gebruikt voor politieke doelen. En zelfs als-ie een studievisum krijgt heeft-ie zijn zorgen erover uitgesproken of-ie het volhoudt. Want een studiehoofd zegt-ie niet te zijn. Dat dwingt hem in een richting en een studie die zijn hele bestaan op het spel zet. Da’s een grote druk.

Een van de CDA-dissidenten Ad Koppejan houdt anderen zijn ethische spiegel voor zonder echt te beseffen wat-ie aanricht. Deze houding is terug te vinden in het stuk dat-ie vorige week in de NRC met Paul Schenderling over het failliet van de politieke partijen publiceerde. In aanzet en analyse goed, maar in de uitwerking halfslachtig en tegenstrijdig. Zo gijzelen goede bedoelingen de praktijk.

Hoe moet het nou verder met Mauro? Het verlenen van het studievisum lijkt de slechtst denkbare oplossing omdat-ie eerst twee jaar in de publiciteit gevolgd zal worden en daarna alsnog het land moet verlaten. Ook onder een nieuw kabinet. Schrijnend is dat de mate van integratie niet alles zegt over rechtmatig verblijf. Zodat welwillenden en goed geïntegreerden Nederland moeten verlaten en onwelwillende jongere Turken en Marokkanen die afstand tot Nederland nemen kunnen blijven. Dat lijkt op een weeffout die Mauro schaadt.

Foto: Minister Leers, samen met Mauro Manuel, vlak voor aanvang van het debat in de Tweede Kamer. Credits: NRC / Roel Rozenburg

New York Times over Geert Wilders

Het gezegde luidt wat van ver komt is lekker. Da’s van toepassing op het artikel in de New York Times ‘Amid Rise of Multiculturalism, Dutch Confront Their Questions of Identity’. Het herkauwt oude waarheden over Nederland en Geert Wilders. Vervolgens besteden Nederlandse media er weer aandacht aan. Media verwijzen naar zichzelf en maken zo nieuws. Over zichzelf. Maar de nieuwswaarde is nihil. Wat moeten we ermee?

Anders Breivik wordt opgevoerd als getuige à charge tegen Wilders. De Times zegt over Nederland:  The sometimes violent European backlash against Islam and its challenge to national values can be said to have started here, in a country born from Europe’s religious wars. Is dat zo? Was het niet eerder België, Denemarken of Frankrijk waar het sentiment tegen de islam vroeg aan sterkte won dan Nederland dat tot ongeveer 2001 tamelijk politiek correct bleef? Zo rijgt het artikel halve waarheden aan elkaar.

Geert Wilders wordt als een anti-Muslim politician omschreven. Het lijkt meer in lijn met de werkelijkheid om hem als anti-Islam politician te omschrijven. Wie dat verschil niet ziet, begrijpt de rol van de politiek en de Nederlandse rechtsstaat niet ten volle. Het artikel gaat opnieuw in de fout als het zegt dat Wilders werd vrijgesproken van het feit dat-ie moskeeën ‘haatpaleizen’ noemde, ‘palaces of hatred’. Die uitspraak deed Wilders onlangs pas na zijn vrijspraak.

Het artikel komt opnieuw tot een ongeloofwaardige  conclusie als het het CDA-kamerlid Kathleen Ferrier citeert: Wilders says hateful things and no one objects. No one objects? Protesteert er niemand tegen Wilders? Heeft de journalist geslapen? Is er geen rechtszaak tegen Wilders aangespannen, wordt-ie niet bedreigd en 24 uur per dag beveiligd en verschijnen er in de media niet continu meningen die Wilders frontaal aanvallen? Is het Kathleen Ferrier die de Nederlandse samenleving ongeloofwaardig weergeeft of journalist Steven Erlanger die zijn vinger niet echt aan de pols van de Nederlandse samenleving heeft?

Directeur Rob Riemen van Nexus die vorig jaar een boekje opendeed over Wilders de pre-fascist en daarvoor in de Nederlandse media kritiek kreeg vanwege een mank gaande historische vergelijking zegt dat Geert Wilders een belangrijke inspiratiebron voor Anders Breivik was. Da’s een interessante mening die niet aangetoond kan worden en daarom giswerk blijft. Riemen blijft bij zijn stelling dat Wilders het nieuwe gezicht van het fascisme verbeeldt. Riemen doet de vorige oorlog over en ziet de huidige niet.

Paul Nieuwenburg van de Leidse Universiteit zegt dat mensen teleurgesteld zijn in de traditionele partijen, volgens de Times. En in antwoord op het maatschappelijke ongenoegen dat Wilders voedt hebben alle partijen afstand genomen van het multiculturalisme. Ofwel, ze hebben hun oude kaders verlaten en zijn nu ideologisch dakloos. En dat voedt opnieuw het ongenoegen van de kiezers die niet meer weten waarvoor de partijen staan.

Al met al geeft dit artikel van de New York Times aan hoe weinig de buitenwereld van Nederland begrijpt. Wilders en het kabinet Rutte -zijn naam wordt niet genoemd- verdienen kritiek die veel scherper en actueler verwoord kan worden dan deze achterwaartse exercitie in multiculturalisme doet vermoeden. Een gemiste kans is dat het niet te rade gaat bij critici op rechts, maar usual suspects op links als Ferrier, Cohen en Riemen opvoert. Die maken in het huidige Nederland geen verschil. Zoals dit gemakzuchtige artikel evenmin doet.

Foto: Nederlanders, 30 april 2007