Slavoj Žižek over vrijheid. Wat stelt het tegenwoordig voor?

Tragisch als we niet weten dat ons gebrek aan vrijheid een gebrek aan vrijheid is omdat we niet weten dat het een gebrek aan vrijheid is. Kunnen we ons trouwens gevangen voelen als we niet beseffen in een kooi te zitten? Het spel met woorden van de Sloveense filosoof en maatschappijcriticus Slavoj Žižek doet denken aan het begrip ‘unknown unknowns’ van de Amerikaanse oud-minister Donald Rumsfeld. Hoewel beide heren politiek haaks op elkaar staan. Žižek zet zijn woorden in om te onthullen en Rumsfeld om te verbergen.

Žižek meent dat we ingeperkt worden, maar ons niet in moeten laten perken. Met liefde als grootste vrijheid. Echter nooit gegarandeerd succesvol. De val die ingebakken is geeft vrijheid. Vrije ruimte. Zodat het zoeken naar zekerheid onze vrijheid beperkt. Dus wie ons zekerheden garandeert moeten we wantrouwen. Garantie op succes is een fopspeen om onze zoektocht naar echte vrijheid te blokkeren. Maar onbeperkte vrijheid die zich aan niets of iemand  gelegen laat liggen is evenmin gewenst. Zij die dat opeisen zetten de ander opzij.

Žižek ontstijgt maar nauwelijks aan het stereotype van een met zwaar accent sprekende Oost-Europeaan in een Hollywood-film. Zoals in de Marx Brothers film Duck Soup (1933) met de operateske staatjes Freedonia en Sylvana waar chaos en anarchie regeren. Wat moeten we aan met onze vrijheid? Die we mogelijk nog nooit volledig gekend hebben of ons ontnomen wordt zonder dat we het in de gaten hebben. Ach, simpel. Gewoon vragen blijven stellen en niks voor zoete koek aannemen. Ook niet het begrip van vrijheid dat ons opgelegd wordt. Da’s tegelijk een benauwend en een bevrijdend vooruitzicht. Als individu moeten we het zelf doen.

DuckSoup3

Foto: Still uit Duck Soup (1933),

Advertentie

Bezinningsruimte op school moet er voor iedereen zijn

gewoon-1

Moslimstudenten verzoeken om een gebedsruimte binnen hun school. Ze vragen in de petitie Gebedsruimten in ROC’senkel een open plek of een leegstaand lokaal, waar de moslims in volledige rust gebruik van kunnen maken’. Het gaat dus feitelijk om leerlingen in het middelbaar beroepsonderwijs. Is hun verzoek redelijk?

Op de Facebook-pagina ‘From Athan to Salat‘ waarnaar petitionaris Shrouk Ibrahim verwijst wordt Artikel 6 van de Grondwet geciteerd in een versie eenvoudig Nederlands die uitlegt wat de Vrijheid van godsdienst en levensovertuiging inhoudt. Het artikel 6.1 luidt: ‘Ieder heeft het recht zijn godsdienst of levensovertuiging, individueel of in gemeenschap met anderen, vrij te belijden, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet.’ Vraag van Ibrahim is ‘Welke reden houden zij dan nog aan om ons geen gebedsruimte te verlenen?

Onduidelijk is wat de petitionaris bedoelt met ‘open plekken’ binnen de school. Het creëren van wat ook een ‘bezinningsruimte‘ genoemd kan worden is een kwestie van redelijkheid. Leerlingen zijn echter geen werknemers die in een arbeidsrelatie tot de werkgever staan. Maar ze moeten in hun pauzes de religie of levensovertuiging van hun eigen keuze kunnen praktiseren. Dat kan van individu tot individu bekeken worden.

Als binnen scholen een geschikte ruimte ingericht kan worden als bezinningsruimte, dan is het verstandig als de schoolleiding een plek voor de uitoefening van religieuze of levensbeschouwelijke plichten aanwijst. Er zijn honderden religies en levensovertuigingen. Zo kent de islam vele stromingen en richtingen die soms haaks op elkaar staan. Alle varianten dienen in gelijke mate gebruik te kunnen maken van de bezinningsruimte.

