Overheidssteun van Justitie neemt Demmink in bescherming

NCRD01_054081343_X

Update 7 juli: Stichting De Roestige Spijker eist in kort geding openheid van zaken door het ministerie van Veiligheid en Justitie omdat het ‘weigert stukken te openbaren waarin is besloten de advocatenkosten van haar voormalig secretaris-generaal Joris Demmink te betalen’. Het gaat om al zo’n 37.5000 euro aan juridische kosten dat het rijk in deze zaak heeft gestoken. Opmerkelijk is de berichtgeving over deze zaak in de NRC. Het is uitzonderlijk dat de gevestigde media aandacht aan de kwestie Demmink besteden. 

Stichting De Roestige Spijker die zich beijvert voor onderzoeksjournalistiek en persvrijheid diende een WOB-verzoek in om informatie te verkrijgen naar aanleiding van publicaties in het AD van 6 oktober 2012 over oud secretaris-generaal van het ministerie van Veiligheid en Justitie mr. Joris Demmink. De vraag stond centraal welke financiële en/of juridische ondersteuning Demmink vanuit de overheid krijgt. Directeur-generaal Rechtspleging en Rechtshandhaving G.N. Roes antwoordt namens de overheid. Het ministerie van Veiligheid en Justitie heeft tot op dit moment 37.644,05 euro betaald aan advocaatkosten voor de sinds 1 november 2012 met pensioen gegane ambtenaar Demmink. Wat rechtvaardigt overheidssteun die alle kosten vergoedt?

De Bakker Schut Stichting van advocate Adèle van der Plas merkt op dat Roes zich in zijn antwoord beroept op artikel 69, lid 1 van het Algemeen Rijksambtenarenreglement: ‘Onze Minister kan naar billijkheid de ambtenaar schadeloos stellen, kosten vergoeden of overigens een geldelijke tegemoetkoming verlenen.’ DG Roes meent dat de toepassing ervan aangewezen is ‘omdat moet worden aangenomen dat mr. Demmink voorwerp van de publicaties werd in verband met zijn functie bij het ministerie van Veiligheid en Justitie.’

Roes zegt met andere woorden dat de reden dat de AD publiceerde over Demmink en hem ervan beschuldigde begin jaren ’80 contact te hebben gehad met de jongenspooier Dick Willard en ontucht te hebben gepleegd met minderjarigen direct verband houdt met zijn ambtelijke functie. Het beroep van Roes op billijkheid om de advocaatkosten van Demmink door de overheid te laten betalen kan als volgt uitgelegd worden. Weliswaar ligt de grond van de beschuldiging van het AD volledig in het persoonlijk leven van Demmink en heeft het niks met zijn functie te maken, maar is-ie voorwerp van publicatie -dus kwetsbaar- geworden vanwege die functie.

Deze uitleg van Roes klinkt verre van logisch. In wat de affaire Demmink is gaan heten stond in de publiciteit altijd het persoonlijk leven van Demmink centraal. Dat werd slechts in verband met zijn functie gebracht waar het ging om de vermeende obstructie van de rechtsgang. Maar dat staat los van de aantijgingen over pedofilie en sex met minderjarigen. Zoals De Roestige Spijker opmerkt is het niet aantoonbaar dat het AD de belastende feiten niet zou hebben gepubliceerd als Demmink geen topman van Justitie was geweest. Alsof Nederlandse media een heksenjacht op overheidsdienaren zouden houden. DG Roes beroept zich op de omgekeerde bewijslast dat Demmink slachtoffer is van de media en niet van zijn eigen persoonlijk handelen.

Foto: Vrouwe Justitia zonder blinddoek in de Schepenzaal in het Stedelijk Museum Kampen, Kampen. Met de tekst ‘Justitiae gladio Martis violetia cessit‘ ofwel ‘Voor het zwaard der gerechtigheid wijkt het oorlogsgeweld’. 

Advertentie

PvdA en VVD willen af van subsidie op religieus leerlingenvervoer

LeerlingenVervoer1

Het is een goede zaak dat de PvdA en de VVD af willen van de wettelijke verplichting dat gemeenten het vervoer dienen te betalen voor leerlingen die naar een religieuze school willen. PvdA-kamerlid Loes Ypma wil leerlingenvervoer voor gehandicapte kinderen handhaven, want: ‘want geloof is een keuze en een handicap niet‘. Ypma vervolgt: ‘Ouders kunnen dan nog steeds kiezen naar welke school ze hun kinderen willen laten gaan, maar dit hoeft niet meer gesubsidieerd te worden door de gemeente. ‘ De VVD steunt de PvdA. In de nieuwe regelgeving blijft ruimte voor gemeenten om het religieus leerlingenvervoer te blijven subsidiëren.

Binnenlands Bestuur berichtte vorige week dat de gemeente Gaasterlân-Sleat op 29 mei op initiatief van de Friese Nationale Partij een motie heeft aangenomen ‘waarin staat dat de gemeente niet langer wil betalen voor richtinggebonden leerlingenvervoer.’ Deze Friese gemeente is jaarlijks 47.000 euro aan subsidie kwijt voor het vervoer van 32 reformatorische leerlingen naar scholen in Emmeloord en Kampen. De motie was mede bedoeld om een landelijk debat over de subsidie van religieuze leerlingen op gang te brengen, wat nu dus is gebeurd. Meer dan 100 gemeenten steunden de motie. Volgens Binnenlands Bestuur ‘geven vooral gemeenten uit de Biblebelt veel uit aan richtinggebonden leerlingenvervoer, vaak meer dan 150 duizend euro per jaar’.

Bij nader inzien is de verplichting voor subsidiëring van richtinggebonden leerlingenvervoer merkwaardig. Naast religieuze betreft dit bijvoorbeeld ook humanistische leerlingen. Want het afschaffen ervan tast de vrije schoolkeuze niet aan. Ouders kunnen zelf vervoer organiseren. In reactie op het initiatief van Loes Ypma spreekt de SGP over reli-bashing. Richtinggebonden leerlingenvervoer zou slechts 4,2% van de kosten van leerlingenvervoer uitmaken, aldus de christelijke besturenraad in een schatting van enquêtegegevens van 154 gemeenten. Maar da’s irrelevant. Het gaat erom dat PvdA en VVD na aanzet van diverse gemeenten de praktijk rechttrekken dat in het bijzonder religieuze leerlingen voorrechten hebben en overheidssubsidie krijgen.

Foto: Leerlingenvervoer kost Kampen 200.000 euro per jaar.