Het rommelt in Amersfoort. Moet er ingegrepen worden?

Het rommelt in politiek Amersfoort: mislukte projecten, een verbroken belofte over het Armando Museum die 1 miljoen euro kost, overschrijdingen, onregelmatigheden in nieuwbouwwijk Vathorst, een verzakte kademuur bij museum Flehite en als klap op de vuurpijl een opgestapte gemeentesecretaris. Bijzonder omdat het sinds eind 2011 na Gerard de Klein, Piet Buijtels en Henk Huitink de vierde is die opstapt, zo citeert Binnenlands Bestuur Hans van Wegen van Burger Partij Amersfoort (BPA). Hij wijt het aan de stadhuiscultuur: ‘Die overheersende cultuur op het stadhuis is nog steeds : “Wij weten het beter. Beter dan de gemeenteraad. Beter dan de burger.”’ Volgens Van Wegen verdient de 13de stad van Nederland een beter bestuur, ambtelijk en politiek. Ambtenaren krijgen te veel ruimte en zouden hun eigen gang gaan. Burgemeester Bolsius doet alsof er niks aan de hand is. Dat geeft te denken. Misschien moet minister Plasterk maar eens krachtig ingrijpen.

Amersfoort wacht miljoenenstrop vanwege claim Elleboogkerk

Amersfoort heeft een bijzonder museumbeleid. Het betaalt talloze miljoenen voor een museum dat het niet heeft. Het zit zo. Op 22 oktober 2007 werd de Elleboogkerk door brand verwoest. Het Armando Museum was er gevestigd. In 2010 verbreekt het Amersfoortse college de belofte tot herbouw. Het gemeentebestuur verbreekt eenzijdig de in 1998 afgesloten prestatieovereenkomst. Voorzitter van Amersfoort-in-C Gerard de Kleijn is not amused, hij beschouwt het niet nakomen van de afspraken als onbehoorlijk bestuur. Om het leed voor het Armando Museum Bureau af te kopen besluit de raad onder veel protest de oude organisatie een bruidsschat van 1 miljoen mee te geven voor een doorstart in landhuis Oud-Amelisweerd in Bunnik. Maar van een leien dakje gaat de besluitvorming niet, de Amersfoortse PvdA beticht het college van misleiding.

Er klink ook andere kritiek op het Amersfoortse gemeentebestuur die overigens in heel Nederland speelt. Zo vraagt raadslid voor GroenLinks Hiske Land zich in 2010 af in een betoog dat probeert weg te komen van de actuele politiek wat het openbaar bestuur eigenlijk nog in de melk te brokkelen heeft bij het museumbeleid. Culturele ondernemingen gaan hun eigen gang en de raad mag desgewenst de tegenvallers aanvullen. Coördinatie en een evenwichtige afweging ontbreken omdat het beleid van incident naar incident hobbelt en het gemeentebestuur zich door toevalligheden laat sturen. Zoals de brand in de Elleboogkerk.

SRO is in 2007 de vastgoedontwikkelaar van de Elleboogkerk die in 2010 door de verzekeraars formeel is gedagvaard, aldus RIB 2012-118 van de gemeente Amersfoort. Samen met de loodgieter DI is SRO door de verzekeraars van het Armando Museum hoofdelijk aansprakelijk gesteld ‘voor de schade die is ontstaan door de brand. Het bedrag van de schade wordt in de dagvaarding gesteld op ongeveer € 5 miljoen‘. Vandaag wordt de zaak in de Utrechtse rechtbank mondeling behandeld, naar verwachting moet SRO betalen.

De gemeente Amersfoort is voor 50% aandeelhouder in het bedrijf SRO. Op 1 januari 2008 is Haarlem ook als 50% aandeelhouder toegetreden tot de NV SRO onder de voorwaarde dat een mogelijke claim van de verzekeraars voor de schade aan de Elleboogkerk door de gemeente Amersfoort gecompenseerd wordt. Zodat Haarlem als aandeelhouder in SRO niet geraakt wordt door de schadeclaim. En Haarlems vermogenspositie in de SRO niet wordt aangetast. De RIB zegt: ‘Met de gemeente Haarlem is afgesproken dat Amersfoort de gemeente Haarlem primair zal compenseren uit de dividenduitkeringen die SRO aan Amersfoort uitkeert. Als dit na vier boekjaren ontoereikend is, komt de restant-betaling ten laste van de gemeentelijke begroting.’