Er moet door de school goed op gelet worden dat leerlingen in gelijke mate gebruik kunnen maken van de bezinnigsruimte en niet een groep de ruimte claimt. Dus zich de plek toe-eigent. Leerlingen zijn individuen met individuele rechten. Juist het individueel kunnen belijden zonder dwang van anderen is karakteristiek voor de vrijheid van godsdienst. Groepsvorming is daarmee in strijd. Da’s het zwakke punt van Ibrahims verzoek.

Shrouk Ibrahims initiatief is sympathiek en verdient ondersteuning. Maar het is jammer dat-ie niet samen optrekt met christenen, communisten, vrijdenkers, boeddhisten, hindoes, jehova’s getuigen, humanisten, atheïsten, antitheïsten, joden, pacifisten, nihilisten en allen die vanwege religieuze of levensbeschouwelijke plicht gebruik willen maken van een bezinningsruimte op school. Nu lijkt het alsof het Ibrahim niet zozeer te doen is om het uitoefenen van een religieuze plicht, maar om het promoten van de islam. Hij zou z’n pleidooi er een stuk sterker op maken als-ie dat vermoeden wegnam door actief met vertegenwoordigers van andere religies en levensovertuigingen te pleiten voor een gezamenlijke bezinningsruimte voor alle leerlingen.

Foto: Zen-boeddhisme. De petitie van Shrouk Ibrahim kan hier getekend worden. 

Adonis: een Syrische dichter pleit voor scheiding van kerk en staat

De Syrische dichter Adonis, ofwel Ali Ahmad Sa’id woont in Parijs. Hij heeft er geen vertrouwen in dat Arabische landen de moderniteit binnentreden. In zijn ogen is de voorwaarde daarvoor de scheiding van kerk en staat. Door de toenemende macht van de politieke islam in de Arabische wereld raakt dat doel steeds verder uit zicht. Adonis gaat verder dan andere critici door de schuld voor de stagnatie in de Arabische wereld niet te leggen bij het kolonialisme, het Westen of Israël maar bij de Arabische staten zelf. Daarom is-ie niet onomstreden. En moet-ie als vele Arabische intellectuelen uitwijken naar Europa. Hun vlucht tekent zijn gelijk.

Adonis die is genaturaliseerd tot Libanees staatsburger voelt niets voor de Syrische regering van Assad en evenmin voor de opstandelingen die de macht willen overnemen. Syrië schiet daar niets mee op. Adonis is een vertegenwoordiger uit een Arabisch land die past in de liberale democratie. Beide kanten in de Syrische oorlog wijken daar vanaf. Daarom werken pogingen in Europa om de Syrische rebellen te bewapenen averechts. Humanitaire hulp kan jammergenoeg niet op zijn plek komen. Er valt niets anders te doen dan afwachten.

Op 11 juni zond Het Uur van de Wolf over Adonis het portret ‘Het verdwenen land‘ van John Albert Jansen uit. In een toelichting zegt de regisseur dat Adonis voor velen een icoon is, ‘voor al die intellectuelen maar ook gewone mensen van Arabische komaf die over de hele wereld verspreid leven, van Parijs en Londen tot Toronto en Amsterdam. Deze mensen, het zijn er miljoenen, hebben zich onttrokken aan het juk van fundamentalisme, moskee en imam. Ze zijn allemaal individuen gebleven, en ze hebben zich nooit verenigd.

Het zijn gewone democraten in een seculiere samenleving, ooit gevlucht voor de dwang van de gemeenschap en het toenemende fundamentalisme. (..) De tragiek van onze bestuurders is dan ook dat ze, als ze de dialoog met Arabische immigranten aangingen, dat altijd met de georganiseerden deden, bijvoorbeeld een trotskistische arbeiderspartij, of Milli Görüş-achtigen, of fundamentalistische en fascistoïde groeperingen. Dus niet met de individuele mensen die gevlucht zijn voor de dwang van de moskee, en die tot hun schrik moesten ervaren dat de bestuurders in een buitenwijk van Parijs of Amsterdam-West zich inlieten met die groeperingen waarvoor zij nu juist gevlucht waren.’ Zijn het dan toch de dichters die de waarheid spreken?

Maysalun3

Foto: Generaal Henri Gouraud inspecteert per paard de Franse troepen in het Syrische Maysalun. 24 juli 1920. Syrië was toen een Frans mandaat.

