Transitie 1959

Dit stukje verscheen eerder op George Knight Kort op 13 mei 2011.

Dr. von Braun briefs President Eisenhower at the front of the S1 Stage (first Stage) of the Saturn 1 vehicle at the Marshall Space Flight Center (MSFC) on September 8, 1960. The President’s visit was to dedicate Marshall Space Flight Center as a new NASA field center in honor of General George C. Marshall.

Westenwind voert zachte lucht aan. De ene president gaat en de andere komt. De oude is minder technocraat dan de charmeur. Belgisch-Congo zakt in elkaar. Niet lang genoeg om de opwaardering van Eisenhower en de afwaardering van Kennedy te zien. Toeschouwers laten zich met alle plezier in het ootje nemen. Verlangen wordt zichtbaar.

Ruimtesonde Loena 3 fotografeert de achterkant van de maan. Ornette Coleman Shapes the Jazz To Come. Toekomst ontbrandt en wordt avontuur. Inclusief verveling van Antonioni’s L’AvventuraVrijheid wringt. Raket wordt totempaal. De New Frontier krijgt de ruimte. Thuis verzacht door Bonanza. Lifestyle is geen design, maar zoektocht. Johnny Cash zet ons met beide voeten op de grond met all around cowboy 1959.

Sen. John F. Kennedy (L) shaking hands, 1959.
Advertentie

Trump neemt afscheid en wordt opgevolgd door Biden. Wat te verwachten?

Ook in zijn afscheidstoespraak is president Trump wat hij is. Niet iemand van grote inzichten zoals president Eisenhower die in zijn befaamde afscheidstoespraak van januari 1961 waarschuwde voor het militair-industriële complex, maar een individu van het kleine gebral en de prullerige leugens. Hoe het verder gaat met Trump zullen we de komende maanden zien. Hem wachten talloze rechtszaken en afbrokkelende invloed op de Republikeinse partij. Zakenpartners en banken hebben afstand van hem genomen na zijn oproep van 6 januari 2021 om naar het Capitool te trekken. Maar de staatsgreep is mislukt. Mede als gevolg daarvan lijkt hij de greep op zijn bedrijf en bezit kwijt te raken.

President Joe Biden was vice-president onder president Barack Obama en zijn kabinet wordt wel Obama III genoemd. Dat wordt op het eerste gezicht echter niet ondersteund door de feiten omdat Biden onder druk van zijn partij naar links is opgeschoven. Verder mist Biden de drang tot zelfprofilering en zelfverheerlijking van Obama én Trump om voortdurend op de voorgrond te treden. Over Obama of Romney in 2012 zei ik in een commentaar het volgende: ‘Mijn identificatie met de kandidaten ontbreekt. Lood om oud ijzer. Merkwaardig is dat de Nederlanders en de Nederlandse media nog even positief staan tegenover president Obama als 4 jaar geleden. Terwijl het perspectief verschoven is.’ Daarom hoop ik dat weer 4 jaar later de media Biden even kritisch volgen als ze -te laat en te halfslachtig- Trump volgden. Ik heb de bewieroking van Obama nooit begrepen.

In het commentaar ‘Donald Trump kan zomaar president worden. Of dictator’ van 22 juli 2016 schreef ik het volgende:
‘Donald Trump gaf een afsluitende toespraak van 75 minuten op de Republikeinse conventie in Cleveland. Gitzwart en negatief, zonder hoop en met weinig beleidsvoornemens hoe het land gerepareerd kan worden om het weer op de rails te zetten. Nog los van het feit dat Trump geen idee heeft hoe een democratie werkt, welke instituties daarin samenwerken en waaruit het politieke handwerk bestaat om iets voor elkaar te krijgen. Het blijven grote woorden. De macht van de president is relatief klein, zoals president Obama ervaren heeft. Hoewel hij zich soms verschool achter die machteloosheid vanwege zijn besluiteloosheid. Maar in de praktijk zijn de marges voor een president klein en rechtvaardigen ze niet het beeld van almacht dat Trump schetst.

Als Trump al beleidsvoornemens schetst, zoals over de NAVO, dan zijn ze zo wereldvreemd en onrealistisch dat ze nooit gerealiseerd kunnen worden omdat internationale verdragen en afspraken ze in de weg staan. Intussen zorgen ze voor onrust en onzekerheid. Trump zaait verdeeldheid. Zijn toespraak ging niet over het bereiken van een ideale wereld (utopie), maar over het schetsen van een wereld met akelige kenmerken (dystopie). Hij begint steeds meer te lijken op de hoofdpersoon Charles Lindbergh uit de roman ‘The Plot Against America‘ (2004) van Philip Roth. Diens antisemitisme uit 1940 is vervangen door Mexicanen- en moslimhaat. De roman die 12 jaar geleden als waarschuwing opgevat kon worden dreigt realiteit te worden.