De hoogte van de schade voor Amersfoort hangt af van de schuldvraag. Derving aan inkomsten uit dividenden en restant-betaling kan in de miljoenen lopen. Het Armando Museum blijft Amersfoort achtervolgen. Notabene voor een Museum Oud-Amelisweerd waarover de Amersfoortse raad in februari 2012 zegtDe raad heeft de nodige reserves bij de haalbaarheid van het Ondernemings- en huisvestingsplan van Museum Oud Amelisweerd. Met de subdidieregeling worden de financiële risico’s voor Amersfoort verminderd.

Foto: Brand Amersfoortse Elleboogkerk, 22 oktober 2007

Terugvaloptie Armando Museum op kosten van Amersfoort?

UPDATE 22 juni: De Utrechtse raad steunt met grote meerderheid de kredietaanvraag voor Oud-Amelisweerd. Dat verknoopt is aan een specifieke exploitant: Stichting Museum Oud-Amelisweerd. Vincent Oldenborg (Leefbaar) was helder in een wollig debat. Als het misgaat dan heeft Utrecht mede op kosten van anderen een prima museumgebouw. Naar zijn idee zonder subsidie van Utrecht. Niemand sprak hem tegen. 

Op 6 december 2011 nam de Amersfoortse gemeenteraad de motie ‘Gelden Armando Faillisementsproof van de PvdA en TROTS aan. De indieners constateren dat het Ondernemings- en Huisvestingsplan van een Museum Oud-Amelisweerd ‘zeer ambitieuze plannen bevat m.b.t. inkomstenwerving op gebied van bezoekersaantallen, horeca, verhuur en fondsenwerving‘. Amersfoort steunt dit museum met een bruidsschat van 1 miljoen euro. De indieners willen deze steun gefaseerd uitbetalen zodat bij een faillissement of falen van de Stichting Museum Oud-Amelisweerd de restanten van het bedrag terugvloeien naar Amersfoort.

Op 13 december 2011 stuurde het Utrechtse College een brief naar de Commissies Stad & Ruimte en Mens & Samenleving waarin het weinig bezwaren ziet in bovengenoemd Ondernemings- en Huisvestingsplan. De brief bevat tegenstrijdigheden. Erin wordt een ‘terugvaloptie’ geschetst indien de ambities van het nieuwe museum niet realiseerbaar zijn. Dan komt Utrecht met de variant van een ‘sitemuseum’ of ‘open monument’ onder beheer van het Centraal Museum. Ofwel, een continuering van de situatie zoals die sinds 1990 bestaat.

Verzelfstandiging van het CM kan nog een complicatie vormen. Da’s in opdracht van het college onderzocht in een haalbaarheidsonderzoek. Conclusie is dat het zou kunnen, maar de realiteit is dat het nog niet zover is of dat verzelfstandiging ook noodzakelijk is. Om formele redenen werd een Tijdelijke Ondernemingsraad opgetuigd om het personeel mee te laten praten. Dit is voluit kritisch. Met name het Raad van Toezicht-model biedt minder kwaliteit dan een gemeenteraad die de wethouder controleert. Voorbeelden bij Raden van Toezicht van verzelfstandigde Amsterdamse, Goudse en Groningse musea tonen stelselmatig falen aan.