Paus roept afkeuring van homo’s op met kersttoespraak

Bloemen

De paus sprak zich in zijn kersttoespraak uit voor het gezin en tegen homosexualiteit. Hij probeert een betoog op te bouwen dat een uitspraak van de Franse schrijfster Simone de Beauvoir gebruikt dat sekse-identiteit ondergeschikt is aan de sociale orde. Iemand wordt niet als vrouw geboren, maar wordt er een: ‘On ne naît pas femme, on le devient‘. Dat opent de weg om alles op te hangen aan een Lacaniaanse filosofie dat het subject pas ontstaat door onderschikking aan die orde. Alleen maakt de paus de redeneerfout dat hierbij de orde instrumenteel is als spiegel om het individu te vormen en niet als eindstation van die vorming. Daarom klopt zijn betoog niet dat sekse (‘gender’) niet als een natuurlijk, maar als een sociaal gegeven gezien moet worden. De paus shopt als een ware post-modernist in het Franse structuralisme. Weet hij veel?

Benedictus jaagt voor de tweede keer in korte tijd degenen die niet passen in zijn beeld van het traditionele gezin op de kast en vrijzinnige rooms-katholieken uit de kerk. Presentator Winfried Baijens heeft de kerk de rug toegekeerd na de kersttoespraak en zegt over de paus: ‘Ik wil op geen enkele manier meer mijn steun aan zo iemand geven, zelfs niet op papier‘. Hij raadt katholieken die ook zo voelen zich met een muisklik uit te laten schrijven via ontdopen.nl. Een ludieke actie is de Facebook-pagina ‘Geen Bloemen naar de Paus’ onder het motto ‘Waarom zou je iemand die stelselmatig homo’s en homoseksualiteit veroordeelt bloemen geven?’

ontdopen

Foto 1: Schermafbeelding van Facebook-pagina ‘Geen Bloemen naar de Paus

Foto 2: Schermafbeelding van ontdopen.nl.

Kerstboom, vakantieboom, tolerantie en het secularisme

merry_myth_billboard_design

In de VS verkondigen reclameborden van alles. Niet alleen het consumeren van goederen, maar ook het consumeren van religie. Of atheïsme. Alles is marketing. In de maand december wordt er nog een schepje bovenop gedaan. De conservatieve presentator Bill O’Reilly richt zijn pijlen op de progressieve gouverneur van Rhode Island  Lincoln Chafee die in functie deze week een kerstboom een ‘vakantieboom’ noemde. Dat kwam hem op kritiek te staan. Chafee zou kerstmis willen seculariseren. Trouwens, thuis zou-ie het gewoon nog steeds over een kerstboom hebben, maar hij redeneert dat de kerk van kerk en staat hem dat niet toestaat.

Naar mijn idee begrijpen O’Reilly noch Chafee wat secularisme is. Evenmin als de Amerikaanse Atheïsten die de mythe willen dumpen. Laat iedereen zelf beslissen. Waarom meegaan in een negatieve campagne zoals evangelisch Amerika die voert? Secularisme gaat erom dat ieder individu in vrijheid kan kiezen. Een religie, levensovertuiging of niks. Atheïsten die zich tegen het kerstfeest verzetten zijn even onverdraagzaam als christenen die atheïsten van alles en nog wat beschuldigen. Tot een gebrek aan vaderlandsliefde toe. Waarom geven ze elkaar niet de ruimte? In dat grote land. Ambassadeurs voor de vrijheid praten en denken anders.

why_do_atheists_2

Foto 1: Atheïstisch Billboard, anti-christendom.

Foto 2: Religieus Billboard, anti-atheïstisch.

Aantal goden en de atheïst

Atheïsten zitten er niet op te wachten om door gelovigen in de positie van niet-gelovige te worden geplaatst. Terwijl een atheïst niet in goden gelooft. Meer is het niet. Veel gelovigen kunnen de wereld niet anders dan in relatie tot hun God of goden zien. Ongevraagd plaatsen gelovigen de andersdenkenden in hun wereld.

Ideaal is dat ieder het juiste aantal goden kiest. Dat verschilt per individu. Dat kunnen er nul, een of meer zijn. Voor sommigen is zelfs dat niet zeker. Het kunnen goden met een jurk, baard, moederinstinct of zonder vast profiel zijn. Elke keuze is verdedigbaar. Geen enkele inschatting gaat boven een andere. Da’s mensenwerk. Een ander de eigen wil opleggen is ongewenst omdat het voorbijgaat aan de zelfbeschikking van het individu.

