Nogmaals ‘Monarchie hoort in het museum. Laat daarom de Gouden Koets rijden’. Een storm van ongenoegen wacht de instituties

I. Er staan op Petities.nl drie tamelijk brave petities met de strekking dat de gouden koets naar een museum moet. Zie hier, hier en hier. Maar als dat idee geïsoleerd wordt, dan heeft het weinig betekenis. De petities houden zich in en lijken niet te weten hoever ze durven gaan. Ze hebben kritiek op de gouden koets en het kolonialisme, maar dat zijn makkelijke voor de hand liggende symbolen. Want onderhand is een meerderheid tegen het kolonialisme en de symbolen daarvan, zoals standbeelden en zoiets als een gouden koets.

Daarnaast wenden de petities zich tot de Tweede Kamer dat het focuspunt van de gevestigde orde is. Dat soort onderdanigheid is niet de manier waarop een protest van onderop behoort te werken. Nu is het het moment om verder te denken. Niet de symbolen, maar het systeem van de ongelijkheid en het onrecht ofwel de machtsstructuur dient aangepakt te worden vanwege de rugwind van de protesten. Wie doordenkt komt uit bij de slotsom dat het Nederlandse koninklijk huis naar het museum moet. Dan pas krijgt het protest smoel.
 

II. In 2015 schreef ik het commentaarMonarchie hoort in het museum. Laat daarom de Gouden Koets rijden’:
‘Er is iets opvallends aan de hand met het opinieartikel van Joris Hanse voor Joop.nl. Niet hij, maar de reageerders trekken de ultieme consequentie uit zijn woorden. Ze pleiten voor afschaffing van de structuur achter de Gouden Koets: de monarchie. Hanse redeneert vanuit de haalbaarheid van de praktische politiek. Hij laat het bij het pleidooi om de Gouden Koets als symbool ‘voor al het leed dat Nederland in vier eeuwen overzee heeft aangericht’ naar het museum te verplaatsen. Op Prinsjesdag rijdt de koning in de Gouden Koets naar de Ridderzaal waar hij de troonrede uitspreekt. Het is de opening van het parlementaire jaar.

Waar Hanse doet aan symboolpolitiek door alleen de Gouden Koets aan te pakken gaan de reageerders verder: ‘Word het niet eens tijd dat het 110 miljoen kostende sprookje ook richting museum verdwijnt en een replica van WILLEM de overbodige bij het wassenbeelden museum voor de genen die zo nodig moeten zwaaien’, zegt Ton de Vries. Olav Meijer meent: ‘Natuurlijk hoort de gouden koets in een museum, net zoals het koningshuis zelf’ en Anja Lodewijks is consequent: ‘Daarom doe de koning in het museum, dan gaat de koets vanzelf mee.’ Eric Minnens koppelt juist monarchie en Gouden Koets los: ‘Anders gezegd: het is gemakkelijker een nieuwe koets aan te schaffen dan de monarchie af te schaffen.’ Het museum als opslag voor het ongewenste.

Er zijn vier opties: 1) Schaf de Gouden Koets (GK) af en de monarchie (M) niet; 2) Schaf GK en M af; 3) Schaf GK niet af en M wel; 4) Schaf GK en M niet af. Optie 3 vervalt omdat het onlogisch is een symbool te laten bestaan van een monarchie die afgeschat wordt. Optie 1 waar ook Joris Hanse voor pleit is een polderoplossing die de verschijningsvorm aanpast, maar de machtsstructuur erachter ongemoeid laat. Optie 4 is een voortzetting van de bestaande situatie. Optie 2 is de radicale oplossing die zowel symbool (GK) als structuur (M) aanpakt.

Hanse heeft gelijk met zijn opstelling omdat de macht van de monarchie op dit moment te sterk is om deze af te schaffen. Politieke partijen zien dat de pro-monarchistische krachten te sterk zijn en doen nu geen moeite om in principiële Republikeinse standpunten te investeren. Ik kwam in 2011 in een blogposting tot een exact tegenovergesteld standpunt als Hanse: ‘Het gevolg van de discussie rond het linkerpaneel van de Gouden Koets is dat links en rechts zich verschansen in de loopgraven. En dat het Koninklijk Huis opnieuw onderwerp van discussie is geworden.’ Anders gezegd, wie voor afschaffing van de monarchie is moet de Gouden Koets niet afschaffen, maar die als antireclame voor de monarchie juist laten blijven rijden. Leve de Gouden Koets!’

