Benny Moré zingt ‘Que Te Hace Pensar’ of ‘Alma Mía’ (1955)

Dit stukje verscheen eerder op George Knight Kort op 21 februari 2021.

De Cubaanse zanger Benny Moré (1919-1963) zingt in een slepend tempo over zielsvolle liefde. Mijn ziel of mijn liefje, wat zet je aan het denken dat ik niet van je hou? Als datum wordt 1955 genoemd toen Moré na jaren Mexico terug in Cuba zijn Orquesta Gigante met 40 musici oprichtte. Opvallend is de invloed op de kleding van de zogenaamde Zoot Suit die in de VS in de jaren 1940 populair was. Moré was een groot improvisator.

Alma mía,
¿que te hace pensar que no te quiero,
si tu amor es la fuente que me inspira
a vivir y sentirme tan feliz?

Alma, alma mía,
ten confianza y comprende que te quiero,
si ya en ti se ha cifrado este cariño
de quererte con eterna devoción.

Alma de mi alma,
fuego de mis ansias,
rompe con la duda
que hay en tu mente.

Alma, alma mía,
¿que te hace pensar que no te quiero,
si tu amor es la fuente que me inspira
a vivir y sentirme tan feliz?

Terug in de tijd van de Cubaanse revolutie en machtsovername (1953-1959) lijkt de muziek niet te ontkomen aan de vraag wat we zien of niet moeten zien. Zoals die vraag altijd aan muziek gesteld kan worden. Is een liefdesliedje onschuldig of medeplichtig aan iets? Maar aan wat dan? We komen er niet meer uit. De tijd van toen is vastgelegd en afgesloten.

Beny Moré y su Orquesta Gigante’ (1955-1959).

Gedachte bij de foto ‘Capitán rodeado de niños en uniforme militar’, 1895-1898

Capitán rodeado de niños en uniforme militar, vermoedelijk 1895-1898. Collectie: Biblioteca Nacional de España.

De man in het witte pak wordt omringd door 10 kinderen. Hij mist zijn rechteroog en is kapitein, zoals de drie strepen op zijn jas verduidelijken. Of hij met zijn handicap nog in actieve dienst is valt te bezien. Het is 1895 of kort daarna. Cuba is een Spaanse kolonie. Hoe dan ook staat hij aan de kant van Spanje dat tegen opstandelingen vecht. De strijd is in Nederland bekend als de Spaans-Amerikaanse oorlog van 1898 die Spanje verloor.

Het was een harde en lange strijd. Hoewel vaak wordt beweerd dat de Britten tijdens de Tweede Boerenoorlog de concentratiekampen uitvonden, is dat onjuist. Ze ontstonden tijdens de Cubaanse opstand. Wikipedia zegt daarover: ‘Gouverneur Valeriano Weyler besloot daarom in 1896 tot reconcentratie, waarbij de plattelandsbevolking massaal naar de grotere dorpen en steden werd gedreven, om daar in afgegrendelde concentratiekampen te leven. Wie zich verzette kreeg de kogel. Het doel was de rebellen alle middelen van bestaan te ontnemen, omdat ze de strijd alleen konden voortzetten met voedsel van de boerenbevolking.

Maar die maatregelen hielpen niet en toen de VS in 1898 aan de kant van de opstandelingen tussenbeide kwam was de strijd snel beslist. Zoals dat een kleine 20 jaar later ook voor de Eerste Wereldoorlog zou gelden.

De collectie van de Spaanse Nationale Bibliotheek bevat vele foto’s van Spaanse militairen in de Cubaanse oorlog van 1898 en in de aanloop daarnaar. Ze moesten de opstandelingen bestrijden. Het is deels documentatie voor de militairen zelf die hun afbeelding naar huis kunnen sturen, deels propaganda om de krijgslustigheid van het Spaanse leger te benadrukken.

Deze foto is over the top. De 10 kinderen zijn in een volledig uniform gekleed, met strohoed en sabel, en sommigen dragen het embleem van de jagersbataljons, zoals uit de toelichting blijkt. Waren de 10 jongetjes op afroep beschikbaar in de studio als begeleidingsgroep voor officieren? De halfblinde kapitein en de jongetjes in hun operette uniform lijken met de ogen van nu satire. Een commentaar op het oorlogsbedrijf dat velen aantrekt die gaan voor uiterlijk vertoon.

