Bladna.nl gebruikt een vermoeden over naamsverandering van Irina Shayk om te spreken over ‘de heersende islamhaat in de wereld’

Bladna.nl is een online uitgave van het bedrijf Websil dat in het Marokkaanse Rabat is gevestigd. Bladna.nl is de Nederlandstalige versie van het Franstalige Bladi.net dat zich afficheert als ‘de eerste virtuele gemeenschap in Marokko’. Hoofdredacteur van Bladna.nl is Saïd Amraoui. Het afficheert zich op haar beurt als ‘belangrijkste nieuwswebsite voor Marokkanen in Nederland en België’. Er is nauwelijks nieuws over die landen op te vinden.

Amraoui is ook verbonden aan Hadjinfo. Dat is een informatieplatform voor de moslimgemeenschap in Nederland en België dat de pelgrimstocht naar Mekka omvat. Het heeft een islamitisch karakter en werkt samen met de Saoedische overheid, maar ook met reisbureaus. Hadjinfo is een project van Atlasbridges.nl dat zegt als missie te hebben ’te zoeken naar Marokkaanse en Arabische islamitische karakteristieken’.

Door de persoon Saïd Amraoui zijn dus Bladna.nl, Hadjinfo en Atlasbridges.nl verbonden. Op deze organisatie lijkt het uitgangspunt van de door beschuldigingen van seksueel overschrijdend gedrag van zijn voetstuk gevallen islamitische denker Tariq Ramadan van toepassing. Namelijk dat hij de moderniteit naar de islam brengt, maar niet de islam naar de moderniteit. Hij was tot zijn ontslag in 2009 verbonden aan de Erasmus Universiteit als gasthoogleraar en bij de gemeente Rotterdam als ‘bruggenbouwer’. Het is vergelijkbaar met de EO dat zich aansluit bij de tekenen van de tijd, maar tegelijk doelbewust de identiteit van een eigen religieuze zuil nastreeft. Ofwel, het moderniseert de vorm, maar niet de inhoud van waaruit het zich blijft voeden.

Het kan dat Atlasbridges welgemeend probeert ‘interactie tussen allochtonen en autochtonen te vergroten om wederzijdse interesse en begrip te stimuleren en zo structurele veranderingen aan te brengen daar waar het noodzakelijk blijkt te zijn’. Maar dit geeft ook gelijk de beperkingen aan van deze visie. Want het ter discussie stellen van de islamitische dogmatiek zal nooit noodzakelijk worden geacht. Deze islamitische organisaties in een modern jasje proberen de moslims in Nederland en België op een indirecte manier vast te houden. Men kan zich afvragen of partners van Hadjinfo, zoals de Rijksuniversiteit Groningen en het Tropenmuseum (NMVW) dit beseffen en waarom ze hieraan nog steeds denken mee te moeten werken. In een eerste fase van emancipatie kan dit een streven zijn dat steun verdient, maar na verloop wordt het een gevangenis die moslims opsluit in een eigen reservaat binnen de open, pluriforme samenlevingen van België en Nederland.

Hoe de islamiserende apartheid werkt bij Bladna.nl maakt een artikel van 4 augustus 2020 over het van oorsprong Russische model Irina Shayk (artiestennaam) duidelijk. Zij heet voluit Irina Shaykholislamova.

Het oorspronkelijke artikel van 3 augustus 2020 van Bladi.net over Irina Shayk bevat de volgende passage:

Terwijl Bladna.nl praat over ‘de heersende islamhaat in de wereld’ heeft Bladi.net waarop Bladna.nl zich baseert het over ‘een “wereldwijde oorlog tegen het terrorisme”, waarbij sommige mensen in anti-moslim paranoia leefden.’ Bladna.nl baseert de uitspraak van ‘heersende islamhaat in de wereld’ niet op het artikel van Bladi.net dat genuanceerder is en de belangrijke beperking geeft dat ‘sommige mensen’ in anti-islam paranoia leefden. Het gebrek aan nuancering van Bladna.nl wordt er nog vreemder op als we kijken naar het artikel in Le Monde waar Bladna.nl naar verwijst en dat blijkbaar de primaire bron is voor de berichtgeving van de artikelen in Bladna.nl en Bladi.net. De koppen van beide Marokkaanse media benadrukken dat Shayk werd gedwongen de islam uit haar naam te verwijderen, terwijl Le Monde het er in de kop bij laat wat de ‘echte naam’ van Shayk betekent. Het wordt er trouwens nog gecompliceerder op omdat Irina Shayk slechts een vermoeden en geen bewijs heeft dat haar volledige naam de reden voor de geweigerde toelating in de VS was.

In vertaling zegt Le Monde: ‘Ze probeerde een jaar lang tevergeefs een visum voor de Verenigde Staten te krijgen, maar realiseerde zich dat haar achternaam, “Leider van de  Islam”, de oorzaak was. Dit is de tijd van de “wereldwijde oorlog tegen het terrorisme”, die vaak overgaat in antimoslim paranoia’. De versie van Bladi.net komt overeen met die van Le Monde, waarbij eerstgenoemde het specifieker maakt door het te hebben over ‘sommige mensen’ terwijl Le Monde het algemeen houdt. Hoe dan ook wijkt de versie van Bladna.nl op het aspect van de reden voor Irina Shayks weigering om in de VS toegelaten te worden af van de versies van Bladi.net en Le Monde. Bladna.nl introduceert zonder dat daarvoor in beide artikelen een reden te vinden is de veroordelende en niet onderbouwde uitspraak over ‘de heersende islamhaat in de wereld’.

Daarnaast is het al een eeuw normaal dat publieke figuren die in de VS een carrière in de kunsten of de amusementsindustrie nastreven hun naam aanpassen. Zoals Irina Shayk deed. Het geldt overigens ook niet-publieke individuen. Dat kan door de naam te veramerikaniseren, te versimpelen of op te poetsen zodat die aansprekender, herkenbaarder en beter uitspreekbaar wordt. Dat betreft immigranten en leden van etnische minderheden die in de VS zijn geboren. De onlangs overleden acteur Kirk Douglas heette oorspronkelijk Issur Danielovitch Demsky, jazzsaxofonist Stan Getz werd geboren als Stanley Gayetsky en de Egyptische acteur Omar Shariff als Michel Demitri Shalhoub. Uitzonderlijk is de naamaanpassing van Irina Shaykholislamova niet.

Foto’s 1 en 4: Schermafbeelding van delen artikelLa top-model russe Irina Shayk, de son vrai nom « Chef de l’Islam »’ van 2 augustus 2020 op Le Monde:

Foto 2: Schermafbeelding van deel artikelIrina Shayk gedwongen Islam uit naam te halen’ van 4 augustus 2020 op Bladna.nl.

Foto 3: Schermafbeelding van deel artikel ‘Irina Shayk contrainte d’effacer l’islam de son vrai nom’ van 3 augustus 2020 op Bladi.net.

Petitie ‘Rustruimte op de Artesis Plantijn Hogeschool’ vraagt om gebedsruimte. Uiting van truttigheid, verwendheid en behoudzucht

AP

Hedendaags subgenre van de petitie is het verzoek om een gebedsruimte op hogescholen of universiteiten. Zoals hier in Den Haag of hier in Rotterdam. Nu is er de petitieRustruimte op de Artesis Plantijn Hogeschool’ op de locatie Campus Spoor Noord te Antwerpen. Dat het hier om een verzoek van islamitische studenten gaat wordt niet met zoveel woorden gezegd, maar valt af te leiden uit de steunbetuiging met vele handtekeningen met Arabische namen. Samia Kasmi is de initiatiefnemer. Opnieuw is het opvallend dat de petitie zo omfloerst en omhullend is. Ook dat past bij dit subgenre. Initiatiefnemers zijn heimelijk over hun beweegreden.