Op 30 december 2011 heeft het Amersfoortse raadslid Raphaël Smit van de fractie Groep van Vliet zijn zorgen uitgesproken over de tegenstrijdigheden in de verhuizing van het Armando Museum naar Oud-Amelisweerd. Smit wijst op een principieel punt uit de overeenkomst van 15 januari 1998 tussen Amersfoort, Armando en zijn ex-vrouw Tony de Meijere. De RIB 2010-136  (p. 7) parafraseert de bepaling alsvolgt: ‘dat er op grond van de overeenkomst museaal verantwoorde expositieruimte in Amersfoort moet worden geboden’ en (p.8) ‘zolang de gemeente binnen haar mogelijkheden museaal verantwoorde expositieruimte biedt in Amersfoort, handelt zij juridisch in overeenstemming met bovengenoemde overeenkomsten.

Al sinds het afblazen van de herinrichting in de Elleboogkerk is duidelijk dat het Amersfoortse college deze overeenkomst van 1998 en een latere prestatieovereenkomst van na de brand niet nakwam zoals was afgesproken. In juli 2010 werd de gemeenteraad door toenmalig A-in-C directeur Gerard de Kleijn van woordbreuk en onbehoorlijk bestuur beticht. Maar de collegepartijen dekten deze beslissing van het college.

Tijdens de beraadslagingen in 2011 over de bruidsschat werd de raad het beeld geschetst dat weliswaar de overeenkomst van 1998 en de prestatieovereenkomst van na de brand niet nagekomen zouden worden door het college, maar dat dit naar de geest wel zou gebeuren in landhuis Oud-Amelisweerd. Zoals Smit zegt: ‘De verhuizing van het Armandomuseum naar Oud-Amelisweerd betekende, dat het artistieke erfgoed van Armando elders een vaste plaats zou krijgen, overeenkomstig de opzet van het Armandomuseum in de Elleboogkerk. Hierin lag het morele motief om een forse bruidsschat beschikbaar te stellen.’ 

Er speelt een misverstand dat de Amersfoortse raad aan zichzelf te wijten heeft. Tijdens de raadsdebatten werd over de verhuizing van het Armando Museum gesproken, alsof dat elders in een kale ruimte uitgepakt zou worden. Maar Oud-Amelisweerd is een rijksmonument dat een waarde in zichzelf vertegenwoordigt. Vanaf het begin was duidelijk dat de Armando collectie in samenhang met de collectie unieke achttiende-eeuwse Chinese behangsels gepresenteerd zou worden, zoals het Ondernemings- en Huisvestingsplan stelt. Van een autonoom Armando Museum op de locatie Oud-Amelisweerd is nooit sprake geweest.

Toch heeft Smit een punt als-ie wijst op de ‘terugvaloptie’ uit de brief van 13 december. De indruk ontstaat dat Utrecht het Amersfoortse geld aanwendt om een Utrechts museum op te tuigen. Daarover maakt-ie zich zorgen. Want als in 2016 blijkt dat de ambities van een Museum Oud-Amelisweerd met 40.000 bezoekers niet haalbaar zijn, dan stuurt Utrecht de Armando Collectie terug naar Amersfoort. Niet onmogelijk gezien het ontbreken van een gezonde exploitatiebegroting. Dan heeft dit Bunnikse avontuur Amersfoort zo’n 700.000 euro gekost en kan het opnieuw beginnen. Met het bestuderen van de overeenkomst van 15 januari 1998.

Het Utrechtse VVD-raadslid Jesper Rijpma is eveneens kritisch op de onderbouwing van de plannen van een Museum Oud-Amelisweerd. Volgens Rijpma is het eerder gebaseerd op aannames dan op realisme. Naar verwachting worden zijn vragen begin februari in de raadscommissie Mens & Samenleving behandeld.

Foto: De Kei van Amersfoort, 1661. Credits: Erfgoedhuis Utrecht/ Museum Flehite

Amersfoort-in-C verdraait waarheid over Oud-Amelisweerd

Marco van Vulpen is sinds oktober 2010 directeur van Amersfoort-in-C als opvolger van Gerard de Kleijn die nu directeur van museumgoudA is. Sinds 1 september 2011 is hij in vaste dienst. Evenals De Kleijn is Van Vulpen geen man van de praktijk die het vak in een museum geleerd heeft, maar een bestuurder en beleidsambtenaar. Verschil met De Kleijn is trouwens dat Van Vulpen goed geschoold is in de kunstvakken.

