Rechtszaak in België over geldgeschil in ondoorzichtige galeriesector: Michaël Aerts vs. Deweer Gallery

Wie wel eens beeldende kunstenaars en galeriehouders spreekt zal weten dat ze over elkaar klagen. Soms goedwillend, soms kwaadaardig. In het laatste geval gaat het bijna altijd om geld. Kunstenaars vermoeden dat de afrekening niet klopt en ze te weinig uitbetaald krijgen. Soms betreft het zelfs werken die al jarenlang in stock waren, maar uiteindelijk onverklaarbaar verdwenen bleken. Met als toppunt van onrecht failliete galeries zonder bewindvoerder, maar met een doorstart. Galeristen zijn als winkeliers en boeren die ook klagen als het goed gaat. Maar bij de teruglopende economie sinds 2008 hebben ze wel degelijk redenen tot klagen. De verkopen zijn ingezakt en nog steeds niet op peil. Kunstenaars willen toch solo’s, boekjes of publiciteit. ‘Opgekweekte’ kunstenaars stappen over naar een grote galerie zonder besef van de diepte-investering die door een galerie in hen is gedaan. De wisselwerking tussen kunstenaar en galerist is een spanningsveld.

In België is er een kwestie tussen kunstenaar Michaël Aerts en Deweer Gallery in Otegem, Zwevegem. De galerie is aangeklaagd door Aerts omdat er volgens hem ‘gefoefeld zou zijn met de verkoopsprijs van kunstwerken’. Geknoeid dus. In een artikel geeft De Morgen de details. Aerts’ advocaat Jan Leysen stelt dat de galerie kunstwerken aan een buitenlandse koper voor een hoger bedrag heeft verkocht dan tegen de kunstenaar werd verteld. Aerts zou daardoor 980 euro aan inkomsten zijn misgelopen. Feitelijk een relatief klein bedrag dat deze opschudding niet rechtvaardigt. Advocaat Gallery Declercq ontkent namens Deweer Gallery de aantijging en meent dat de kunstenaar een aanleiding zocht om bij de galerie te vertrekken. Deel van de juridische strijd zou de berekening van de BTW zijn. De Morgen citeert een anonieme Antwerpse galerist: ‘Het btw-systeem is ingewikkeld en volatiel, waardoor er toch iets meer ruimte is voor gefoefel.’

Ondervoorzitter Sofie Van De Velde van de beroepsvereniging van Belgische galeries (BUP) meent dat de kunstwereld veel transparanter kan. Ze zegt internationaal te werken aan de formulering van gedragsregels: ‘Er is nood aan duidelijke spelregels, ook voor mensen die een werk willen kopen in een galerie.’ De BUP is net als de Nederlandse Galerie Associatie (NGA) aangesloten bij de in Brussel gevestigde FEAGA (Federation of European Art Galleries Association) die samenwerkt met het in Barcelona gevestigde Talking Galleries dat opereert als internationaal platform en denktank voor kunstgalerieën. Van De Velde meent dat kunstenaars steeds beter hun rechten kennen. Zij benadrukt dat het in de galeriesector om vertrouwen en ongeschreven regels gaat, maar ‘het volgens haar essentieel is om op voorhand afspraken te maken’. Op 5 september spreekt de rechtbank van Kortrijk zich uit over de zaak tussen Michaël Aerts en Gallery Deweer.

Foto: Schermafbeelding van deel artikelOntransparante kunstwereld worstelt met de centen; Kunstenaar klaagt galerie aan na onduidelijkheid over btw-tarieven’ van Lotte Beckers in De Morgen, 26 juni 2018. (registratie verplicht).

Advertentie

Robert Cenedella spant kansloze zaak tegen kunstwereld aan

De Amerikaanse kunstenaar Robert Cenedella (Art Bastard) die zich profileert als ‘de meest uitgebreid beschreven onbekende Amerikaanse kunstenaar’ en als satiricus beschouwt zet zich af tegen het vermeende kartel in de kunstwereld. Hij is in februari 2018 een rechtszaak begonnen en eist 100 miljoen dollar van vijf gezaghebbende New Yorkse musea: the Metropolitan Museum of Art, the Whitney Museum of Art, the Museum of Modern Art, the Solomon R. Guggenheim Museum en the New Museum. Cenedella’s werk is in geen enkel museum te vinden. Hyperallergic zet het in een bericht op een rijtje. Zijn zaak wordt als kansloos beschouwd. Het helpt eraan mee om zijn naam te laten horen en kan zelfs als een kunstwerk opgevat worden.