De petitie is tegenstrijdig. Enerzijds wordt gezegd dat de ‘gebouwen zijn voorzien van alle moderne studentenfaciliteiten: een aantrekkelijk en moderne studentenrestaurant, een uitgebreide bibliotheek’, maar anderzijds wordt gevraagd om een rustruimte, ofwel ‘een ruimte waar elk individu terecht kan om tot rust te komen’. Ondanks het aantrekkelijke studentenrestaurant en de uitgebreide bibliotheek wordt gesuggereerd dat zo’n ruimte ontbreekt. De toelichting van de hogeschool gaat verder: ‘In beide gebouwen vormen een groene patio en binnentuin de centrale ruimtes die dienen als ontmoetingsplek voor studenten.’ De directe omgeving van de hogeschool is in de beschrijving van de Cargo Zomerbar ‘Een groene oase in de stad’.

In de petitie wordt de rustruimte omschreven als een ruimte ‘Van yoga, bidden, een boek lezen tot rusten, ontstressen of gewoon genieten van de stilte’. In de uitgebreide bibliotheek kunnen blijkbaar geen boeken gelezen worden. Zoals te verwachten valt bij dit subgenre komt de aap uit de mouw door dat ‘bidden’. Dat is de kern waar de petitie om draait, maar die niet te prominent genoemd wordt. Al het andere dient als omhulsel om hieraan dekking te geven. Daarom ook de ongelijkheid en de ongerijmdheid  in de opsomming. Wie haalt het in het hoofd om te veronderstellen dat studenten naar school gaan om te rusten? En dat nog naast het feit dat er binnen en in de directe omgeving van de school al zulke faciliteiten aanwezig zijn.

De petitie krijgt een extra onbegrijpelijke laag als de ‘pluralistische visie’ van ‘onze Hogeschool‘ wordt bekritiseerd. Het is een verwijzing naar de missie van de hogeschool die door een fusie is gevormd: ‘Het doel van de hogescholen is hoger onderwijs verstrekken in een pluralistisch perspectief, gericht op een actieve erkenning en waardering van de verschillende ideologische, filosofische en godsdienstige strekkingen, en met de bestuurlijke autonomie als grondslag.’ Uit de petitie kan niet anders dan afgeleid worden dat door het willen veranderen van de ‘pluralistische visie’ die visie wordt verworpen. Door wat dat pluralistisch perspectief met erkenning en waardering voor verschillende ‘strekkingen‘ dan vervangen moet worden blijft de vraag.

In deze vestiging van de AP-Hogeschool zijn voldoende gemeenschappelijke ruimten en ontmoetingsplekken om tot rust te komen en te ontspannen. Het is geen functie van een school om te voorzien in religieuze ruimten. Of die nou rustruimte, stilteruimte of gebedsruimte worden genoemd. Bijkomend probleem is dat de vele functies in zo’n rustruimte lastig zijn te combineren en nieuwe problemen oproepen. Want wie beslist welke groep op welk tijdstip de rustruimte mag gebruiken? Niets let de studenten om buiten collegetijd te bidden of tot rust te komen. De Hogeschool biedt daarvoor vele speciaal op studenten gerichte voorzieningen.

Het subgenre van de petitie tekent de truttigheid, verwendheid en behoudzucht van een generatie studenten die haaks staat op academische ruimdenkendheid. Ieder heeft recht op eigen religiositeit, maar het is niet de academische instelling die daarin moet voorzien. Studenten dienen hun eigen verantwoordelijkheid te nemen.

Foto: Schermafbeelding van petitieRustruimte op de Artesis Plantijn Hogeschool’ op petities24.com.

