Wordt schaduwzijde van Consumenten eHealth bewust onderschat?

Innovatie in de gezondheidszorg is een goede zaak. Maar onder welke voorwaarden? Voorzitter van de Raad voor de Volksgezondheid en Zorg Pauline Meurs (PvdA) biedt minister Edith Schippers (VVD) een advies aan over Consumenten eHealth. Speels en modern. Deze politici voegen zich helemaal in de marketing van de tijd.

Het is de vorm van eHealth die direct op de consumentenmarkt gericht is en niet op de professionele markt. Een onderdeel daarvan is het Persoonlijk Gezondheids Dossier (PGD) waarvan het de opzet is dat de patiënt zelf online de eigen medische gegevens beheert. Hoe verhoudt zich dat tot het Elektronisch PatiëntenDossier (EPD) dat een landelijke uitwisseling van medische gegevens van patiënten mogelijk maakt en in 2011 door Tweede en Eerste Kamer vanwege onduidelijkheden werd afgewezen? Maar nog lang niet dood is en steeds in andere vorm door het kabinet heimelijk opgetuigd dreigt te worden. Consumenten eHealth kan door de mentale massage van de patiënt een zijdeur worden voor de invoering van EPD 2.0 in de nabije toekomst. De controverse tussen zorgverleners en -aanbieders is niet zozeer dat medische gegevens uitgewisseld moeten worden, maar of dat grootschalig moet gebeuren zoals het kabinet wil. Onder verwijzing naar de kosten.

Meurs noemt als schaduwzijden van Consumenten eHealth de aantasting van de privacy doordat grote bedrijven medische persoonsgegevens verzamelen en daarmee in de weer gaan. Een levensgroot gevaar voor wie alle verhalen over de macht van Facebook en Google serieus neemt. Waarbij medische gegevens mensen nog eens extra kwetsbaar maken. Hoe dan ook is het gevolg van deze stoomwals van adviesorganen en ministerie het passeren, of op z’n minst afwaarderen van het belang van de eerstelijnsgezondheidszorg, in het bijzonder de huisartsen. Vraag is of patiënten dat moeten willen. En ze beseffen daar bewust voor te kiezen.

Vertrouwen in journalisten afgenomen. Politici scoren opnieuw laag

Screen-Shot-2015-03-19-at-12.12.09-630x563

Reader’s Digest Trusted Brand is een jaarlijks onderzoek onder consumenten. In Europa werden consumenten in Oostenrijk, Finland, Duitsland, Portugal, Roemenië, Rusland en Zwitserland gevraagd hun voorkeur te geven over merken. Het onderzoek vraag ook naar het vertrouwen in mensen, zoals familie, vrienden, collega’s, buren, bazen of professionals. Zo worden de Russen gevraagd naar hun vertrouwen in de EU. Het is geen wonder dat dat met afstand het laagst is van alle landen. Opvallend, maar goed verklaarbaar is dat de Roemenen juist meer EU willen, waarschijnlijk om de corruptie van hun eigen leiders een halt toe te roepen.

De voorspelbaarheid van het vertrouwen in beroepen is groot. Brandweerlui, verpleegkundigen, piloten, artsen en apothekers staan steevast bovenaan, politici, autoverkopers, makelaars, financieel adviseurs en voetballers onderaan. Van de eersten bestaat het beeld dat ze na een gedegen vooropleiding nauwgezet een beroep uitoefenen en onmisbaar zijn. Ze stralen vertrouwen uit. Van de laatsten bestaat het omgekeerde beeld, hun beroep vereist geen specifieke vooropleiding, is niet beschermd en ze kunnen goed gemist worden door de samenleving. Hun overwaardering wordt afgestraft. Duitse consumenten geven echter ook aan dat vertrouwen incidenteel gestuurd wordt. Want de vertrouwenssprong van liefst 11% in vier jaar voor voetballers valt niet anders te verklaren dan door het in eigen land behaalde wereldkampioenschap in 2014 voor Duitsland.