Over politiek en religie

Politiek verdeelt de macht en is meer dan rede. Het omvat ook emotie. Absurd aan de laatste decennia is dat de politiek tegelijk een terugtrekkende en een annexerende beweging heeft gemaakt. Twee bewegingen die niet het centrum van de beweging, maar de omgeving vervormen.

In een wisseltruc van geven en nemen is politiek uit delen van de samenleving verdwenen. Verzelfstandiging van nutsbedrijven heeft de verantwoordelijkheid van de politiek uitgehold en is ingewisseld voor een accent op veiligheid en directe bemoeienis met het leven van de burger. Dat wordt mogelijk door de techniek.

De rechtsstaat behoort onze discussie te zijn omdat wij samen de wetten zijn. Daarbij past geen inmenging van overheden in de inhoud van een religie. Wel de garantie om grondrechten te garanderen. Dat staat haaks op terughoudend overheidsoptreden waar het de vrijheid van godsdienst betreft en actief optreden als het woord veiligheid of terrorisme klinkt. Maar het verband ertussen wordt afgewezen.

Rechten van leden van minderheden binnen een religie die uit willen treden staan onder druk. Dit kan slechts gewaarborgd worden als de overheid het recht van het individu boven dat van een groep of religie plaatst. De mentaliteit van bestuurders uit partijen die de overheid bedienen is daar nog niet aan toe.

Religie is aanleiding en afleiding tegelijk. Religie is een emancipator die op enig moment tot katalysator van apartheid wordt. Da’s voor overheden het moment om religie volledig ondergeschikt te maken aan de rechtsstaat. In ontwikkelde landen is dat omslagpunt al tientallen jaren bereikt, elders komt het eraan. Overheden zijn terughoudend in die consequentie.

Gelijkheid is geen realiteit, maar een continu streven. Besef van ongelijkheid is voor de praktijk belangrijker dan de schijn van gelijkheid. Groepen zetten zich apart. Dat optimaal benoemen is de uitdaging voor een politiek leider van nu. Hedendaagse politici doen dat onvoldoende.

Religie is als soft drugs. Men moet het vrijlaten om erger te voorkomen en uit de criminaliteit te halen. Zolang religie de bewegingsvrijheid van degenen die het inspireert beperkt, roept het tegenkrachten op die slechts door de overheid in goede banen kan worden geleid.

Zolang de politiek terughoudend blijft en religie niet bevrijdt uit haar ondubbelzinnige acceptatie van de rechtsstaat is de discussie gedoemd. Opwinding over religie op dat omslagpunt van emancipatie en apartheid is daarom gerechtvaardigd. Het taboe behoort aan de orde gesteld te worden.

Foto: James Stewart in Vertigo van Alfred Hitchcock (1958)

Recht regeert

1. De rechtsstaat regelt omgang tussen staat en burger. Anders gezegd, het beschermt de burger tegen de willekeur van de staat. Tevens kunnen burgers zonder uitzondering hun sociale grondrechten eraan ontlenen. Overheidsvoorlichting en educatie hierover schieten tekort. Dat zou actiever kunnen. Het is zowel een juridisch-technische als maatschappelijke plaats waar burgers elkaar op dezelfde gronden kunnen ontmoeten.

De rechtsstaat is niet absoluut. Een moderne maatschappij verenigt vogels van diverse pluimage. Ze ontberen een gemeenschappelijk waardensysteem. De rechtsstaat verwoordt wat de 21ste eeuw vraagt en is daarin noodgedwongen technisch van vorm.  De interpretatie van de rechtsstaat staat nooit stil en geeft de actualiteit een plaats. De rechtsstaat is weliswaar een middel om kansen van individuen te optimaliseren door het scheppen van een gelijk speelveld, maar dat idee blijft een benadering.

Koningin, ministers en autoriteiten oefenen macht uit. Instituties bestaan om dat te regelen naast een correctiemechanisme dat bij misbruik optreedt. Een egalitaire samenleving bestaat niet. Ongelijkheid valt binnen de marges van wat we als een rechtsstaat ervaren. De macht zelf bepaalt wat de voorwaarden van de rechtsstaat zijn. Zo voorkomt het verbod op discriminatie niet dat burgers nooit koning kunnen worden.

