Gedachten bij foto ‘Afluisteren. Een electrische “spion”. De plaat neemt de gesprekken op van de vrouw tijdens de afwezigheid van de wantrouwende echtgenoot.’

Afluisteren. Een electrische “spion”. De plaat neemt de gesprekken op van de vrouw tijdens de afwezigheid van de wantrouwende echtgenoot. 1932. Plaats onbekend‘, 1932 of eerder. Collectie: Spaarnestad Photo

Dat ziet eruit als een gezellig huiselijk tafereel. Vrouw met papegaai. Huisdieren ogen altijd liefelijk. Maar wat is dat ronde ding op de achtergrond? Een radio? Een lamp? Een geluidsinstallatie met microfoon die alles opvangt wat in de kamer wordt gezegd of gekraaid?

Soms lijken oude foto’s achterhaalde normen te verbeelden. Maar snappen we het goed? De titel luidt: ‘Afluisteren. Een electrische “spion”. De plaat neemt de gesprekken op van de vrouw tijdens de afwezigheid van de wantrouwende echtgenoot. 1932. Plaats onbekend.’ Is dit lachwekkend of benauwend?

Gebeurde dit werkelijk in 1932? Gaat de wantrouwende echtgenoot ’s avonds gesprekken van een hele dag van zijn vrouw afluisteren die blijkbaar continu in de kamer moet blijven en door de ‘electrische spion‘ zijn opgenomen? Hoe krijgt de echtgenoot afluisteren van het afluisteren praktisch voor elkaar?

Of moeten we de foto opvatten als parodie op afluisteren en controleren van (huis)vrouwen? Dan heeft het een andere betekenis dan het op het eerste gezicht leek.

Als de papegaai meepraat, dan kunnen we het volgende verwachten: ‘Lorre’ en ‘Koppie krauw’. Papegaaien kunnen tot 700 woorden leren, zodat het ook mogelijk is dat het tot een simpel tweegesprek tussen vrouw en pagegaai komt. Zou de echtgenoot daar geïnteresseerd in zijn? Ook nog eens als de papegaai elke dag hetzelfde zegt. Voor de vrouw is het evenmin een pretje.

De papegaai werkt trouwens verwarrend. Het dier is niet de ‘spion‘. Dat is de ‘electrische‘ installatie op de achtergrond. De papegaai kan wel als spion dienen als het woorden die door de vrouw gezegd zijn tegen de echtgenoot herhaalt. Een papegaai als luistervink. Afgezaagder kan het niet worden.

Zeer moderne kunst, bestaat dat?

Westerse schilderkunst : Moderne schilderkunst : Het doek “Koffiehuizen” van de schilder Jan Zrzavý (1890-1977) op een tentoonstelling van zeer moderne kunst in Berlijn. Duitsland, 1928. Collectie: Spaarnestad Photo.

In teksten kan het bijwoord ‘zeer’ pijn doen omdat het aantoonbaar overbodig is en lezing in de weg zit. Meestal kan het geschrapt worden zonder dat de betekenis van het gezegde verandert.

Hoe dat zit bij de toelichting van bovenstaande foto is niet duidelijk. Er wordt verwezen naar ‘een tentoonstelling van zeer moderne kunst in Berlijn‘. Wat moeten we in 1928 onder ‘zeer moderne kunst‘ verstaan?

Wat is in 1928 het verschil tussen ‘moderne‘ en ‘zeer moderne‘ kunst? Als de toevoeging ‘zeer’ gangbaar is, dan valt op als het ontbreekt en geeft dat een andere waarde aan moderne kunst die gewoontjes wordt bevonden. Is de toevoeging ‘zeer‘ een hypercorrectie van iemand die niet weet hoe moderne kunst moet worden beschreven?

Intrigerend is het om te spreken van ‘zeer moderne kunst‘. Iemand probeert door het bijwoord ‘zeer’ aan de kunst van de Tsjechische schilder Jan Zrzavý een waarde, een betekenis toe te voegen. Moet dat opgevat worden als experimenteel?