De Duitse pers vindt het afgenomen vertrouwen in journalisten het meest opvallend aan het onderzoek. Met taxichauffeurs is het vertrouwen in journalisten in 10 jaar het sterkt afgenomen. De lage score van politici valt niet eens meer op. Worden ze opgevat als de wortel van het kwaad dat de problemen niet kan oplossen? Of kunnen politici per definitie niet leveren wat ze beloven? Politici zijn handelaren in macht en onmacht en de vorm waarin ze hun eindproduct aanbieden zijn mooie praatjes. Dat wekt veel ergernis en weinig vertrouwen.

ber

Foto 1: Overzicht onderzoek onder Duitse consumenten naar vertrouwen in professionals. Bron Reader’s Digest Trusted Brand

Foto 2: Schermafbeelding van ‘Vertrouwen in politici naar dieptepunt’ in Binnenlands Bestuur van 14 mei 2009. Overzicht van Reader’s Digest Trusted Brand 2009 over Nederland.

Retro mode: Consuming Women (Women as Consumers): 1967

De vrouw als consument. Haar rol in 1967. Is het echt? Retro is de mode op Facebook. Velen scoren druk druk dagelijks met een geplukte foto uit 1955 of 1970. Zwart. Wit. Schaduw. Glamour. Zuurtjeskleur. Tijdsbeeld. Beet! Ook andere sociale media of bijlagen van kranten en tijdschriften doen mee in het laven aan toen. Licht in het hoofd van het lichte amusement dat zo goed vult. Dat vergane land van toen. Het fotogenieke verleden is helemaal bij de tijd. Als gebruiksartikel. Als een ver continent dat niet bedreigend is omdat het aan de eigen tijd voorbijgaat. Dus niet uitgelegd hoeft te worden. Geen politiek, economie, spionage, ziekte, hypotheek of vervuiling. Simpelweg: toen. Het verleden omvat de belofte van de toekomst die kwijt is. Voor sommigen geeft dat de pijn van wat voorbij is gegleden en voor wie voor het eerst kijkt: ontdekking. Zo zit de geschiedenis in elkaar. Dat haasje-over eindigt in de afgrond. Voor iedereen. Meer soeps is het niet. Van Procter & Gamble.

PC

Foto: Still uit ‘Consuming Women (Women as Consumers)‘ uit ongeveer 1967 van fabricant Procter & Gamble.

Netelenbos digitale ambassadeur van Nederland. Wist u dat?

Een video van de Britse producent David Puttnam. Of liever gezegd oud nieuw in een kader gezet. Hij maakt een vergelijking tussen de autosnelwegen van 1960 en de digitale snelweg van vandaag. Moraal: de digitale snelweg moet voorbereid worden zoals de autosnelwegen 60 jaar geleden. Gebeurt dat voldoende? EU-commissaris voor ICT en Telecom  en Neelie Kroes merkt op haar blog op dat ze onlangs het belang van de digitale snelweg voor de economie met Puttnam besprak. Hij is ook de Ierse digitale ambassadeur.

Weet u wat digitale ambassadeurs van de EU zijn? Er zijn er 25, elk land heeft er een. Weet u wie de digitale ambassadeur van Nederland is? U zou zeker vermoeden iemand van deze tijd met kennis van zaken, zoals Dirk Poot, Danny Mekić of Brenno de Winter? Nee, de 69-jarige Tineke Netelenbos. Ze is voorzitter van het publiekprivate programma ‘Digivaardig & Digiveilig‘. In het Nederlandse publieke debat over digitale veiligheid en burgerrechten speelt Tineke Netelenbos geen enkele rol. Haar fletse profiel als digitale ambassadeur is opvallend. Komt het omdat ze werkt voor een organisatie die de burger als consument beschouwt en niet als een politieke burger die voor zichzelf opkomt en meebeslist over de eigen samenleving? Erg old school. 

Praat mee over cybercrime. Maar alleen als consument, hoor!