Trump wordt door vele Amerikanen gehaat, maar hetzelfde geldt voor zijn belangrijkste opponent Hillary Clinton die in de peilingen geen afstand van hem kan nemen. Volgende week is de Democratische conventie en te verwachten valt dat de Democraten wel hoop bieden en Trumps ongeschiktheid zullen benadrukken. Maar toch tekent zich het onheilsscenario af van een Amerikaanse president die alle kenmerken van een fascistische leider vertoont. Europese rechts-nationalistische politici als Geert Wilders en Nigel Farage steunen Donald Trump en zeggen zich met hem te identificeren. Die identificatie verraadt wie ze werkelijk zijn.

Het blijft jammer dat Bernie Sanders geen kandidaat namens de Democratische partij is. Dan zou tegenover Trump met zijn historische lage favorable ratings een kandidaat in het veld gebracht worden die positieve gevoelens bij grote delen van het electoraat losmaakt. Niet zo gehaat wordt als Trump en Clinton. Amerikanen moeten in november hun president kiezen. Dat kan zomaar Trump worden. De strijd binnen de Republikeinse partij kan het verschil maken. Veelzeggend is dat de Koch broers die 900 miljoen in de campagnes stoppen zich distantiëren van lokale kandidaten die zich met Trump verbinden, zoals Ron Johnson ervoer volgens een bericht in de Huffington Post. Een derde kandidaat als Gary Johnson kan zich ook nog in de race mengen.

Nate Silver zegt in een afrondende reactie op Trumps toespraak dat er geen peil is te trekken op de uitkomst: ‘Trump could become president, obviously. Or he could lose by 15 points. I’m not sure we really know a lot more than when the general election unofficially started six weeks ago.’ De race is onvoorspelbaar met een onvoorspelbare kandidaat en twee kandidaten die door grote delen van het electoraat diep gehaat worden. Europa moet op het ergste voorbereid zijn: een presidentschap van Trump. Een dictator als vriend. Awesome.’ 

Laten we met president Biden optimistisch naar de toekomst kijken. Hij geeft prioriteit aan het bestrijden van de COVID-19 pandemie die Trump heeft laten liggen en die tot nu toe in de VS meer dan 400.000 doden heeft gekost. Waarvan relatief veel leden van minderheidsgroepen. Biden geeft ook prioriteit aan het opnieuw opbouwen van allianties in de buitenlandse politiek. Vraag is of de EU dat een voorzichtige ambitie ontwikkelt om autonoom te zijn maar daartoe voorlopig de middelen mist, samen met de VS gaat optrekken tegen China. Dat dat tegen de Russische Federatie gaat gebeuren leidt geen twijfel. Trumps genegenheid voor president Poetin was het raadsel van Trumps presidentschap dat nog steeds op een verklaring wacht.

Maar de grootste prioriteit voor Biden is het bewaren van de sociale vrede en het verenigen van het land. Hoe krijgt hij het gedaan om het puin van de Trump jaren op te ruimen en tegelijk een nieuwe start voor de VS te realiseren? In het verlengde daarvan ligt de hervorming van het politieke systeem dat zich in 2020 als kwetsbaar en gedateerd deed gelden en aan een serieuze reparatie toe is. Maar de Republikeinse partij blokkeert die hervorming omdat ze daartoe hun kiezersonderdrukkende middelen moeten opgeven en dit ten koste van hun invloed gaat. Dat is de patstelling die Biden moet overwinnen. Joe Biden zal zich naar verwachting opstellen als een teamspeler die anderen de ruimte geeft en Trumps ADHD-gedrag en geldingsdrang mist. Zijn karakter om te verbinden heeft de VS nu nodig. Biden is ‘an honest guy’ die zelfs in zijn grootspraak vergeven wordt.

Voorbehoud bij verhoging NAVO-budget: Defensie is gepolitiseerd en geëconomiseerd, en moet hoognodig gemilitariseerd worden

Update 28 februari 2021: Afgelopen week zei een hoge Amerikaanse luchtmachtofficier dat de F-35 (ook JSF genoemd) heeft gefaald. In een bericht van 23 februari 2021 komt Forbes tot de volgende conclusie: ‘The 25-ton stealth warplane has become the very problem it was supposed to solve. And now America needs a new fighter to solve that F-35 problem, officials said.’ Er wordt al jaren door luchtvaartingenieurs en defensiedeskundigen voor gewaarschuwd dat de F-35 niet deugt, maar de kritiek werd keer op keer genegeerd. Ook in de Nederlandse politiek waar in 2012 een meerderheid in de Tweede Kamer in een motie tegen het JSF-project stemde. Waarom dit ondeugdelijke project erdoor moest worden gedrukt en wie daarvan hebben geprofiteerd maak ik duidelijk in onderstaand commentaar van 2018 met een verwijzing naar een commentaar van 2012. In elk geval zijn de nationale veiligheid en de territoriale verdediging van Nederland door de F-35 niet verhoogd met deze ‘Ferrari die alleen op zondag uit de garage komt’. Integendeel, door de meer dan 5 miljard euro kosten is de toch al onder druk staande Defensiebegroting nog verder uit het lood komen staan. Het is onderhand tijd voor een parlementaire enquête die de aanschaf, de lobby en de politieke besluitvorming van de F-35 in kaart brengt en daar lessen voor de toekomst uit trekt. De Nederlandse politiek was gewaarschuwd …

