Wat te doen als het referendum kloof tussen politiek en burger vergroot?

3a36037r

In 2005 ging ik stemmen, op 6 april ga ik ook naar het stem-lokaal, maar inmiddels weet ik niet meer of ik wel voorstander ben van referenda. In plaats van bij te dragen aan het overbruggen van de kloof tussen burgers en politici lijken ze die kloof juist te accentueren: het referendum als middel om te laten zien hoe diep het volk de politiek wantrouwt. Ik vrees dat een gloedvol betoog van een politicus voor een ja tegen het associatieverdrag daar geen verandering in kan brengen. Dat is argument versus emotie. Het verdiept het wantrouwen.’ Aldus Aukje van Roessel in een artikel voor De Groene dat grenzen van de democratie verkent.

Uiteindelijk probleem van een referendum is de introductie van oneigenlijke argumenten. Zo gaat het de initiatiefnemers van GeenPeil zoals ze zelf meermalen hebben aangegeven helemaal niet om de associatie-overeenkomst van de EU met Oekraïne, maar om de EU die ze een halt toe willen roepen. Partijen die in 2015 in de Tweede Kamer tegen de associatie stemden waren PVV, SP, GrBvK en Partij voor de Dieren. Deze rechts- en links-radicalen die in de Nederlandse politiek vertegenwoordigd zijn hebben hun eigen redenen om zich door een tegenstem tegen de associatie te positioneren. In politiek zijn alle middelen toegestaan, maar als dat leidt tot oneigenlijke argumenten dan verstoort dat zowel het politieke proces als het instrument referendum.

Net als Van Roessel zet ik vraagtekens bij de opstelling van Meer Democratie van Nescio Dubbelboer dat ooit zei te gaan voor de vernieuwing van het politieke bestel. Als voorstander van het referendum schaarde het zich achter het initiatief van Geen Peil voor een Oekraïne-referendum. Ik vond dat een inschattingsfout. Dit verweet ik Meer Democratie in een open brief van 18 augustus 2015: ‘In Meer Democratie  meende ik een nieuwe manier van democratie te hebben gevonden die onder meer de particratie en de Oerlemanse Eenpartijstaat probeert te corrigeren door het helpen verleggen van de grenzen van de politiek. Zodat burgers meer macht krijgen en de macht van de politieke partijen verminderd wordt. Ik meende dat Meer Democratie ver afstond van de partijpolitiek, maar ik vrees me vergist te hebben. Meer Democratie probeert nu zelfs m’n aandacht te vestigen op een politiek initiatief van GeenStijl dat haaks staat op het idee van democratie zoals ik dat voor me zie. En waarvan ik dacht dat Meer Democratie dat ook zo zag.

Meer Democratie trapte in de valkuil van het populisme, de roep om directe democratie en de vermomming van anti-politiek als politiek, zonder de gevolgen daarvan te overzien en de voor- en nadelen zorgvuldig af te wegen. Zoals Van Roessel formuleert over Dubbelboer: ‘Toen de Volkskrant hem vroeg of de initiatiefnemers van GeenPeil met hun referendum over het associatieverdrag met Oekraïne de democratie redden, zoals zijzelf beweren, zei hij de kreet weliswaar wat pathetisch te vinden, maar deze wel te onderschrijven. Referenda zetten aan tot gesprek, creëren volgens hem draagvlak. (..) Het is die achterliggende houding, schijt aan de politiek, die zorgen baart. En die komen boven op de zorgen over de gevolgen van een nee voor de invloed van de Russische president Poetin, op Oekraïne, de EU en het Midden-Oosten.

Hoe kan de kloof tussen de politiek en de burger dan wel overbrugd worden? Voorwaarde is om partijen en groeperingen die niet uitgaan van het algemeen belang en buiten de kaders van het parlement treden niet teveel macht te geven. De wetgeving en het politieke proces moeten zo ingericht worden dat dit onmogelijk is. Het is daarom merkwaardig dat de initiatiefnemers van de Referendumwet in de wetgeving niet hebben weten te voorkomen dat een referendum op oneigenlijke gronden gebruikt wordt, zoals nu bij het Oekraïne-referendum gebeurt door het initiatief van GeenPeil. De wetgevers zijn vergeten een noodrem in te bouwen.