2. Een pleidooi voor een strikte toepassing van de rechtsstaat is een pleidooi om alle religies en levensovertuigingen ondergeschikt te laten zijn aan de rechtsstaat. Een hot item. Geven van overheidssteun aan de islam of een andere religie kan alleen als betreffende religie zich niet boven de rechtsstaat wenst te stellen met een eigen waardensysteem.

Met voorbijgaan aan uitgangspunten van de rechtsstaat zou zo’n religie het recht op een plaats binnen de Nederlandse samenleving behoren te verliezen. Dat dient beter dan nu getoetst te worden. Volledig verbod werkt waarschijnlijk niet, maar sancties om een religie geldelijke, juridische of facilitaire steun te onthouden zouden beter dan nu verkend kunnen worden. Maar omdat de rechtsstaat niet absoluut is en religies aan de kant van de macht staan hebben ze een streepje voor. Sowieso een lastige toetsing omdat het om intenties gaat. Die vaak verdeeld en verhuld worden geuit door religieuze organisaties.

Feit dat over de grenzen van de rechtsstaat een discussie ontstaat en Cohen of Wilders kritisch worden gevolgd in hun interpretatie van rechtsstaat en vrijheid van godsdienst is winst. Winst die de rechtsstaat levend en bij de tijd houdt. De lijn van zowel Wilders, Verhagen of Cohen biedt trouwens geen perspectief. Zij buigen de rechtsstaat politiek bij. Respectievelijk verbod, extra bescherming of ongeclausuleerd gedogen van religie gaan voorbij aan de essentie. Daarom brengen zowel Wilders, Verhagen als Cohen de rechtsstaat schade toe.

Een actieve houding die de vrijheid van godsdienst voor personen binnen religies toetst wordt nu gemist. Actief overheidsbeleid is welkom dat streeft naar een rechtsstatelijke houding zoals die in de eerste integratienota van de PvdA geformuleerd was. In aanleg biedt op dit moment alleen de VVD, de linksliberalen van GL en D66 en de vrijzinnige kant van de sociaaldemocratie, Eberhard van der Laan,  perspectief om tot een strikte toepassing van de rechtsstaat te komen. Probleem is dat deze richting zich concentreert op een politiek-bestuurlijke toetsing en de religie zelf buiten schot laat.

3. Vrijheid is dubbelzinnig. Het recht erop omschrijft onze ruimte, maar geeft tevens de grenzen ervan aan. Als het scherp verwoord is kan dat laatste als repressie ervaren worden, maar ook als gereglementeerde controle. Feitelijk is de rechtsstaat bedoeld om alle soorten onderdrukking te neutraliseren.

Er is in goede bedoelingen geen sanctie. Daarom moet een machtsapparaat altijd op de achtergrond aanwezig zijn om de burger bij te springen. Hoe dubbelzinnig dat ook is omdat de rechtsstaat de relatie tussen staat en burger regelt en tegelijk uitvoerder en controleur op de uitvoering is.

Een staat zonder tegenmacht is gevaarlijk. Doorgaans vertrouwen Nederlanders dat het goed gaat. Sterke burgerrechtenbewegingen zouden echter preventief kunnen werken. Want politieke partijen rekken hun interpretatie van de rechtsstaat vaak onaanvaardbaar op. Dat kunnen burgers kritisch volgen. Vertrouwen in het recht is de voorwaarde voor de inrichting van een gefragmenteerde samenleving als de Nederlandse. Als burgers daaraan gaan twijfelen, dan glipt het vertrouwen weg.

Ons vertrouwen in de rechtsstaat is niet onwankelbaar. Er is de dreiging van de machtige staat die overweldigt. Toch rechtvaardigt dat geen wantrouwen in het recht. Die luxe hebben we niet. Een en ander gaat gelijk op met het ontdekken van redelijkheid en feilen van het recht. Het recht kan een leerschool op weg naar zelfkennis en maatschappelijk besef zijn. Zodat de burger via een omweg de democratie versterkt.

Foto: Johannes Vermeer, Vrouw met weegschaal, omstreeks 1664