Journalist Evan Siegel ziet Cenedella’s opstelling als een klucht met een kern van oprechte wrok. Via een omweg wordt zo door Cenedella het mechanisme van de museumsector, galeriesector en kunsthandel ter discussie gesteld. De kunstsector is ongereguleerd en een harde wereld met zakelijke belangen waarin het hebben van een goed netwerk voor een kunstenaar van essentieel belang is. Aan Cenedella is het niet besteed.

Jammer dat de petitie ‘Geen BTW verhoging’ nodig is

Het kabinet zegt in het regeerakkoord onder het kopje ‘2.5 Hervorming belastingstelsel’: ‘De ruimte om de belastingen op inkomen nog verder te verlagen wordt gevonden door een verhoging van het lage BTW tarief van 6% naar 9%’. Dat gaat uit van het uitgangspunt dat iedereen belasting op inkomen betaalt. Dat is niet het geval. De verhoging is ingeboekt voor 2,613 miljard euro en roept onbegrip op. De drie linkse partijen SP, GL en PvdA hebben samen met maatschappelijke organisaties de krachten gebundeld en een petitie opgesteld.

De goederen waarvoor het lage 6% tarief geldt zijn volgens opgave van de belastingdienst de volgende categorieën: ‘voedingsmiddelen, water, agrarische goederen, geneesmiddelen en hulpmiddelen, kunst, verzamelvoorwerpen en antiek, boeken en periodieken, gas en minerale olie voor de tuinbouw’.

Afgelopen weekend was ik op een kunstbeurs (Art The Hague) en daar was de toen net bekend gemaakte verhoging het gesprek van de dag onder galeristen. Ze werken al in een lastige sector waarin de meerderheid nauwelijks het hoofd boven water kan houden en daar komt dan een BTW-verhoging met 3% bovenop. Hetzelfde geldt voor de boeken-en tijdschriftensector die het ook slecht gaat. Dat de verhoging van de BTW met 3% ook geldt voor eerste levensbehoeften als water, groente en fruit is helemaal niet uit te leggen.

Het verzwakken van de kwetsbare boeken- en galeriesector en het verhogen van de BTW met 3% van eerste levensbehoeften als water, groente en fruit zijn voldoende redenen om deze petitie te tekenen. De verwijzing naar de verlaging van de belasting van multinationals is niet de essentie, hoewel het tamelijk onbegrijpelijk is dat het gebeurt. Het tekent de macht van de werkgeverslobby op het kabinet Rutte III. In een regeerakkoord is altijd wel een onderwerp te vinden dat gebrek aan compassie met de zwakkeren en armen belichaamt, maar dat D66 en CU de negatieve beeldvorming hierover menen te kunnen trotseren is opvallend. En opmerkelijk.

Foto: Schermafbeelding van petitieGEEN BTW VERHOGING’.

Bedenkingen bij de petitie ‘ARTInSJOK: kabinet maakt beeldende kunst tot sluitpost, musea domineren de kunst’

artin

Dimp Nelemans van de Stichting Maritime Art & Design in Middelburg is initiatiefnemer van deze petitie. Op haar YouTube-kanaal maakt ze promotie voor maritieme kunst en haar in Middelburg gevestigde galerie Gallery Maritime. Dit verklaart de inhoud van de petitie die cultuurpolitiek, overheidssubsidie, museumbezoek, hedendaagse kunst, cultureel ondernemerschap en het ‘verdienmodel’ van galeries combineert.

In een blogposting verwijst Birgit Donker, directeur Mondriaan Fonds, ook naar het citaat van het Tweede Kamerlid voor het CDA Madeleine van Toorenburg. Zij deed de uitspraak tijdens een ronde tafelgesprek over de zes rijkscultuurfondsen. De verwijzing is opvallend omdat Nelemans en Donker tot een tegengestelde conclusie komen over de verdeling van rijkssubsidie over de vier grote steden en de rest van het land. Donker: ‘Dat alles neemt niet weg dat het een feit is dat er meer cultureel leven is in de Randstad dan in de regio. Dus dat er vanzelfsprekend meer geld naar toegaat, zeker als je kijkt naar individuele kunstenaars die nu eenmaal vooral in de grote steden wonen.’ Nelemans verwijst niet naar Donkers weerwoord.

Waar het de petitie precies om te doen is wordt niet duidelijk gemaakt. Doordat alles met alles verbonden wordt oogt het betoog rommelig. De titel zegt dat het kabinet beeldende kunst tot sluitpost maakt, maar vervolgens wordt dit niet uitgewerkt. Dat is jammer voor allen die de kaalslag van de cultuurbegroting door toenmalig staatssecretaris Halbe Zijlstra met medewerking van alle politieke partijen nog steeds onterecht en buitenproportioneel vinden. Dat beleid verdient een goede bestrijding waar deze petitie niet aan toe komt.

