I. In de jaren 2016-2018 voerde actiegroep De Grauwe Eeuw actie tegen het standbeeld van Jan Pietersz Coen in Hoorn, kunstencentrum Witte de With in Rotterdam en de Nationale dodenherdenking in Amsterdam.
Ook De Grauwe Eeuw wilde zenden en niet in debat gaan. Het opereerde anoniem. Net als bij de Helden van Nooit ging het om een splintergroep. Het is aannemelijk dat Helden van Nooit een voortzetting, afsplitsing of doorstart van De Grauwe Eeuw is. Dat kan beperkt zijn tot de betrokkenheid van enkele individuen.
II. Identiteitspolitiek is kernzaak van actiegroepen als De Grauw Eeuw of Helden van Nooit. Identiteitspolitiek is makkelijk en het naar voren brengen als verschijnsel vergt weinig kennis over geschiedenis, economie of maatschappij. Identiteitspolitiek is vakantie van de echte politiek. Identiteitspolitiek is gemakzucht. Praten over identiteitspolitiek valt de gevestigde orde niet in de kern maar aan de oppervlakte aan. Het onderschrijft die juist. Via een omweg, die de activisten van De Grauwe Eeuw en Helden van Nooit blijkbaar niet doorzien.
Door zich over identiteit een moralistisch oordeel toe te eigenen en dat tegelijk anderen te ontzeggen menen radicalen straffeloos het centrum onder vuur te kunnen nemen. Zelf leggen ze geen verantwoording af. Aan wie zouden ze dat moeten doen? Aan hun eigen geweten? Leden van De Grauwe Eeuw en Helden van Nooit opereren anoniem als vrijschutters van de publieke opinie. Er bestaat onzekerheid over of ze de standpunten van anderen voor wie ze zeggen op te komen projecteren of dat ze oprecht spreken namens degenen die ze claimt te zijn. Het is dus oncontroleerbaar hoe gemeend en vrij van bijbedoelingen hun standpunten zijn.
III. Radicalen wanen zich in hun zelfbeeld de helden die in naam van een ideaal alles mogen zeggen en kunnen doen vanwege de omstandigheden die de uitzonderingstoestand zouden rechtvaardigen. Dat wil zeggen, voor henzelf, niet voor de vertegenwoordigers van de staat of hun politieke opposanten. Die moeten zich aan de regels van de rechtsstaat houden. Radicalen niet. Een open debat wordt vermeden omdat dat burgerlijk en achterhaald zou zijn. Zo werkt de bunkermentaliteit van radicalen die geen tegenspraak veelt.
IV. Het is begrijpelijk dat actiegroepen als De Grauwe Eeuw of Helden van Nooit de bewustwording over het kolonialisme, de slavernij, het racisme en maatschappelijke ongelijkheid willen vergroten. Dat is hard nodig. Dat kan mee begonnen worden door aanpassing van het onderwijsprogramma. Het is de vraag of de beste manier om de bewustwording te vergroten het bekladden van standbeelden, instituties en straatnaambordjes is en het herschrijven van de geschiedenis. Het is een strategie die averechts kan uitpakken. Dus ja, geef informatie over wat er fout was aan het kolonialisme en de mentaliteit die dat mogelijk maakte, maar nee, probeer dat niet te forceren door het ‘creatief’ aanpakken van de symbolen ervan. Dat verplaatst de aandacht naar bijverschijnselen die afleiden van de hoofdzaak. Want de macht daarachter blijft ongemoeid. En geeft de tegenstanders onnodig munitie om de ‘goede zaak’ dwars te zitten. Daar schiet niemand iets mee op.
Het is goed dat de discussie over racisme, neo-kolonialisme of slavernij wordt gevoerd. Maar dat debat vraagt om zorgvuldigheid en de effecten ervan moeten de hele bevolking meenemen. Verbreding van het debat is de uitdaging. De valkuil is dat het tegenkrachten oproept die zich verzetten zodat het onderwerp gepolitiseerd wordt. Een radicale opstelling kan zinvol zijn om een debat te agenderen, maar het is stukken lastiger om vervolgens een meerderheid van de bevolking mee te krijgen voor verandering. Daar is het toch om te doen?
Foto 1: ‘De sokkel van JP Coen heeft een VOC-logo met strop gekregen en er is ‘Genocide’ op gespoten. (Foto HMC / Eric Molenaar)’. In het Noordhollands Dagblad, 25 oktober 2016. Opgeëist door actiegroep ‘De Grauwe Eeuw‘.
Foto 2: De bekladding op het beeld van Piet Hein, 12 juni 2020 RIJNMOND. Opgeeist door actiegroep ‘Helden van Nooit’.