Bouterse op verlies in verkiezingen. Hoe verder met hem en Suriname?

President Desi Bouterse stevent in de Surinaamse parlementsverkiezingen af op een nederlaag. Het parlement benoemt de president. Oppositiepartij de VHP is de gedoodverfde winnaar. De stemmen worden nog geteld.

Suriname heeft de eer om het eerste land in de rij te zijn dat de overgang van autoritair leiderschap naar democratie maakt. De VS, de Russische Federatie en Brazilië kunnen volgen. Hoewel het gesloten Rusland niet echt in het rijtje thuishoort. De verwachting was niet dat de machtsoverdracht in Suriname zo makkelijk zou gaan en evenmin dat het in die andere landen zo makkelijk als in Suriname zal gaan. De overeenkomst is dat de politieke leiders van deze landen hun ambt van president gebruiken om zich te vrijwaren van een vrijheidsstraf of sancties. Door in functie te blijven kunnen ze dat ontlopen, of voor zich uit schuiven. Maar ooit verkruimelt hun machtsbasis. Voor Bouterse en types als Trump staat er daarom meer op het spel dan de voortzetting van hun ambt alleen. Hoe de machtsoverdracht in Suriname gaat, kan er een aanwijzing voor zijn hoe dat in de VS of Brazilië zal gaan. Ondanks de verschillen. Want Bouterse domineert al zo’n 40 jaar de Surinaamse politiek. Zijn magie is uitgewerkt.

Hoe verder met Suriname? Wellicht vlucht Bouterse naar Cuba. Suriname kan met wederzijds voordeel de banden met Nederland aanhalen voor de wederopbouw. De Surinaamse politiek en maatschappij moet krachtig genoeg worden geacht om zich niet nogmaals te laten koloniseren door het oude moederland. De vele hoogopgeleide Surinamers die in Nederland wonen kunnen het verschil tussen de twee landen helpen overbruggen. Blijft echter het probleem van het aanhoudingsbevel van Bouterse dat als een steentje in de schoen de relatie tussen de twee landen zal blijven belasten. Levert het land waar Bouterse zich straks gevestigd heeft hem uiteindelijk uit aan Nederland?

Heldere stem van Sanders én enthousiasme van zijn achterban zijn onvoldoende om het in een vuile strijd van Trump te winnen


Update 8 april 2020: Bernie Sanders heeft aangekondigd zijn campagne op te schorten en dus uit de race te stappen om Democratische uitdager van president Donald Trump te worden. Aldus een bericht in Politico. 

Mijn reactie op de FB-pagina van NRC op het artikelSanders geeft verlangen naar verandering de helderste stem’ van 24 februari 2020 van Merijn Oudenampsen, Sinan Çankaya en Paul Mepschen:

Het is een wetmatigheid dat in een nominatiestrijd de koploper met de meeste gedelegeerden door de concurrenten aangevallen wordt. Daarom moet er onderscheiden worden tussen de normale, te verwachten aanvallen op Sanders die direct uit het verloop van de nominatiestrijd volgen en de meer ideologische aanvallen. De auteurs laten het maken van dat onderscheid na.

Het is trouwens nog maar helemaal de vraag of Sanders voorverkiezing op voorverkiezing wint. De suggestie van de auteurs is dat hij buiten zijn natuurlijke achterban veel enthousiasme oproept en kan bogen op veel steun. Werkelijk? In Iowa was het Pete Buttigieg die de meeste gedelegeerden (niet de meeste stemmen) achter zich kreeg. In New Hampshire en Nevada won Sanders wel. Maar de omvang van die winst is betrekkelijk. In Nevada gingen van de 691.922 geregistreerde Democraten (stand januari 2020) er in de slotronde van de caucus 101.543 stemmen. Dat is bijna 15%. Daarvan stemde iets meer dan de helft niet op Sanders. Zodat zo’n 93% van de geregistreerde Democraten in Nevada niet op Sanders stemde. In 2016 haalde Sanders onder andere omstandigheden en in een ander deelnemersveld een hoger percentage dan in 2020. Ofwel, Sanders’ resultaten tot nu toe wijzen niet ondubbelzinnig op veel steun, maar vooral op een positieve spin. Waarbij de paradox is dat zowel de conservatieve als de progressieve media om verschillende redenen het belang van Sanders overschatten.