Veelzeggend keert de petitie zich tegen de ‘facilitering van experimentele kunst’ door het Mondriaanfonds. Het suggereert dat dit de ‘aankoop’ en ‘appreciatie’ van hedendaagse beeldende kunst verstoort. Het blijft gissen wat Dimp Nelemans onder ‘experimentele kunst’ verstaat en hoe die verstoring optreedt. Maar hiermee introduceert ze wel een principieel punt. Het roept een vraag op over de marktwerking in de beeldende kunst.

Nelemans ziet een opgetuigde rol voor zich van de ‘cultureel ondernemer’. Ze stelt voor om galeriehouders binnen de BIS (Basisinfrastructuur) te honoreren. Ter vergelijking is er die andere ‘cultureel ondernemer’ die binnen een culturele instelling met overheidssubsidie eerder een ‘cultureel bestuurder‘ dan echte ondernemer is die met eigen geld risico loopt. De ‘cultureel bestuurder’ is een hybride functie die op het breukvlak van marktwerking, overheidssubsidie en uitvoering van cultuurbeleid werkzaam is en weliswaar elementen van cultureel ondernemerschap in zich draagt, maar daarmee nog geen cultureel ondernemer is. Interessant is dat Nelemans de rol van de ‘cultureel bestuurder‘ en ‘cultureel ondernemer‘ naar elkaar toe wil trekken.

Het is een sympathiek voorstel om galeries in de basisinfrastructuur op te nemen. Het is ontegenzeggelijk dat ze mede het kunstklimaat bepalen. Hoe dat in de praktijk ingevuld moet worden valt echter lastig in te zien. Voorbeelden hoe dat kan geven andere sectoren die ook op het snijvlak van commercie en kunst werken. In Vlaanderen kregen de gedrukte media in 2014 200 miljoen euro overheidssubsidie. Dagbladen en tijdschriften kunnen als cultuurgoed in aanmerking komen voor overheidssubsidie als de politiek dat zo beslist. Hetzelfde geldt voor de cinematografie en de filmhuizen van het arthouse-circuit. Maar hier dient zich tegelijk het eerste probleem aan. Want overheidssubsidie aan filmhuizen wordt door de politiek als gewenster en noodzakelijker gezien dan aan bioscopen die een kansrijkere commerciële positie innemen.

De voorbeelden geven aan dat het geven van overheidssubsidie aan galeries per definitie geen droombeeld is. Te denken valt aan het geven van generieke steun aan de galeriesector door voorwaardenscheppende of fiscale tegemoetkomingen. Bijvoorbeeld door compensatie van de huur of de hypotheekkosten. Daarnaast zou een rijkscultuurfonds als het Mondriaanfonds per gemeente of regio galeries kunnen ondersteunen door meerjarige subsidies die volgen uit de kwaliteit en ambitie. In Nederland heet de markt alleenzaligmakend te zijn. Niets is minder waar. In werkelijkheid worden multinationals, bedrijven, banken en kleine ondernemingen via overheidssubsidies gesteund. Er is geen principieel bezwaar om die steun uit te breiden tot kunstgaleries. Dat verdient serieuze aandacht van de politiek. En een debat dat verder gaat dan gekissebis over de verdeling van cultuursubsidie over Randstad en regio. De kunstwereld kan zich beter verenigen, dan laten verdelen.

Foto: Schermafbeelding van petitieARTInSJOK: kabinet maakt beeldende kunst tot sluitpost, musea domineren de kunst’ van Dimp Nelemans,

Positie ex-manager Herman Brood wijst op zwakte galeriesector

Rambam is een televisieprogramma van de VARA. Volgens eigen zeggen pakken ‘de makers weer op eigenzinnige en creatieve wijze zaken aan die niet kloppen’. Op 20 januari 2016 start een nieuwe reeks en daarvoor maakten ze een item met de ex-manager Koos van Dijk van de in 2001 overleden popmuzikant en kunstschilder Herman Brood. De beschuldigingen vliegen over en weer. Rambam bepleit de eigen zaak niet overtuigend. Volgens een bericht in het AD zou ’Koos van Dijk willens en wetens meewerken aan het op de markt brengen van tal van vervalsingen. Hij ontkent, en dreigt de televisiemakers aan te klagen voor smaad.’ Maar Van Dijk ontkent en zegt het spelletje mee te hebben gespeeld omdat hij dacht benaderd te worden door een criminele organisatie die hij wilde ontmaskeren. Tegelijk beschuldigt hij Rambam van amateurisme.

