De vertaling van de woorden van de Litouwse liberale Europarlementariër Petras Austrevicius in een bericht van Belsat luidt alsvolgt: ‘Hoe minder democratisch het land is, hoe belangrijker de rol van sport wordt. Het wordt een propagandamiddel’. Hij verwijst naar de Russische Federatie en de door de staat gesponsorde dopingfraude bij de Olympische Winterspelen van 2014 in Sotsji. Dit zijn prikkelende woorden met een kern van waarheid. Het zijn doorgaans autoritaire regimes als de voormalige DDR en de Soviet-Unie, en nu de Russische Federatie, China of Cuba die belang hechten aan goede prestaties in de internationale sportarena.
De stelling kan ook omgekeerd worden en van toepassing zijn op andere sectoren. Wat te denken van ‘Hoe democratischer het land is, hoe belangrijker de rol van kunst wordt. Het wordt een middel van nationale identiteit’. Of: ‘Hoe democratischer het land is, hoe belangrijker de rol van een eerlijke verdeling van geld en middelen wordt. Het wordt een middel van nationale identiteit’. De Nederlandse bevolking zou de keuze voorgelegd moeten krijgen op welk terrein het wil dat het land zich dient te onderscheiden van andere landen.
Het is een combinatie van waar Nederland goed in is en hoe het zichzelf het beste en het meest doelmatig kan verkopen. Nu gaan Nederlandse politici er klakkeloos vanuit dat door sport Nederland de eigen kwaliteiten optimaal in het buitenland kan uitventen. Dat is lui gedacht. Het is nog maar de vraag of de bevolking aan sport daadwerkelijk dit belang toekent. Des te meer omdat al een heleboel landen ook sport gebruiken om zich te onderscheiden. Dat vraagt een fikse investering en drijft te prijs om via sport te presteren enorm op.
Nationalisme en vlagvertoon dat samengaat met internationale sportwedstrijden en tot op de tribune gesteund wordt door politici die achter de successen aanhobbelen is voorspelbaar, saai, geesteloos, simpel, onzinnig en suf. Dat straalt op Nederland af. Mede -en juist- als het Wilhelmus klinkt en het Oranjelegioen hossend tribunes bezet. Politici beseffen waarschijnlijk als geen ander dat wat ze doen dom is, maar ze uit profilering niet kunnen nalaten om te doen. Dat moet overigens niet verward worden met de competitie van sporters. Daar is niks mis mee. Het gaat om politici die mooie sier proberen te maken met internationale sport en nationalisme. Als de stelling klopt dat hoe meer ze er propaganda mee bedrijven, hoe minder democratisch Nederland wordt, dan verdient het aanbeveling om de steun voor die topsport drastisch te verminderen.
Foto: Koning Willem-Alexander, premier Mark Rutte en Maxima juichen op de tribune in Sotsji 2014 voor schaatser Sven Kramer.