Er is onduidelijkheid over defensiebudgetten. Die kun je niet zomaar met elkaar vergelijken in de hoop op duidelijkheid. Dat komt niet alleen door de verschillen in prijspeil tussen landen, maar ook door het verschil in doelmatigheid, standaardisatie en overhead. Inzichtelijk is in dit verband een voorbeeld uit 1985 van asbakjes in een Amerikaans marinevliegtuig die per stuk 660 USD kostten. En er zijn meer van dit soort voorbeelden.

Het probleem is dat de defensie-industrie een in zichzelf gekeerde, niet open markt is. Er bestaat nauwelijks concurrentie op. Dat geldt trouwens niet alleen de Westerse, maar ook de Russische en Chinese defensie-industrie. De prijs/kwaliteit verhouding is niet stabiel. Defensie is ook een sector om gemeenschapsgeld rond te pompen en in de zakken van politici te laten verdwijnen buiten de controle van toezichtsinstanties om.

Voormalig president Juan Bosch van de Dominicaanse Republiek wees er in de jaren ’60 al op in zijn boek  ‘Pentagonismo, sustituto del imperialismo’ dat in het Engels werd vertaald als ‘Pentagonism’ en in die tijd redelijk invloedrijk was. Ik las het in de vroege jaren ’70. Hij zei dat in navolging van president Eisenhower die in zijn afscheidstoespraak van januari 1961 het begrip ‘militair-industrieel complex’ muntte. ‘Ike’ zag deze macht van de defensie-industrie en de besteding van militaire budgetten als niets meer dan ‘een verstoord gebruik van de middelen van de natie’. Omdat de hoogste geallieerde militair uit de Tweede Wereldoorlog met deze waarschuwing kwam, maakte dit in 1961 indruk. Nog voor de escalatie van de Vietnam-oorlog.

Een commentaar vat samen hoe het werkt. Het verklaart tevens waarom Europa geen defensie-industrie heeft die bij haar economische macht en statuur past: ‘But Europeans saw the whole effort as too much of a one-way street. The United States showed little inclination to accept European designs for cooperative production either in the United States or in other European countries, even when European designs were favored by those countries. According to one view expressed at the time, this situation was the natural result of American technological superiority and Yankee salesmanship. Another suggested that it was due at least in part to pressure by the U.S. government, which had been lobbied by its own defense industries.

Met als aanleiding het regeerakkoord schreef ik in een commentaar van oktober 2012 dat de nationale veiligheid van Nederland gaat over van alles en nog wat, maar nauwelijks over de territoriale verdediging van Nederland. In de afgelopen zes jaar en mede door de recente discussies over de NAVO-begroting ben ik nog meer in mijn mening gesterkt dat Defensie is gepolitiseerd en geëconomiseerd, en nodig gemilitariseerd dient te worden. Feitelijk zou militaire sterkte of slagkracht de enige norm voor de toewijzing van het defensie-budget moeten zijn. Dat is niet zo. Omdat het nog even actueel is als toen herplaats ik wat ik in 2012 schreef:

Wat is er aan de hand met het debat over de krijgsmacht? Het lijkt nog erger uit het lood te staan dan die krijgsmacht zelf. Aan Defensie zitten meerdere kanten en in de publieke opinie wordt er doorgaans maar één belicht, namelijk de hoogte van het budget. Hoe doelmatig dat besteed wordt, hoeveel waar voor het geld wordt verkregen en welke belangen bij de aanschaf van wapensystemen spelen, hoeveel er aan de strijkstok van het bedrijfsleven en lobbyisten blijft hangen, hoe urgent de keuzes zijn en wat de relatie tussen budget en kwaliteit is blijft onderbelicht. In het regeerakkoord (p. 49) wordt de krijgsmacht als een verlengde van de industrie beschouwd. Op zijn best worden het nationaal veiligheids- en het economisch belang gelijkgesteld.