Er zijn naar verluidt veel vervalsingen van het werk van Brood in omloop die bij galerieën te koop worden aangeboden. Mede door zijn populariteit als popmuzikant en zijn status als BN-er. Opvallend is dat Koos van Dijk zichzelf als ‘een soort poortwachter [ziet] die het kaf van het koren scheidt.’ Hij zegt dat hij ‘niets anders doet dan schilderijen goedkeuren’ en meet zich hiermee een positie aan waarvan het de vraag is hoe hij die heeft verdiend. Het is merkwaardig dat een ex-manager van een popmuzikant zonder kunsthistorische achtergrond en expertise dit meent te kunnen doen en hiervoor meent de geschikte persoon te zijn. Vanuit commercieel oogpunt is het begrijpelijk dat galerieën bij hem aankloppen om schilderijen van Brood te laten goedkeuren om die vervolgens te verkopen. Voor de sector als geheel werken de vervalsingen beschadigend.

Hoewel de handel in het echte en vervalste werk van Brood zich afspeelt in een deelmarkt van de galeriesector dat omschreven kan worden als het lichtere soort, slaat de negatieve publiciteit terug op de hele sector. Ook op de topgalerieën die aan prestigieuze beurzen in het buitenland deelnemen. Als de sector zichzelf serieus neemt en voor elkaar krijgt dat de verschillende deelmarkten en -segmenten samen om de tafel  gaan zitten, dan zou het ervoor kunnen zorgen dat in de toekomst voorkomen wordt dat iemand met het profiel als Koos van Dijk de positie in kan nemen die hij blijkbaar sinds de dood van Brood in 2001 in heeft kunnen nemen.

Kunst bekladden op KunstRai. Hoe fun het wint van kwaliteit

De KunstRai 2014 ontkomt niet aan een Nederlands verschijnsel dat nevenverschijnselen de overhand nemen over hoofdzaken. Het hoort er blijkbaar bij. Vraag is of de KunstRai deze ontwikkeling volgt, er gelijke tred mee houdt of op vooruitloopt. Ik vrees het laatste. In een vlucht vooruit. Fun neemt het over van de kunst. Een sector die door z’n veren zakt wordt tegen beter weten in opgekrikt. Als vlugzout voor iemand die flauw dreigt te vallen. Hoewel het uit de reportage erger lijkt dan het is. Er zijn ook veel uitzonderingen die de regel bevestigen dat er integer gewerkt wordt in de galeriesector. Maar het zijn de uitzonderingen. Men moet oppassen niet mee te gaan in de mode om te zeggen dat het ’niks is’. Een oordeel moet wel onderbouwd zijn.

NRC besteedde aandacht aan de Nederlandse galeries: ‘Het gaat slecht met de verkopers van moderne kunst in Nederland. De afgelopen vier jaar nam het aantal galeries in naoorlogse kunst met 14 procent af. De werkgelegenheid in de sector kromp met 22 procent en de brancheomzet daalde met 27 procent.’

In een reactie op Trendbeheer zette ik half ernstig, half schertsend op ’n rijtje waarom het zo slecht gaat met Nederlandse galeries: ‘Te slechte witte wijn op openingen, slechte bedrijfsvoering van galeries, opdringerige galeristen die te gretig zijn en de bezoeker geen lucht laten, te weinig Nederlandse kunstbeurzen van niveau, te dure of te slecht bereikbare locaties, haperende relatie tussen kunstenaar en galerie met te weinig loyaliteit over en weer, beroerde begeleiding van kunstenaar en galerie van presentaties, aarzelende marketing door de NGA, te lange doorlooptijd voordat academiestudenten opgepakt worden, te weinig verzamelaars en kopers, te veel kunstenaars, musea die in hun aankoopbeleid steeds meer op safe spelen of te weinig budget hebben, een voorspelbare incrowd van saaie microkosmosjes van kunstenaars die vergeten zich te vernieuwen of misschien gewoon het onontkoombare feit dat voetbal leuker is voor meer mensen.

De NGA is de brancheorganisatie Nederlandse Galerie Associatie. Was het nou bewondering voor de galeries waarmee ik afgelopen woensdag over de superdrukke opening van de KunstRai liep? Zo druk overigens dat de bijzaak de hoofdzaak nog eens extra overschaduwde. Of afgrijzen over alle rotzooi? Ik zag vol verwondering de entourage van een WK-voetbal met een spel van amateurniveau. De vorm verdringt de inhoud. Zoals ook de video illustreert. Een indirect verwijt: waar zijn de meeste Nederlandse galeries in hemelsnaam mee bezig?

resizer.php

Foto: Eva Spierenburg, De waterrat, 2013. Te zien op de KunstRai 2014 bij Galerie Sanaa uit Utrecht.