
Foto’s zijn het bewijs. De zelfbevredigende voetafdruk of bandafdruk van het bestaan. Bovenstaande foto is aandoenlijk door de combinatie van oprechtheid en publieke intimiteit. Rechts staat de Nederlandse wereldreiziger Dirk van Dam in Volendamse klederdracht. Links zit een lange Oostenrijkse of Duitse collega reiziger in Tracht met Lederhosen. In het midden hangt de Iraakse fotograaf A. Kerim die een succesvolle fotostudio leidde in Basra, Bagdad en later Hinaidi (zie p. 20) tussen beide mannen in. Het is 1926. Kerim legt zijn linkerhand beschermend tegen Van Dams hoofd. Het is een staalkaart van weemoed, kameraadschap en onvervuld verlangen.
Iedereen komt wel eens iemand tegen die zegt een lange fietstocht te maken of zelfs de wereld rond te fietsen. Ooit zei een man op een volgeladen fiets op het fietspad bij een stoplicht tegen me dat hij onderweg was naar Barcelona. Ik was stomverbaasd en wist niet of ik het moest geloven. Hoe kon ik weten of het grootspraak was of niet? Dirk van Dam was een echte wereldreiziger, hoewel de hele wereld ook voor hem wel iets te veel was om rond te reizen.

Opvallend is dat bovenstaande gedenkkaart van Dirk van Dam uit Utrecht die in 1924 in Volendamse klederdracht een wereldreis begon in de collectie van NOC*NSF is opgenomen. Het vroegere wereldreizen per fiets is in de hoek van de sport terechtgekomen. De beschrijving bij de gedenkkaart zegt over Van Dam: ‘Uit een ingeplakt krantenartikel blijkt dat ie in Karachi door een kapitein van een schip naar Bombay is gevaren en dat z’n fiets al in Syrië was gestolen. Gezwollen voeten van het vele lopen zullen zijn gezondheid zeker geschaad hebben. Een week nadat hij in Poona (India) was aangekomen op 29 juli 1926 werd hij daar vier maanden in het ziekenhuis opgenomen‘. Van Dam was dus naast fietser noodgedwongen ook een langeafstandsloper. Zijn pad ging niet over rozen.
Tegenwoordig verschijnt in elk huis-aan-huisblad om de zoveel tijd een artikel waarin gewag wordt gemaakt van ‘onze plaatsgenoot’ (doorgaans een man) die op de fiets Irak, Pakistan of Indonesië heeft gehaald. Soms is het voor een goed doel om geld op te halen, soms om een herstart in het leven te maken door een sabbatical jaar te vullen met nieuwe indrukken en een nieuwe zingeving, soms is het vanuit idealisme om te verbinden en de wereldvrede dichterbij te brengen. Hoe dan ook is het een groots gebaar. Vroeger was de daarbij passende voertaal vaak Esperanto, nu is het Engels.

Het wordt er idyllisch op als uit de foto’s blijkt dat de toenmalige wereldreizigers zich tooiden in de nationale klederdracht van hun land. Of liever gezegd in de dracht die internationaal het best herkend werd. Niks geen sportkleding. Dat was slimme marketing in de tijd dat kleding nog iets vertelde over de achtergrond van de drager ervan. Wereldreizen per fiets is een merkwaardige tak van sport. Welbeschouwd is het een discipline die te breed is om in een hokje te plaatsen. Van Dam maakte zelfs een wereldreis per fiets zonder fiets. Dat is waarachtig gedenkwaardig te noemen.
