A Tale of Two Cities: Pompeï en Amersfoort. Twijfels bij een foto uit 1933

Paul Schulz, Neu-Pompeji, 1933. Collectie: Deutsche Fotothek.

Hoe kan het dat in een Duitse fotocollectie een foto van Pompeï (Duits: Pompeji) wordt gelokaliseerd in Amersfoort? In de toelichting bij deze foto staat over de locatie: ‘Pompeji; Google-Maps-Lokalisierung: Stadt: Amersfoort, Stadtteil: Kattenbroek, Provinz: Utrecht, Land: Niederlande‘.

De verklaring is simpel. In de wijk Kattenbroek in Amersfoort bestaat een straat die Pompeji heet. Gelegen tussen Palmyra en Troje. In de naamgeving heeft Amersfoort niet de meest gangbare Nederlandse schrijfwijze Pompeï gevolgd. Pompeji en Pompeii zijn echter ook toegestane Nederlandse transcripties.

Schermafbeelding van ‘Postcode Pompeji 1 t/m 17 in Amersfoort is 3823 KC

De automatische digitalisering van de Duitse fotocollectie zoekt op naam en komt blijkbaar uit in Amersfoort.

Het is overigens opvallend dat het Archief Eemland het in vier items niet heeft over de officiële straatnaam Pompeji, maar in drie items over Pompeï en in een item over Pompei spreekt. Dat is onzorgvuldig en zorgt voor onnodige verwarring.

Het effect is dat in een fotocollectie het zuidelijke Pompeï en het noordelijke Amersfoort versmelten. De koetsjes staan te wachten om vanuit Amersfoort de rit naar de opgravingen te maken. Via een zwart gat in de digitale ruimte.

De toeschrijving leert ons dat we kritisch moeten zijn op bijschriften van digitale collecties. Daar kunnen fouten of onvolkomenheden in zitten. Uiteraard is dat niks nieuws. Ontsluiting van collecties voor een breed publiek is prima, maar moet ons niet opschepen met foute informatie.

In dit voorbeeld is het duidelijk dat er iets is fout gegaan omdat we van een kilometer afstand herkennen dat dit geen beeld van Amersfoort is. Maar wanneer het minder duidelijk is, wat dan?

Gemengd Nieuws. Heldendaad van grootvader is via Delpher terug te vinden

Er is teveel nieuws om uit te kiezen. Zoals een kabinetscrisis in Nederland of toenemende spanning in de VS met een aftredende president Trump en Joe Biden die zich voorbereidt op zijn presidentschap. Klopt het gezegde dat in de krant van gisteren de vis wordt verpakt? Er bestaat ook een variant die zegt dat in de krant van vandaag morgen de vis wordt verpakt. Het komt op hetzelfde neer, namelijk dat nieuws snel achterhaald is.

Toch ben ik dankbaar dat via Delpher dat ruim 120 miljoen pagina’s uit Nederlandse kranten, boeken en tijdschriften heeft gedigitaliseerd bovenstaand bericht uit De Courant (uitgever NV Dagblad de Telegraaf/NV De Courant) van 21 april 1922 is terug te vinden. Dit gemengde nieuws is ook in zes andere kranten van 21-24 april 1922 terug te vinden. De veelheid aan informatie geeft reliëf aan het nieuws van vandaag.

De hoofdpersoon in dit bericht is mijn grootvader Willem Muller. Hij was reder van sleepboten in Terneuzen. Hij redde op de 7de november 1921 als kapitein op de Westerschelde opvarenden van een Engels zeilschip dat in een vliegende storm voor de Braakman dreigde te vergaan.

Door de tijd vervagen de feiten, zo spreekt een bericht uit 1986 in de PZC abusievelijk over 17 november en een stoomschip. Van de andere kant spreekt bovenstaand bericht over ‘survivor’, terwijl er toch meerdere opvarenden werden gered. Het zilveren blad werd na het overlijden van mijn grootvader in 1962 lange tijd in mijn ouderlijk huis bewaard.

