Armando verdwaald in het museale woud van Bunnik

CM01_T198913-D-001_X

Update 21 maart 2014: Vandaag opent met vertraging prinses Beatrix het Museum Oud Amelisweerd (MOA) dat een deel van de Armando collectie herbergt. Er is hier al veel over gezegd en een feestdag is geen dag voor kritiek. Wel voor relativering van alle publiciteit die vanuit het MOA komt en het voorstelt alsof het zo moest zijn. Dat betwijfel ik nog steeds. De lange weg had anders bewandeld kunnen worden. Een terugblik. 

Hier verschenen vanaf december 2010 zo’n 60 stukken over de huisvesting van de Armando collectie in het landhuis en rijksmonument Oud-Amelisweerd te Bunnik. Onder de titel ‘Oud-Amelisweerd: staalkaart van bestuurlijke onzorgvuldigheid‘ vatte ik mijn inzet in juni 2012 samen met de volgende verantwoording: ‘De toon was kritisch vanwege de onlogische keuze, de slechte voorbereiding door de beoogde exploitant en de onheldere besluitvorming. Wethouder Lintmeijer gaf zonder openbaar debat de exploitant het groene licht. Met als gevolg dat deze gemeenschapsgeld ging uitgeven dat niet formeel gedekt was en zo een machtspositie opbouwde. De exploitant kreeg toegang tot Oud-Amelisweerd zonder dat dit formeel besloten was. Dit bracht ambtenaren van gemeentelijke diensten in een lastige positie, dat soms tot ontslag leidde’.

Als ’n in Utrecht woonachtige blogger die zich interesseert voor zowel politiek, cultuurpolitiek, museumbeleid als kunst was het niet toevallig dat ik aandacht aan de kwestie Oud-Amelisweerd besteedde. Ik kende het landhuis uit de jaren ’90 en kwam er vaak op evenementen van het Centraal Museum. Zoals met Robert Devriendt die het logo van dit blog schilderde: een valk. Alle gevestigde media lieten dit onderwerp liggen zodat het ook over het dralen en falen van de journalistiek ging. Ik sprong eind 2010 maar in het gat. Deels uit plichtsbesef deels uit overtuiging. Ik vond dat een kritisch verslag nodig was. Pas begin 2012 voegden AD en De Volkskrant zich in de kritiek. Ruim een jaar te laat. De publieke opinie was toen al voldoende bespeeld.

De debatten over Oud-Amelisweerd hebben de 84-jarige kunstenaar Armando beschadigd. Hoewel betrokken bestuurders het ongetwijfeld goed bedoelden hadden ze zich zijn positie beter moeten beseffen toen ze met elkaar hun plannen bespraken. Er was sprake van een dubbele gijzeling. Armando werd gegijzeld door het Armando Museum en had geen behoefte om na Amersfoort nog een nieuwe stap te zetten. Tony de Meijere die incidentele bruiklenen voor tentoonstellingen aan het Armando Museum gaf, maar daar op een gegeven moment uit ongenoegen mee stopte, gaf haar opgeslagen collectie in bruikleen bij het Kröller-Müller Museum. Zijn ongenoegen liep zo hoog op dat Armando voorjaar 2011 zijn collectie weghaalde bij het Armando Museum. Dat betekende het einde aan alle plannen. Armando ging na druk uiteindelijk overstag. Vanuit die positie kon het Armando Museum als enige kandidaat de gemeente Utrecht gijzelen.

Toen het besluit in juni 2012 viel antwoordde ik het Utrechtse PvdA-raadslid Bert van der Roest dat ik blij was met het museum en hoopte dat het een succes werd. Hierop zei hij: ‘Ben in ieder geval blij dat George de hoop uitspreekt dat het nieuwe museum een succes wordt, dat voorbeeld zouden andere criticasters moeten volgen in mijn ogen!‘ Maar ik voegde ook toe: ‘Juist op het moment dat het moment voor de gemeente aangebroken was om na te gaan denken over een nieuwe huurder kwam ineens het Armando Museum op de proppen. En dat bleef de enige kandidaat. Dat moest de enige kandidaat zijn. Ik heb hier meermalen, en tijdig, de vraag gesteld waarom er niet breder gekeken kon worden. En ondanks het feit dat ik me hier in verdiept heb, weet ik het antwoord nog steeds niet. En heeft niemand dat me nog duidelijk kunnen maken.

Museum Oud Amelisweerd kan opgevat worden als voorbeeld van gegrepen en gemiste kansen. Maar net welk perspectief men kiest. Of in welk kamp de beschouwer zich bevindt. In een kantelende politieke situatie die sinds enkele jaren vijandig en negatief over kunst is kon op het nippertje een museum gerealiseerd worden. Da’s de winst. Het biedt een expositieplek voor kunstenaars. Maar of Utrecht en Nederland veel opschieten met een museum in een kwetsbaar rijksmonument met lastige randvoorwaarden in de Bunnikse bossen dat Armando, Chinees behang en de historische buitenplaats combineert blijft een vraag die nooit afdoende beantwoord is. Maar in de herfst van 2010 breed beargumenteerd had kunnen worden. Dat gebeurde nooit.