Dus laten we voorzichtig zijn met de interpretatie van de resultaten tot nu toe en daar geen hosanna-verhaal pro-Sanders op bouwen. We weten op dit moment gewoonweg nog niet of Sanders een goede kandidaat is die voldoende aantrekkingskracht heeft om president Trump in de zogenaamde purple states (Pennsylvania, Michigan, Wisconsin, Florida) te verslaan. Dat Sanders het goed doet in blauwe staten als Vermont, Massachusetts, Oregon, New York of California is voor het Electoral College van geen belang omdat daar het verschil met de Republikeinen niet wordt gemaakt.

Laten we kijken wat we wel weten. Sanders’ zwakte is zijn radicalisme. Hij profileert zich nog steeds als ‘socialist’, terwijl hij zich in interviews en toespraken soms, maar niet altijd verklaart als ‘democratisch socialist’. Volstond hij maar door te verwijzen naar de Deense verzorgingsstaat. Maar zo rechtlijnig en gedisciplineerd is hij niet. Dat geeft op z’n minst een gemengd beeld af wat hem kwetsbaar maakt voor aanvallen van Trump en de rechtse pro-Trump media.

Bevat de Sanders Campagne wel voldoende wereldwijsheid? Want hoe slim is het voor een kandidaat om in de VS dat sinds Emma Goldman in de jaren 1910 geen socialistische traditie heeft gekend als personal branding het etiket ‘socialist’ te blijven gebruiken? Want dat doet Sanders tot nou toe. Dat gaat dus niet om Sanders’ beleid, maar om de marketing van zijn beleid. Dat kent tot nu toe onnodige zwakheden. Wellicht dat de stroomlijning daarin nog tijdig verandering brengt. Maar zeker is dat niet. De auteurs wijzen terecht op de inhoud van Sanders’ beleid en de ongelijkheid in de VS, maar laten de presentatie ervan buiten beschouwing. En in de beeldvorming wordt de strijd om de twijfelende kiezers beslist.

Sanders recente uitglijer om de bestrijding van het analfabetisme in het Cuba van Fidel Castro als verworvenheid te presenteren is opnieuw van een ongelukkige wereldvreemdheid. Het is van een zelfde domheid als te verwijzen naar de treinen die Mussolini op tijd liet rijden en de Autobahnen die Hitler liet aanleggen. Het is een historisch feit, maar het getuigt van een gemankeerd politiek gevoel om dat in een campagne naar voren te brengen. Terwijl Sanders notabene weet dat hem dat kwetsbaar maakt. Het roept vragen op over Sanders politieke handigheid en gogme. Zo’n opmerking over Castro is ook electoraal onhandig omdat het de Democratische Latino-kiezers in Zuid-Florida tegen het hoofd stoot. De Democraten moeten hoogstwaarschijnlijk Florida winnen om Trump te kunnen verslaan.

De verwijzing van de drie auteurs naar Hillary Clinton als centrumkandidaat is ongelukkig. Want de suggestie is dat zij in 2016 verloor omdat zij een centrumkandidaat was. Maar dat is nog maar helemaal de vraag. Het gaat voorbij aan andere factoren in de campagne van 2016. Zoals de interventie die zonder precedent was van toenmalig FBI-directeur James Comey die op een persconferentie naar buiten bracht dat Clinton onderzocht werd. Terwijl het onderzoek tegen Trump door de FBI niet naar buiten werd gebracht. Daarnaast was Hillary Clinton een arrogante politicus die een slechte campagne voerde met een uitstraling dat zij recht had op het presidentschap. Dat werkte niet. Verder waren er de ontelbare onregelmatigheden die nog niet eens volledig in kaart zijn gebracht. Zoals honderden miljoenen dollars aan Saoedisch en Golfstaten-geld dat illegaal naar de campagnekas van Trump stroomde en de inmenging van de Russische Federatie via hacks en sociale media die eveneens onrechtmatig was. De Republikeinse partij blokkeerde in de herfst van 2016 bij monde van de meerderheidsleider in de Senaat Mitch McConnell een onderzoek naar de buitenlandse inmenging door de federale overheid. Zodat de toenmalige regering Obama geblokkeerd werd om te handelen. Desondanks kreeg Clinton zo’n drie miljoen meer stemmen dan Trump. Maar dat zijn overbodige stemmen waar nu ook deels het enthousiasme voor Sanders op wordt gebaseerd.