Zo heeft iedereen een familiegeschiedenis die via Delpher is terug te roepen en het verleden tot leven brengt en de feiten hopelijk juist aanscherpt. Voor wie in de openbaarheid treedt is het niet altijd makkelijk om het persoonlijke van het algemene belang te (onder)scheiden. Mensen maken daar verschillende afwegingen in. Maar een heldendaad van een grootvader mag genoemd worden. Gemengd nieuws is stof voor gemengd nieuws.

Foto: Schermafbeelding van berichtHet Engelsche gouvernement erkentelijk’ in De Courant, 21-04-1922.

Gedachten bij de foto ‘Portret van Betsy van Vloten (vrouw van schilder en fotograaf Willem Witsen) en hun zoon Erik, circa 1900’

Op de site van enkele Parijse musea (‘Paris Musées’) kan men sinds kort digitaal bladeren in de collecties. Het gaat om het Musée d’Art Moderne en het Musée Carnavalet en Petit Palais. Ik werd hier attent op gemaakt door een bericht op de Belgische erfgoedsite Faro. Sam Dovil van het kennis- en expertisecentrum Packed/ Vlaams Instituut voor Archivering geeft de afweging weer voor musea om hun collectie te digitaliseren: ‘Musea wilden de kosten van de digitalisering recupereren. Intussen groeit het besef dat zoiets personeel vergt en niet meteen rendabel is. Musea als het Rijks hebben een belangrijke stap gezet. Ze verkopen niet langer hun reproductie, die dan op een Heineken-etiket belandt. Ze bieden hun imago en cultureel kapitaal aan.’ Ofwel, musea voelen de adem van de politiek in hun nek om niet blindelings hun ‘beelden’ te gelde te maken.

Ik zocht op de site van Paris Musées op fotografie. Het is een rijke bron met foto’s van de Commune van 1871, bombardementen met een Zeppelin in de Eerste Wereldoorlog, de bevrijding van Parijs in 1944, ‘vrije’ foto’s van Brassaï uit de na-oorlogse jaren of de stadsbeelden van het 19de eeuwse Parijs met boulevards én armoedige stegen. Komende tijd zal ik er hier enkele voorbeelden van plaatsen die me bijzonder aanspreken.

Om te beginnen een Nederlandse invalshoek in een Parijse collectie. Het is de enige foto van Willem Witsen in de collectie. De titel is: ‘Portrait de Betsy van Vloten (épouse du peintre et photographe Willem Witsen) et de leur fils Eric, vers 1900.’ Dus: ‘Portret van Betsy van Vloten (vrouw van schilder en fotograaf Willem Witsen) en hun zoon Erik, circa 1900.’ Betsy van Vloten was van 1893 tot 1902 getrouwd met Witsen. Hun zoon Erik werd op 10 juli 1896 geboren, aldus de Wikipedia-pagina over haar. Ze is hier eind dertig. Hoe de foto is verworven en in de collectie van het Musée Carnavalet, Histoire de Paris terecht is gekomen is onbekend. Evenmin is de locatie van de foto bekend. Is dit Parijs of Nederland? De scherpe neus van Betsy komt mooi uit in de spiegel.

Uitkomst bieden andere foto’s Op de ene is Betsy in dezelfde kleding en in dezelfde kamer te zien met haar jongste zoon Odo. Die was geboren op 27 juli 1898. De volwassen man links is Betsy’s broer Odo van Vloten. Datering is 1900-1901. Dan is Odo Witsen tussen de 1,5 en 2,5 jaar. Op een andere foto in dezelfde setting zijn Odo van Vloten en Odo Witsen te zien. Op weer een andere foto in opnieuw dezelfde setting is een andere broer van Betsy, te weten Gerlof van Vloten samen te zien met Erik Witsen (zonder pet). Het is waarschijnlijk dat Witsen rond 1900 een familiebijeenkomst heeft gefotografeerd waar twee broers van Betsy aanwezig waren: Odo en Gerlof. Het is logisch om te veronderstellen dat de locatie het adres is waar Betsy en Willem tot hun scheiding in 1902 gevestigd waren. Namelijk Villa Zonneberg (ook: De Zonneberg) in Ede. Het is gissen of de broers Van Vloten nog een missie hadden bij hun bezoek. Zoals het bemiddelen bij of het redden van het huwelijk van zus Betsy. Maar dat is pure speculatie die niet past in een feitenrelaas aan de hand van foto’s.