 
III. De politieke afweging van de zomer van 2020 is of de macht van de monarchie nog steeds sterk genoeg is om niet ter discussie gesteld te worden. Hoe dan ook werken deze halfslachtige petities die verzoeken om de gouden koets naar het museum te rijden averechts omdat ze niet de macht, maar slechts de symboliek van de macht aanpakken. In reactie op een FB-post van Tjebbe van Tijen (zie ook dit commentaar uit 2013 over de bibliotheek van het Tropeninstituut) schreef ik het volgende: ‘Mee eens Tjebbe. Laten we gelijk schoon schip maken en die hele Nederlandse koninklijke familie naar het museum overbrengen. Maar ik ben het er niet mee eens om de standbeelden in het water te gooien. Die kunnen ook naar het museum. Probleem is namelijk waar het opruimen stopt. Wie weet is er een radicale factie te vinden die mensen als Nelson Mandela, Rudolf Thorbecke of Anton de Kom om welke reden dan ook bij het oud vuil wil zetten. Interessant is de positie van het management van het Tropenmuseum of het NMVW dat zich afgelopen jaren zo politiek correct heeft gedragen. Gaan zij de storm doorstaan of radicaliseren ze nog verder richting politieke correctheid?’

Foto: Koning Willem-Alexander in de Gouden Koets, Prinsjesdag 2013.

De ontiegelijke wijsheid van Tinkebell. Grootspraak en marketing in de kunst

Joop.nl plaatst een opinie-artikel van Tinkebell. Het is moeilijk om de aard en het karakter ervan goed in te schatten. Komt het voort uit zelfoverschatting, marketing, bravoure, goede bedoelingen, kennis, grootspraak of onkunde? Het zit er allemaal in en dat maakt het aandoenlijk. Tinkebell geeft zich bloot en legt haar ziel erin. Dat is goed van haar. Of ze werkelijk iets nieuws toevoegt aan het discours over kunst valt echter te bezien. Mijn oog bleef haken aan onderstaande zin die ik in een reactie citeer. Ik ben er het hartgrondig mee oneens. Het gaat erover of de kunstenaar het alleenrecht op de betekenis van een kunstwerk heeft. Het gaat om de esthetische functie van kunst als communicatie zoals taalkundige Roman Jakobson die ooit uitwerkte. De boodschap (het kunstwerk) is hierin dominant. Niet de zender zoals Tinkebell suggereert. Mijn reactie:

Er is maar één persoon die bepaalt of iets kunst is, en dat is de kunstenaar zélf. Ongeacht wat uw mening hierover is.’ Dat is nogal een heftige mening van Tinkebell.

Het is niet een mening die alle kunstenaars huldigen. Doorgaans zeggen ze zoiets als ‘wij maken een werk (schilderij, installatie, film, muziekstuk, toneelstuk, roman etc) en de beschouwer ervan mag er betekenis aan geven. Dat is niet aan ons.’ Inclusief de betekenis wat de aard er van is en of het wel of niet een kunstwerk is.

Tinkebell weet het beter. Tinkebell suggereert dat ze het beter weet. Zij weet op voorhand wat een kunstwerk is en wat binnen contouren de betekenis ervan is. En haar betekenis legt ze aan de toeschouwer op. Die haar uitleg moet volgen. Dat is knap. Dat is akelig knap. Zelfs de beroemdste kunstenaars nemen afstand van hun eigen werk en suggereren niet de wijsheid in pacht te hebben om de betekenis ervan een ander op te leggen. Maar zo is Tinkebell niet. Zij weet. Ook voor ons. Dat tekent haar.

Foto: Schermafbeelding van deel artikel ‘Hoezo is dat dan kunst?; Een lesje ‘wat is kunst’ voor dummies’ van Tinkebell op Joop.nl, 3 april 2017.

Hoe de EU niet optreedt bij de Russische provocatie van Oekraïne in de kwestie Yulia Samoilova en de Krim

In een interessante analyse op Joop.nl gaat Willem-Gert Aldershoff in op de deelname van de in een rolstoel zittende Russische deelnemer van het Eurovisie Songfestival 2017 Yulia Samoilova. Omdat ze na maart 2014 rechtstreeks vanuit de Russische Federatie naar de Krim is gereisd heeft ze in strijd met de Oekraïense grondwet gehandeld en wordt de Oekraïense regering gedwongen om te handelen. Door in te gaan op tactische zetten over en weer zet hij de relatie tussen Oekraïne en de Russische Federatie scherp op een rijtje.