Mogelijk wint Bernie Sanders de Democratische nominatie en kan hij Trump verslaan, de meerderheid in het Huis vasthouden en die in de Senaat veroveren. Want zonder dat laatste zal hij hoe dan ook vleugellam zijn. De drie auteurs hebben het grooste gelijk van de wereld dat de ongelijkheid in de VS te groot is geworden en dat de rijken en vermogenden via hun greep op de politiek hun eigenbelang veiligstellen. Dat is onaanvaardbaar en onhoudbaar. Daarom moet de Amerikaanse politiek hervormd waren. Voor het belang van de burgers, het land en de sociale vrede. Trouwens te beginnen met het herroepen van de Citizens United-uitspraak van het Hooggerechtshof die het grote geld in de politiek introduceerde.

Maar de drie auteurs maken een vreemde sprong als ze uit het gelijk dat Sanders heeft concluderen dat hij ook gelijk zal krijgen. Want daar zijn heel andere kwaliteiten voor nodig in een campagne die naar verwachting vuiler en gemener zal zijn dan in 2016. En nog meer buitenlandse inmenging zal kennen dan vier jaar geleden. Enthousiasme en een heldere, rechtvaardige stem zijn onvoldoende om het te winnen van een opgehitste achterban en een liegende, bedriegende, valse stem die met de modernste technische analyse en middelen onder de aandacht wordt gebracht. Je zou bijna denken dat de wereldvreemdheid die Sanders tot nu toe vertoont is overgeslagen naar drie auteurs in Nederland. Wat je noemt multiculturalisme.

Foto: Schermafbeelding van deel artikelSanders geeft verlangen naar verandering de helderste stem’ van Merijn Oudenampsen, Sinan Çankaya en Paul Mepschen in NRC, 24 februari 2020.

‘Hoe minder democratisch het land is, hoe belangrijker de rol van sport wordt’. Moet Nederland zich via sport willen onderscheiden?

De vertaling van de woorden van de Litouwse liberale Europarlementariër Petras Austrevicius in een bericht van Belsat luidt alsvolgt:Hoe minder democratisch het land is, hoe belangrijker de rol van sport wordt. Het wordt een propagandamiddel’. Hij verwijst naar de Russische Federatie en de door de staat gesponsorde dopingfraude bij de Olympische Winterspelen van 2014 in Sotsji. Dit zijn prikkelende woorden met een kern van waarheid. Het zijn doorgaans autoritaire regimes als de voormalige DDR en de Soviet-Unie, en nu de Russische Federatie, China of Cuba die belang hechten aan goede prestaties in de internationale sportarena.

De stelling kan ook omgekeerd worden en van toepassing zijn op andere sectoren. Wat te denken van ‘Hoe democratischer het land is, hoe belangrijker de rol van kunst wordt. Het wordt een middel van nationale identiteit’. Of: ‘Hoe democratischer het land is, hoe belangrijker de rol van een eerlijke verdeling van geld en middelen wordt. Het wordt een middel van nationale identiteit’. De Nederlandse bevolking zou de keuze voorgelegd moeten krijgen op welk terrein het wil dat het land zich dient te onderscheiden van andere landen.

Het is een combinatie van waar Nederland goed in is en hoe het zichzelf het beste en het meest doelmatig kan verkopen. Nu gaan Nederlandse politici er klakkeloos vanuit dat door sport Nederland de eigen kwaliteiten optimaal in het buitenland kan uitventen. Dat is lui gedacht. Het is nog maar de vraag of de bevolking aan sport daadwerkelijk dit belang toekent. Des te meer omdat al een heleboel landen ook sport gebruiken om zich te onderscheiden. Dat  vraagt een fikse investering en drijft te prijs om via sport te presteren enorm op.