Zo resteert het beeld dat de nationale of territoriale veiligheid van Nederland niet de hoofdzaak is en op zichzelf staat, maar ondergeschikt is aan andere doelstellingen. Zoals het belang van de industrie of de relatie met bondgenoten, zoals de VS. Anders gezegd, de investeringen in Defensie dienen het militair-industrieel complex waarvoor de uitgaande president Eisenhower in zijn befaamde afscheidstoespraak van 17 januari 1961 waarschuwde: ‘In de overheidsdiensten moeten we waken tegen het gezocht of ongezocht verwerven van ongerechtvaardigde invloed door het militair-industriële complex.’ Dat complex strekt zich uit van wapenfabrikanten, krijgsmacht en inlichtingendiensten tot gevestigde media, wetenschap en partijpolitiek.

De aanschaf van 37 F-35 straaljagers van het grootste Amerikaanse defensieconcern ter wereld Lockheed Martin door Nederland voor naar schatting zo’n 5,2 miljard euro is een voorbeeld van de werking van het militair-industrieel complex. Lobbyisten onder wie veel voormalige CDA- en VVD-politici, de luchtmacht en de Nederlandse luchtvaartindustrie die zich richt op het binnenhalen van compensatieorders bepaalden de keuze. Maar zelfs dat economische argument dat niet volledig spoort met de nationale veiligheid is onjuist. De F-35 levert vooral banen op voor lobbyisten en ondernemers en niet voor Nederland. Evenmin dringt tot het Nederlandse publiek debat door dat militaire uitgaven de slechtste manier zijn om banen te scheppen, zoals uit een Amerikaanse studie blijkt. Niet het parlement, maar externe partijen beslisten over aanschaf. Daarbij komt dat al vanaf het begin vraagtekens werden gezet bij de prestaties in het luchtgevecht en de kosten van de F-35. In de testfase is de software kwetsbaar gebleken, waarschijnlijk ook nog eens gehackt door China.

Door gebrek aan munitie oefenen Nederlandse militairen door ‘poef poef poef’ te roepen. Zo is de persiflage én stand van zaken van de Nederlandse krijgsmacht. In een ideale wereld zou het de ultieme oplossing voor de beteugeling van agressiviteit zijn. Militairen die cowboytje spelen zoals kinderen het doen. Maar Nederland bevindt zich niet in een ideale wereld en moet zich serieus verdedigen tegen de agressie van andere actoren.

Nu heeft Nederland dat vermogen verloren. Het beeld van een onverdedigd Nederland alleen al tast de soevereiniteit aan en maakt een land kwetsbaar voor buitenlandse druk. Maar de verhoging van het budget met 1,5 miljard euro zegt niet alles. Als het wordt doorgesluisd naar buitenlandse wapenfabrikanten die te veel voor hun producten vragen, dan verhoogt dat de weerbaarheid van Nederland niet. Het debat over de nationale veiligheid van Nederland moet gaan over de kwaliteit van de krijgsmacht, inclusief de toetsing ervan, en de mate waarin Nederland door de eigen krijgsmacht en directe partners territoriaal, in cyberspace of op afstand verdedigd wordt. Het debat over de nationale veiligheid reduceren tot een budgettaire boekhoudsom is een valkuil die allen dient die andere belangen hebben en zich hierachter kunnen blijven verschuilen.

Foto: ‘Een Spandau M.25 op luchtdoelaffuit tijdens de mobilisatie in een versterkte positie langs de Nederlandse kust. FOTO Beeldbank NIMH

Debat over Nederlands nationale veiligheid wordt slecht gevoerd

Wat is er aan de hand met het debat over de krijgsmacht? Het lijkt nog erger uit het lood te staan dan die krijgsmacht zelf. Aan Defensie zitten meerdere kanten en in de publieke opinie wordt er doorgaans maar één belicht, namelijk de hoogte van het budget. Hoe doelmatig dat besteed wordt, hoeveel waar voor het geld wordt verkregen en welke belangen bij de aanschaf van wapensystemen spelen, hoeveel er aan de strijkstok van het bedrijfsleven en lobbyisten blijft hangen, hoe urgent de keuzes zijn en wat de relatie tussen budget en kwaliteit is blijft onderbelicht. In het regeerakkoord (p. 49) wordt de krijgsmacht als een verlengde van de industrie beschouwd. Op zijn best worden het nationaal veiligheids- en het economisch belang gelijkgesteld.

Zo resteert het beeld dat de nationale of territoriale veiligheid van Nederland niet de hoofdzaak is en op zichzelf staat, maar ondergeschikt is aan andere doelstellingen. Zoals het belang van de industrie of de relatie met bondgenoten, zoals de VS. Anders gezegd, de investeringen in Defensie dienen het militair-industrieel complex waarvoor de uitgaande president Eisenhower in zijn befaamde afscheidstoespraak van 17 januari 1961 waarschuwde: ‘In de overheidsdiensten moeten we waken tegen het gezocht of ongezocht verwerven van ongerechtvaardigde invloed door het militair-industriële complex.’ Dat complex strekt zich uit van wapenfabrikanten, krijgsmacht en inlichtingendiensten tot gevestigde media, wetenschap en partijpolitiek.

