Militairen beschermen kunst en cultuur: Niek Verschoor

Naamloos

Toen ik gisterenochtend langs de Cruise Terminal in Rotterdam liep stond daar een oplegger van het Nederlandse leger. Geladen met een compact gedrongen voertuig. Militairen waren juist bezig dit Viking pantservoertuig van de oplegger te rijden en het op de stoep te posteren. Naast het zilverkleurig object Utofolly van Filip Jonker. En recht voor de ingang van RAW Art Fair. Nog open tot en met zondag 9 februari. Een comfortabele kunstbeurs met daglicht en warmte in een prachtige ruimte. Ik begreep niet wat ik zag.

Mariniers met hun pantservoertuig bleken onderdeel te zijn van een project van een dag Operatie Raw Shield van Niek Verschoor. Onder de titel ‘Mariniers bewaken kunst‘ vond de rijksoverheid het opzienbarend genoeg voor een persbericht. Fijn voor Defensie om ook eens ‘anders’ in het nieuws te komen. En met de kunstsector in contact te treden die doorgaans niet wegloopt met militairen. Marte Röling met een Starfighter in haar tuin blijft de uitzondering. Het uitgangspunt dat militairen kunst en cultuur bewaken is zinvol. Hoewel het in de praktijk van gisteren aantoonbare onzin was: ‘Zowel binnen als buiten liepen de mariniers patrouilles‘. Dat doet het beveiligingspersoneel professioneler. De uitleg dat de mariniers op RAW trainen in het bewaken van kunst en cultuur is over the top en kan tot de opvatting leiden dat Defensie zich als camp laat inlijven.

De inzet van de militairen kan ruimer opgevat worden. Dan verstomt de kritiek van de kunstbeursbezoekers met een pacifistisch hart. Het is interessant dat Defensie Niek Verschoor het groene licht gaf en zegt op te komen voor kunst en cultuur. De paradox is dat het ‘harde’ Defensie kunst en cultuur verdedigt, terwijl het ‘zachte’ Onderwijs, Cultuur en Wetenschap met kunst als kernactiviteit die kunst telkens niet ondubbelzinnig steunt. Leidt dat er straks toe dat onze mariniers de kunst een helpende hand toesteken als de kunstminister weer eens een stekker uit de kunst trekt? Bezoekers van RAW kunnen zich tevreden stellen met de gedachte dat de militairen de kunst en cultuur goed beschermen als het aangevallen wordt door het kabinet-Rutte.

viking-in-tsjaad

Foto 1: Niek Verschoor: Operatie Raw Shield, 6 februari 2014 in Rotterdam.

Foto 2: Viking pantersvoertuig (BvS 10) in Tsjaad.

Nederland en Brabant doen zichzelf tekort door kunstbezuinigingen

De directeur van de Fontys Hogeschool voor de Kunsten in Tilburg Rien van der Vleuten pleit ervoor de kunsten niet in de steek te laten. Dan doelt-ie voornamelijk op Brabant. In een toespraak luidt hij de noodklok. Z’n betoog valt in twee delen uiteen: een algemeen-politiek, en een regionaal-infrastructureel deel.

Van der Vleuten meent dat niemand aansprakelijk kan worden gehouden voor de bovenmatige bezuinigingen op de kunsten: ‘Kunsten in Nederland zijn met de komst van de laatste regering in de hoek van linkse hobby gezet. Het navrante is dat bij de uitvoering van beleid met die opvatting, de regering die het heeft bedacht al is opgeheven.’ Toch sluit staatssecretaris Zijlstra in een Algemeen Overleg van 21 juni 2012 op vragen van de SP’er Jasper van Dijk niet uit dat na de kamerverkiezingen van 12 september tijdens de cultuurbegroting in november 2012 additionele maatregelen mogelijk zijn. Hoewel dat ook verder bezuinigen kan betekenen.