Rotterdamse raad stemt in met Collectiegebouw in Museumpark

De Rotterdamse gemeenteraad stemde afgelopen donderdagavond in meerderheid (33 van de 45 raadsleden) in met de herziene voorstellen over het Collectiegebouw. De financiering is geprivatiseerd. De Stichting De Verre Bergen is gelieerd aan HAL Investments, een investeringsmaatschappij van de Rotterdamse familie Van der Vorm. Zie ook hier. Wethouder Adriaan Visser (D66) die vanwege persoonlijke omstandigheden eerder dit jaar afstand nam van de portefeuille cultuur bleek tot op het eind een steunpilaar voor de plannen.

De bouw kan nog vertraging oplopen als het Erasmus MC bezwaar aantekent. Zo komt een lastig dossier met vele soorten tegenstand in rustiger vaarwater. Die tegenstand varieerde van musea die concurrentie vreesden, tot de adviserende Kunstraad (RRKC) die op de stoel van de politiek ging zitten, omwonenden die zich zorgen zeiden te maken om hun leefomgeving, landschapsarchitecten en milieu-activisten die de aantasting van het Museumpark vreesden, calculerende raadsleden die het risico wilden uitsluiten dat de gemeente met een strop werd opgescheept en allerlei opinieleiders die graag hun zegje wilden doen om in de stad gehoord te worden.

Het is goed dat het Collectiegebouw er komt. Want in de museumsector die snel internationaliseert is stilstand achteruitgang. Een groot museum met een grote collectie en grote ambities als Boijmans van Beuningen moet in beweging blijven om relevant te zijn. Nederlanders zijn dol op hun musea zoals stijgende bezoekcijfers uitwijzen. Dat botst op pleidooien voor kleinschaligheid. Opvallend is dat de tegenstanders nauwelijks de achtergrond van HAL Investments en de familie Van der Vorm in hun kritiek hebben betrokken. Dat tekent het opportunisme aan beide kanten en de vermenging van publiek en privaat geld dat blijkbaar onmisbaar is om grote projecten te realiseren. De terugtredende overheid en haar vertegenwoordigers hebben het nakijken.

Verbiedt religieuze organisaties de toegang tot opvangcentra

lr

Leefbaar Rotterdam stelt raadsvragen naar aanleiding van een artikel in het RD over de noodopvang voor asielzoekers. ‘Woedt er een geestelijke strijd in de Nederlandse opvangcentra?’ vraagt het dagblad zich af. Waar vroeger christelijke organisaties het alleenrecht hadden op de zorg voor vluchtelingen zijn er nu ook islamitische instellingen die het initiatief nemen. Maar volgens het RD stellen ze ontoelaatbare voorwaarden aan hun hulp, zoals het verplicht meedoen van niet-moslims aan islamitische feesten of het dragen van een hoofddoek voor vrouwen. Christelijke organisaties zouden weer bijbels uitdelen onder asielzoekers.

Willem van der Deijl, medewerker bij stichting Evangelie & Moslims hoopt niet dat er een ‘competitieve sfeer tussen christenen en moslims‘ ontstaat als het om vluchtelingen gaat: ‘Christenen moeten oog hebben voor de kwetsbare positie van vluchtelingen en daar geen misbruik van maken. Maar tegelijk kunnen we de rijkdom van het Evangelie delen’ Die competitie tussen de islam en het christendom is in de praktijk echter al aangetoond. Logisch omdat religieuze organisaties elkaar concurrenten zijn en ook in hun goede werken altijd als bijbedoeling het winnen van zieltjes hebben. De geestelijke strijd om asielzoekers is ontoelaatbaar.

De remedie is simpel. Op voorschrift van de landelijke overheid moeten lokale overheden erop toezien dat alle religieuze en niet-religieuze instellingen de toegang tot de opvangcentra ontzegd wordt. Mensen in een kwetsbare positie als asielzoekers moeten geen focus worden van een richtingenstrijd tussen concurrerende religieuze organisaties. Het COA en de gemeenten moeten er strikt op toezien dat religieuze organisaties geen toegang tot de opvangcentra krijgen. Ze hebben er niets te zoeken. Daarbij komt dat concurrentiestrijd tussen islamitische en christelijke organisaties de asielzoekers in het frame van religie trekt, terwijl ze de vrije keuze moeten hebben voor geen enkele religie te kiezen. De overheid moet zelf zorg bieden die neutraal is en asielzoekers geen onderdeel maakt van een religieuze richtingenstrijd en ze overlevert aan kerk of moskee.