Aan de rol van de EU gaat Aldershoff voorbij. Het zijn de sancties van 17 maart 2014 die wijzen op een stellingname en verantwoordelijkheid van de EU: ‘In the current circumstances, travel restrictions and an asset freeze should be imposed against persons responsible for actions which undermine or threaten the territorial integrity, sovereignty and independence of Ukraine, (..)’ Ofwel, als de EU zegt op te komen voor de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne -indien die door personen bedreigd wordt- dan moet het daadwerkelijk handelen als er sprake van ondermijning is. Als de EU dat nalaat dan laat het Oekraïne in de steek, handelt het in strijd met de sancties uit 2014 en ondermijnt het de geloofwaardigheid van een standvastige EU. Door de aanmelding van Yulia Samoilova wist het Kremlin dat het in strijd met de Oekraïense wet en de westerse sancties handelde en zette het de kwestie bewust op scherp door de EU en Oekraïne te provoceren (provokatsiya). Dat kan niet onbeantwoord blijven. M’n antwoord op Joop.nl op een andere reactie:

Inderdaad is de annexatie van de Oekraïense Krim door de Russische Federatie in strijd met het internationaal recht omdat het de territoriale integriteit van Oekraïne schendt. Die bezetting en het zogenaamde referendum dat tot de annexatie leidden werden in resolutie 68/262 op 27 maart 2014 in de Algemene Vergadering van de VN met grote meerderheid van stemmen veroordeeld.

De annexatie van de Krim door de Russische Federatie werd beantwoord met sancties van onder meer de EU, de VS, Canada, Japan en internationale organisaties. Onderdeel van die sancties zijn reisbeperkingen voor personen die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen. Omdat Yulia Samoilova na maart 2014 op de Krim is opgetreden valt zij in deze categorie. Zij heeft niet alleen in strijd met de Oekraïense wet, maar ook in strijd met de westerse sancties gehandeld. Daarom moet de EU in deze kwestie positie kiezen. Het is onbegrijpelijk dat de EU dit tot nu toe niet heeft gedaan.

Op termijn zal de Russische Federatie de Krim moeten teruggeven aan Oekraïne. Maar zolang dat nog niet zover is en westerse landen en Oekraïne dat niet met geweld kunnen of willen afdwingen is de op een na beste oplossing een strikte economische boycot van de Krim.

Het optreden van Russische artiesten op de Krim -zonder tussenstop in Oekraïne- is niet alleen in overtreding met de Oekraïense wet maar ook een directe ondermijning van de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne die tot de westerse sancties leidden. Daarom is het merkwaardig dat Oekraïne de kooltjes uit het vuur moet slepen en de EU terughoudend optreedt. Als de EU naar de in 2014 opgelegde sancties zou handelen, dan zou het Yulia Samoilova op een sanctielijst zetten en haar daardoor praktisch uitsluiten van het Eurovisie Songfestival.

Foto: Schermafbeelding van deel artikelHoe Rusland het Eurovisie Songfestival gebruikt in de oorlog tegen Oekraïne’ van Willem-Gert Aldershoff op Joop.nl, 26 maart 2017.

Russische propaganda probeert Duitsers tegen Merkel op te zetten. Maar zet het niet vooral de Russen te kijk als onverdraagzaam?

‘Satire uit Rusland – Tolerantie Mania in Duitsland’ zegt de titel op YouTube. Kanaal Deutschland+Russland  dat Duitse en Russische patriotten zegt te verenigen is erop gericht Rusland te verheerlijken en Europa te verzwakken. Propaganda dus. Een bericht op Joop.nl vat samen: ‘Sleutelfiguur in de Europese Ruslandpolitiek is Merkel. Mocht haar positie en daarmee die van het machtigste EU-land wankelen, dan kan Poetin mogelijk profiteren van de destabilisatie in de EU.’ Volgens een bericht in de Duitse versie van de Huffington Post waar Joop.nl op wijst is dit geen werk van individuen, maar is er ‘een zeer professioneel netwerk van Kremlin-propagandisten’ actief in Duitsland. Vele Russen in Duitsland leven in een parallel Russisch universum

Het effect van dit soort filmpjes op de Russische publieke opinie valt lastig in te schatten omdat de publieke opinie in de Russische Federatie niet vrij is en nauwelijks objectief  te meten valt. Het wereldbeeld waarmee dit gemaakt wordt is negatief en valt samen te vatten als antisemitistisch, homofobisch en anti-Duits. Ook niet met de subtiliteit die doorgaans de Russische propaganda kenmerkt. Buiten Rusland zetten de makers zich hiermee te kijk als bekrompen, onverdraagzaam en niet van deze tijd. Zo wordt door de wisseling van perspectief propaganda die in Rusland in de voedzame bodem van nationalisme, vreemdelingenhaat en de Russische wereld (Ruskkiy Mir) valt door zich af te zetten tegen het Westen door de culturele waarden ervan ter discussie te stellen, anti-propaganda die het Russische wereldbeeld als problematisch voorstelt.

