Such Sweet Thunder (1957/58)

Dit stukje verscheen op George Knight Kort op 26 mei 2011. Licht gewijzigd.

It! The Terror From Beyond Space van Edward L. Cahn, 1958. Het monster met Shirley Patterson.

Het monster werpt schaduwen. De film past in een Shakespeare-decor zonder details. Haaks op realisme. Uit het theater loopt een lijn van Henrik Ibsen, Adolphe AppiaGordon Craig en Norman Bel Geddes naar deze B-film. En de cinema voegt daar Duits Expressionisme en Film Noir aan toe. Belichting is ruimte. In vaktermen low-key lighting.

It! The Terror From Beyond Space wordt geproduceerd door United Artists. Weinig middelen en een snelle productie zijn het achterliggende idee. Deze genrefilm gaat nergens over, nou een soort Journey into Space dan. De Sprong in het Heelal kluistert volksstammen aan de radio.

In 1958 heerst in filmstudio’s nog vakmanschap dat de santekraam goed laat uitkomen. Shirley Patterson op de schouder van een Marsiaan. Om je dood te schrikken. Maar niet echt. In 1957 maakt Duke Ellington de op Shakespeare gebaseerde suite Such Sweet Thunder. Hoge en lage cultuur spelen haasje-over.

Advertentie

Gedachten bij foto ‘Alkoholiliike’ (1937)

Alkoholiliike, 1937. [A branch store of Oy Alkoholiliike Ab (Finnish national alcoholic beverage retailing company) in the Weckman house at Sepänkatu 9 in Oulu on May 10, 1937. The store’s staff standing behind the counter]. Collectie: Finnish Heritage Agency.

Een onderwerp waarover men nooit uitgepraat raakt is hoe kunst en samenleving elkaar beïnvloeden. Tamelijk bekend is de wisselwerking tussen de Amerikaanse maffia en films als ‘The Godfather‘-cyclus van Francis Ford Coppola. Het is een dubbele identificatie heen en weer. De echte gangsters van de jaren 1970 zagen het filmbeeld van hun broederschap als zelfbevestiging. En gingen zich ernaar gedragen. Alsof ze pas echt bestonden toen hun leven werd gefictionaliseerd. Met als cadeau een gratis geïnternaliseerd zelfbeeld. Tegenwoordig onderzoeken sociaal-psychologen de beïnvloeding van ons gedrag door ‘nudging‘.

Stuart Kaminsky formuleert dat in het hoofdstuk ‘The White-Hot Violence of the 1970s‘ in zijn boek ‘American Film Genres‘ (1984) zo (p. 107) : ‘And in some way, the viewing of the violence in an aesthetic context contributes to one’s understanding of the action‘. Dat geldt in algemene zin voor het brede publiek, maar in het voorbeeld van ‘The Godfather‘ ook voor de mobsters. Dat is een effect van kunst, of in dit geval films met een artistieke ambitie. Films die zijn bedoeld om te amuseren hebben dat effect niet.

Voorbeelden van films die doorsijpelen naar de samenleving zijn talrijk. Dat loopt van kijkers die zich zo identificeren met hun filmheld dat ze gedrag en uiterlijkheden imiteren tot films die succesvol een onderwerp of een misstand aansnijden die de politiek besluitvorming beïnvloedt.

Still uit ‘Toivon tuolla puolen‘ [The Other Side of Hope], (2017) van Ari Kaurismäki.

Het is niet lastig om het ‘raamwerk’ van de foto uit 1937 van de Finse alcoholwinkel in toneelbeeld en gereserveerd acteren te koppelen aan de films van de Finse regisseur Ari Kaurismäki. Het is dezelfde droge, uitgebeende absurditeit met trieste ondertoon van de films van Wes Anderson en Alex van Warmerdam. Of het toneel van Samuel Beckett. Alfred Jarry, Harold Pinter of Eugène Ionesco. In het beste geval meer dan een opeenvolging van tableaus.

In dramatisch effect slaat de foto uit 1937 het absurdisme van de grootmeesters van de cinematografie en het theater. Het beeld van de sobere drankwinkel met de drie medewerkers als paspoppen verbeeldt Finse melancholie. De treurnis van de weemoed. Portugese saudade in het hoge Noorden. Door deze reflectie erop wordt de relatie tussen kunst en samenleving verder verstevigd.

Still uit ‘Kauas pilvet karkaavat‘ [Drifting Clouds], (1996) van Ari Kaurismäki.