Het Openbaar Ministerie heeft van 10 t/m 17 oktober een actieweek cybercrime. Het nodigt jongeren uit voor een internetdiscussie over computercriminaliteit. De landelijk officier cybercrime Lodewijk van Zwieten trekt de kar. Hij doet op de Facebook-pagina van het OM mee aan de discussie en reageert op vragen van jongeren. Deze gaan over het inbreken in computers, het uiten van bedreigingen via social media, over heling van gestolen spullen via internet en over het online verspreiden van naaktfoto’s. Alles in het kader van de bewustwordingscampagne Alert Online met uiteenlopende deelnemers namens overheden en bedrijfsleven.

Van Zwieten relativeert in een Facebook-reactie dat de aanpak van het OM noodgedwongen versnipperd is: ‘het onderwerp cyber is zo breed, dat het zich niet leent voor heel specifiek beleid. Deelonderwerpen kunnen wel onder bestaand beleid vallen. Zoals de eerste casus, over texting. Daarop is het beleid over de aanpak van kinderporno van toepassing. Overigens zonder dat het fenomeen daar apart in genoemd wordt. T.a.v. jongeren die strafbare feiten plegen, bestaat ook overkoepelend beleid. Daarin is bijvoorbeeld opgenomen dat politie en OM terughoudend zijn met aanhoudingen en vervolgingen, vanwege de inpact er van.

Wat bij dit soort bewustwordingsacties opvalt is dat het gericht is op burgers die als consumenten worden beschouwd die diensten of goederen afnemen. Goed dat de acties bestaan, maar ze ogen eenzijdig. Immers maar een kant van de medaille wordt belicht. Da’s politiek veilig omdat het de macht niet aanspreekt. Wordt zo’n bewustwordingsactie die daadkracht suggereert zo niet juist niet een placebo voor wat nagelaten wordt?

Het wachten is op een actie waarbij het OM werkt aan de bewustwording van overheden en bedrijfsleven. Precies de partners die nu de alertheid bij de burger menen te moeten bevorderen. Wees nou eerlijk, waar zit ‘m naast de georganiseerde criminaliteit de grootste bedreiging voor de internetveiligheid? Aanwijzing: de NSA en de massale spionage door inlichtingendiensten. De grootste bedreiging van de internetveiligheid zit ‘m namelijk niet in de incidentele overtredingen door medeburgers. De grootste bedreiging van het internet zijn de overheden en bedrijven die grootschalig de regels oprekken of zelfs volledig aan hun laars lappen. Vandaag nog in het nieuws: Nederlandse telefonie- en internetaanbieders die persoonsgegevens misbruiken.

alert

Foto: Schermafbeelding van bewustwordingsactie over cybercrime ‘Alert Online‘. 14 oktober 2013.

Twitter komt met nieuwe regels vanwege beledigingen

Waar liggen de grenzen aan de vrijheid op internet en de sociale media? Wat moet de gepaste reactie van een nationale overheid zijn? In het Verenigd Koninkrijk ontstaat sluipenderwijze gewenning aan de maatregelen die de regering Cameron voorstelt. Ze komen neer op verdere inperking van burgerrechten en wijzen op een restrictief klimaat waarin terrorisme, porno en kindermisbruik hiervoor als reden worden aangevoerd. Terwijl steeds meer blijkt dat Britten voor hun veiligheid afhankelijk zijn van de Amerikaanse veiligheidsdienst NSA.

Twitter wil het misbruik aanpakken. Maar hoe? Iemand wiens account afgesloten wordt kan onder een ander alias weer opduiken. Men zou denken dat iemand die de wet overtreedt aangepakt wordt door de politie. Maar het volume is met 400 miljoen tweets per dag  te groot om effectief te kunnen reageren. Logisch is dat een multinational als Twitter zelf middelen reserveert om het misbruik aan te pakken. Twitter UK lijkt daar nu serieus een start mee te hebben gemaakt. Zodat overheden het argument van misbruik niet kunnen gebruiken om de internetvrijheid in te perken. En het internet aantrekkelijk en vrij blijft voor velen. Juist daarom moeten bedrijven als Twitter oppassen zich niet te eenzijdig aan de kant van de bestaande macht op te stellen.