Foto 1: Willem Witsen, ‘Portrait de Betsy van Vloten (épouse du peintre et photographe Willem Witsen) et de leur fils Eric, vers 1900’. Collectie Musée Carnavalet, Histoire de Paris.

Foto 2: Willem Witsen, ‘Odo van Vloten = broer Betsy + Betsy en Odo Witsen’, 1900-1901. Collectie ‘Willem Witsen: Tachtiger in brief en beeld’. Copyright: Prentenkabinet (UB Leiden).

Raadsel bij twee foto’s met beschrijving ‘Bollen Suzy Terneuzen’

Wie enige oppervlakkige kennis van jazz heeft herkent op de bovenste foto de musici Ben Webster en Willie ’The Lion’ Smith (met ronde hoed) en op de onderste foto Dave Brubeck met in de rechter benedenhoek opnieuw de hoed en kop van Smith. Ik zocht online in de collectie van het Nederlands Fotomuseum op naam van mijn geboorteplaats Terneuzen. Een schatkamer vol herinneringen, verwijzingen en beschrijvingen.

Maar de beschrijving bij beide foto’s is raadselachtig: ‘Bollen Suzy Terneuzen’. Dat is blijkbaar een naam van een vrouwelijke persoon die in Terneuzen woonachtig was in november 1966, toen de foto’s werden gemaakt. Er zijn nog twee foto’s in de collectie met deze beschrijving, op de ene loopt de vrouw die blijkbaar Suzy Bollen is langs de toenmalige vissershaven aan de Scheldekade en op de andere foto zit ze blijkbaar met een man die haar echtgenoot is binnenskamers op een fauteuil. De foute beschrijving vergroot de mystificatie.

Dit maakt duidelijk dat digitalisering van foto’s een arbeidsintensief werk is. Het is ongeloofwaardig dat fotograaf Eddy de Jongh de beschrijving bij de twee foto’s heeft aangeleverd. Er is iets misgegaan bij de digitalisering. In elk geval klopt de datering, want in november 1966 vond in de Rotterdamse Doelen het jaarlijkse Newport Jazz Festival Europe plaats met op de affiche onder meer Willie ‘The Lion’ Smith en Dave Brubeck. Op 6 november 1966 was Eddy de Jongh in Rotterdam. En wat Ben Webster in Rotterdam deed? Het lijkt erop dat hij op een andere foto van De Jongh de playlist doorneemt met Willie ’The Lion’ Smith.

Foto 1: Eddy de Jongh, ‘EDJ-3040-03 Bollen Suzy Terneuzen’, november 1966. Collectie: Nederlands Fotomuseum.

Foto 2: Benno Wissing, Affiche van het Newport Jazz Festival Europe, november 1966. Collectie: 

Foto 3: Eddy de Jongh, ‘EDJ-3040-04 Bollen Suzy Terneuzen’, november 1966. Collectie: Nederlands Fotomuseum.

Fondsenwervingsactie Jill Stein voor hertelling stemmen. Geen zekerheid dat verkiezingen niet gehackt zijn

De paradox kan niet groter zijn. De presidentskandidaat van de Groene partij Jill Stein legt op het door het Kremlin gecontroleerder staatsmedium RT America (voorheen Russia Today) uit dat ze een fondswervingsactie is gestart voor een hertelling in drie cruciale staten Pennsylvania, Wisconsin en Michigan. Trump won in deze staten met een verschil van in totaal 55.000 stemmen. Als Clinton deze staten wint, dan heeft zij de meerderheid in het Electoral College en wordt tot president gekozen. Omdat Clinton terughoudend is heeft Stein het initiatief genomen. Ze kan dat omdat ze als presidentskandidate belanghebbende is. Stein zegt in een verklaring bij de fondsenwervingsactie dat het haar niet te doen is om Hillary Clinton te helpen, maar de betrouwbaarheid van het kiessysteem te vergroten. Er wordt naar het Kremlin gekeken dat via hacks in de stemmachines de uitslagen zou kunnen hebben gemanipuleerd. Er zijn sterke aanwijzingen dat Russische hackers via WikiLeaks lekken van de Democratische partij verspreidden om Clinton in diskrediet te brengen.