Nationalisme en vlagvertoon dat samengaat met internationale sportwedstrijden en tot op de tribune gesteund wordt door politici die achter de successen aanhobbelen is voorspelbaar, saai, geesteloos, simpel, onzinnig en suf. Dat straalt op Nederland af. Mede -en juist- als het Wilhelmus klinkt en het Oranjelegioen hossend tribunes bezet. Politici beseffen waarschijnlijk als geen ander dat wat ze doen dom is, maar ze uit profilering niet kunnen nalaten om te doen. Dat moet overigens niet verward worden met de competitie van sporters. Daar is niks mis mee. Het gaat om politici die mooie sier proberen te maken met internationale sport en nationalisme. Als de stelling klopt dat hoe meer ze er propaganda mee bedrijven, hoe minder democratisch Nederland wordt, dan verdient het aanbeveling om de steun voor die topsport drastisch te verminderen.

Foto: Koning Willem-Alexander, premier Mark Rutte en Maxima juichen op de tribune in Sotsji 2014 voor schaatser Sven Kramer.

JA-stem bij Oekraïne-referendum als compromis tussen weglopen en militaire confrontatie

e987d9d5de6b31e9409c8661c4870954

Wie eerlijk naar de situatie kijkt zou moeten constateren dat de Oekraïeners niet de dupe worden van het gebrek aan steun van de EU, maar van de Russische agressie. Tot 2014 werden de Russen en Oekraïeners broedervolkeren genoemd. Een beetje een halve waarheid, maar wel een beeldvorming die wees op verbondheid. Door de Russische ondermijning van Oekraïne is dat nu weg.

De Oekraïners zijn niet zozeer door het Eastern Partnership (2009) van de EU of het aanbod om zich te associëren naar het westen gejaagd, maar door de Russische buitenlandse politiek tegenover Oekraïne. Die dateert van voor 2009. Wie het echt wil begrijpen moet teruggaan naar 1990/1991 toen de Sovjet-Unie implodeerde of naar 1994 toen de Russische Federatie samen met de VS en het Verenigd Koninkrijk in het Boedapester Memorandum de soeveriniteit en internationale grenzen van Oekraïne erkende. In ruil voor het opdoeken van het verouderde en problematische kernwapenarsenaal van Oekraïne.

Het was Oekraïne dat in 1991 de stekker uit de Sovjet-Unie trok met een referendum waarin 92,3% koos voor onafhankelijkheid. Het gaf president Jeltsin ook de ruimte zo’n stap te zetten. Zij die gaan voor Groot Rusland hebben dat nooit kunnen verkroppen. In april 2008 vertelde president Putin in de marge van een Navo-bijeenkomst in Boekarest tegen president Bush dat Oekraïne niet eens een staat was. Dat Russische sentiment ligt ten grondslag aan de huidige oorlog met Oekraïne en de continue ondermijning van het bestaansrecht.

Pragmatici en zogenaamde neo-realistische historici maken soms de vergelijking met Canada en Mexico als achtertuin van de VS. Of Cuba. Zo zou Oekraïne tot de Russische invloedssfeer behoren. Ze zien die invloedssfeer als argument om tegen de associatie-overeenkomst te pleiten. Dat gaat voorbij aan het feit dat die associatie geen militair verdrag is, maar een gemengd verdrag met economische, en juridische en politieke componenten. Evenmin sluit de associatie-overeenkomst van de EU economische samenwerking met de Russische Federatie uit. De EU heeft meermalen gezegd dat de associatie geen anti-Russische overeenkomst is en een driehoeksverhouding niet in de weg staat. De enige betrokkene die dat blokkeert is Rusland.

De associatie-overeenkomst is dus geen militair verdrag noch een EU-lidmaatschap. Het is het vleesgeworden compromis waar de EU zo in uitblinkt van een gemengd handels/politiek-juridisch verdrag tussen doen en nietsdoen in. Het zoekt toenadering tot Oekraïne, maar houdt dat land tegelijk behoorlijk op afstand. De associatie is niet exclusief en laat andere staten zoals China, Turkije of de Russische Federatie voldoende ruimte om politieke en economische betrekkingen met Oekraïne aan te gaan. De militaire component van de associatie gaat niet verder dan afspraken over conflictbeheersing en militair-technische standaarden.