De oplossing ligt niet in de richting van een herwaardering van de partijpolitiek, maar in een afwaardering ervan. De uitweg is de machtsdeling met de burger en het terugdringen van de macht van de politieke partijen die als nadeel hebben dat ze hun continuïteit dienen. Burgers zijn divers in verscheidenheid, hoogopgeleid en deskundig en staan wanneer ze serieus worden genomen niet haaks op het algemeen belang. Schoppen door GeenPeil tegen de politiek is hoe dan ook een schijnoplossing die de politiek ondermijnt en niet opwaardeert.

Foto: ‘Arizona. Grand Canyon, photographer suspended on climber’s rope’, 1908.

Adèle van der Plas spreekt over Baybaşin en Demmink

WeAreChangeRotterdam interviewt advocate Adèle van der Plas over de zaak van haar cliënt Hüseyin Baybaşin en de kwestie Joris Demmink. Van der Plas licht toe wat volgens haar het verband is tussen Baybaşin en Demmink. Laatstgenoemde was 10 jaar lang de hoogste ambtenaar van het ministerie van Justitie, dat in 2010 werd omgevormd tot het ministerie van Veiligheid en Justitie. Een bericht in NRC spreekt van een angstcultuur op dat ministerie dat haaks stond op de openheid. Met klassenjustitie en wraakacties jegens klokkenluiders. Dat kan verklaren waarom de al sinds de jaren ’90 circulerende geruchten over het handelen van Demmink nooit grondig onderzocht werden of prominent in de publiciteit kwamen, en in de doofpot belandden.

Van der Plas ziet een rol voor de politiek om de kwestie Demmink tot op de bodem uit te zoeken omdat uit haar informatie die ze van Turkse autoriteiten heeft gekregen, blijkt dat Demmink chantabel was. Dat ziet ze als een ernstige inbreuk op de rechtsstaat. Vooral de kamerleden Pieter Omtzigt (CDA) en Louis Bontes (GrBvK) hebben zich de afgelopen jaren in het dossier Demmink verdiept en zich verdienstelijk gemaakt. 

Kamervragen van drie partijen over Russen, Amerikanen en Geen Peil. Een kwestie van perspectief

12716302665_afe59e540b_b

Drie partijen stelden vandaag kamervragen aan minister Bert Koenders van Buitenlandse Zaken of minister Ronald Plasterk van Binnenlandse Zaken naar aanleiding van een artikel in de Britse The Telegraph van afgelopen zaterdag 16 januari 2016. D66 aan Koenders, en SP en GrBvK aan Plasterk. Het gaat over de beschuldiging dat het Kremlin door geldelijke steun Europese politieke partijen zou beïnvloeden in haar richting. Amerikaanse veiligheidsdiensten zouden een onderzoek gestart zijn naar illegale partijfinanciering door de Russen in de afgelopen 10 jaar. De suggestie die uit het artikel spreekt is dat de EU-lidstaten blijkbaar deze Russische dreiging niet zien, er in elk geval geen onderzoek naar doen of tegen optreden.

Voor Nederland is de volgende passage interessant in het artikel van Peter Foster en Matthew Holehouse: ‘Russian influence has also been detected in a referendum in the Netherlands next April over whether to block the EU’s closer relations with Ukraine. Sources said arguments deployed in support of the referendum “closely resembled” known Russian propaganda.’ Dit klinkt vaag. Waaruit die Russische invloed zou bestaan wordt niet uitgelegd. Dat tegenstanders van de EU, NAVO en de VS die zich hebben verenigd in het NEE-kamp tegen de associatie-overeenkomst van de EU met Oekraïne op dezelfde argumenten uitkomen als het Kremlin ligt voor de hand. Dat de initiatiefnemers van GeenPeil op de loonlijst van het Kremlin staan wordt niet beweerd. Wel dat ze argumenten ‘lenen’ en dicht tegen de Russische propaganda aanschurken. Maar evengoed kan beweerd wordt dat de voorstanders argumenten gebruiken die ook in Washington of Londen gehanteerd worden. Dus?