Foto: Schermafbeelding van deel raadsvragenChristenen doodsbang in opvang Erasmus Universiteit’ van Leefbaar Rotterdam.

Kunstmusea en hun reputatie: Kunsthal versus Boijmans?

Museumpark.-Rotterdam.-OMA-Rem-Koolhaas-Kunsthal-1985-1993-E.L.J.M.-van-Egeraat-Natuurmuseum-1992-1995-P.-de-Ruiter-Parkeergarage-2006-201001

Nederlandse kunstmusea hebben een betere reputatie dan Nederlandse bedrijven, zo blijkt uit uit een online onderzoek door het Reputation Institute in samenwerking met de Rotterdam School of Management, Erasmus University. Het persbericht stipt aan hoe ondernemingen kunnen leren van de goede reputatie van musea: ‘Het zorgen voor aantrekkelijke presentaties en een sterke zichtbaarheid, gezien worden als een betrouwbare en verantwoordelijke organisatie en beschouwd worden als openstaand voor zowel het grote publiek als voor gespecialiseerde klanten, zijn zaken die ook een bedrijfsreputatie goed zullen doen.’ Dit verduidelijkt waarom het voor bedrijven verstandig is zich in de fondsenwerving en publiciteit te associeren met kunstmusea, zoals onderzoeker Cees van Riel concludeert: ‘hun uitstekende resultaten maken Nederlandse musea bij uitstek geschikt voor het promoten van bedrijven, omdat hun goede reputatie dan afstraalt op de ondernemingen.’

Wat Nederlandse kunstmusea niet moeten doen gebeurde het afgelopen jaar in Rotterdam. Namelijk het in de openbaarheid met elkaar in de clinch gaan omdat dat schaadt waar kunstmusea het van moeten hebben: hun reputatie. Het is een verhaal in een verhaal, en heeft te maken met de reactie van de culturele instellingen in het Rotterdamse museumpark op de plannen over het Collectiegebouw van Museum Boijmans van Beuningen. Directeur Emily Ansenk van de Kunsthal is in een zienswijze voor de gemeenteraad tegen het Collectiegebouw omdat ze concurrentie vreest: ‘Zoals de plannen nu zijn gepresenteerd zal het Collectiegebouw geen katalyserende functie krijgen, maar uiteindelijk de doodsteek voor de Kunsthal betekenen.’

Intussen bleek op 17 juni 2015 uit een verklaring van wethouder Adriaan Visser in de openbare vergadering van de Commissie Bouwen, Wonen en Buitenruimte dat er achter de schermen aan toenadering wordt gewerkt door de Kunsthal en Boijmans. Twee leden van elke Raad van Toezicht zouden elkaar treffen om het geschil uit te praten. Vanuit de raad hamerde in genoemde vergadering vooral Danielle Knieriem van coalitiepartij CDA erop dat de Rotterdamse culturele instellingen niet tegen elkaar, maar met elkaar moeten werken. Een verstandig advies, want hun reputatie is hun bedrijfskapitaal waardoor ze voor ondernemingen aantrekkelijk zijn. Verschil van mening kan bestaan, maar het is verstandiger als de directeuren van de musea aan het Museumpark hun geschillen binnenskamers uitpraten. Zonder hun reputatie op het spel te zetten.

Foto: Museumpark, Rotterdam.

Korten op kunst presenteert VVD als beschaving. Is dat verdorven?