Cameron wil filter voor internetporno. Gemakzuchtige symboliek

o-CHRISTY-facebook

De Britse premier David Cameron gaat verder met zijn aanpak van internetporno. Hij kondigde gisteren aan voor te stellen om de toegang tot pornosites te blokkeren. Hij pleit voor ‘gezinsvriendelijke’ filters voor computers en smartphones. En hij heeft nog meer restricties in petto. Wie de pornosites wil bezoeken moet aangeven toegang tot de sites te willen. Dat wordt geregistreerd en ondermijnt de internetvrijheid.

Er zitten nadelen aan z’n aanpak. Voorstanders van beperkingen menen dat het in het terugdringen van kinderporno kan werken. Maar een antwoord daarop is dat het aan de opsporing, productie en acceptatie van porno en kinderporno niks doet. Kritiek op Cameron is dat-ie wil scoren met deze maatregel die de regering niets kost. Het roept de provider op een knop om te zetten. Cameron wil  daadkrachtig overkomen, terwijl-ie feitelijk het omgekeerde bereikt door de echte aanpak uit de weg te gaan. Ingrijpen in de virtuele wereld is betrekkelijk simpel, hoewel de bepaling van wat porno is nog niet zo eenvoudig is. Het onderliggende probleem van de niet-virtuele wereld die vraagt om inzet van politie gaat de regering-Cameron uit de weg.

Tegenstanders wijzen op de grootschalige spionage door de Britse veiligheidsdienst GCHQ, in samenwerking met de Amerikaanse NSA. De onthullingen van Edward Snowden tonen dat met documenten aan. De Britse veiligheids- en inlichtingendiensten weten alles van het internetgebruik van de Britten omdat ze directe toegang tot de internetcommunicatie hebben. Dat roept twee vragen op. Waarom pakt de politie producenten en distributeurs van met name kinderporno niet op als alle gegevens bekend is? Ondernemers en beheerders van sites met kinderporno moeten in samenwerking met de partners op te sporen zijn. En waarom zouden internetgebruikers die moeten aangeven een ‘gezinsvriendelijk’ filter uit te zetten de Britse overheid vertrouwen die liegt over de spionage en fouten maakt bij de bescherming van de privacy van de gebruikers?

Enkele maanden geleden debatteerde het Europarlement over het inperken en controleren van pornografie op internet. Dat werd schimmig gevoerd, mede omdat het via zelfregulering zou moeten. De Europarlementariër voor de Zweedse Piratenpartij Christian Engström wees onder verwijzing van het Europees Verdrag voor de rechten van de Mens op de informatievrijheid (artikel 10): ‘Een ieder heeft recht op vrijheid van meningsuiting. Dit recht omvat de vrijheid een mening te koesteren en de vrijheid om inlichtingen of denkbeelden te ontvangen of te verstrekken, zonder inmenging van enig openbaar gezag en ongeacht grenzen.

Foto: Christy Turlington in advertentie voor Calvin Klein, 2013.

Europarlement blokkeert heimelijk kritiek op resolutie pornografie

10899

De EU liet afgelopen week geen kansen lopen om zich in de beeldvorming ondemocratisch, log en lomp te profileren. In de aanloop naar de stemming komende week dinsdag over een resolutie die alle vormen van pornografie in de media verbiedt werd vanuit de Zweedse Piratenpartij een publieksactie gestart om contact op te nemen met Europarlementariërs. Internetactivist en piraat van het eerste uur Rick Falkvinge riep op z’n site op tot actie. Hij maakte enkele voorbeeldmails om aan de leden van het Europarlement te sturen. Dat had succes. Burgers stuurden kritische e-mails. Hoe dan ook kon de resolutie niet meer onopgemerkt passeren.

Europarlementariër Christian Engström voor de Zweedse Piraten ontdekte dat de protestmails hem en zijn collega’s niet bereikten. Hij werkt vanuit huis in Stockholm en zag hoe zijn eigen mails op zijn e-mail account in Brussel niet aankwamen. Ook een protestbrief aan voorzitter Martin Schulz van het Europarlement werd geblokkeerd. Hij ging op onderzoek. Wat bleek? De ICT-afdeling van het Europarlement blokkeerde alle e-mails die de burgers uit protest stuurden. Ze verdwenen zonder mededeling in de spambox. Engström vermoedt dat er wordt gefilterd op de woorden ‘gender stereotypes‘ die in de titel van de resolutie staan.

