Arie Obama of Kees Romney?

Amerikanen die zich geregistreerd hebben mogen komende dinsdag naar de stembus. Er zijn vele kandidaten, maar slechts twee maken kans: Barack Obama en Mitt Romney. Alle andere partijen zijn stelselmatig buiten de presidentsdebatten gehouden door de Democratische en Republikeinse partij. Zodat nu twee smaken grijs resten. Het systeem levert. Het bedrijfsleven steunt beide kandidaten zodat het een loterij zonder nieten is.

Dat alles klinkt afstandelijk, daarom is het tijd voor een gedachtenexperiment. Stel dat in de Nederlandse parlementsverkiezingen slechts twee partijen een kans maken: de ChristenUnie en de SGP. De andere partijen krijgen geen zendtijd op de landelijke tv, worden door de kranten genegeerd en mogen niet deelnemen aan de televisiedebatten. Wekenlang zijn de hoofden van Arie Slob en Kees van der Staaij in beeld. Ze venten breed uit hoe verschillend ze wel zijn. Maar de liberalen, socialisten, groenen en vrijzinnigen zien weinig verschil.

Amerikaanse burgers kiezen komende dinsdag tussen Arie Slob en Kees van der Staaij. Arie maakt volgens berekeningen 85% kans om te winnen. Als de peilingen kloppen. Kees speculeert op de vestiging van de theocratie zonder dat te zeggen. Feitelijk is een stem voor Arie een stem voor Kees, en omgekeerd. Want ze staan op hoofdlijnen voor hetzelfde. Zou u stemmen als de keuze was tussen Arie Slob en Kees van der Staaij?

Foto: Jimmy Margulies, The Arms Race. Credits: The Record, 2012.

Advertentie

Dirk Poot van de Piratenpartij geeft commentaar op de campagne

Nog vier dagen tot de verkiezingen. Lijsttrekker Dirk Poot van de Piratenpartij meent dat kleine partijen door de media worden genegeerd. ‘De media hebben zich de afgelopen weken puur gefocused op de drie grote partijen‘, aldus Dirk Poot. Hij ziet de televisie als de propagandazender voor zowel de VVD, de PvdA als de SP. ‘Maar door de debatten zweven er nog meer kiezers dan voorheen’, zo constateert-ie. Ruim 40% zweeft nog.

Dirk Poot ziet dat vluchtige en soundbite-achtige niet als de manier om een politieke campagne op te zetten. Want het legt geen basis tussen burgers en politiek. De Piratenpartij experimenteert met vormen van directe democratie en wil door inspraak te geven aan de burger het vertrouwen terugwinnen voor de politiek. Daarom lijkt de partij een gewenste toevoeging aan de politiek. Met kernpunten als internetvrijheid, transparante overheid en een verstandig ICT-beleid. Poot rekent komende woensdag op zeker 1, en wellicht 2 of 3 zetels.

Op weg naar een stemsuggestie: de rechtsstaat

In de aanloop naar de verkiezingen wil ik in enkele bijdragen tot een stemsuggestie komen. Stemadvies klinkt te pretentieus. Ik heb nog geen idee waar ik uitkom en hoeveel partijen door mijn toetsing komen. Zelf overweeg ik op de Piratenpartij te stemmen, maar weet dat nog niet zeker. Thuisblijven is ook een optie.

Kritiek op de politieke debatten in de media is voorspelbaar. Ze gaan nergens over gaan en door het format is er geen mogelijkheid om thema’s uit te diepen. Het debat gaat over de poppetjes, wie met wie wil, de peilingen en de CPB-cijfers. Stuk voor stuk bijzaken. Die ook het misverstand verhullen dat er geen regering of coalitie gekozen wordt, maar 150 volksvertegenwoordigers in de Tweede Kamer. Meer dan dat is het niet. Angst van politiek en media om het voor een groot publiek over de inhoud te hebben is schrikbarend.

Waar moet een kiezer beginnen die een standpunt op maat zoekt? Stemwijzer en Kieskompas proberen het, maar kunnen de verschillen niet vangen in een advies. Dezelfde versimpeling van de debatten werkt ook hier. Bij het aanschaffen van een product werkt de consument door wegstrepen. Totdat er een paar kanshebbers overblijven. Bij politiek is het niet anders. Kiezers twijfelen tussen SP of PvdA, VVD of PVV. De overstap van links naar rechts of omgekeerd is bescheiden. In Nederland vormt rechts altijd de meerderheid.

Voor de eerste schifting baseer ik me op de ‘De rechtsstaat, een quick scan‘ van de Nederlandse Orde van Advocaten, de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB) en de Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders (KBvG). Zonder overleg met partijen toetst het de verkiezingsprogramma’s op ‘minimale eisen van rechtsstatelijkheid’. Leidend is de gedachte ‘dat een rechtsstaat er primair is om burgers tegen overheidswillekeur te beschermen’. Probleem is dat de kleinere partijen in de quick scan niet worden beoordeeld. Een onbegrijpelijke tekortkoming die onnodig een element van willekeur introduceert.

De scan constateert enkele trends. Zo wordt de bureaucratie als iets wat per definitie slecht is afgeschilderd. Maar ‘binnen een rechtsstaat vervult zij een essentiële functie door het voorspelbaar en controleerbaar maken van de uitoefening van overheidsmacht: het schrappen van bureaucratie kent dus een begrenzing die door partijen niet wordt benoemd.’ Verder grijpen partijen naar de strafwet als oplossing van maatschappelijke problemen. Maar partijen benadrukken ook mensenrechten en grondrechten als leidraad voor voorstellen.

In de quick scan vallen drie partijen door de mand: PVV, SGP en VVD. De PVV doet in haar aanpak van de islam inbreuk op ‘het in de Grondwet verankerde gelijkheids- en non-discriminatiebeginsel.’ De partij beperkt ook de toegang tot de rechter. De SGP gaat in tegen het gelijkheidsprincipe bij de behandeling van homo’s. Godsdienstvrijheid reserveert de SGP voor christenen en bij de moslims pleit de partij voor terughoudendheid. Bij de VVD zet de scan weliswaar vraagtekens bij maatregelen over immigratie en inburgering en het ‘minder of niet van toepassing’ verklaren van Europese regels, maar kent het de kwalificatie ‘negatief’ toch niet toe.

Bij m’n eerste schifting vallen af: PVV, SGP en VVD. Naar de tweede ronde gaan: PvdA, CDA, SP, D66, GL, CU, PvdD, Piratenpartij, MenS, Nederland Lokaal, LP, DPK, 50Plus, LibDem, Anti Europa Partij, SOPN, PvdT en NXD.

Foto: Verkiezingsbord in Groningen, 2012