In een interview met de Volkskrant van 28 december vraagt Lotte Grimbergen aan directrice Yvonne Ploum van Museum Oud Amelisweerd dat voorjaar 2014 opent of Armando, Chinees behang en de buitenplaats bij elkaar passen. Ploum antwoordt: ‘De drie vormen zijn los van elkaar al indrukwekkend, maar hier komen ze mooi samen. Juist het feit dat ze zó verschillend zijn, geeft een andere dimensie. Hoe mens en natuur zich tot elkaar verhouden is een centraal thema, dat vind je in alle drie de collecties terug.’ Yvonne Ploum praat haar kunsthistorische fruitmand recht door samenhang in een onsamenhangend ensemble te suggereren. Ze meent dat het verschil een andere dimensie geeft, maar er geen verschillen zijn omdat Armando, Chinees behang en buitenplaats mooi samenkomen en zelfs thematisch samenhangen. Snapt u? Zo hangt alles met alles samen.

Foto: Tentoonstelling ‘Armando: vier reeksen uit de Berlijnse jaren‘ in de stallen van het Centraal Museum, 1989-1990.

Elleboogkerk mogelijk weer museum. Amersfoortse logica

interieur 22 mei 2012-1

Amersfoort worstelt met de Elleboogkerk die op 22 oktober 2007 door brand zwaar beschadigd werd. En nu zo goed als herbouwd is. Het Armando Museum was er gevestigd. In 2010 verbreekt het college eenzijdig de in 1998 met Armando en zijn ex-vrouw Tony de Meijere afgesloten prestatieovereenkomst. Zie RIB 2010-136. Voorzitter van Amersfoort-in-C Gerard de Kleijn is not amused. Hij beschouwt het handelen van het college als onbehoorlijk bestuur. Om er vanaf te zijn en het leed af te kopen besluit de raad onder veel protest het Armando Museum een bruidsschat van 1 miljoen euro mee te geven voor een doorstart buiten Amersfoort. Van een leien dakje gaat de besluitvorming niet. Zo beticht de Amersfoortse PvdA het college van misleiding.

Het Armando Museum moest op zoek naar een andere locatie en liet het oog vallen op rijksmonument Oud-Amelisweerd. Bezit van de gemeente Utrecht in Bunnik. Volgens critici een ongeschikte en te dure locatie die een gezonde exploitatie zo goed als onmogelijk maakt. Cultuurkoepel Amersfoort-in-C en de organisatie van het Armando Museum gingen vanaf 2010 met verkenningen en haalbaarheidsonderzoeken aan de slag. Dat resulteerde in een door alle partijen minimaal gesteunde variant voor een museum onder de naam ‘Museum Oud-Amelisweerd‘ met een bredere doelstelling dan het tonen van de Armando Collectie. Ook toen was al voorzienbaar dat dit moest gebeuren in een teruggaande economie en bij krimpend sponsoraanbod. Het museum is nog steeds niet regulier geopend. De keuze voor het Armando Museum is niet onbetwist. Zelfs bestuurlijk onzuiver omdat de Utrechtse politiek met kennis van belangenverstrengeling tussen de directeur van beheerder Centraal Museum en de beoogde directeur met de keuze voor het Armando Museum instemde.

Amersfoort heeft een museumbeleid dat wispelturig oogt. De bestuurlijke lijn van de colleges sinds 2010 is moeilijk te herkennen. Het kan samengevat worden als ‘van incident naar incident’. Amersfoort betaalde een miljoen voor een museum dat het de gemeentegrenzen over joeg met als gevolg dat het Armando Museum in een te ruim en luxe jasje zit. Amersfoort gaat nu mogelijk opnieuw geld besteden aan een museum in de Elleboogkerk. In elk geval als het aan Amersfoort-in-C ligt. Dat gaat het komende half jaar een plan voor een museum uitwerken. Het college kijkt de kat uit de boom. Het zegt voor een culturele bestemming te voelen.

Foto: Herbouw Elleboogkerk. Credits: Wil Groenhuisen.

Essentie om inhoud te vinden in museumplannen Utrecht en Amersfoort is tot mislukken gedoemd

In het in juni 2012 in opdracht van het Amersfoortse college gemaakte rapport ‘De Kiemkracht van Amersfoort’ adviseert voormalig Rijksadviseur voor het Cultureel Erfgoed Fons Asselbergs om de Elleboogkerk en Museum Flehite ondergronds met elkaar te verbinden. Dat ziet-ie als kansrijke, eerste optie. De Elleboogkerk zou dan voor moderne kunst van 1850 tot 1950 gebruikt kunnen worden. De onderdoorgang wordt ook expositieruimte. Museum Flehite plus Elleboogkerk krijgen de naam Museum Amersfoort.