In een interview met John Spijkerman in De StadAmersfoort.nl verdedigt Van Vulpen zijn beleid. Hij legt uit dat vanwege economische motieven Amersfoort wilde bezuinigen op cultuur en een van de vier instellingen voor beeldende kunst wilde sluiten. Dat werd niet KAdE, maar het Armando Museum. Hij verantwoordt die keuze alsof Oud-Amelisweerd zich in de zomer van 2010 als toevallig alternatief aandiende.

Daarmee gaat hij voorbij aan de bestuursopdracht die wethouder Lintmeijer aan CM-directeur Jacobs gaf en die deze bij Yvonne Ploum deed uitkomen. Zijn partner en leidinggevende van het Armando Museum Bureau. Van Vulpen voegt toe: ‘Landgoed Oud Amelisweerd stond al decennialang te verkrotten en te verpieteren.’

Dit is om meerdere redenen een onhandige uitspraak. Hiermee suggereert Van Vulpen dat de beheerder Centraal Museum sinds 1990 haar beheerstaak heeft verwaarloosd. En dat opeenvolgende Utrechtse cultuurwethouders en de provincie Utrecht dit hebben laten gebeuren. Ook spreekt hij hiermee de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed aan dat een rijksmonument zou laten verkrotten. Niets is minder waar. Sinds 1990 is er aanzienlijk kunsthistorisch onderzoek en restauratiewerk verricht in Oud-Amelisweerd.

De uitspraak van Van Vulpen past in een patroon van bestuurders die de waarheid over Oud-Amelisweerd verdraaien. Inclusief wethouder Lintmeijer. Niet onmogelijk is overigens dat bestuurders als Van Vulpen en Lintmeijer werkelijk niet weten waarover ze praten. In elk geval zoeken ze een verantwoording achteraf voor de onlogische huisvesting van de Armando Collectie in het rijksmonument Oud-Amelisweerd.

Verder kan Van Vulpen zich voorstellen dat er verschillend gedacht wordt over de levensvatbaarheid van het ondernemingsplan voor het Armando Museum. Hij vindt het niet eerlijk dat het een slecht ondernemingsplan wordt genoemd omdat ‘verschillende fondsen budget beschikbaar [hebben] gesteld voor dit plan‘. Dat is waar, aan elke fondsenwervende instelling worden fondsen beschikbaar gesteld. Maar de vraag is of er voldoende fondsen beschikbaar komen voor de investeringen en exploitatie. Dat is niet het geval, er resteren nog steeds aanzienlijke tekorten. Daarom is het eerlijk om over een slecht ondernemingsplan te spreken.

De volgende uitspraak doet het ergste vrezen over het beheer van het Culturele Erfgoed dat ‘gek’ genoemd wordt: Het wordt een totaal nieuw museum Oud Amelisweerd in die setting van dat landgoed met die ‘gekke’ bijzondere Chinese behangsels. Dat wordt een bijzondere museale propositie op een plek die nu al publieksattractie nummer 1 is. Van Vulpen volgt een kwantitatieve benadering en projecteert bezoekscijfers van de landgoederen op een nieuw museum. Dat is een zwaktebod omdat het niets zegt over de toegevoegde waarde van de Armando Collectie voor Oud-Amelisweerd. Marco van Vulpen zou beter moeten weten.

Foto: Geglazuurd aardewerk van Feng Huang door Koninklijke Tichelaar Makkum. Op tentoonstelling ‘Vechtende Krekels‘ van Harmen Brethouwer, Oud-Amelisweerd 1999.

Economische afweging voor Armando Museum gevraagd

DeStadAmersfoort.nl zegt in een stukje getiteld ‘Wellicht eind oktober duidelijkheid over Armando Museum
dat het college van b en w van Utrecht op z’n vroegst op 25 oktober een besluit neemt over het definitieve ondernemings- en huisvestingsplan van het Armando Museum in landgoed Oud-Amelisweerd. Naar verluidt wordt de Utrechtse raad op 22 november geïnformeerd. Dit impliceert dat de raad de informatie van het college aanhoort. En die niet kan amenderen of een besluit zelfs formeel hoeft goed te keuren.