De ’satire‘ is Jud Süß anno 2016 waarvan de makers niet aangestuurd worden door het propagandaministerie van Joseph Goebbels, maar door het propagandaministerie van het Kremlin is bewust van het ongenuanceerde type. Het probeert door het schetsen van een karikatuur niet zozeer mensen voor zich te winnen, maar ze te bevestigen in een gefabriceerd en van boven opgelegd wereldbeeld dat vertelt dat het Westen ten onder zal gaan in verdeeldheid door de opname van vreemde elementen die uiteindelijk niet kunnen integreren. De inschatting van de makers van deze propaganda is dat deze Welkomstcultuur van tolerantie door een deel van de Duitsers afgewezen wordt. En het beleid van kanselier Merkel inzake de opname van vluchtelingen faalt.

Beredeneerd vanuit het Russische belang is dit filmpje onbegrijpelijk omdat het de Duitse regering tegen de haren in strijkt. En vooral tegen kanselier Merkel die toch al een problematische relatie met president Putin heeft. Het kenmerkt de Russische isolatie die het zelfvertrouwen voorbij is om er samen iets van te maken.

Duitsland dat vanwege een verkeerd begrepen schuldcomplex naar aanleiding van de Tweede Wereldoorlog, gebrek aan zelfkennis en de economische belangen van Duitse ondernemingen als neutrale partner altijd uiterst welwillend was voor Rusland, heeft sinds november 2014 toen Merkel in een nachtelijke ontmoeting in de marge van de G20 in Brisbane Putin de onverbloemde waarheid zei te stoppen met zijn gestook in Oekraïne afstand genomen van het Kremlin. Het filmpje lijkt daarvan de bevestiging. Maar tegelijk roept het oude spoken op, want hoe stabiel is Duitsland dat nog steeds achtervolgd wordt door de oude spoken uit haar recente verleden die steeds weer opnieuw levend blijken te zijn? Maar ook: hoe stabiel is de Russische Federatie dat politieke bruggen met potentiële medestanders achter zich verbrandt en de confrontatie zoekt?

Hans Dieleman is blind voor politieke en verdrachtsrechtelijke aspecten van Oekraïne

tpo

Op The Post Online (TPO) dat ooit in reactie op Joop ontstond en sinds 2012 de huidige naam heeft kan iedereen een bijdrage plaatsen. Zo’n website zonder veiligheidsnet maakt TPO onvoorspelbaar en spannend. Het is intern tamelijk pluriform en dat is in het nog steeds verzuilde Nederlandse medialandschap bijzonder. Voor dat redactiebeleid verdient TPO hulde. Een bijkomstigheid is dat bijdragen die nog het meest een karikatuur van zichzelf zijn niet uitgefilterd worden. Dat maakt het vaak hoogst vermakelijk om TPO te lezen. Ook het opinieartikelRedenen om tegen het samenwerkingsverdrag met Oekraïne te zijn’ van ‘Prof. Dr. Hans Dieleman‘ valt in de categorie vermaak. Tot en met de ondertekening: ‘hoogleraar social sciences (Sustainability, Art and Transdisciplinarity) verbonden aan de Autonomous University of Mexico City.

Hoe vermakelijk ook, het artikel smeekt om een reactie door de eenzijdigheid en het metamodernisme dat zich uit in vrijblijvendheid, het losgezongen zijn van de realiteit en een linkse hoogleraar die de ideeën van een conservatieve denker omarmt zonder dat hij de strekking daarvan volledig lijkt te beseffen. Praten over politiek zonder nog politiek te willen nadenken in het reservaat van de cultuurrelativisten. Lachen of huilen?