De tweedeling in de kamervragen tussen enerzijds D66, en anderzijds SP en GrBvKl is opvallend. Kees Verhoeven en Sjoerd Sjoerdsma van D66 willen van minister Koenders weten of hij weet of het Kremlin pogingen doet om de Nederlandse politiek te beïnvloeden. Ze vragen of hij ‘over enige aanwijzing [beschikt] dat het aanstaande raadgevend referendum over het Associatieverdrag tussen Oekraïne en de Europese Unie op enige wijze, al dan niet financieel, is beïnvloed vanuit Rusland?’ Tevens willen ze weten of ‘er Nederlandse inlichtingendiensten betrokken [zijn] bij het onderzoek naar Russische beïnvloeding van Europese politieke partijen, zoals dat wordt uitgevoerd door autoriteiten in de VS?’ Met hun suggestie: een onderzoek in de VS.

SP’er Ronald van Raak benadert de kwestie vanuit het perspectief dat Amerikaanse veiligheidsdiensten in Nederland actief zijn en er politieke partijen doorlichten. Hij komt met een vraag waarbij hij als bron naar The Telegraph verwijst door de Amerikaanse veiligheidsdiensten iets in de mond te leggen wat ze niet beweren: ‘Deelt u de opvatting van de Amerikaanse geheime diensten dat het referendum in Nederland over de wet die strekt tot goedkeuring van de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en Oekraïne wordt georganiseerd op initiatief van de regering van Rusland.’ Van Raak chargeert. Joram van Klaveren en Louis Bontes blijven wel binnen de strekking van het Telegraph-artikel en vragen onder meer of minsiter Plasterk bereid is om bij de Amerikanen na te gaan ‘in hoeverre de initiatiefnemers van het referendum (GeenPeil) in de gaten worden gehouden door Amerikaanse inlichtingendiensten en op welke wijze dit gebeurt?

Drie reeksen kamervragen die verschillende kanten uitwijzen zijn gebaseerd op hetzelfde artikel in een Britse krant. Partijen lezen in de media wat ze erin willen lezen en leggen hun accenten. Het zijn net mensen met hun voorkeuren, kuren en waarheden. Politici geven zich bloot door hun vragen. Zijn het de Amerikanen, de Russen of de initiatiefnemers van Geen Peil die in Nederland over de schreef gaan? Wie weet. Het is allemaal mogelijk. Zo werkt de politiek. Het definitieve antwoord zullen we vermoedelijk nooit horen. Vragen staat vrij.

Foto: Het Kremlin in Moskou. Credits: Murat Sağlam.

Vragen over de vele vragen over Aaidh ibn Abdullah al-Qarni

saudiintheclassroom

Update: De lezingen van de Saudische islamitische geestelijke Aaidh al-Qarni in Eindhoven gaan niet door, aldus het ED. Stichting Waqf, die hem had uitgenodigd, heeft wegens alle commotie over zijn geplande komst besloten ze te annuleren. Dat liet de organisatie woensdag 29 april weten.

De Saudische islamist Aaidh ibn Abdullah al-Qarni wordt beschuldigd van plagiaat, maar is in Nederland vooral het onderwerp van vragen van lokale en landelijke politieke partijen. Naar verluidt is hij uitgenodigd voor een conferentie van de ultra-orthodoxe islamitische stichting Al Waqf al-Islami, die is verbonden aan de Marokkaanse Al-Fourqaan-moskee in Eindhoven. In 2003 stelde de AIVD vast dat er ‘er hechte religieus-ideologische, financiële, organisatorische en juridische banden tussen beide bestaan.’ Al-Qarni is de toegang tot VS en Frankrijk geweigerd vanwege z’n extremistische standpunten. Volgens een woordvoerder van de stichting Al Waqf is Al-Qarni niet gevaarlijk en zouden zijn uitspraken uit het verleden er niet toe doen.