Het concentreert zich dan op de hoofdlijnen ‘cultuurhistorie (inclusief Amersfoortse oude kunst) en moderne beeldende kunst‘. In de taakverdeling neemt kunsthal KAdE de internationale hedendaagse kunst voor de rekening. Vraag is waar in Amersfoort de kunst van 1950 tot 1962 een plek vindt. Bij genoemde taakverdeling tussen KAdE en Museum Amersfoort zal het gat tussen 1950 en de hedendaagse kunst met de jaren groeien.

Op 22 oktober 2007 werd de Elleboogkerk door brand verwoest. Het Armando Museum was er gevestigd. Ondanks een convenant, afspraken en toezeggingen aan de toenmalige beheerder Amersfoort in C besliste het college vanwege economische tegenvallers dat het Armando Museum niet terug kon keren naar de Elleboogkerk. Na een moeizame besluitvorming, scepsis van de hele raad over de onderbouwing van de plannen en een bruidsschat van 1 miljoen is de Armando Collectie in 2012 naar Oud-Amelisweerd verhuisd.

Op 21 juni 2012 nam het Utrechtse college bij monde van wethouder Lintmeijer de motie 55: ‘Armando zonder overheidsgeld‘ over. Hier staat in dat de gemeente via huur, de bijdrage in de exploitatie of hoe dan ook geen cent subsidie verleent aan Museum Oud-Amelisweerd. Tevens zegde Lintmeijer aan VVD-raadslid Jesper Rijpma toe de opbouw van de meerjarige kostprijsdekkende (ook: marktconform) huur aan de raad te verstrekken. Uit gesprekken buiten de raad bleek me dat aan twee instanties hier advies over gevraagd werd. En rond 1 oktober de gegevens verstrekt zouden worden aan de raad. Da’s openbaar nog steeds niet gebeurd.

Wat leren we ervan? Exploitant Stichting Museum Oud-Amelisweerd kan zonder reserve de kleinste tegenslag niet opvangen. Een raad ziet het aan, gaat met een exploitant in zee die onmiskenbaar bedrijfseconomisch zwak is en houdt de hand op de knip. Amersfoort krijgt een advies waarvoor tientallen gesprekken gevoerd zijn met als uitkomst ondergronds bouwen in een historische binnenstad. De moderne kunst moet naar de Elleboogkerk, terwijl het Amersfoortse college in 2010 de Armando Collectie de kerk uitdreef omdat het geld op zou zijn. Logica in de cultuurpolitiek is soms ver te zoeken. Wereldvreemdheid is echter ruim voorradig. Als het niet zo triest was, dan zou er voor een kunstliefhebber heel wat te lachen zijn om dit absurdisme.

Amersfoort wacht miljoenenstrop vanwege claim Elleboogkerk

Amersfoort heeft een bijzonder museumbeleid. Het betaalt talloze miljoenen voor een museum dat het niet heeft. Het zit zo. Op 22 oktober 2007 werd de Elleboogkerk door brand verwoest. Het Armando Museum was er gevestigd. In 2010 verbreekt het Amersfoortse college de belofte tot herbouw. Het gemeentebestuur verbreekt eenzijdig de in 1998 afgesloten prestatieovereenkomst. Voorzitter van Amersfoort-in-C Gerard de Kleijn is not amused, hij beschouwt het niet nakomen van de afspraken als onbehoorlijk bestuur. Om het leed voor het Armando Museum Bureau af te kopen besluit de raad onder veel protest de oude organisatie een bruidsschat van 1 miljoen mee te geven voor een doorstart in landhuis Oud-Amelisweerd in Bunnik. Maar van een leien dakje gaat de besluitvorming niet, de Amersfoortse PvdA beticht het college van misleiding.

Er klink ook andere kritiek op het Amersfoortse gemeentebestuur die overigens in heel Nederland speelt. Zo vraagt raadslid voor GroenLinks Hiske Land zich in 2010 af in een betoog dat probeert weg te komen van de actuele politiek wat het openbaar bestuur eigenlijk nog in de melk te brokkelen heeft bij het museumbeleid. Culturele ondernemingen gaan hun eigen gang en de raad mag desgewenst de tegenvallers aanvullen. Coördinatie en een evenwichtige afweging ontbreken omdat het beleid van incident naar incident hobbelt en het gemeentebestuur zich door toevalligheden laat sturen. Zoals de brand in de Elleboogkerk.

SRO is in 2007 de vastgoedontwikkelaar van de Elleboogkerk die in 2010 door de verzekeraars formeel is gedagvaard, aldus RIB 2012-118 van de gemeente Amersfoort. Samen met de loodgieter DI is SRO door de verzekeraars van het Armando Museum hoofdelijk aansprakelijk gesteld ‘voor de schade die is ontstaan door de brand. Het bedrag van de schade wordt in de dagvaarding gesteld op ongeveer € 5 miljoen‘. Vandaag wordt de zaak in de Utrechtse rechtbank mondeling behandeld, naar verwachting moet SRO betalen.