Het is het halfslachtige karakter van de associatie-overeenkomst dat de noodzaak voor de militarisering van Oekraïne wegneemt. Want de kritiek op president Obama, premier Cameron en kanselier Merkel sinds februari 2014 is dat ze militair Oekraïne zeer terughoudend hebben ondersteund. Om niet te zeggen minimaal. Amerikanen en Britten hielden zich zelfs niet aan de garanties van het Boedapester Memorandum toen de Russen in maart 2014 de Krim bezetten. Op 27 maart 2014 breed veroordeeld in VN-resolutie 68/262.

Oekraïeners en Oekraïense regering voelen de halfslachtigheid van de EU en kijken steeds verwachtingsvoller over Europa heen naar Canada en de VS. Met de verwachting dat president Obama hoe dan ook opgevolgd zal worden door een president die Oekraïne militair en politiek veel sterker zal steunen dan Obama deed.

Als door een afwijzing in het Nederlandse referendum de wet over de associatie-overeenkomst met Oekraïne door de Tweede en Eerste Kamer ingetrokken wordt en er in de EU heronderhandelingen op gang komen die erin resulteren dat de associatie wordt ingetrokken, dan valt te voorzien wat het vervolg is. Niet het compromis van een halfslachtig associatie-overeenkomst van een schipperende EU, maar de keuze om Oekraïne op een andere wijze te borgen aan het Westen. En dat kan alleen door het versneld een NAVO-lidmaatschap aan te bieden. De Amerikaans conservatieven en wapenindustrie lopen zich al warm.

Wie eerlijk naar de situatie kijkt moet concluderen dat de militarisering van Oekraïne niet een gevolg is van het Eastern Partnership of de associatie-overeenkomst van de EU met Oekraïne, maar juist een gevolg van het afwijzen van de associatie-overeenkomst. Iedereen die zich sterk wil maken voor een zo neutraal mogelijke positie van Oekraïne en militaire opbouw van dat land wil minimaliseren doet er dan ook verstandig aan om voor de associatie-overeenkomst te stemmen. Als typisch EU-compromis tussen weglopen en confrontatie in.

Foto: Keep Out.

Elly de Waard spiest waarheid PEN-bestuur in kwestie Westergaard

pen

Dichter Elly de Waard prikt op haar blog de onwaarachtigheid van het PEN-bestuur door. En dan vooral van voorzitter Manon Uphoff en secretaris Aleid Truijens die het bestuur in gijzeling lijken te hebben genomen. Samen met auteur Bart FM Droog betwijfelt ze de lezing van Uphoff dat PEN Nederland zich vanwege de veiligheid van bedreigde auteurs in onder meer Bahrein, China, Cuba en Vietnam terug moest trekken uit de organisatie van een lezing van Kurt Westergaard in De Balie. Uphoff kreeg afgelopen weken zonder enige kritische vraag in de media ruim baan van journalisten voor haar spin dat genoemde auteurs gevaar zouden lopen als ze via de bijeenkomst in De Balie geassocieerd zouden worden met Westergaard. De Waard zegt nu uit betrouwbare bron te hebben vernomen dat er geen vervolgde auteurs aanwezig zouden zijn in De Balie.

Het afdekken in de media (NRC, Volkskrant) van het PEN-bestuur met inzet van bevriende auteurs kwam al ongeloofwaardig over, maar nu wijst alles erop dat het nog schrijnender is dan het al leek. Het PEN-bestuur schoof in een valse abstractie als zetstuk een schrijver uit Bahrein naar voren om de eigen angst mee te verhullen. Om daarmee de illusie van vervolging te wekken. Door zich te verschuilen achter deze in hun land bedreigde auteurs en Westergaard af te vallen als iemand die genoemde auteurs door associatie in gevaar zou brengen maakte het PEN-bestuur zich zowel schuldig aan neo-koloniaal gedrag als gebrek aan intellectuele moed. De kern van het PEN-bestuur heeft door de angst voor het eigen hachje rare kronkels gemaakt.