De aanschaf van 37 F-35 straaljagers van het grootste Amerikaanse defensieconcern ter wereld Lockheed Martin door Nederland voor naar schatting zo’n 5,2 miljard euro is een voorbeeld van de werking van het militair-industrieel complex. Lobbyisten onder wie veel voormalige CDA- en VVD-politici, de luchtmacht en de Nederlandse luchtvaartindustrie die zich richt op het binnenhalen van compensatieorders bepaalden de keuze. Maar zelfs dat economische argument dat niet volledig spoort met de nationale veiligheid is onjuist. De F-35 levert vooral banen op voor lobbyisten en ondernemers en niet voor Nederland. Evenmin dringt tot het Nederlandse publiek debat door dat militaire uitgaven de slechtste manier zijn om banen te scheppen, zoals uit een Amerikaanse studie blijkt. Niet het parlement, maar externe partijen beslisten over aanschaf. Daarbij komt dat al vanaf het begin vraagtekens werden gezet bij de prestaties in het luchtgevecht en de kosten van de F-35. In de testfase is de software kwetsbaar gebleken, waarschijnlijk ook nog eens gehackt door China.

Door gebrek aan munitie oefenen Nederlandse militairen door ‘poef poef poef’ te roepen. Zo is de persiflage én stand van zaken van de Nederlandse krijgsmacht. In een ideale wereld zou het de ultieme oplossing voor de beteugeling van agressiviteit zijn. Militairen die cowboytje spelen zoals kinderen het doen. Maar Nederland bevindt zich niet in een ideale wereld en moet zich serieus verdedigen tegen de agressie van andere actoren.

Nu heeft Nederland dat vermogen verloren. Het beeld van een onverdedigd Nederland alleen al tast de soevereiniteit aan en maakt een land kwetsbaar voor buitenlandse druk. Maar de verhoging van het budget met 1,5 miljard euro zegt niet alles. Als het wordt doorgesluisd naar buitenlandse wapenfabrikanten die te veel voor hun producten vragen, dan verhoogt dat de weerbaarheid van Nederland niet. Het debat over de nationale veiligheid van Nederland moet gaan over de kwaliteit van de krijgsmacht, inclusief de toetsing ervan, en de mate waarin Nederland door de eigen krijgsmacht en directe partners territoriaal, in cyberspace of op afstand verdedigd wordt. Het debat over de nationale veiligheid reduceren tot een budgettaire boekhoudsom is een valkuil die allen dient die andere belangen hebben en zich hierachter kunnen blijven verschuilen.

Foto: Algehele Veiligheidszorg Nederland.

Back to the Future met Trump. Macht aan het militair-industrieel complex

little_rock_integration_protest

Tijdens de campagne voor de Amerikaanse presidentsverkiezingen werd vaak de opmerking gemaakt dat Hillary Clinton terug wilde naar de jaren ’90 en Donald Trump naar de jaren ’50 van de vorige eeuw. Dat was hun toekomstvisie. Het tijdperk van respectievelijk de Democratische Bill Clinton en de Republikeinse Dwight Eisenhower. Er zit een kern van waarheid in deze constatering. Trump wil terug naar de culturele hegemonie van de VS van de jaren ’50 dat toen een overwegend wit, Angelsaksisch, protestant georiënteerd land was.

Het verschil is dat Trump en niet Eisenhower president is. De oud-generaal kwam in zijn afscheidstoespraak  met een waarschuwing tegen de macht van het militair-industrieel complex en de bedreiging ervan voor de democratie: ‘In the councils of government, we must guard against the acquisition of unwarranted influence, whether sought or unsought, by the military-industrial complex. The potential for the disastrous rise of misplaced power exists and will persist. We must never let the weight of this combination endanger our liberties or democratic processes. We should take nothing for granted. Only an alert and knowledgeable citizenry can compel the proper meshing of the huge industrial and military machinery of defense with our peaceful methods and goals, so that security and liberty may prosper together.’ De jaren ’50 waren ook het tijdperk van Joe McCarthy, de hoorzittingen in het congres en de heksenjacht op communisten. Onder Trump kunnen de commies zomaar ingewisseld worden voor Mexicanen, moslims en progressieve journalisten.