De gemeente Amersfoort is voor 50% aandeelhouder in het bedrijf SRO. Op 1 januari 2008 is Haarlem ook als 50% aandeelhouder toegetreden tot de NV SRO onder de voorwaarde dat een mogelijke claim van de verzekeraars voor de schade aan de Elleboogkerk door de gemeente Amersfoort gecompenseerd wordt. Zodat Haarlem als aandeelhouder in SRO niet geraakt wordt door de schadeclaim. En Haarlems vermogenspositie in de SRO niet wordt aangetast. De RIB zegt: ‘Met de gemeente Haarlem is afgesproken dat Amersfoort de gemeente Haarlem primair zal compenseren uit de dividenduitkeringen die SRO aan Amersfoort uitkeert. Als dit na vier boekjaren ontoereikend is, komt de restant-betaling ten laste van de gemeentelijke begroting.’

De hoogte van de schade voor Amersfoort hangt af van de schuldvraag. Derving aan inkomsten uit dividenden en restant-betaling kan in de miljoenen lopen. Het Armando Museum blijft Amersfoort achtervolgen. Notabene voor een Museum Oud-Amelisweerd waarover de Amersfoortse raad in februari 2012 zegtDe raad heeft de nodige reserves bij de haalbaarheid van het Ondernemings- en huisvestingsplan van Museum Oud Amelisweerd. Met de subdidieregeling worden de financiële risico’s voor Amersfoort verminderd.

Foto: Brand Amersfoortse Elleboogkerk, 22 oktober 2007

Knelpunten van Museum Oud-Amelisweerd met Armando Collectie

Het college van Utrecht voegt aan de beschikbaarstelling van een krediet voor landhuis Oud-Amelisweerd en het Koetshuis de voorwaarde toe dat Stichting Museum Oud-Amelisweerd beoogd exploitant is. Het motiveert dit door de claim dat de exploitant bijdraagt aan de kosten. Deze vallen echter weg tegen de meerkosten. Ze ontstaan namelijk door publieksopenstelling en een opgevoerd bedrijfsmodel van een museum met 40.000 bezoekers en de aanpassing van het Koetshuis. Het openstaande cascoherstel van het Koetshuis begroot de gemeente op 948.014 euro, en dat van het landhuis op 541.116 euro. Omdat het Koetshuis losstaat van de restauratie van landhuis Oud-Amelisweerd, voegt de beoogde exploitant Stichting Museum Oud-Amelisweerd niets toe aan inkomsten die geen extra kosten zijn. Wat zijn de knelpunten van de beoogde exploitant?

1. Zowel in de Utrechtse raad als in de publiciteit bestaat verwarring over naam en doelstelling van beoogd Museum Oud-Amelisweerd. Dit komt mede door de Amersfoortse bruidsschat van 1 miljoen euro voor het Armando Museum Bureau dat veel publiciteit kreeg. In de marketing zorgt dit voor een verwarrend beeld.

2. Voor een museum dat het moet hebben van marketing is een jaarlijks budget (vanaf 2014) voor Marketing en Communicatie van 27.500 euro, ofwel 5% aan de lage kant. Free publicity is onvoldoende omdat er drie producten (Armando, Chinees behang, landgoed/historie) ‘verkocht’ moeten worden. Dat vergt eigen actie.

3. Beheer van Oud-Amelisweerd kost menskracht. Dit omvat taken van onderhoud, administratie en beveiliging die nu door de gemeente worden betaald. Dit vraagt om aanstelling van een huismeester, naast of in combinatie met rondleiders, een tentoonstellingsbouwer, een projectmedewerker, een administrateur en een directeur. Beheer lijkt onvoldoende begroot in de 233.000 euro personeelskosten (2014). Tim Schipper (SP) wees in de Commissie M&S al op de naar zijn mening te lage inschatting van de schoonmaakkosten.

4. De directie is afkomstig van het Armando Museum in Amersfoort en niet geselecteerd voor Museum Oud-Amelisweerd dat anders van aard en karakter is. Er was geen procedure met keuze uit meerdere kandidaten.

5. De jaarlijkse kosten voor de Armando Collectie van 50.000 euro in het depot Pot vormen 10% van de lasten. In de overeenkomst rond de bruidsschat zijn deze lasten door de gemeente Amersfoort overgedragen aan de Stichting MOA. Bij ongewijzigde omstandigheden lopen deze kosten in 10 jaar op tot 500.000 euro. Da’s de helft van de bruidsschat die tevens moet dienen om een basis onder de exploitatie te leggen. Na Armando’s overlijden wordt een aantal stukken aan de Collectie toegevoegd zodat de depotkosten mogelijk stijgen.

6. De entreeprijs van 9 of 12,50 euro (rondleiding bel-etage) zal bezoekers afschrikken en voor goedkopere bestemmingen doen kiezen. Los van de elasticiteit zorgt een korting met eenderde van de prijs voor 50.000 euro minder inkomsten (2014). De onderbouwing taxeert dat 3 tot 4% van de bezoekers aan de landgoederen het museum bezoekt. Dit is een slag in de lucht. Daarbij bouwt het voort op kwantitatieve gegevens van de recreatie die ook al ruwe schattingen zijn die niet zozeer door tellingen maar extrapolaties ontstonden.