NL1012_0

Een inleiding over Cultureel ondernemerschap en beschaving kondigt een symposium aan op Erasmus Academie op 8, 9 en 10 september. Met medewerking van Arjo Klamer en Slawek Magala. Niet als eerste merkt de inleider op dat de VVD victorie kraait over de cultuurbezuinigingen en meent dat op de markt het cultureel ondernemerschap kan bloeien. Waar dat optimisme op is gebaseerd maakt de VVD niet concreet. Op een haperende economie? Op teruglopende sponsoring door bedrijven of op liberaal wensdenken? Naar verwachting zullen naast de landelijke bezuinigingen en een ingekrompen basisinfrastructuur de lagere overheden in vergelijking met 2011 zo’n half miljard euro op kunst bezuinigen. Volop ontwikkelingen waarop overheden en zogenaamde cultuurondernemers moeten inspelen wil de cultuur in Nederland overleven.

De Erasmus Academie concludeert: ‘Uiteindelijk zal de beschaving best blijven bestaan, zoals de VVD beweert, ook zonder cultuursubsidies. Het is alleen even de vraag welke beschaving.’ Ofwel, welke cultuurpolitiek wordt ontwikkeld om welke kunst te laten bestaan? Kunst die behaagt, kunst die status geeft of kunst die tegendraads is? Da’s een keuze die de politiek maakt. De nog steeds niet geluwde woede van de kunstsector over het bestaande cultuurbeleid balt zich samen in de poster van Loesje. Subsidies aan ABN AMRO hebben de belastingbetaler zo’n 30 miljard euro gekost, zodat ook de kunstsector gedwongen moest inleveren. Welke kunst VVD en PvdA voorop zetten is duidelijk: bankje kijken. Om te kunnen zien hoe de bonussen toenemen op kosten van de staatssteun. In haar vlegelachtigheid heeft de VVD de branie om dat beschaving te noemen.

Foto: Loesje, Cultuurbezuinigingen, 2013.

Gebedsruimten zijn geen kerntaak van universiteiten. Weg ermee

gebed

Dat het hier om een verzoek van en voor islamitische studenten gaat wordt niet met zoveel woorden gezegd. Opvallend dat activistische moslims zich niet zodanig bekendmaken. Is het aan de Erasmus Universiteit (EUR) of een niet-bijzondere academische instelling om studenten van een gebedsruimte te voorzien? Nu al is er voor de EUR moslim studenten en -medewerkers een islamitische gebedsruimte waarvan ze gebruik kunnen maken. Dat moet genoeg zijn. Niets let de studenten om buiten collegetijd te bidden. Zodat tegelijk vermeden wordt dat ze medestudenten onder druk zetten om ook gebruik te maken van de gebedsruimte.

Hoe ongepast is het om een universitaire instelling die de naam van de humanist Erasmus draagt de eigen wil op te willen leggen? Universiteitsbesturen reageren verschillend op het verzoek van de activistische studenten voor een gebedsruimte. Ze kunnen beter een lijn trekken en dat verzoek gezamenlijk afwijzen. Wellicht onder subsidiëring van studentenverenigingen die buiten de universiteitsgebouwen gebedsruimtes inrichten. De petitie tekent de truttigheid en de behoudzucht van een minderheid islamitische studenten die haaks staat op academische ruimdenkendheid. Weliswaar heeft ieder recht op eigen religiositeit, maar het is niet de academische instelling die daarin moet voorzien. Studenten dienen hun eigen verantwoordelijkheid te nemen.

Foto: Schermafbeelding van petitie ‘Nieuwe gebedsruimte Erasmus Universiteit Rotterdam’, 23 mei 2014.

Overheid dient werk te maken van preventiebeleid voor logopedie

44

Logopedie bij kinderen leidt tot minder criminaliteit, zo zegt het rapport ‘De waarde van logopedie‘ uit 2012 dat in opdracht van de Nederlandse Vereniging voor Logopedie en Foniatrie tot stand kwam. De strekking van het rapport is dat tijdige aanpak van spraak- en taalstoornissen, dus preventie, economisch voordeel voor de samenleving oplevert. Zo hoeven met goede logopedie minder kinderen naar het dure speciaal basisonderwijs. Iedere euro die voor de behandeling wordt gebruikt levert € 1,67 tot € 3,04 op, zo claimt het rapport.