De Clinton-campagne is om drie redenen terughoudend bij de actie om een hertelling aan te vragen. Het wil zich niet laten kennen als slechte verliezer en evenmin suggereren dat het vindt dat het systeem ‘rigged’ is. Iets wat Trump altijd beweerde. Totdat hij gewonnen had. Verder is er twijfel onder computerdeskundigen en statistici over de grond voor de claim. Zie hier een artikel in The Guardian. In districten met stemmachines in Wisconsin zou Trump disproportioneel gewonnen hebben, terwijl dat in districten met papieren stembiljetten niet het geval was. Waarom dat dan voor Pennsylvania en Michigan ook zou gelden is onduidelijk, behalve dat de verschillen er klein waren. In Michigan werden trouwens alleen papieren stembiljetten gebruikt.

Op de claim over het verschil tussen papieren en elektronisch stemmen komt computerwetenschapper J. Alex Haldeman terug. Zijn naam werd dinsdag genoemd in een verslag in New York Magazine dat de kwestie in de openbaarheid bracht. Hij en anderen namen contact op met John Podesta van de Clinton-campagne. Later die dag zegt Haldeman in een update dat er waarschijnlijk geen sprake is van een cyberaanval op stemmachines. Maar uitsluiten doet hij het evenmin. Het ‘zou kunnen’. Amerikaanse elektronische stemmachines kennen problemen, zijn kwetsbaar voor cyberaanvallen en sommige staten handelen naïef en nalatig. De enige manier om dat volgens Haldeman te controleren is een hertelling: ‘The only way to know whether a cyberattack changed the result is to closely examine the available physical evidence — paper ballots and voting equipment in critical states like Wisconsin, Michigan, and Pennsylvania. Unfortunately, nobody is ever going to examine that evidence unless candidates in those states act now, in the next several days, to petition for recounts.’ 

Op de site Five Thirty Eight van de gezaghebbende statisticus Nate Silver wordt dat verschil tussen de uitslagen in districten met papieren biljetten en stemmachines in een artikel van Carl Bielik en Rob Arthur verklaard uit demografische verschillen die te maken hebben met leeftijd en opleiding, en niet-witte kiezers. Deze auteurs sluiten achter evenmin uit dat de verkiezingen gehackt waren. Hoe geavanceerder en slimmer de hackers handelden, hoe geavanceerder en gedetailleerder het onderzoek moet zijn om dat op te sporen.

Een hertelling kan het vertrouwen in het kiessysteem ondermijnen. En is daarom een paardenmiddel. Maar het feit dat het debat over de soliditeit van het stemproces zo hoog oploopt laat zien dat elektronisch stemmen zonder ingebouwde zekerheden politiek niet transparant, technisch onbetrouwbaar en maatschappelijk ongewenst is. Zeker vanwege cyberaanvallen door vreemde mogendheden op westerse landen is het naïef om blind te vertrouwen op elektronisch stemmen. De opkomst van het populisme heeft de inzet verhoogd.

In Nederland wordt sinds 2009 met rood potlood en papier gestemd. Commissies volgen elkaar op, zo blijkt uit een overzicht van de Kiesraad. In recente debatten stond het stemgeheim centraler dan een hack door installatie van malware. Minister Plasterk van Binnenlandse Zaken opteert vanwege het kostenaspect voor herinvoering van elektronisch stemmen, maar wil zekerheden ingebouwd zien. Zo drukken kamerleden en computerdeskundigen hem op het hart. Bedrijven zijn gevraagd om op dit eisenpakket een nieuw product te ontwikkelen. In een lelijk woord heet dat ‘marktuitvraag’. Naar verwachting maakt Plasterk eind 2016 bekend wat de uitkomst hiervan is. Bij de Tweede Kamer verkiezingen van 15 maart 2017 wordt nog met potlood en papier gestemd. Een geruststellende gedachte voor wie de Amerikaanse discussie in ogenschouw neemt.

