‘Cultuur In Actie’ is te breed om een verschil te maken voor de kunst en te smal om duurzaam te zijn voor de culturele identiteit

Er komt een nieuwe actie aan. Deze keer gaat het om CultuurInActie. Een beladen acroniem: CIA. Vanwege de 1,5 meter-maatregelen als gevolg van COVID-19 is het een digitale actie die wordt gehouden van 30 mei tot en met 5 juni 2020. Ik heb er een hard hoofd in dat het een lans zal breken voor de kunst. De breedte en de onevenwichtigheid ervan valt op, zoals blijkt uit een fotoblok: Theater, Musea, Dans, Evenementen, Poppodia, Monumenten, Bioscopen, Dierentuinen, Bibliotheken. Dat duidt op denken vanuit productie en bedrijfsvoering. Niet vanuit de kunstdisciplines drama of film, maar Theater en Bioscopen. Niet literatuur, maar Bibliotheken. Niet beeldende kunst, maar Musea. En waarom Dierentuinen en geen kermis, carnaval of bloemencorso? Niet klassieke muziek, jazz of geïmproviseerde en experimentele muziek, maar Poppodia. Wie organiseert dit?

Cultuur is alles dat verbindt, kunst is in de opvatting dat de functie ervan het aanscherpen is er het tegendeel van. Kunst is een onderdeel van cultuur, maar niet elke cultuur is kunst. Cultuur is gericht op de samenleving, kunst is dat niet per definitie. De kunstsector is verdeeld in verschillende, afzonderlijke disciplines, en kunst is weer een klein onderdeel van de cultuur. De claim van de actie is even breed als de opzet ervan: ‘Zeven dagen lang, 12 uur per dag, verzamelen wij geluiden die samen één luide stem vormen. De stem die opkomt voor de cultuur in ons land.’ Het brede karakter van CultuurInActie leidt tot verwarring omdat onduidelijk is waar de organisatoren de grenzen van de cultuur trekken en hoe de grens tussen kunst en cultuur getrokken wordt.

Ik voeg aan het bovenstaande een overweging toe uit een commentaar uit 2017. Als context voor de CIA:
Nederland kan zijn cultuur voldoende beschermen met beleidsmaatregelen die de Nederlandse taal, kunst, geschiedenis en het (cultuur)onderwijs steunen. Maar dat doet de huidige politieke klasse niet. Het kort juist op dit beleid dat een basis onder de Nederlandse culturele identiteit zou kunnen leggen. Hoofdzaak zijn dus geen defensieve maatregelen tegen de radicale islam wat Buma, Klaver en Asscher er in hun reacties van maken, maar offensieve maatregelen die de Nederlandse kunst en cultuur positief  en ruimhartig steunen. Het sterke vermoeden dat Buma weet dat hij deze steun voor de Nederlandse cultuur heeft laten liggen en daarom als afleiding de aanval op de radicale islam zoekt maakt het er nog valser, schijnheiliger en onbetamelijker op.

Wie herinnert zich in 2011 niet toenmalig staatssecretaris Halbe Zijlstra (VVD) in het kabinet Rutte I dat werd gevormd door VVD en CDA en gedoogd door PVV? Dat zijn de drie partijen die met duivels plezier en breed verkondigde minachting de cultuursector een lesje leerden door bovenmatig te korten op het cultuurbudget waardoor de culturele basisinfrastructuur van Nederland ernstig werd aangetast. In 2017 werken deze bovenmatige korting en imageschade nog na en zijn kunst en cultuur deze klap nog steeds niet te boven.

Nodig is niet een actie die vanuit de verdediging van instellingen, organisaties en bedrijven op het raakvlak van cultuur en commercie pleit voor financiële steun vanwege tegenvallers in de bedrijfsvoering, maar een actie die het offensief zoekt. Culturele ondernemers zijn tijdelijk, een solide, integrale culturele identiteit van Nederland is voor de lange termijn. Dat vraagt om een brede actie die pleit voor een beter overheidsbeleid op het gebied van Nederlandse taal, kunst, geschiedenis en onderwijs. Conclusie is dat deze CIA-actie te breed is om echt een verschil te kunnen maken voor de kunsten en te smal om duurzaam te zijn voor de toekomst.