7. Inkomsten van de entreegelden zijn gemaximaliseerd omdat er vanwege het cultureel erfgoed voorwaarden zijn gesteld aan het maximale aantal bezoekers dat tegelijk naar binnen mag. Ofwel, een tegenvallende dag met weinig bezoek of een vorstdag kan niet gecompenseerd worden door een topdag met extra veel bezoek. Of bijvoorbeeld een museumweekend of -nacht die bij andere musea duizenden bezoekers per dag trekt.

8. Oud-Amelisweerd is een zomerverblijf met ongeveer 40 vorstdagen per jaar die een onaangenaam lage temperatuur voor bezoekers opleveren. De keuze voor ‘conservation heating‘ beperkt het bijverwarmen. Stichting MOA kiest om economische redenen voor openstelling van het museum gedurende het hele jaar.

9. De meeste fondsen die Amersfoort-in-C geworven heeft voor het toenmalige Armando Museum in Amersfoort zijn meerdere jaren terug toegezegd. Sommige zelfs nog voor de herbouw in de Elleboogkerk. In de Commissie M&S wees Jesper Rijpma (VVD) erop dat het hoofdsponsor BMC tegenzit en het aannemelijk is dat deze de sponsoring stopt. Door de crisis zijn vooruitzichten voor cultuursponsoring sowieso versomberd.

10. De restauratie en aanpassing van het Koetshuis moet zorgvuldig gebeuren omdat het ook een gebouw met culturele waarde betreft. Dit kan tot vertraging in de openstelling van Museum Oud-Amelisweerd leiden.

11. Uit onderzoeken blijkt dat de luchtvochtigheid van Oud-Amelisweerd een grotere variatie heeft dan de standaardnorm voor musea toestaat. Dit houdt in dat kwetsbare objecten door de keuze voor ‘conservation heating‘-klimaatbeheersing niet tentoongesteld kunnen worden. Zoals de oudere schilderijen van Armando uit de jaren ’60. Waarmee de exclusiviteit van het Museum Oud-Amelisweerd afneemt als topstukken niet getoond kunnen worden. Elk museum dat om bruiklenen gevraagd wordt zal een degelijk klimaatplan eisen.

Foto: Armando – Zwarte wand met autobanden op de Nultentoonstelling in het Stedelijk Museum, Amsterdam, 9-25 maart 1962. Credits: Oscar van Alphen

Oud-Amelisweerd: steun voor vastgoed, maar afkeuring voor exploitant

In een commissievergadering in de Utrechtse raadszaal stond gisteravond de Kredietaanvraag Museum Oud Amelisweerd op de agenda. De bijdrage van drie partijen was opmerkelijk: GroenLinks, D66 en CDA. De eerste door de argumenten die het koos en de laatste door de collegepartijen aan een meerderheid te helpen. In Utrecht vormen GroenLinks, D66 en PvdA het college. Net als de VVD hield D66 vast aan de eerder geuite bezwaren. De kritiek van de liberale partijen is niet weggenomen. Op 21 juni wordt in de plenaire raad verder gedebatteerd. De meerderheid is miniem en afvallers kunnen GroenLinks, PvdA en CDA zich niet veroorloven.

Jesper Rijpma (VVD) en na hem Xander van Asperen (D66) lokten wethouder Frits Lintmeijer (GroenLinks) uit zijn oude stellingen. Ze maakten een onderscheid tussen het vastgoed en de bedrijfsvoering van het museum. Rijpma vroeg zich af waarom een raadsvoorstel dat over het opknappen van een rijksmonument gaat, dus een voorstel over vastgoed is, door de wethouder verknoopt is met een culturele doelstelling. Opvallend was dat zowel Frits Lintmeijer als GL-woordvoerder Jan Ravesteijn hierop geen antwoord had en de kritiek overnam.

De raad geeft brede steun aan het opknappen door de dienst vastgoed en de Rijksdient Cultureel Erfgoed van rijksmonument Oud-Amelisweerd. GroenLinks zocht daarom voor het debat in die hoek onderbouwing voor haar argumenten. Voor de lange termijn maakte het zo echter het raadsvoorstel ongeloofwaardig dat vastgoed en cultuur verknoopt. Want zelfs GroenLinks is niet enthousiast over de resultaten van de beoogde exploitant Stichting Museum Oud-Amelisweerd. Veelzeggend voor dit gebrek aan vertrouwen in de exploitant was de moedeloosheid van Jan Ravesteijn: ‘het is uiteindelijk een inschatting‘ en ‘laten we maar niet nietsdoen‘.