Dit is censuur van een Europese instelling die zichzelf als democratisch ziet, maar zonder mededeling en toelichting protesten van burgers aan Europarlementariërs blokkeert. En deze daarmee ongevraagd isoleert. Vraag is wie hiervoor verantwoordelijk is en op welk niveau dit besluit genomen is. Dit komt bovenop het bericht dat het Europarlement 111 schuifdeuren gaat plaatsen voor 2,8 miljoen euro om de toegang tot het Europarlement te beperken. De symboliek kan bijna niet zichtbaarder zijn. Een organisatie schermt zichzelf af en isoleert op eigen initiatief degenen binnen de organisatie die verantwoordelijk zijn voor de besluiten.

Rick Falkvinge roept op het protest tegen de resolutie voort te zetten. Hij constateert kosmetische wijzingen van de initiatiefnemers om de resolutie door te zetten. Nu zoeken ze nog meer het geniep. Het gaat in deze kwestie niet zozeer om het willen ontlopen van maatregelen op het gebied van pornografie of sexisme. Vele zinnige maatregelen zijn voorstelbaar om met name de positie van vrouwen te verbeteren. De Zweedse piraten gaat het om de oneigenlijke koppeling van deze onderwerpen aan de informatievrijheid. Juist omdat deze onderwerpen politiek correct gevoelig liggen werpt dit een extra drempel op voor oppositie ertegen. Deze episode toont aan dat voor de bescherming van de internetvrijheid piraten goed begrijpen wat de noodzaak is van deze vrijheid omdat ze hiermee principieel handelen zonder te marchanderen met hun gedachtengoed.

Foto: Bolidt adviseert voor Bolidtop FiftyFifty. Project Europarlement.

Europarlement wil alle pornografie op internet verbieden. En daarna? Actie gevraagd

timthumb.php

Volgende week dinsdag 11 maart debatteert het Europarlement over het rapport ‘over de uitbanning van genderstereotypen in de EU‘. Waarschijnlijk een dag later wordt erover gestemd. De Europarlementariër voor de Zweedse Piratenpartij Christian Engström komt in het geweer. Hij ruikt onraad. Juist omdat uitbanning van genderstereotypen een prijzenswaardige doelstelling is, verwacht-ie goedkeuring ervan. Mogelijk met een grote meerderheid. Maar de duivel zit in de details. Ik geef de argumenten van Engström weer.

Artikel 17 van het rapport zegt: ‘verzoekt de EU en de lidstaten concrete invulling te geven aan zijn resolutie van 16 september 1997 over discriminatie van vrouwen in de reclame, waarin het oproept tot een verbod op alle vormen van pornografie in de media alsook op reclame voor sekstoerisme.‘ Die resolutie van 16 september 1997 zegt: ‘dringt aan op wettelijke maatregelen die alle vormen van pornografie in de media en de reclame verbieden en op een verbod van reclame voor pornografische producten en sekstoerisme.’

Engström merkt op dat de exacte betekenis van dit verbod op pornografie onduidelijk is, want de resolutie uit 1997 noch het rapport waarover volgende week gestemd wordt bevatten een definitie van wat bedoeld wordt met ‘in de media‘. Velen zullen tijdschriften en televisie eronder verstaan, maar ook internet? Zonder definitie van wat ‘media’ zijn kan niet bij voorbaat uitgesloten worden dat internet er niet onder valt.

Artikel 14 van het rapport zegt iets over internet: ‘onderstreept dat in het kader van beleid voor het wegnemen van stereotypen in de media, maatregelen op digitaal gebied moet worden genomen; is in dit verband van mening dat op Europees niveau gecoördineerde acties op touw moeten worden gezet om een echte cultuur van gelijkheid op het internet te scheppen; verzoekt de Commissie om in samenwerking met de betrokken belanghebbenden een handvest op te stellen waarbij alle internetproviders zullen worden gevraagd zich aan te sluiten‘.