Het rapport geeft een overzicht van onderzoeksliteratuur. Opvallend is dat bij de bepaling van de doelgroep niet naar zogenaamde cohortstudies wordt verwezen. Bijvoorbeeld de Rotterdam Study waar logopediste Marie-Christene Franken bij betrokken is. Maar ook naar internationale cohortstudies naar het zich voordoen van stoornissen onder kinderen. Nu blijft onduidelijk hoeveel kinderen een spraak-/ taalstoornis hebben.

Hoe dan ook maakt het rapport een schatting van zo’n 7% van de kinderen met een spraak- en taalstoornis. Dat betekent zo’n 175.000 kinderen tussen 0 en 15 jaar. Maar omdat niet alle kinderen die bij logopedisten terechtkomen een spraak- en taalstoornis hebben valt niet uit te maken voor welke percentage preventie zou helpen. Dat aantal lijkt meer dan 15.000 te zijn. Complicatie is dat stoornissen in de vloeiendheid van het spreken zoals stemstoornissen en stotteren buiten het onderzoek blijven. Als vuistregel geldt dat 1% van de bevolking stottert, en dat beginstotteren bij 5% van de kinderen tot 7 jaar voorkomt. Daarvan gaat 20% over in chronisch stotteren. Het rapport toont niet aan hoeveel kinderen onterecht niet bij logopedie terechtkomen.

Renske Leijten (SP) stelt kamervragen aan staatssecretaris van Volksgezondheid Martin van Rijn. Het rapport ‘De waarde van logopedie‘ voert ze aan als onderbouwing van het kostenonderzoek van de Nederlandse Zorgautoriteit. Dat concludeert dat tarieven voor logopedie verder omhoog moeten. Preventie bij kinderen (‘schoollogopedie’) is mede door de marktwerking wegbezuinigd. Dat schuift kosten door naar de toekomst. Omdat zorgverzekeraars geen direct belang hebben bij preventie wacht de overheid die taak. Ook omdat de kosten buiten de zorg, zoals het onderwijs of de sociale veiligheid terechtkomen. Voorwaarde voor een preventiebeleid op het gebied van logopedie is echter een betere onderbouwing door een wetenschappelijk literatuuronderzoek dan het verkennend rapport ‘De waarde van logopedie‘ biedt. Want: preventie helpt.

Foto: Grafisch vormgever Philippe Apeloig. Credits: Philippe Apeloig.

Groot-Brittannië trekt de stekker uit het Iraanse Press TV

De Britse mediawaakhond Ofcom ontnam de Iraanse staatsomroep Press TV gisteren de licentie. Het is Engelstalig en was in Groot-Brittannië op satelliet te zien. De onafhankelijke Britse journalist Phil Rees denkt dat onregelmatigheden aan Iraanse zijde worden gebruikt om het station te sluiten. Zoals de druk door de Iraanse machthebbers op de Canadees-Iraanse Newsweek-journalist en filmmaker Maziar Bahari om te bekennen dat-ie betrokken was bij de ‘groene‘ beweging van 2009. Bahari kwam na 4 maanden vrij.

De sluiting speelt tegen de achtergrond van verhoogde spanningen tussen Groot-Brittannië en Iran. Zoals de bestorming van de Britse ambassade in Teheran in november 2011 in antwoord op aangescherpte Britse sancties. Iraanse veiligheidstroepen grepen niet in. En de recente Iraanse dreiging om de Straat van Hormuz af te sluiten. Volgens Rees is dat de echte reden en gaat het niet om journalistieke redenen. Rees denkt dat de Britse regering een en ander aangrijpt om dit Iraanse tegengeluid voorgoed tot zwijgen te brengen.