Zoals het er nu op lijkt wil Trump terug naar de jaren ’50 met het doel precies dat te doen waar Eisenhower voor waarschuwde. Namelijk de macht van het militair-industrieel complex op peil houden en zelfs vergroten. Trump wil het Defensiebudget opschroeven. Daar duiden ook de namen van de kabinetsleden op die rouleren: oorlogshitsers die vanaf de heup schieten als Newt Gingrich, Bob Corker of John Bolton op Buitenlandse Zaken. Deels is dat in strijd met het beeld van isolationisme dat Trump in zijn campagne uitdroeg en van de andere kant is het ook in strijd met de afwijzing door het militair-industrieel complex van Trump. Lobbyist en oud NSA- en CIA-directeur Michael Hayden zei in februari 2016 in de show van Bill Maher dat de krijgsmacht president Trump zou negeren. Achteraf dat valt op te vatten als waarschuwing aan Trump om zich te voegen in de neoconservatieve agenda. Die omslag heeft inmiddels plaatsgevonden, want Trump moest zich voegen om niet alleen te staan. Oorlogshitsers zullen in de regering van Trump de macht hebben. De moeizame relatie met Iran die president Obama opbouwde zal snel afgebroken worden. En mogelijk tot oorlog leiden.

Het Kremlin zal niet blij zijn met deze ontwikkelingen. Niet alleen vanwege de onzekerheden van de komende Trump-regering waar het niet op kan anticiperen, maar ook vanwege de verandering in beleid. Zo steunen Newt Gingrich en Bob Corker de levering van letale wapens aan Oekraïne, zo merkt Reuters op in een bericht. Een doorbraak, omdat Obama die levering jarenlang blokkeerde. De liefde tussen president Putin en Trump zal snel over zijn als het behartigen van Amerikaanse belangen door Trump in strijd komt met de Russische belangen. Vooral in Oekraïne en het Midden-Oosten. Daarbij zal Trump buitenlandse oorlogen gebruiken als afleiding voor binnenlandse problemen die naar verwachting immens zullen zijn. Het ligt er dus maar net aan hoeveel macht de neoconservatieven in de nieuwe regering Trump kunnen nemen en in welke mate het geloof in de maakbare democratie van de regeringen Bush zal worden gerestaureerd. Hoe dan ook: Te Wapen!

Foto: ‘Rally Against the Integration of Central High School at the Arkansas state capitol building in Little Rock, 1959’. Credits: John T. Bledsoe

Waarom wordt Amerikaanse propaganda geloofd?

RT’s Abby Martin en Cenk Uygur van The Young Turks vinden elkaar in hun afkeer van de gevestigde media in de VS. Die denken niet voor zichzelf of de Amerikaanse burgers, maar zijn spreekbuis van bedrijfsleven of overheid. Het is geen nieuw verhaal. Corporate media doen gewoon aan propaganda. Zoals in Noord-Korea. Onthullingen die ‘hun’ regering in verlegenheid brengen doen ze niet. Wat RT doet voor het Kremlin, doet CNN voor het Witte Huis. Journalistiek valt het niet te noemen. Probleem voor de kijker is dat-ie nog nauwelijks aan feitelijke informatie kan komen. Amerikaanse networks zijn in hoge mate geïnfantiliseerd. De oplossing ligt in kleine, flexibele nieuwsorganisaties zoals The Young Turks die zich via sociale media direct tot de burgers richten. Zonder druk van bedrijfsleven of overheid. Cenk Uygur waarschuwt op het laatst voor het militair-industrieel complex, maar lijkt even te vergeten dat daarvan ook een Russische variant bestaat.

Temperend oordeel Buruma over Obama is uitgewerkt

military

Mooi aan de VS is dat alles er groot is. Volgens Ian Buruma in de NRC van 15 november is de overmoed van de VS nog het grootst. Buruma komt tot de conclusie dat de schuld voor de economische en morele neergang van de VS door iedereen gedeeld wordt. Door deze helicopterblik neemt Buruma president Obama in bescherming: ‘Toch is Obama niet het voornaamste probleem. De moeilijkheid is de Amerikaanse hybris; het geloof in een nationale vrijheidsmissie die te vaak is gebruikt om onnodige oorlogen te ontkenen‘.  Overmoed dus.

Wat Buruma zegt is niet onwaar, maar klopt niet. Hij komt deze keer niet toe aan de vraag wie van ‘het geloof in een nationale vrijheidsmissie‘ profiteren. Of die zelfs exploiteren. Want het kan zijn dat de Amerikaanse overmoed en het geloof in een vrijheidsmissie in de Amerikaanse geest zijn ingedaald, maar een ander aspect is hoe ze vervolgens worden aangewakkerd en misbruikt. Wat Buruma trouwens ook beweert door te stellen dat de vrijheidsmissie dient ‘om onnodige oorlogen te ontketenen‘. Maar bij die constatering laat-ie het.

In een studie concludeerden ​ASIS International (ASIS) en het Institute of Finance and Management (IOFM) dat de Amerikaanse veiligheidsindustrie jaarlijks 350 miljard dollar (= 259 miljard euro) bedraagt. Ter vergelijking, da’s iets meer dan de totale Nederlandse rijksbegroting over 2013 van 248,9 miljard euro. Dit komt bovenop de reguliere Amerikaanse Defensiebegroting van 642 miljard dollar (circa 474 miljoen euro).

