Bezuinigen moet. Ook in de kunst. Dat betwijfelen weinigen. Jammer is alleen dat de politiek met misnoegen over kunst praat. Alsof niet de bankiers, maar de kunstenaars de crisis hebben helpen veroorzaken. Maar kunstenaars worden extra gekort en bankiers gaan door met potverteren van overheidssubsidies op kosten van de gemeenschap. Cultureel ondernemer Ernst Veen merkt op dat de toon waarop met name door de rechtse politiek in Den Haag over kunstenaars wordt gesproken een schande is. De VVD en in haar spoor de PVV zijn verantwoordelijk voor deze afleiding waarin kunst en kunstenaars als zetstuk voor het onrecht van de financiële crisis worden geschoven. Burgers zien dit niet en volgen in hun onbegrip voor kunst de misleiding.
Uiteindelijk zal de neerbuigendheid van de politiek jegens de kunst zich tegen de politiek keren. Zelfs burgers beseffen maar al te goed wat waardevol is. Zeker is dat politici als uiterste vorm van opportunisme in hun onbetrouwbaarheid als het tegenovergestelde van authentiek worden beschouwd. De finale kwijting wacht. Voor de tussentijd wacht de vraag of de cultuurbezuinigingen eerlijk verdeeld zijn binnen de sector. Lezing van een stukje van Simon Jenkins in de Evening Standard zet aan het denken over de verdeling in Nederland tussen de reguliere cultuurbegroting en de extra potjes die relatief goed gevuld worden. Hoe eerlijk is dat?
Jenkens mijmert over het welwarende Londen dat zojuist de Olympische Spelen achter de rug heeft. Er was een culturele Olympiade en festival aan gekoppeld waar 97 miljoen pond aan werd besteed, zo’n 120 miljoen euro. De controle op de besteding blijft volgens Jenkins duister. In een stad die grotendeels was ontdaan van toeristen claimen de organisatoren meer dan 19 miljoen bezoekers voor hun culturele evenementen. Volgens The Art Newspaper, aldus Jenkins zijn deze getallen verzonnen om het hoge budget te verantwoorden.
Dezelfde schijnbewegingen als in Londen zijn waar te nemen in ons land rond de promotie van de Culturele Hoofdstad 2018. Op plekken waar project – en evenementenbureau’s hun stempel op de cultuur zetten gaat dit ten koste van het reguliere budget. Huub Mous memoreert dat voor het bidbook van Leeuwarden alleen al 850.000 euro is uitgetrokken. Aan drukwerk, vergaderruimtes, hapjes, drankjes, reiskosten, adviseurs en alles meer. En zegt Mous: ‘Het wordt steeds duidelijker dat het vorig jaar een zootje is geweest bij CH 2018, niet alleen organisatorisch, maar ook financieel.’ Zo wordt elke Culturele Hoofdstad een klap voor Cultuur.
Ook in Eindhoven, Den Haag, Maastricht en Utrecht wordt apart het wiel uitgevonden. In tijden van schaarste is het pervers dat een sector die toch al zo onder druk staat door de schoffering van de rechtse politiek extra wordt gekort vanwege dat idee van Culturele Hoofdstad. Dat zo een excuus wordt om aparte potjes te vullen en aan de reguliere cultuurbegroting te onttrekken. Bijdragen van sponsors en stadspromotie compenseren dat niet. Waarom regering en parlement niet gewoon een ranglijst van steden opstellen en daar het geld concentreren is een raadsel. Zoals de voorbeelden van de Londense Olympiade en Leeuwarden leren komt een normale verantwoording van uitgaven er nooit. Cultureel hobbyisme van bestuurders is een dure hobby.
Foto: Promotie 2018 Eindhoven Culturele Hoofdstad