Anders lijkt onderstaande foto uit 1981 van Bohdan Holomíček van Anna Fárová en Dušan Šimánek. Wat is de grens aan de foto? Stelt de fotograaf dat bewust ter discussie? Neemt hij ons nou bij de hand of niet? Hoort de man die de trap afdaalt erbij of niet? Is zijn aanwezigheid toeval of in scène gezet? Daar moet de kijker naar gissen.

Is de overgang en vermenging van echt naar onecht niet eerder het echte ‘zeer‘ in de ‘moderne kunst‘ dan het meest experimentele in de gecanoniseerde kunstgeschiedenis? Waarbij na meer dan 40 jaar een ‘zeer modern‘ tafereel ook door de tijd achterhaald wordt.

Waren Ierse kermisbezoekers in 1925 echt verontwaardigd toen ze merkten dat het weesmeisje van de goocheltruc niet echt doorgezaagd werd?

Het bijschrift bij deze foto is opmerkelijk: ‘Goocheltrucs. “De truc van het doorgezaagde weesmeisje” in Waterford, Ierland 1925. Verontwaardigde kermisbezoekers die de befaamde goocheltruc kwamen zien en de tent afbraken, toen ze merkten dat de juffrouw niet echt doorgezaagd werd. Foto: De oplossing is dat de dame haar benen intrekt in het rechterdeel van de kist, en de assistent een paar namaak onderbenen daarvoor in de plaats legt.

De suggestie van de toelichting is dat Ierse kermisbezoekers in 1925 dachten en zelfs eisten dat het weesmeisje echt doorgezaagd werd. De arme juffrouw. Dat kan niet waar zijn. Zo bloederig kunnen Ierse kermisbezoekers niet zijn. Ze begrijpen best dat de voorraad aan weesmeisjes snel op is als de arme meisjes telkens echt doorgezaagd worden. Want dat overleven ze niet.

Overigens is niet ondubbelzinnig duidelijk dat de kermisbezoekers de tent afbraken vanwege de goocheltruc. Wellicht was er een andere reden. Zoals drank en de drang om eens lekker te knokken.

Het kan best zijn dat de Ierse kermisbezoekers verontwaardigd waren omdat ze vonden dat de truc niet goed uitgevoerd werd en ze te duidelijk zagen dat het nep was. Ze kregen geen waar voor hun geld. Wie een goocheltruc doorziet als nep voelt zich bekocht. Dat doorbreekt het raadsel en het mysterie van iets dat men niet begrijpt, en als toeschouwer ook liever niet echt wil begrijpen.

Complotten tegen Atatürk en spionnen. Nepnieuws van ‘Het Leven’ (1932)

Staatsinrichting Turkije. In 1932 worden in Turkije complotten gesmeed tegen de hervormingsideeën van Mustafa Kemal Pasja (Kemal Atatürk) [1881 – 1938]. Foto: De tuin van de moskee is nog de enige plaats waar de aanhangers van het oude regime hun overtuiging kunnen uitspreken. Maar ook hier zijn spionnen aanwezig… (zie heer geheel links)‘. Collectie: Photo collectie Het Leven (1906-1941).

Het is een merkwaardig bijschrift uit 1932 dat met zichzelf op de loop gaat. Er wordt beweerd dat tegenstanders van Kemal Atatürk alleen nog in de tuin van de moskee (‘nog de enige plaats‘ ) hun overtuiging kunnen uitspreken. Niet thuis? Niet tijdens een wandeling? Niet op het platteland?

Het wordt er nog gekker op als het bijschrijft er zelfs op terugkomt dat de tuin van de moskee nog de enige plek is waar tegenstanders van Atatürk zich vrij kunnen uitspreken. Want het gevaar loert ook daar: ‘Maar ook hier zijn spionnen aanwezig… (zie heer geheel links)‘.

Is deze gentleman een spion die zichtbaar de gesprekken afluistert van tegenstanders van Atatürk om ze vervolgens te verlinken? Of is dit klare fantasie van degene die dit bijschrift schreef? Wensdenken dat stemming maakt.