Kloof tussen elite en burger. Keuze tussen lamlendigheid en uitbuiting

Jac. de Nijs, Gemeenteraad bezoekt Artis. Wethouder De Wit en G.W. Keja bij olifant, 1968. Collectie: Nationaal Archief.

Dit schreef ik in 2015:

De kloof tussen elite en burger is een probleem waar de politieke partijen grotendeels voor verantwoordelijk zijn. Het werkt meerdere kanten op. De elite kan de burger niet duidelijk maken wat essentieel is (klimaat, Europa, vluchtelingen) en begrijpt de zorgen (zorg, ouderen, baan, woning) van de burger niet die niet eindeloos wil calculeren met zorgverzekeringen die onvergelijkbaar zijn of treinkaartjes die niet meer tegen de beste prijs centraal ingekocht kunnen worden.

Daarbij komt de digitalisering die tot een nieuwe tweedeling leidt. Burgers zijn nog tevreden, maar vrezen voor hun toekomst zoals uit een buurtonderzoek van NRC bleek.

Wat is het heetste hangijzer? Is dat het gebrek aan representativiteit bij de politieke partijen en het openbaar bestuur waar blanke, hoogopgeleide, welgestelde mannen van middelbare leeftijd het voor het zeggen hebben?

Veelzeggend is dat meer dan 20 jaar na zijn afscheid de ras-Amsterdammer Wim Keja beschouwd wordt als de laatste (of: enige) arbeider in de VVD. Bij de PvdA, CDA of GroenLinks is het niet anders, om over D66 nog maar te zwijgen. Hoewel SP en PVV anders suggereren zijn ook daar geen arbeiders meer te vinden in het kader. Dat leidt tot een systeemfout.

In de politiek wordt over het laagopgeleide deel van de bevolking gesproken, maar niet met of door die burgers. Partijen worden op dit tekort niet eens meer aangesproken.

Elite en burger matchen dus op twee manieren niet. De elite kan niet overtuigend en doelmatig aantonen wat de belangrijkste beleidsterreinen zijn. Zoals gezegd, klimaat, Europa en vluchtelingen. De politieke partijen kunnen zich door de achtergrond van de kaderleden niet meer emotioneel vereenzelvigen met een groot deel van de bevolking dat praktisch wordt losgelaten.

Niet in de steek gelaten omdat de verzorgingsstaat nog steeds goed van niveau is en het volledig wegsnijden ervan voor de partijen averechts zou uitpakken, maar op een psychologisch niveau losgelaten. SP en PVV werpen zich op om het ongenoegen te verwoorden, terwijl ze als politieke partij niet anders handelen dan andere partijen en evenmin de laagopgeleiden zelf opnemen.

Zo wordt de burger dubbel bedrogen: een onderwerp als Europa dat de middenpartijen door ontbrekende overtuiging niet over het voetlicht kunnen brengen wordt door radicale partijen onder het mom van het dichten van de kloof tussen elite en burger gebruikt om een eigen programmapunt over Europa te scoren. Waarbij het de vraag is wie zich naar wie richt: de onvrede van de burger naar de partij, of omgekeerd?

De burger wordt hoe dan ook gebruikt door de politieke partij om te scoren. Tweemaal over de hoofden van de burger heen: door lamlendigheid (middenpartijen) of door uitbuiting (SP en PVV). Het is lood om oud ijzer.

Wordt schaduwzijde van Consumenten eHealth bewust onderschat?

Innovatie in de gezondheidszorg is een goede zaak. Maar onder welke voorwaarden? Voorzitter van de Raad voor de Volksgezondheid en Zorg Pauline Meurs (PvdA) biedt minister Edith Schippers (VVD) een advies aan over Consumenten eHealth. Speels en modern. Deze politici voegen zich helemaal in de marketing van de tijd.