In Nederland werd Press TV bekend toen in 2009 de Zwitsers-Egyptische islamoloog Tariq Ramadan het door de gemeente Rotterdam gefinancierde bijzondere hoogleraarschap aan de Erasmus Universiteit moest neerleggen vanwege zijn programma Islam and Life. Ramadan had hiermee het Rotterdamse gemeentebestuur verrast. Rotterdam wilde niet met het Iraanse regime geassocieerd worden. Ramadan vocht het ontslag aan, maar werd in het ongelijk gesteld. De rechter vond in 2010 Ramadans ontslag door Rotterdam rechtmatig.

Zeeuwse humor als transitieagenda

Humor waar je het niet verwacht komt hard aan. Watermerk, 1e Zeeuwse transitieagenda uit 2008 is grappig. Het begint met een test over de zeekant van de Zeeuw: Test in 20 vragen hoe sterk jouw zeekant en jouw landkant is ten opzichte van projectmanagers en veranderaars. De toon van de agenda is gezet, de projectmanagers zijn de norm. Dat biedt veel amusants over de veranderkant van Zeeland. Jacob Cats dichtte met vooruitziende blik over deze provinciegenoten: Dickwijls siet men dat de sotten/Met de wijse lieden spotten;/Maer wie sich nae wijsheyt stelt,/Laat de gecken ongequelt. Wie houdt wie voor de gek in Zeeland?

Het transitiesturingsproces begon in 2005 op initiatief van de Hogeschool Zeeland en de Zeeuwse Milieufederatie. Gekozen werd voor een zogenaamde arena-aanpak, waarbij een 20-tal friskijkers en dwarsdenkers uit de Zeeuwse samenleving werd gevraagd om een impuls te geven aan Zeeland richting duurzaamheid. Niet mis om de juiste friskijkers en dwarsdenkers te selecteren. Over zichzelf zeggen zij een innovatieve kijk op Zeeland te hebben. Die inbeelding en zelfverzekerde toon is het Leitmotiv van de agenda.

De Zeeuwse transitieagenda bevat een inspirerende, uitdagende visie op een toekomstig Zeeland, maar ook een aantal uiteenlopende toekomstpaden naar dit visionair kompas. Zo’n veeldeling raakt altijd een roos. Met een inspirerende, uitdagende visie plus een aantal uiteenlopende toekomstpaden naar dit visionair kompas komt men verder. Al is het met lege handen. De samenhang van de agenda bestaat eruit dat de samenstellers beweren dat er samenhang is. Da’s de kern van de verandering. Deze wens is de vader van de gedachte.

Vooruitziende Zeeuwen werkten in 2008 aan een gebalanceerd Zeeland van 2048, maar lijken in 2011 tot stilstand gekomen. Hoewel Schouwen-Duiveland terugkeert met een visie voor 2039. Jan Rotmans trekt de kar. Een naar eigen zeggen maatschappelijk gedreven wetenschapper. Zijn specialisme is klimaatverandering, duurzaamheid, transities en transitiemanagement. Hoop is dat de agenda Zeeland zal helpen om een schaalsprong te maken naar een duurzame toekomst. Voor minder gaan friskijkers en dwarsdenkers niet.

Sterk punt is dat men de realiteit van bestuur en politiek negeert. Fris kijken en dwars denken doorbreekt alle kaders: Verscheidenheid in eenheid. Niet in verdeeldheid. Alleen dan komt het kloppend hart van Zeeland tot leven. Vanuit de kracht van alle aanwezige identiteiten en niet als bedreiging ervan. De agenda plaatst de werkelijkheid van economische en politieke belangen buiten de werkelijkheid. Men stelt zich naar wijsheid.

Helemaal buiten de alledaagse realiteit staat de agenda niet getuige een subsidie van € 83.000,- van de provincie Zeeland aan de Hogeschool Zeeland voor transitieagenda ‘watermerk’. Wellicht is de transitie-industrie de industrie van de toekomst voor Zeeland. Zeeuwse friskijkers en dwarsdenkers verdienen het.

Foto: Ziyi Zhang in 2046 van Wong Kar-Wai, 2004