Enfin, hier mijn reactie:

Een eenzijdig betoog dat alles koppelt aan economische belang en cultuurverschillen, en de termen soeveriniteit en territoriale integriteit ongenoemd laat. Anders gezegd, waar blijft het streven naar eigenheid van Oekraïne in zo’n verhaal dat alles opsluit in economische belangen en cultuurverschillen?

Wat Dieleman zegt is van een verregaand fatalisme en opportunisme en voor wie verder nadenkt met verschrikkelijke gevolgen. Vervang in zijn verhaal Rusland door Duitsland, en Oekraïne door Nederland. Zouden Nederlanders het accepteren als in Duitsland beslist zou worden over de koers van ons land, inclusief de behoefte van de Nederlanders om wel of niet lid te worden van de EU of de NAVO? Ik vermoed van niet. Maar waarom zouden Oekraïners dan wel moeten accepteren dat ze van het Kremlin geen eigen beslissingen over hun buitenlandse politiek zouden mogen nemen?

De observatie van Dieleman dat president Poetin het spel niet volgens de Westerse regels zou willen spelen is te simpel gedacht. Het is een miskenning van het feit dat Poetin alle internationale regels schendt. Zoals bleek uit de wereldbrede veroordeling in maart 2014 van de onrechtmatige bezetting van de Krim door de Russische Federatie in VN-resolutie 68/262.

De EU is trouwens bij uitstek een organisatie waarbinnen verscheidenheid en diversiteit een plek kunnen vinden. Finnen zijn geen Grieken, en Ieren geen Bulgaren, maar toch proberen ze binnen de EU hun cultuurverschillen te overbruggen. Hoewel dat niet altijd lukt, maar de intentie om de verschillen te overbruggen is onlosmakelijk onderdeel van de EU.

Het grootste gemis van het betoog van Dieleman is dat hij vergeet of bewust onder het tapijt veegt dat het succes van Oekraïne een veiligheidsprobleem is. Vandaar de niet aflatende druk vanuit de EU en de VS op de Oekraïense regering om nu eindelijk eens tempo te maken met de hervormingen. Het is in het grootste belang van de EU om stabiele buitengrenzen te hebben. Daarbij hoort een zich stabiliserend Oekraïne. Een nieuwe vluchtelingenstroom uit een land met een bevolking van meer dan 40 miljoen mensen richting EU is een politiek, economisch en strategisch schrikbeeld.

Ik ben voor het associatieverdrag met Oekraïne (en trouwens tegen iets wat heel iets anders is: EU-lidmaatschap van dat land) omdat het de hervormingsgezinden in dat land de nodige logistieke, financiële, juridische en mentale steun geeft om de samenleving en overheid te hervormen. Zonder de stok achter de deur van het associatieverdrag gaat dat stukken lastiger.

Ik ben het volledig oneens met Baudet omdat hij een onderwerp aangrijpt dat hem nauwelijks interesseert -zoals hij zelf heeft toegegeven- enkel en alleen om zijn pijlen op de EU te richten. Trouwens, geen slechte zaak, want ook de EU kan wel wat hervormingen gebruiken. Maar hoe iemand als Dieleman die zich als linkser beschouwt dan Baudet uitkomt bij het steunen van Baudet die het uiteindelijk te doen is om het herstel van de natiestaat en het ontmantelen van de supra-nationale EU geeft aan hoe het links van Dieleman in verwarring is gebracht en geen antwoorden op de concrete uitdagingen die de wereld stelt heeft die verder gaan dan abstracties over culturele waarden.

Foto: Schermafbeelding van deel artikelRedenen om tegen het samenwerkingsverdrag met Oekraïne te zijn’ van Hans Dieleman voor ThePostOnline, 16 november 2015.

Open islamdebat is hard nodig. Of God het nou wil of niet

InchaAllah

Mag kritiek op de islam of rust er een taboe op? De vraag is eerder of zulke kritiek zin heeft. Het antwoord is ondubbelzinnig ja. Religieuze organisaties zoals de islam genieten eerder te veel dan te weinig respect. Om de islam in de wereld te brengen is de eerste voorwaarde dat religies precies zo bejegend worden als andere cultureel-maatschappelijke instellingen. Niet meer en niet minder kritisch. Een uitzonderingspositie voor religies, en binnen die religies ook nog eens voor de islam, vindt in de nationale rechtsstaat, de democratie of de open samenleving geen rechtvaardiging. De overheid moet als scheidrechter boven de partijen die kritische houding niet zelf aannemen door deelnemer aan het publieke debat te willen zijn, maar dient wel nadrukkelijk te garanderen dat burgers zonder belemmeringen de kritiek op de islam ongestoord en veilig kunnen uiten.