Kritiek was er op het verkeersplan en de parkeerdruk, de toegangsprijs van 12,50 euro, de hoge inschatting van bezoekersaantallen, een niet onafhankelijke monitoring van het erfgoed en de niet-marktconforme huur die opgevat kan worden als impliciete bijdrage in de exploitatie. Naast het schrappen door het college van de hier ook al geconstateerde eis van een goed onderbouwde exploitatiebegroting. Het was een misvatting van de raad om de beoogde exploitant als ‘cultureel ondernemer‘ te bestempelen. De eerste voorwaarde daarvoor is anderen te overtuigen in te stappen, zoals Arjo Klamer betoogt. Die overtuiging ontbreekt zichtbaar.

Op de publieke tribune had bestuursvoorzitter MOA James van Lidt de Jeude hoorbaar moeite met alle kritiek. Hij riep uit: Wat is het alternatief? Da’s de hamvraag die in 2010 gesteld had moeten worden. Het breekt nu op dat wethouder Lintmeijer niet ver genoeg heeft gekeken en via een bestuursopdracht aan Edwin Jacobs het Armando Museum heeft binnengehaald. Met een weinig overtuigende directie en een collectie die niet past bij Oud-Amelisweerd. Een wisseltentoonstelling poetst dat niet weg. De erkenning door GroenLinks dat vastgoed en culturele bestemming niet in elkaar overlopen biedt kansen om uit te kijken naar een nieuwe exploitant. De wethouder en de meeste fracties voorzien dat de beoogde exploitant het niet langer dan drie jaar volhoudt.

Foto: Gezicht over de Kromme Rijn en op de achtergevel van het huis Oud Amelisweerd (Koningslaan 9) te Bunnik, 1954. Credits: G.J. Lauwers, Het Utrechts Archief

Oud-Amelisweerd: staalkaart van bestuurlijke onzorgvuldigheid

Sinds 13 december 2010 is dit het 53ste stuk over de huisvesting van de Armando Collectie in landhuis Oud-Amelisweerd. De toon was kritisch vanwege de onlogische keuze, de slechte voorbereiding door de beoogde exploitant en de onheldere besluitvorming. Wethouder Lintmeijer gaf zonder openbaar debat de exploitant het groene licht. Met als gevolg dat deze gemeenschapsgeld ging uitgeven dat niet formeel gedekt was en zo een machtspositie opbouwde. De exploitant kreeg toegang tot Oud-Amelisweerd zonder dat dit formeel besloten was. Dit bracht ambtenaren van gemeentelijke diensten in een lastige positie, dat soms tot ontslag leidde. Als symbool van bestuurlijke onzorgvuldigheid verdient wethouder Lintmeijer een motie van treurnis.

Op 12 juni beslist een commissie van de Utrechtse raad over de kredietaanvraag voor een nieuw museum. Voor degenen die zich voor het eerst in dit dossier willen verdiepen en voor anderen die details willen opzoeken verwijs ik naar onderstaande selectie. In chronologische volgorde zijn alle stukken hier te vinden.

Achtergrond en overzicht:
Verhuizing Armando Museum naar Oud-Amelisweerd in 10 raadsels 28-10-11
Armando Museum past niet in Oud-Amelisweerd 11-04-11
Onderzoek Armando Museum roept vragen op 13-12-10

Samenhang museumsector in tijden van krimp
Utrechtse museumsector moet in samenhang gezien worden 24-05-12
Armando Museum en musea in tijden van krimp 01-11-11

Belangenverstrengeling Jacobs-Ploum
Wethouder Lintmeijer loopt risico door Oud-Amelisweerd 22-02-12
Belangenverstrengeling Oud-Amelisweerd in openbaarheid 17-02-12
Wethouder Lintmeijer wordt bij Oud-Amelisweerd niet aan goed bestuur gehouden 07-12-11

Amersfoort
Politiek wikt en BMC beschikt over Museum Oud-Amelisweerd 28-03-12
Terugvaloptie Armando Museum op kosten van Amersfoort? 16-01-12
Armando Museum en het bestuurlijk onvermogen 07-01-11

Kritiek in Utrechtse raad
Bezwaren Utrechtse D66 en VVD tegen Oud-Amelisweerd niet weggenomen 06-06-12
Vragen van de VVD over Oud-Amelisweerd 01-04-12
Utrechtse VVD heeft kritiek op Armando Museum in Oud-Amelisweerd 19-12-11

Beheer Centraal Museum sinds 1990 en Lintmeijer
Koewaarheden, melkkoeien en koehandel bij Oud-Amelisweerd 03-02-12
Amersfoort-in-C verdraait waarheid over Oud-Amelisweerd 29-12-11
Wethouder Lintmeijer verdraait waarheid over Oud-Amelisweerd 26-11-11

Exploitatie en onderbouwing
Museum Oud-Amelisweerd nog steeds zonder goed onderbouwde exploitatiebegroting 01-05-12
Bedrijfsmodel Museum Oud-Amelisweerd buigt door onder voorwaarden 20-02-12
Economische afweging voor Armando Museum gevraagd 13-10-11