Duidelijk is dat Utrecht geen structurele subsidie gaat geven aan het Armando Museum Bureau of Amersfoort-in-C voor het Museum Oud-Amelisweerd. Maar “Wel wil de gemeente Utrecht geld uittrekken voor de renovatie van en het gereedmaken van Oud Amelisweerd, maar de exploitatiekosten zijn voor Amersfoort, of voor het Armando Museum“, aldus woordvoerder Jeroen Bosch van de gemeente Utrecht. Het is een raadsel wat Bosch hiermee bedoelt. Want de renovatie van landhuis Oud-Amelisweerd is zo goed als afgerond. Hij doelt waarschijnlijk op de additionele herinrichtingskosten van een museum.

Als Utrecht besluit om rond een Armando Collectie een Museum Oud-Amelisweerd in Oud-Amelisweerd te huisvesten dan gaat de eenmalige bijdrage van Utrecht door productsponsoring volledig in de investeringen zitten en gaat er geen cent naar de exploitatie. Dit geeft een impuls aan de investeringen, maar versterkt het draagvlak van de exploitatie niet. Het lijkt voor een realistische inschatting van inkomsten en uitgaven van de exploitatie belangrijk om een langere termijn van vijf jaar aan te houden. Wanneer de overloop met de investeringen voorbij is en de exploitatie definitief op eigen benen staat.

Het is belangrijk om bij de exploitatie eigen inkomsten niet rooskleuriger in te schatten dan bij Nederlandse musea gebruikelijk is. Zo haalt een in het centrum van Rotterdam gelegen publieksmuseum als Boijmans dat publicitair aan de weg timmert, een vast publiek heeft opgebouwd en een doelmatig museumgebouw exploiteert over 2010 een kostendekkingspercentage van 47%. Met Oud-Amelisweerd vergelijkbare musea als Huis Doorn (41,1%) en Paleis Het Loo (23,4%) hadden in 2010 een lagere dekkingsgraad. Voor een museum in de opstartfase lijkt een kostendekkingspercentage voor de eerste vijf jaar tussen de 25 en 40% reeël.

Complicatie voor de financiële basis van een Museum Oud-Amelisweerd is dat het door geen van de drie betrokken gemeenten van harte wordt gesteund. Dat komt door de eigendomstructuur en de Amersfoortse invalshoek. Want het landhuis Oud-Amelisweerd en koetshuis zijn eigendom van de gemeente Utrecht, liggen op Bunniks grondgebied en zijn beleidsmatig en mentaal nog verbonden aan Amersfoort. Het cement van de provincie voegt dat niet. De anderen zien dat niet anders, zoals de opmerking van Utrechts woordvoerder Jeroen Bosch aangeeft: ‘de exploitatiekosten zijn voor Amersfoort, of voor het Armando Museum’. 

Foto: Het Scheepvaartmuseum Amsterdam: ‘Restaurant Stalpaert is een museumrestaurant zoals je nog nooit hebt gezien.’

Armando Museum gaat dicht in Amersfoort

Soms verschijnen er berichten in de publiciteit die logisch lijken, maar dat bij nader inzien niet zijn. Maar toch zinvol omdat ze een waarheid vertellen die anders ongenoemd zou blijven. Het gezegde dat dronken mensen en kinderen de waarheid vertellen moet uitgebreid worden met lokale bladen. Ze beseffen niet altijd hoe veelzeggend berichten zijn die ze doorgeven. Het gaat om de internet-site van DeStadAmersfoort.nl met een bericht over het Armando Museum.