Veiligheid en nationale verdediging kosten de VS zo’n 1000 miljard dollar per jaar. Een gigantische industrie en politieke machtsfactor. Het is hier eerder gememoreerd, aftredend president Dwight D. Eisenhower muntte in 1961 het begrip militair-industrieel complex in zijn afscheidsredeHij waarschuwde voor de rampzalige opkomst van misplaatste macht die zich onttrekt aan democratische besluitvorming: ‘In the councils of government, we must guard against the acquisition of unwarranted influence, whether sought or unsought, by the military-industrial complex. The potential for the disastrous rise of misplaced power exists and will persist.‘ De oud-generaal sprak vanuit eigen ervaring en voorspelde 52 jaar geleden wat we nu meemaken.

Iedereen die nadenkt over de Amerikaanse macht die leiders van andere landen vrees aanjaagt kent de feiten. Zeker een kritische geest als Ian Buruma. Toch koppelt-ie de Amerikaanse overmoed en de vrijheidsmissie los van het militair-industrieel complex. Da’s onverstandig omdat het een uit het ander volgt. Ze versterken elkaar zelfs in een geharnast haasje-over. President Obama breekt net als andere politici verkiezingsbeloften. Maar de vraag waarom Obama Guantánamo niet sluit, klokkenluiders vele malen harder vervolgt dan zijn voorgangers die ook ‘leden’ onder overmoed en nationale vrijheidsmissie, de drones-oorlog overzee zonder voldoende juridische basis heeft opgevoerd en de massale spionage van burgers toelaat wordt daarmee niet beantwoord. Maar ontweken door Buruma. Het in abstracties verhullen van Obama’s fouten is afwending.

Foto: ‘The Military-Industrial Complex. War is big business. Even in 1963, the military-industrial complex knew that millions could be made from the escalating tension in Southeast Asia. So, when it looked as though Kennedy was going to go soft on Vietnam, the Pentagon had him killed to make way for the bellicose tendencies of his successor.‘ De presidenten Kennedy (links) en Eisenhower op 22 april, 1961.

Alan Grayson: Militair-industrieel complex profiteert van Amerikaanse aanval in Syrië

398px-Alan_Grayson_high_res

De Democratische afgevaardigde uit Florida Alan Grayson steunt een militaire aanval op Syrië niet. Zelfs niet als de Syrische regering chemische wapens gebruikte in Ghouta. Grayson ziet een kloof tussen de bevolking die geen behoefte heeft om de politieman-van-de-wereld te spelen en het establishment dat dat wel wil. Een recente ABC-poll ondersteunt zijn claim. Zo’n zestig procent van de Amerikanen is tegen ingrijpen in Syrië.

Feitelijk wil niemand ten oorlog trekken. Echter op een categorie na. Alan Grayson memoreert dat een bepaald element van de samenleving profiteert van ingrijpen in het Midden-Oosten. Namelijk de producenten van wapens: ‘Nobody wants this except the military-industrial complex.’ President Eisenhower muntte deze term en waarschuwde er in 1961 in z’n afscheidsspeech voor. Hij had een vooruitziende blik die meer dan 50 jaar later nog steeds akelig relevant is. En gedeeld wordt door liberals en libertariansThe Perpetual War bestaat dankzij de hechte vermenging van overheid en bedrijfsleven. Straks opnieuw in het theater: Syria, The War.

Foto: Alan Grayson, 2009.

NRC nog steeds goedgelovig en kritiekloos over Obama en NSA

nrc

De online-versie van de NRC over de persconferentie van president Obama van afgelopen vrijdag kon niet lovender zijn. Hij kondigde daarin onder meer een ‘onafhankelijk onderzoek’ met ‘experts van buitenaf’ over de NSA aan. Gisteren werd bekend wie deze hervormingsgezinde (aldus NRC) Obama tot coordinator van deze onderzoekscommissie benoemde: directeur van de National Intelligence James Clapper. WC-Eend keurt WC-Eend en noemt het hervormingWebwereld is kritisch over Obama en verwijst met een opinie naar techdirt. The Atlantic ziet genoemde persconferentie als een dieptepunt van leugenachtigheid en afwijzing, en een hoogtepunt in Obama’s gebruik van dubbele standaarden. Maar de NRC geeft Obama opnieuw het voordeel van de twijfel en associeert hem met hervormingen. Ondanks het vuile water dat onder de brug is gestroomd.