Kritiek van buitenstaanders
Toon Gispen stelt kritische vragen over Oud-Amelisweerd 21-01-12
Huisvesting Armando Collectie in Oud-Amelisweerd krijgt kritiek 16-12-11
Rini Dippel vernietigend over Armando Museum in Oud-Amelisweerd 07-11-11

Alternatieve locatie
Armando Museum heeft kansen in voormalig Moluks Museum 29-05-12
Provincie Utrecht beantwoordt vragen over Armando Museum 09-01-12
Huisvesting Armando Museum in Fort Vechten biedt kansen 14-11-11

Alternatieve bestemming voor Oud-Amelisweerd
Antwoorden over Oud-Amelisweerd pleiten voor Chinahuis 11-04-12
Oud-Amelisweerd als Museum voor Chinoiserie 04-10-11

Alternatieve bestemming voor Armando Collectie
Amersfoort blijft problemen Armando Museum van zich afschuiven 11-10-11
Collectie Tony de Meijere en Armando naar Kröller-Müller Museum 22-08-11

Foto: Wegwijzer naar Armando Museum in Amersfoort, Klaas Mulder

Economische afweging voor Armando Museum gevraagd

DeStadAmersfoort.nl zegt in een stukje getiteld ‘Wellicht eind oktober duidelijkheid over Armando Museum
dat het college van b en w van Utrecht op z’n vroegst op 25 oktober een besluit neemt over het definitieve ondernemings- en huisvestingsplan van het Armando Museum in landgoed Oud-Amelisweerd. Naar verluidt wordt de Utrechtse raad op 22 november geïnformeerd. Dit impliceert dat de raad de informatie van het college aanhoort. En die niet kan amenderen of een besluit zelfs formeel hoeft goed te keuren.

Duidelijk is dat Utrecht geen structurele subsidie gaat geven aan het Armando Museum Bureau of Amersfoort-in-C voor het Museum Oud-Amelisweerd. Maar “Wel wil de gemeente Utrecht geld uittrekken voor de renovatie van en het gereedmaken van Oud Amelisweerd, maar de exploitatiekosten zijn voor Amersfoort, of voor het Armando Museum“, aldus woordvoerder Jeroen Bosch van de gemeente Utrecht. Het is een raadsel wat Bosch hiermee bedoelt. Want de renovatie van landhuis Oud-Amelisweerd is zo goed als afgerond. Hij doelt waarschijnlijk op de additionele herinrichtingskosten van een museum.

Als Utrecht besluit om rond een Armando Collectie een Museum Oud-Amelisweerd in Oud-Amelisweerd te huisvesten dan gaat de eenmalige bijdrage van Utrecht door productsponsoring volledig in de investeringen zitten en gaat er geen cent naar de exploitatie. Dit geeft een impuls aan de investeringen, maar versterkt het draagvlak van de exploitatie niet. Het lijkt voor een realistische inschatting van inkomsten en uitgaven van de exploitatie belangrijk om een langere termijn van vijf jaar aan te houden. Wanneer de overloop met de investeringen voorbij is en de exploitatie definitief op eigen benen staat.

Het is belangrijk om bij de exploitatie eigen inkomsten niet rooskleuriger in te schatten dan bij Nederlandse musea gebruikelijk is. Zo haalt een in het centrum van Rotterdam gelegen publieksmuseum als Boijmans dat publicitair aan de weg timmert, een vast publiek heeft opgebouwd en een doelmatig museumgebouw exploiteert over 2010 een kostendekkingspercentage van 47%. Met Oud-Amelisweerd vergelijkbare musea als Huis Doorn (41,1%) en Paleis Het Loo (23,4%) hadden in 2010 een lagere dekkingsgraad. Voor een museum in de opstartfase lijkt een kostendekkingspercentage voor de eerste vijf jaar tussen de 25 en 40% reeël.

Complicatie voor de financiële basis van een Museum Oud-Amelisweerd is dat het door geen van de drie betrokken gemeenten van harte wordt gesteund. Dat komt door de eigendomstructuur en de Amersfoortse invalshoek. Want het landhuis Oud-Amelisweerd en koetshuis zijn eigendom van de gemeente Utrecht, liggen op Bunniks grondgebied en zijn beleidsmatig en mentaal nog verbonden aan Amersfoort. Het cement van de provincie voegt dat niet. De anderen zien dat niet anders, zoals de opmerking van Utrechts woordvoerder Jeroen Bosch aangeeft: ‘de exploitatiekosten zijn voor Amersfoort, of voor het Armando Museum’. 

Foto: Het Scheepvaartmuseum Amsterdam: ‘Restaurant Stalpaert is een museumrestaurant zoals je nog nooit hebt gezien.’

Amerikanen schetsen zwakke integratie Nederlandse islam

Het Amerikaanse ambtsbericht 05THEHAGUE2599, THE DUTCH MUSLIM COMMUNITY: A PRIMER uit 2005 over Nederland dat via Wikileaks of het Noorse Aftenposten is uitgelekt, blinkt uit in zakelijkheid en duidelijkheid. Het praat er niet omheen. Het schetst onomwonden de problemen van de integratie en schuwt de Nederlandse zwaktes niet.