Foto: Schermafbeelding van Blogpost PEN: DE STRIJD GESTREDEN? van Elly de Waard.

Andere Tijden speculeert en maakt Snowden verdacht. Waarom?

AWxbd5CtRfGL2t1jBYqpPA

Dat geeft steun aan de gedachte dat Agee wel heel goede contacten had met de autoriteiten en inlichtingendiensten daar [Cuba]. Dat kon wel een iets zeggen over het verblijf nu van zijn medeklokkenluider Edward Snowden in Moskou. Zijn ontvangst daar kun je zien als een humanitair gebaar van Putin, maar het kan zo zijn dat Snowden dat beantwoord heeft met informatie uit de files van de NSA.

Aldus de afsluitende opmerking van presentator Hans Goedkoop in een uitzending over geheimagent Philip Agee van Andere Tijden (AT) die gisteren werd uitgezonden. Deze afsluitende reeks suggesties is in strijd met de feiten. Er is geen bewijs voor samenwerking van Snowden met de Russische overheid of de Chinezen. AT voert ook geen bewijs aan, maar beschuldigt ‘contractor’ Snowden door associatie met ‘spion’ Agee.

Al in juli 2013 ontkende Snowden de samenwerking met de Russen. Journalist Barton Gellman van The Washington Post die directe toegang heeft tot de Snowden-documenten verwerpt de speculatie waaraan AT zich bezondigt. En dat vooral vanuit Republikeinse hoek gevoed wordt door politici als Mike Rogers, Lindsey Graham of Peter King. Nederlandse media als De Volkskrant of AT opereren in hun onkunde waarschijnlijk onbewust als waterdragers voor deze conservatieve politici. Gellman zei in september 2013 dat er sterk bewijs is dat de Russen en Chinezen geen toegang tot de Snowden-documenten hadden. In oktober 2013 verklaarde Snowden in een interview met James Risen voor The New York Times in Rusland zelfs nooit enig document bij zich gehad te hebben: ‘There’s a zero percent chance the Russians or Chinese have received any documenten‘. Volgens Michael Weiss in een interview met Edward Lucas beweren verschillende journalisten die dit verhaal volgen dat bronnen binnen de Amerikaanse inlichtingendiensten ontkennen dat Snowden ooit werd gerund door de Russen of zelfs dat de FSB een rol gespeeld heeft bij ‘zijn landing’ in Moskou.

Waarom begeeft AT zich ondanks herhaalde ontkenningen van Snowden en journalisten als Greenwald, Risen en Gellman waarmee hij samenwerkt, politici als Dianne Feinstein en Amerikaanse inlichtingendiensten toch op het terrein van de speculatie? Het is uiteraard niet zo dat Snowden op z’n woord geloofd moet worden. Maar het is gemakzuchtige journalistiek om een beschuldiging die al vele malen weersproken is te herhalen zonder een nieuwe bewijsvoering toe te voegen die de beschuldiging op z’n minst aannemelijk maakt.

Er is nog meer mis met de opmerking over Snowden. De woordkeuze is onzorgvuldig. Een spion die met de Russen samenwerkt is per definitie geen klokkenluider. De analogie tussen Agee en Snowden over hun vlucht naar respectievelijk Cuba en Rusland klopt niet. Klaarblijkelijk koos Agee bewust voor Cuba, maar Snowden strandde tegen zijn wil in Moskou dat niet z’n reisdoel was. De regering-Obama trok diens paspoort in.

De suggestie over Edward Snowden vraagt om een ruimhartige rectificatie door AT in een toevoeging voor het archief. Zo kan AT deze slechte journalistiek die dit meestal vlekkeloze programma doorgaans weet te vermijden rechtzetten. Iedereen heeft wel eens een slechte dag. Andere Tijden was gisteren aan de beurt.

Foto: Pedro Molina, Snowden, een hinkelspel. Credits: P.X. Molina.