Maar daar denken politici anders over. CDA Eindhoven, VVD Eindhoven (‘de keiharde grens van het oproepen tot geweld mag wat ons betreft niet worden overschreden’), LPF Eindhoven (‘Omdat het verwerpelijk en levensgevaarlijk is dat deze haatprediker zijn woord kan richten tot inwoners van onze stad’), OAE Eindhoven, GBVKL TK, SGP TK, PVV TK, CU/VVD/CDA/SP TK buitelen over elkaar heen en stellen tientallen vragen over Al-Qarni die omstreden sjeik, haatsjeik, geweldsprediker, uiterste radicale sjeik en haatprediker wordt genoemd.

Vanwaar de bovengemiddelde aandacht van de politieke partijen voor Aaidh Al-Qarni? Is de vrijheid van meningsuiting niet onbeperkt als Al-Qarni met zijn uitspraken binnen de wet blijft, zoals de woordvoerder van Al Waqf al-Islami stelt? Een open debat over de islam is nodig. Moralisme, beschaving en fatsoen zijn van die termen die in stelling worden gebracht als wordt gezegd ‘in principe ben ik voor openheid, maar ….‘ Dat werkt dan twee kanten op. Als Geert Wilders spreekt tegen de islam of iemand als Al-Qarni voor de islam.

Zolang sprekers binnen de wet blijven moeten van tevoren geen beperkingen opgelegd worden of een vijandige sfeer gecreëerd worden. Het is simpel, als Al-Qarni de wet overtreedt wordt hij op een zwarte lijst gezet. En komt hij volgende keer Nederland niet meer in. Dat kan niet op voorhand. Laten we beseffen dat beperkingen van het publieke debat vaak oneigenlijk zijn en niet zozeer voortkomen uit echte bekommernis met de openbare orde of wat dan ook, maar uit keiharde partijpolitieke overwegingen. Als politici echt iets willen veranderen, dan kunnen ze de regering beter vragen om alle relaties met Saoedi-Arabië te verbreken.

Foto: Cartoon.

Haatimams komen eraan! Kamerleden stellen vragen. Maar niet over het karakter van de islam

Update: Het Partycentre Luxury in de Utrechtse wijk Overvecht zegt de benefietavond op zondag 1 maart  voor World Wide Relief af nadat bleek dat de organisatie omstreden sprekers heeft uitgenodigd, aldus het AD. Daarnaast bleek dat de omstreden Saudische ‘haatimam’ Assim Al-Hakeem door de organisatie alleen op de poster was gezet om publiek te trekken zonder dat er contact met hem was geweest. Dat heeft een woordvoerder vanavond toegegeven. De organisatie heeft zich van een weinig professionele kant laten zien door de feiten verkeerd voor te stellen. De organisatie overweegt de bijeenkomst elders te houden.

Het is weer zover. Zogenaamde haatimams komen naar Nederland voor een bijeenkomst en het sneeuwt kamervragen aan de ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken. Met de ondertoon wat de middelen van de overheid zijn om deze haatimams de toegang tot Nederland te ontzeggen. Met zo’n vraagstelling zijn antwoorden niet eens nodig. De toon is gezet. De democratie is in gevaar. De haatimams komen eraan!

Die kamervragen hebben wat halfslachtig en ogen daarom vals. Ze pruttelen voor de bühne maar vragen niet om een fundamenteel debat over de juridische en maatschappelijke positie van religies in onze samenleving. Hoewel dat op zich niet eens verkeerd is, missen ze de duidelijkheid van Geert Wilders’ opstelling die de islam als ideologie wil verbieden. Dat kan uiteraard niet volgens de grondwet en is daarom ongewenst, maar zo’n stellingname is wel een goed uitgangspunt voor een breed maatschappelijk debat over religie. Beter dan die zogenaamd kritische vragen die reageren op incidenten. Hollend van het ene naar het andere onrecht.