De samenvatting zegt dat de Nederlandse moslimgemeenschap relatief groot, slecht geïntegreerd en vervreemd is en tamelijk vijandig tegenover de VS staat. Nederlandse moslims zijn armer, minder opgeleid met een slechte kennis van het Nederlands en vatbaar voor arrestatie.

De Amerikanen gingen in 2006 uit van 945.000 moslims wat overeenkomt met de toenmalige cijfers van het CBS. In 2008 is dat aantal door het CBS naar 850.000 bijgesteld en in 2009 naar 825.000. Omdat het geen telling, maar een administratieve schatting is, zal mede door de doorgaande ontkerkelijking onder moslims in werkelijkheid het aantal moslims lager liggen. Een aantal van hooguit 350.000 belijdende moslims lijkt realistisch. In het aantal van 825.000 moslims zijn immers ook degenen begrepen die verre van actief met hun geloof bezig zijn en de culturele moslims die er zelfs actief afstand van hebben genomen, maar daar vanwege sociaal-culturele taboes niet voor uit kunnen komen. Dit relatief lage aantal moslims dringt onvoldoende door tot het beleid. En niet tot de Amerikanen die zich op dit beleid baseren.

De concentratie van moslims in de vier grote steden concentreert de problemen en heeft de spanningen op scherp gezet. Autochtonen die de grote stad verlaten is een verontrustende ontwikkeling. In Amsterdam is nog maar zo’n 50% van de bevolking autochtoon.

Het bestaan van islamitische scholen, die volgens velen de apartheid bevorderen, koppelen de Amerikanen aan de positie van het bijzonder onderwijs. Het bastion van de christelijke politiek dat door opeenvolgende christen-democraten wordt verdedigd. Daarom kunnen islamitische scholen die slecht functioneren onvoldoende aangepakt worden. Ze krijgen zelfs extra subsidies wat de apartheid sanctioneert en vergroot.

Representatie van moslims op lokaal niveau is laag. Hoewel die ondervertegenwoordiging met een aandeel van 2% van de bevolking wel meevalt, maar in de verklaring missen de Amerikanen een punt. Want representatie in de Nederlandse politiek is bijna exclusief voorbehouden aan hoogopgeleiden. Laagopgeleide autochtonen stromen evenmin door naar de politiek. Zonder dat moslims op dit moment hun achterstand in opleiding inlopen, kunnen er op termijn toch meer hoogopgeleide moslims doorstromen naar de politiek. Want in de landelijke politiek zijn etnische politici wel vertegenwoordigd, hoewel ze primair het gedachtengoed van hun partij vertegenwoordigen. Zo werkt het in Nederland.

In vergelijking met voorafgaande groepen migranten wordt de integratie van moslims door de autochtonen als teleurstellend ervaren. Dat uit zich in de teleurstelling door autochtonen over de te geringe vrijheid die ze voor moslimvrouwen zien. Nederlandse moslims identificeren zich relatief weinig met Nederland en meer met hun religie of etniciteit. Dat zowel de helft van de autochtonen als de helft van de Turkse en Marokkaanse gemeenschap vindt dat een westerse en islamitische levensstijl onverenigbaar zijn is opmerkelijk. Het roept de vraag op wat dit deel van de migranten in Nederland zoekt.

Uit de Amerikaanse schets rijst een beeld van begrip en onbegrip op. Amerikanen staan van nature open voor minderheden, moeten de internationale oriëntatie van Nederland kennen, maar lijken toch deze openheid in Nederland te missen. In elk geval bij de recente instroom en opvang die de apartheid van moslims eerder bestendigt dan afbreekt. Men kan er nog aan toevoegen dat de gesloten arbeidsmarkt de migranten nooit eerlijke kansen gegeven heeft en dat het tempo van de instroom te hoog was voor de samenleving om te verwerken. Maar tegelijk beseffen de Amerikanen dat Nederland relatief laagopgeleide, arme en religieus en etnisch georïenteerde migranten heeft ontvangen.

Misschien moeten wij maar concluderen dat de recente migratie van twee kanten geen optimale match was en dat daarom de integratie hapert. Maar zelfs onder niet-Westerse migranten vormen moslims een minderheid. Als deze moslims al moslim zijn.

Het wordt tijd om een streep te zetten onder de sociaal-culturele focus die zowel overheden als minderheden zoveel kwaad heeft gedaan. Nederland kan zich beter uitsluitend concentreren op sociaal-economische factoren: werk, inkomen, onderwijs en huisvesting. De woorden islam en moslim horen in beleidstukken van de overheid niet thuis. Dat leidt tot betutteling of stigmatisering door een overheid die religieus kleurenblind behoort te zijn. De schande is dat dat de afgelopen decennia niet het geval was. Burgers en migranten zitten nu opgescheept met vijandbeelden en halve waarheden. Amerikanen maken het ons duidelijk.

Foto: Rashômon van Akira Kurosawa (1950).