Foto: Schermafbeelding van deel paragraaf ‘over ons’ op cultuurinactie.nl, 29 mei 2020.

Advertentie

Jan Cunen Museum moet sluiten. Ondanks breed protest

2000_evolutieaquarium

Update 10 januari 2015: Is het toeval dat de ontvangst van het plan dat extern adviseur Marco van Vulpen van het Amersfoortse BMC voor de verzelfstandiging voor het Jan Cunen Museum geeft uitgewerkt met teleurstelling wordt ontvangen? Kritiek van oud-directeuren is dat de inbreng van de burgers en kunstenaars uit de stad Oss en omgeving hierin ‘totaal verwaarloosd’ wordt, aldus Het Brabants Nieuwsblad. Oud-wethouder voor de SP Jules Iding voorspelt dat het op deze manier een mottenballenmuseum wordt. Het voorliggende plan wijkt volgens Iding en de oud-directeuren af van het besluit dat de Osse gemeenteraad vorig jaar nam over de toekomst van het museum. Van Vulpen was ook betrokken bij de planontwikkeling van Museum Oud-Amelisweerd in Bunnik die volgens critici niet op een bestuurlijk correcte wijze is verlopen. 

Sluiting van het Jan Cunen Museum in Oss gaat door als er geen externe financiering gevonden wordt. De bezuinigingen van een half miljoen euro op het museum en het Stadsarchief zet de gemeente Oss volgens plan door. Zo bleek gisteren uit de behandeling van de Voorjaarsnota. De SP, D66, Beter Oss en GroenLinks stemden tegen. Uit die korting trok directeur Nicolette Bartelink eerder de conclusie dat voortzetting niet zinvol is. Ondanks een hoop verontwaardiging van kunstliefhebbers, een pleidooi van kunstenaars als Paul Klemann en Mai van Oers, Jan Marijnissen, een protestsite, een petitie, de initiatiefgroep Red Museum & Archief en het ultieme konijn uit de hoed van het Nederlandse poldermodel: ‘een werkgroep van wijzen‘.

Is het erg dat het Jan Cunen Museum in Oss moet sluiten? Ach, Nederland, Brabant en Oss overleven het wel. Ondanks het feit dat een meerderheid van de bevolking tegen sluiting is, inclusief de Osse ondernemers en de Rotary die vrezen voor een verslechterd vestigingsklimaat. Het deert de collegepartijen VVD, CDA, PvdA en Voor De Gemeenschap niet. De macht van het getal is hun argument. Vooraf zei de Osse VVD dat ‘exploitatie van een museum geen primaire gemeentelijke taak is‘. Met als eindplaatje ‘Een zelfstandige cultuursector‘. Met dezelfde redenering kan alles verzelfstandigd worden: onderwijs, zorg, gevangenissen of krijgsmacht.

Directeur Peter Jongsma van het Golfbad verwoordt in een tweet als antwoord op SP’er Jules Iding opnieuw het gezonde volksoordeel: ‘Kunst IS elitair! Vandaar zoveel subsidie voor handje vol bezoek.’ De culturele sector zou zich dit standpunt aan moeten trekken. Een schande is het trouwens niet dat kunst elitair is. Zoals in een land vol minderheden sport, film, popmuziek, religie of De Efteling ook elitair zijn. Met een Museumkaart werden in 2012 19,5 miljoen bezoeken aan een Nederlands museum gebracht. Het geeft mensen veel plezier. Een massale elite, zoals ook de top-50 dagattracties over 2012 leert met 10 musea. Deze mix van musea, attractieparken, dierentuinen, zwembaden en recreatiegebieden biedt elk wat wils. Oud, jong, laagopgeleid, hoogopgeleid, sportief, natuurliefhebber, cultuurliefhebber, energiek, intellectueel, reflectief, noem maar op.

Het Jan Cunen Museum is onderdeel van die infrastructuur. Wie aan de onderkant onderdelen weghaalt moet niet verbaasd zijn als na verloop van tijd het hele bouwwerk instort. Da’s de consequentie van de sluiting van een plaatselijk museum met landelijke uitstraling. Da’s precies de verantwoordelijkheid van het Osse college.

Foto: Paul Klemann, Aquarium of evolution. Tekening, 2000. Credits: Paul Klemann.