Een andere foto uit deze serie loogenstraft direct dit bijschrijft als het zegt: ‘Een geheim gesprek op een plein ergens in Turkije. Op de voorgrond een waterpijp‘. Dus de tuin van de moskee is niet de enige plek voor een geheim gesprek of het smeden van complotten tegen het beleid van Atatürk:

Staatsinrichting Turkije. In 1932 worden in Turkije complotten gesmeed tegen de hervormingsideeën van Mustafa Kemal Pasja (Kemal Atatürk) – 1881 – 1938. Foto: Een geheim gesprek op een plein ergens in Turkije. Op de voorgrond een waterpijp‘. Collectie: Photo collectie Het Leven (1906-1941).

Ook een andere foto maakt duidelijk dat de fantasie van de maker van het bijschrift voor publicatie in het geïllustreerde tijdschrift ‘Het Leven‘ niet in dienst staat van de beschrijving van de Turkse werkelijkheid van 1932, maar het te doen is om sensatie. De vraag is suggestief of de man die op het plein voor een moskee naar een andere man kijkt een spion is. Waar is dat op gebaseerd?

Staatsinrichting Turkije. In 1932 worden in Turkije complotten gesmeed tegen de hervormingsideeën van Mustafa Kemal Pasja (Kemal Atatürk) [1881 – 1938]. Foto: Een van de aanhangers van Kemal Atatürk op een plein voor een moskee. Is hij een spion?‘ Collectie: Photo collectie Het Leven (1906-1941).

De foto’s kloppen, maar in combinatie met de bijschriften is het nepnieuws. Die zijn vooringenomen en losgezongen van wat we zien. De bijschriften spreken elkaar ook nog eens tegen. Ze voeren spoken op. Dit is nepnieuws uit 1932 dat blijkbaar stemming maakt tegen de hervormingen van de Turkse regering van Kemal Atatürk. Of dat uit politieke overtuiging is of uit sensatiezucht van toen is voer voor media-historici. Clickbait bestond ook al in 1932.

Gedachten bij foto uit serie ‘Excessen bij het plaatsbespreken, proviandering, aflossen, lange rijen genre, gevechten’, omstreeks 1965

Excessen bij het plaatsbespreken, proviandering, aflossen, lange rijen genre, gevechten‘. Fotocollectie Nationaal Archief.

Het is de beschrijving bij deze foto uit de Fotocollectie Spaarnestad die interessant en raadselachtig is en ruimte geeft aan bedenkingen en vergezichten.

De foto is onderdeel van een Reportage/ Serie die wordt genoemd: ‘Excessen bij het plaatsbespreken, proviandering, aflossen, lange rijen genre, gevechten.’ De Beschrijving luidt: ‘sociaal leven, groepen, standen, leven van de mens, massa, publiek‘ en de Trefwoorden zijn: ‘groepen, leven van de mens, massa, publiek, standen, sociaal leven‘. Fotograaf, jaartal en locatie zijn onbekend.

We weten nog steeds niet naar wat we precies kijken. Het lijkt Nederland of een aangrenzend land in het midden van de jaren 1960. Gaat het om een tentoonstelling of open dag van een archeologisch museum of een museum voor oudheden?

Het gaat er allemaal tamelijk ordentelijk aan toe. Tot excessen en gevechten lijkt dit publiek niet te verleiden. Men staat rustig in de rij. Dat roept de vraag op of de beschrijving van deze foto wel klopt. Deze foto toont het tegendeel van excessen en gevechten.

Twee andere foto’s die ook tot deze serie behoren tonen de jeugdcultuur van die tijd in Engeland: jongeren in de rij voor een concert en Beatles-fans die overnachten om als eersten een kaartje te kunnen bemachtigen. Maar ook op die foto’s zijn geen excessen en gevechten te zien.

We kunnen niet meer met de bril van die tijd, zeg 1965 naar deze taferelen kijken. Wat toen blijkbaar door een krantenredactie buitensporig werd gevonden is het niet meer omdat het door de tijd is achterhaald. De beschrijving van deze foto die blijkbaar als ‘brave’ variant moest dienen als tegenwicht voor de ‘wilde’, toen opkomende jongerencultuur detoneert dubbel met hoe we nu kijken en situaties inschatten.