Het is de vorm van eHealth die direct op de consumentenmarkt gericht is en niet op de professionele markt. Een onderdeel daarvan is het Persoonlijk Gezondheids Dossier (PGD) waarvan het de opzet is dat de patiënt zelf online de eigen medische gegevens beheert. Hoe verhoudt zich dat tot het Elektronisch PatiëntenDossier (EPD) dat een landelijke uitwisseling van medische gegevens van patiënten mogelijk maakt en in 2011 door Tweede en Eerste Kamer vanwege onduidelijkheden werd afgewezen? Maar nog lang niet dood is en steeds in andere vorm door het kabinet heimelijk opgetuigd dreigt te worden. Consumenten eHealth kan door de mentale massage van de patiënt een zijdeur worden voor de invoering van EPD 2.0 in de nabije toekomst. De controverse tussen zorgverleners en -aanbieders is niet zozeer dat medische gegevens uitgewisseld moeten worden, maar of dat grootschalig moet gebeuren zoals het kabinet wil. Onder verwijzing naar de kosten.

Meurs noemt als schaduwzijden van Consumenten eHealth de aantasting van de privacy doordat grote bedrijven medische persoonsgegevens verzamelen en daarmee in de weer gaan. Een levensgroot gevaar voor wie alle verhalen over de macht van Facebook en Google serieus neemt. Waarbij medische gegevens mensen nog eens extra kwetsbaar maken. Hoe dan ook is het gevolg van deze stoomwals van adviesorganen en ministerie het passeren, of op z’n minst afwaarderen van het belang van de eerstelijnsgezondheidszorg, in het bijzonder de huisartsen. Vraag is of patiënten dat moeten willen. En ze beseffen daar bewust voor te kiezen.

RTV Rijnmond onduidelijk met oproep bewegend beeldarchief

Een verwijderd item van RTV Rijnmond getiteld ‘Red de Collectie 2’. Naar de bedoeling viel te raden. Bekend is dat beelddragers op celluloid, videoband of diskette verkleven, verkruimelen, vervagen of zelfs ontploffen (nitraatfilm). Paradox van onze beeldcultuur is dat historische beelden onzorgvuldig bewaard worden. Er zijn ook zoveel beelden. Digitale systemen worden na verloop van tijd vaak automatisch gewist. De noodzaak wordt onderkend dat voor de geschiedschrijving beeldarchieven van groot belang zijn. Robin van Persie voor Feyenoord scorend, Pim Fortuyn in debat of gewoon een straatbeeld uit 1990 dat anders is dan dat uit 2015.

Wat RTV Rijnmond met dit item exact probeert te zeggen over het beheer van het bewegend beeldarchief is onduidelijk. Gaat het om preventie, conservering of restauratie? Vraagt het indirect om financiering via overheid, sponsoring of publiek? Ook het overzetten/scannen van video en film naar digitaal is overigens geen garantie voor behoud in de toekomst. Tot wat roept RTV Rijnmond hier nou eigenlijk op? Red de duidelijkheid.

Het was heel erg leuk op Nyenrode. Dat stemt uiterst tevreden

Waar gaat dit over? Wapperende vlaggen, blauwe en witte stoeltjes, diversiteit, invalshoeken, reflecteren op modellen, schuddende handen of bitterballen? Nee, om de CIO. Da’s Angelsaksische managementtaal voor de Chief Information Officer. De persoon binnen een organisatie verantwoordelijk voor informatietechnologie en computersystemen. Feitelijk niet een van de hoogste staffuncties. Het debat was interessant met notabene verschillende kleuringen, de bijeenkomst was leerzaam, en dat alles stemt tot uiterste tevredenheid. Het komt wellicht als verrassing, maar wie je bent als persoon dat maakt een heel groot verschil. Tsjonge. Hoe dan ook, het was heel erg leuk daar op Nyenrode. Waar het precies over ging komt volgende keer. Niet alles tegelijk.

Saskia Sassen geeft te denken over de instabiele digitale wereld

De Nederlands-Amerikaanse sociologe Saskia Sassen laat ons nadenken. Over de instabiliteit van de digitale wereld. Over hoe algoritmen ons leven veranderen. De financieel-economische wereld wordt er hoogst onvoorspelbaar door. Amazone en Google vormen ons en denken vóór ons zonder dat we dat nog beseffen. En zelfs als we dat al deden, zouden we dat terug kunnen en willen draaien? Richting zelfdenken en zelfdoen?

Zie voor meer gedachten over de digitale wereld: @stifterverband voor de Duitse wetenschap.