Van der Vleuten gaat voorbij aan de mogelijkheid om de bezuinigingen van 200 miljoen euro terug te draaien. Theoretisch bestaat daartoe ook nu nog nog steeds de mogelijkheid. Jammer dat Van der Vleuten dit perspectief niet uitwerkt omdat het de tegenkrachten die hij wil motiveren een focus zou geven. De tragiek is dat Van der Vleuten vanuit politiek realisme gelijk heeft, want ook van de progressieve partijen wordt niet aangenomen dat ze de bezuinigingen terugdraaien als ze daartoe de kans zouden krijgen. Maar de inzet van de PvdA om de bezuinigingen van 200 miljoen te verminderen tot 50 miljoen euro maakt wel een verschil.

Hij treft doel met zijn observatie dat kunst in Nederland niet begrepen wordt: ‘Immers in de politiek, en dus in bredere lagen van de bevolking wordt Kunst helemaal niet gezien als dienstig; als functioneel, laat staan als noodzakelijk. Meer en meer omgekeerd: Kunst is overbodig, disfunctioneel en bestaat of ontstaat bij vragers; opmakers.‘ Dat misverstand zou rechtgezet kunnen worden als de volksvertegenwoordigers weer dragers van cultuur werden. Als ze zich sterk maakten om de rol van cultuur in de samenleving te benadrukken. Dat besef ontbreekt echter bij het Nederlandse establishment. Zodat de kunstsector rugdekking mist en verloren is.

De bezuinigingen van 40% op de cultuurbegroting treffen volgens Van der Vleuten de Brabantse instellingen extra hard. Zo krijgt Brabant uit de Basisinfrastructuur niet langer 11,4 maar slechts 2 miljoen euro. Exclusief een Brabants-Limburgs Orkest voor Zuid-Nederland dat in een vervolgadvies van de Raad voor Cultuur 7 miljoen euro krijgt. Hij bespeurt een onevenredig zware aanslag op de regio en dan met name Brabant.

Van der Vleuten is helemaal bij een tijd door kunst met economie te verbinden. Waarmee-ie zijn standpunt over de zin van kunst relativeert. Die vermomming hoort erbij omdat in Nederland politieke uitspraken over kunst altijd ondersteuning van elders moeten krijgen om aan geloofwaardigheid te winnen. Het vertroebelt wel het debat over wat de zin en de kern van kunst is. Zodat dat uiteindelijk tot niemand meer doordringt. Maar in dit politieke klimaat van onwelwillendheid of apathie jegens de kunst is dat het hoogst haalbare.

Brabant kent volgens Van der Vleuten een rijke culturele infrastructuur met veel talent. Hij ziet juist in de combinatie van kunstopleiding, instellingen, publiek en festivals de bijzondere kracht van de Brabantse cultuur. Dat wordt nu afgebroken, zodat de afbraak van de kunstsector meer treft dan de gekorte instelling alleen. Straks vallen de talenten tussen wal en schip omdat de kritische massa in Brabant ontbreekt.

Exemplarisch is het in Den Bosch gevestigde Europees Keramisch Werkcentrum EKWC dat internationaal, nationaal en regionaal operereert. Het is uit de culturele basisinfrastructuur gegooid en moet op korte termijn het volledige administratieve personeel en de helft van de begeleiders in de werkplaats op straat zetten om te overleven op een karige subsidie van het Mondriaan Fonds. Het EKWC maakt deel uit van de samenwerkende Brabantse instellingen C10. Een topinstituut op wereldniveau met expertise op het gebied van keramiek en met deelnemers uit alle continenten wordt in de steek gelaten. Door overheden, bedrijfsleven en publiek. Alsof Epke Zonderland en Ranomi Kromowidjojo bij het oud vuil worden gezet. Was kunst maar sport. Dan begrepen publiek en politiek beter het belang van kunst. Aan de uitleg van Rien van der Vleuten ligt het niet.

Foto: Filip Jonker, Auto met carrosserie van keramiek die ontwikkeld en gestookt werd bij het EKWC in Den Bosch, 2012 (te zien op Lowlands 2012: klik op kunst en b’Lowlands).