Neem nou de vraag van VVD’er Malik Azmani over de zogenaamde haatimam Assim Al-Hakeem die op 1 maart in Partycentre Luxury te Utrecht op het programma staat: ‘Bent u bekend met de radicale standpunten van de spreker ten aanzien van homoseksualiteit, vrouwenslavernij en het jihadisme? Zo ja, wat vindt u daarvan? Deelt u de mening dat dit potentieel een risico voor de openbare orde vormt?’ Azmani gooit open deuren open. Want alles vormt potentieel een risico voor de openbare orde. Zolang de kamerleden geen fundamenteel debat aangaan -of aandurven- over de positie van religies in onze samenleving zouden ze beter zwijgen. Met hun opgeklopte toon beschamen ze vooral het vertrouwen in de democratie en in zichzelf en voeden ze de angst. Alsof een democratie bang moet zijn voor een haatimam met radicale islampraatjes.

10914905_674665512655933_3384245209021528162_o

Foto: Poster Megamanifestatie van World Wide Relief op 1 maart 2015 in Utrecht.

Haagse politie krijgt kritiek op terughoudendheid bij demonstratie

678999-1

Uit het feit dat de politie geen arrestaties heeft verricht, kan afgeleid worden dat er geen grenzen zijn overschreden.’ Aldus een bericht van de NOSIn deze redenering keert een woordvoerder van burgemeester Van Aartsen oorzaak en gevolg om. Het is een onjuiste redenering omdat het feit dat er geen arrestaties zijn verricht niet wil zeggen dat de politie de opdracht om tot arrestatie over te gaan goed heeft uitgevoerd. De woordvoeder van de politiek omzeilt door deze cirkelredenering de bewijslast. Hij ontwijkt de verantwoording.

Of de woordvoerder van de burgemeester een cursus Argumentatieleer aan de Bestuursacademie nodig heeft om z’n kennis bij te spijkeren of juist tot z’n uitspraak kwam als gevolg van de opgedane kennis van de Argumentatieleer om de feiten te verhullen en zijn burgemeester uit de wind te houden is de vraag.

Aanleiding was een kleine demonstratie in de Haagse Schilderswijk. Met jihad-vlaggen. Vraag is of als aanleiding voor dit protest het Israëlisch offensief in de Gazastrook kan worden beschouwd, omdat volgens de NOS de demonstratie zich niet richtte tegen de staat Israël maar tegen Joden. Dit is niet hetzelfde. Protest tegen het beleid van de staat Israël is een legitiem politiek doel -zelfs begrijpelijk door de vele doden die door toedoen van het Israëlische leger in Gaza vallen-, protest tegen ‘de Joden‘ is racisme en niet legitiem. Het hoort niet thuis in een rechtsstaat, moet afgekeurd en door het bevoegde gezag passend bestreden worden.

Annabel Nanninga van Geen Stijl was aanwezig en probeerde verslag te doen. Met de woordvoerder van burgemeester Van Aartsen is ze het oneens dat er geen grenzen zijn overschreden. Een agente maande haar voorzichtig te zijn met het maken van foto’s en bevestigde desgevraagd een bedreiging tegen Nanninga gehoord te hebben. Toen ze zich als journaliste bekend maakte voegde de agente toe geen tijd te hebben om haar te beschermen. Nanninga kon zo haar werk niet doen. Haar bedreiger werd met rust gelaten. Maar het werd nog bedreigender toen Nanninga verbaal agressief bejegend werd en frisdrank over haar heen kreeg. In aanwezigheid van zo’n zes geüniformeerde politie-agenten die niet ingrepen. Gewoon op de openbare weg. Uiteindelijk werd Nanninga voor haar veiligheid mee naar het bureau genomen. Maar geen enkele belager. Ze verwijt de agenten niks, maar de burgemeester wel die het korps niet passend en te slap zou laten optreden.

De demonstratie in Den Haag heeft vandaag tot kamervragen van PVV, Joram van Klaveren (GRBVK) en VVD geleid. Met de teneur dat journalisten ongestoord hun werk moeten kunnen doen in de openbare ruimte en de politie dat recht moet garanderen. Maar gisteren in Den Haag gaf het bevoegd gezag die garantie niet. Inmiddels is bekend geworden dat het OM een onderzoek instelt naar aanleiding van de demonstratie.

Foto: Protest in Den Haag. NOS, 24 juli 2014.