De achtergrond is dat het Armando Museum om economische redenen weg moet uit Amersfoort en het oog heeft laten vallen op landhuis Oud-Amelisweerd. Een rijksmonument met zeldzaam cultureel erfgoed in een aantrekkelijke omgeving. De gemeente Utrecht is eigenaar van het landhuis en heeft een raadscommissie verzocht om voor 1 september met een plan van aanpak te komen dat bekijkt of het behoud van cultureel erfgoed en de bedrijfsvoering van een museum zijn te combineren. Da’s vertraagd tot 1 oktober.

Het bericht suggereert dat Amersfoort beslist over de huisvesting van het Armando Museum in landhuis Oud-Amelisweerd. Da’s onzin. Voor de volledigheid, het landhuis is niet gelegen op het grondgebied van de gemeente Amersfoort. Maar in Bunnik en in het bezit van de gemeente Utrecht. Kortom, college en raad van Amersfoort gaan over de sluiting van het Armando Museum in Amersfoort, maar niet over de huisvesting van dat museum buiten de gemeentegrenzen. Ook niet in een commissie die de gemeentegrenzen te buiten gaat.

Nu vermoed ik dat de journalist een en ander niet uit de duim zuigt en betrouwbare bronnen gebruikt. Die door een afdeling voorlichting van de gemeente Amersfoort zijn aangereikt. Of misschien zelfs door het Armando Museum Bureau en Amersfoort-in-C. Want deze laatste instanties hebben eerder geprobeerd om de waarheid naar hun hand te zetten en voldongen feiten te creëren. Dat maakt het er alleen nog maar erger op omdat het de bestuurlijke besluitvorming doorkruist.

Want zoals gezegd is het een raadscommissie van de gemeente Utrecht die met een plan van aanpak komt. De procedure is dat de Utrechtse cultuurwethouder Lintmeijer betrokken maatschappelijke organisaties consulteert die hun lezing geven. Op voorstel van het Utrechtse college wordt naar verwachting in oktober in de Utrechtse raad een besluit genomen of de verhuizing van het Armando Museum naar Oud-Amelisweerd passend is. De discussie is nooit gegaan over de vraag of een Armando Museum nodig is op de plek, maar meer onder welke voorwaarden het mag functioneren. Da’s jammer want iedereen wil daar wel zitten.

Als het groene licht door Utrecht wordt gegeven, dan gaat het over de vraag onder welke randvoorwaarden de exploitatie gevoerd mag worden. Dat gaat naast structurele, ook over incidentele kosten. Dat laatste houdt bijvoorbeeld in wat Bunnik en Utrecht bijdragen aan de infrastructuur van parkeerplaatsen en toegangswegen.

Amersfoort-in-C heeft bij monde van directeur Marco van Vulpen in de publiciteit gezegd uit te willen gaan van een minimum bezoekersaantal van 30.000 per jaar. Ook circuleren cijfers die duiden op een uitloop naar 90.000 bezoekers per jaar voor het nieuw op te richten Museum Oud-Amelisweerd en directe omgeving.

Het zijn echter niet Amersfoort-in-C en de gemeente Amersfoort die de laatste stem hebben, ondanks de bruidsschat van 1 miljoen euro die Amersfoort meegeeft. De kosten om een museum in het rijksmonument Oud-Amelisweerd in te richten bedragen naar zeggen van het Armando Museum Bureau ruim 4,5 miljoen euro. Da’s nog niet gedekt en denkbaar is dat de kosten hoger worden als men eenmaal aan de slag gaat. Juist vanwege het bijzondere en kwetsbare karakter van het rijksmonument.

Formeel is er nog niets beslist over de verhuizing van het Armando Museum naar landhuis Oud-Amelisweerd. Als het Utrechtse college de eigen besluitvorming en de betrokken maatschappelijke organisaties serieus neemt dan is er ook informeel nog niets beslist. Er ligt een intentie, maar die lag er in november 2010 ook al. Het lijkt erop dat een lokaal blad gebruikt wordt door belanghebbenden binnen Amersfoort om druk te zetten op de besluitvorming binnen college en raad van Utrecht. Vraag is of Utrecht deze inmenging prettig vindt.

Foto: Koppelpoort Amersfoort, 2008