De NRC neemt die 9de augustus frasen van Obama’s persconferentie over en stapelt ze in een artikel zonder kritische lijn tot een kaartenhuis van vooronderstellingen. Een bloemlezing: ‘Barack Obama gaat een beroep doen op het Congres voor meer transparantie en toezicht bij het verzamelen van burgergegevens. “We kunnen en móeten transparanter zijn.“‘ En: ‘De Amerikaanse regering gaat nu meer informatie vrijgeven over de wijze waarop in binnen- en buitenland gegevens worden verzameld door de inlichtingendiensten.’ En: ‘Op onder meer deze manier moet het surveillanceprogramma van de NSA hervormd en beperkt worden.’ En zo door. Het zou kunnen, maar het zou ook niet kunnen. Is dat kritische berichtgeving van een ‘kwaliteitskrant‘?

De kritiek op het uitblijven van een omslag in het denken van de buitenlandredactie van de NRC blijft op dit blog een herhaling van zetten. Zie hier en hier en hier. Zolang de NRC weigert in te zien dat president Obama leugenachtig, afwachtend en passief is en daarbij volop kansen mist om de veiligheidsdiensten en de militairen weer in het gareel te brengen, verdient de krant deze kritiek. Zolang het zelf de ‘framing’ van de regering-Obama blijft volgen, wordt de NRC zelf als goedgelovig en kritiekloos ‘geframed’. Het is niet anders.

Foto: Schermafbeelding van opening online NRC-artikel ‘Obama presenteert hervormingen NSA en gaat in op kwestie-Poetin‘, 9 augustus 2013.

Wilkerson over Snowden, politiestaat en eeuwigdurende oorlog

Update: Opvallende overeenkomst met Wilkerson is de steunbetuiging van een andere gematigde Republikein, oud-Senator Gordon Humphrey van New Hampshire.  Hij correspondeert met Edward Snowden en Glenn Greenwald. En zegt tegen Snowden: ‘I believe you have done the right thing in exposing what I regard as massive violation of the United States Constitution.’

Lawrence Wilkerson is ex-kolonel, gematigd Republikein en voormalig stafchef van minister van Buitenlandse Zaken Colin Powell. Hij geeft in zijn slaapkamer z’n analyse van de eeuwigdurende oorlog, the perpetual war. Juist omdat deze oorlog geen omlijnd einddoel heeft en daarom eindeloos kan voortduren roept zo’n oorlog de vraag op wat het eigenlijke doel ervan is. Gaat het om het verslaan van een buitenlandse vijand, of om het onder de duim houden van het binnenland en het doorsluizen van overheidsgeld? Zodat deze oorlog eigenlijk tegen de eigen bevolking gericht is. De recente onthullingen van Edward Snowden over de massale spionage geven voedsel aan de laatste optie. De eeuwigdurende oorlog is een voorwendsel om beslag te leggen op de uitvoerende macht en overheidsgeld. En bedenk: de miljarden dollars die aan oorlog en veiligheid worden uitgegeven kunnen niet besteed worden aan zorg, onderwijs, infrastructuur en sociale programma’s.

Hoe grijpt het samen? The Perpetual War bestaat uit de hechte vermenging van overheid en bedrijfsleven. Inclusief nieuwsorganisaties en adviesbureaus die als een WC-Eend met een zogenaamd objectieve blik het eigen bedrijfsbelang veiligstellen. Via een voortdurend draaiende deur schuift geld van de overheid naar het bedrijfsleven. Edward Snowden was niet in overheidsdienst en had in dienst bij Booz Allen toegang tot topgeheime documenten. Maar niemand controleerde de medewerker van dit bedrijf. Zo zijn er miljoenen medewerkers bij bedrijven die miljarden dollars overheidsgeld voor hun rekening nemen. Voor welk doel?

President Obama praat telkens geruststellend over mensenrechten, sluiting van Guantanamo Bay en een einde aan de overzeese oorlogen, maar voegt op geen enkel moment de daad bij het woord. Obama blinkt uit in het tentoonspreiden van goede bedoelingen en zorgt voor het ‘goede’ gezicht van de Amerikaanse politiestaat in wording. Voor wie het nog wil geloven. Barack Obama als pseudo-winnaar van de Nobel Prijs voor de Vrede.

Zo is in de VS een systeem opgebouwd waarin de twee gevestigde politieke partijen, overheid, bedrijfsleven, het militair-industrieel complex waarover Wilkerson praat met verwijzing naar president Eisenhower die er in 1961 al voor waarschuwde en de gevestigde media zonder risico’s alle macht naar zich toe hebben getrokken. Dit drukt ook een stempel op Nederland. Hoewel, er zijn godzijdank nog enkele risico’s: klokkenluiders en kritische journalisten. Reden dat president Obama deze groepen harder aanpakt dan welke andere president ooit deed. Inclusief de liegende ‘Tricy Dick‘ Nixon en de zogenaamde Texas Ranger George ‘W’ Bush.

wiki

Foto: Tweet Wikileaks, 15 juli 2013: De VS onder Obama veranderen in een politiestaat waar ongestraft bespioneerd en gedood wordt.