Dit naar aanleiding van een opinieartikel in de Volkskrant van VVD’er Frits Bolkestein die meent dat de coördinator terrorismebestrijding miskent dat religie de basis kan vormen voor politiek geweld. Hij verwees hierbij naar onderzoeker David Suurland. Sid Lukkassen reageert instemmend op het Vlaamse blog Doorbraak met de vraag ‘Mag een academicus islamkritisch zijn?’en wijst naar ‘het politiek-correcte rookgordijn van de mainstream media’ dat die kritiek blokkeert. Hoe dat in z’n werk gaat illustreert ’student islamologie’ Arnold Yasin Mol in een opinieartikel voor Joop.nl met de bewering dat Bolkestein te weinig van de islam zou weten. Waarin Bolkestein van alles in de mond wordt gelegd dat hij niet beweert. Een open debat over de islam komt zo niet tot stand. Kom in Nederland niet aan de islam of de honden gaan blaffen. Gods wil is onfeilbaar. 

Foto: In Cha Allah in neon voor Lamba.

Monarchie hoort in het museum. Laat daarom de Gouden Koets rijden

prinsjesdag.2013.gouden.koets.koning.willem.alexander.blote.vrouwen.1000

Er is iets opvallends aan de hand met het opinieartikel van Joris Hanse voor Joop.nl. Niet hij, maar de reageerders trekken de ultieme consequentie uit zijn woorden. Ze pleiten voor afschaffing van de structuur achter de Gouden Koets: de monarchie. Hanse redeneert vanuit de haalbaarheid van de praktische politiek. Hij laat het bij het pleidooi om de Gouden Koets als symbool ‘voor al het leed dat Nederland in vier eeuwen overzee heeft aangericht’ naar het museum te verplaatsen. Op Prinsjesdag rijdt de koning in de Gouden Koets naar de Ridderzaal waar hij de troonrede uitspreekt. Het is de opening van het parlementaire jaar.

Waar Hanse doet aan symboolpolitiek door alleen de Gouden Koets aan te pakken gaan de reageerders verder: ‘Word het niet eens tijd dat het 110 miljoen kostende sprookje ook richting museum verdwijnt en een replica van WILLEM de overbodige bij het wassenbeelden museum voor de genen die zo nodig moeten zwaaien’, zegt Ton de Vries. Olav Meijer meent: ‘Natuurlijk hoort de gouden koets in een museum, net zoals het koningshuis zelf’ en Anja Lodewijks is consequent: ‘Daarom doe de koning in het museum, dan gaat de koets vanzelf mee.’ Eric Minnens koppelt juist monarchie en Gouden Koets los: ‘Anders gezegd: het is gemakkelijker een nieuwe koets aan te schaffen dan de monarchie af te schaffen.’ Het museum als opslag voor het ongewenste.

Er zijn vier opties: 1) Schaf de Gouden Koets (GK) af en de monarchie (M) niet; 2) Schaf GK en M af; 3) Schaf GK niet af en M wel; 4) Schaf GK en M niet af. Optie 3 vervalt omdat het onlogisch is een symbool te laten bestaan van een monarchie die afgeschat wordt. Optie 1 waar ook Joris Hanse voor pleit is een polderoplossing die de verschijningsvorm aanpast, maar de machtsstructuur erachter ongemoeid laat. Optie 4 is een voortzetting van de bestaande situatie. Optie 2 is de radicale oplossing die zowel symbool (GK) als structuur (M) aanpakt.

Hanse heeft gelijk met zijn opstelling omdat de macht van de monarchie op dit moment te sterk is om deze af te schaffen. Politieke partijen zien dat de pro-monarchistische krachten te sterk zijn en doen nu geen moeite om in principiële Republikeinse standpunten te investeren. Ik kwam in 2011 in een blogposting tot een exact tegenovergesteld standpunt als Hanse: ‘Het gevolg van de discussie rond het linkerpaneel van de Gouden Koets is dat links en rechts zich verschansen in de loopgraven. En dat het Koninklijk Huis opnieuw onderwerp van discussie is geworden.’ Anders gezegd, wie voor afschaffing van de monarchie is moet de Gouden Koets niet afschaffen, maar die als antireclame voor de monarchie juist laten blijven rijden. Leve de Gouden Koets!

Foto: Koning Willem-Alexander in de Gouden Koets, Prinsjesdag 2013.