Julian Assange ‘framed’ door ‘honey-trap’ in Zweden

Bf4Tx5BCQAEaqhw

Wie er nog aan twijfelt dat Julian Assange er in 2010 door de Zweedse en Amerikaanse regering ingeluisd is met het doel deze oprichter van WikiLeaks te ‘immobiliseren’ en vleugellam te maken kan wellicht overtuigd worden door ondersteunend bewijs voor een ‘honey-trap‘. Een opzet met twee sociaal-democratische Zweedse vrouwen als stukje kaas en Assange als muis. Het gebruik van illegale middelen van Amerikaanse en Britse inlichtingendiensten om maatschappelijke groeperingen (type Anonymous) uit te schakelen is niet tegen buitenlandse vijanden, maar naar binnen gericht. Dat maakt het explosief. Hoewel de veiligheidsindustrie op dit moment onaantastbaar is en niet valt in te zien hoe de staat in de staat een halt toegeroepen kan worden.

Merkwaardig past deze val binnen de uitleg dat de beide vrouwen Anna Ardin en Sofia Wilen zich in dat doorgereguleerde Zweden gedwee en inassertief opstelden. Waarbij ze tegelijk actief en passief zijn. Hoewel dat eerder voor Wilen dan voor het actieve kaderlid Ardin geldt die tot in Cuba contra-revolutionair actief was. Militant feminisme en blindelings vertrouwen op de Zweedse staat waren in 2010 de omgevingsfactoren voor de honey-trap die Assange en WikiLeaks nu al meer dan drie jaar in hun kernactiviteiten belemmert. Nog een wonder dat WikiLeaks ondanks de krachtige tegenwerking van de regering-Obama nog steeds functioneert en bijvoorbeeld Edward Snowden in Hong Kong uit handen van de Amerikaanse overheid wist te houden.

Op basis van de Snowden-documenten publiceert NBCNews het artikel “Snowden Docs: British Spies Used Sex and ‘Dirty Tricks‘” waar ook Glenn Greenwald aan meewerkte. Het zegt: ‘The target is lured “to go somewhere on the Internet, or a physical location” to be met by “a friendly face.”‘ Het bevat bovenstaande slide met de toevoeging dat de honey-trap ‘zeer succesvol is als het werkt’ en dat de Joint Intelligence Threat Research Group (JTRIG) van de Britse GCHQ ‘de mogelijkheid heeft om de omgeving bij gelegenheid te scheppen’.

Marcello Ferrada de Noli die de Zweedse episode van Assange al sinds 2010 volgt en daar verslag van doet op z’n blog Professors Blogg komt zoekend naar een oplossing voor deze kwestie tot een eindbalans mede naar aanleiding van de recente kritiek op het optreden van de Zweedse aanklager. Zijn verklaring sluit perfect aan op de slides van de JTRIG. Wat het niet een Zweeds-Amerikaanse, maar een Zweeds-Brits-Amerikaanse opzet maakt. Ferrada de Noli’s conclusie is dat de Zweedse aanklager zelf de wet niet heeft gevolgd omdat volgens de wet Assange niets onrechtmatig te verwijten viel, maar de onregelmatigheden nodig had om Assange in een duister rechteloosheid te laten ‘hangen’ omdat dit de enige manier was om hem vleugellam te maken.

Foto: Slide over cyberoperatie van de Joint Intelligence Threat Research Group (JTRIG) van de Britse GCHQ gepubliceerd door NBCNews, 7 februari 2014.

In Noord-Korea dansen op de Dag van Songun. Nostalgie voor allen

In Noord-Korea wordt op 25 augustus de Dag van Songun gevierd. Een feestdag voor het volk. Songun betekent ‘militairen eerst’ en is de leidende ideologie van het land. Zoals de Chevrolets op de Boulevard van Havana de jaren ’40 en 50 van de vorige eeuw doen herleven, zo doen dansende jeugd en studenten dat in de hoofdstad Pyongyang. Onder het stalinisme is het de massa die het ‘m doet. In zuurtjeskleuren en legergrijs.

hi-852-north-korea-ap-04783253-8col

Foto: Noord-Koreaanse vrouwen zwaaien naar hun leider Kim Jong-un tijdens een massale militaire parade in juli 2013. Credits: David Guttenfelder/Associated Press.