Engström ziet in de laatste zin een oproep aan internetproviders om burgers op internet te gaan controleren. En dan niet door wettelijke maatregelen, maar door zelfregulering. Juist dat is een ernstige bedreiging voor de informatievrijheid. De Zweedse piraat verwijst naar de brochure ‘Het hellend vlak van zelfregulering naar censuur door bedrijven’ (‘The slide from “self-regulation” to corporate censorship‘) uit 2011 van de digitale burgerrechtenbeweging EDRI. Die zegt dat zelfregulering neerkomt op het door dwang inperken van de internetconsumenten zonder passende regelgeving. In de strijd tegen het ACTA-verdrag was dit aspect van zelfregulering een van de zwaarwegende argumenten voor de uiteindelijke afwijzing.

Engström ziet in zelfregulering een poging om het artikel over informatievrijheid in het Europees Verdrag voor de rechten van de Mens te omzeilen. Dat zegt over de vrijheid van meningsuiting (artikel 10): ‘Een ieder heeft recht op vrijheid van meningsuiting. Dit recht omvat de vrijheid een mening te koesteren en de vrijheid om inlichtingen of denkbeelden te ontvangen of te verstrekken, zonder inmenging van enig openbaar gezag en ongeacht grenzen.

De resolutie is een eigen initiatief rapport van het parlement. Dit houdt in dat het niet automatisch wet wordt. Ook niet als het wordt aangenomen. Het is een manier voor het Europarlement om haar mening te geven. Zo’n eigen initiatief rapport kan als basis dienen voor de Europese Commissie als het met wetsvoorstellen komt. Aanname versterkt dan de positie van de Commissie als het verschillende regelingen over zelfregulering wil inpassen. Hoewel Engström zegt voor uitbanning van genderstereotypen te zijn, stemt-ie tegen de resolutie.

Wat nu? Internetactivist en oprichter van de Zweedse Piratenpartij Rick Falkvinge roept op zijn site op tot actie. Hij vindt het onaanvaardbaar dat volwassenen die daarin toestemmen geen erotisch materiaal, zoals plaatjes, tekst, geluid of beelden meer via internet naar elkaar zouden mogen sturen. Hij roept op Europarlementariërs een e-mail te sturen. Wellicht kan de Nederlandse Piratenpartij dit initiatief vanuit Nederland coördineren en enkele e-mails maken. De informatievrijheid staat op het spel. Precies dat gebeurt in dictaturen, namelijk onder het mom van pornografie trekt het de macht op internet naar zich toe. Europa kan wijzer zijn.

Foto: Controle en internet.

Lokale produktie van kleding haalbaar: American Apparel

161_rsaor300_P

Update 12 februari 2014: De Zweedse docent genderstudies, blogger en fotograaf (genusfotografen) Tomas Gunnarsson kent de titel van meest seksistische bedrijf van het jaar toe aan American Apparel. Het ‘wint’ de gouden borst (Guldtuttmuggen) voor de advertentiecampagne van vorig jaar. Bezoekers van z’n blog konden stemmen. In een commentaar geeft Gunnarsson aan dat-ie in de campagnebeelden kinderpornografie herkent en dat vrouwen halfgekleed of verleidelijk afgebeeld worden, maar mannen gekleed en koel.

Update 15 mei 2013: De Zweedse blogger Emelie Eriksson is het oneens met het gebruik van halfnaakte vrouwen door American Apparel in advertenties. Ze ziet er sexisme in. Mannen houden hun kleren aan, maar vrouwen zijn halfnaakt of bevinden zich in bed. Alsof ze net sex hebben gehad. De campagne van het Amerikaanse kledingmerk triggert vele negatieve reacties op Zweedse sociale media. Zweden is een land waarvan gezegd wordt dat het feminien is. Dat leidt soms tot beleid waarbij mannen het nakijken hebben.

americanapparel1

American Apparel is een modemerk gevestigd in Los Angeles. Niet onbescheiden noemt het zichzelf een Industriële Revolutie door de zogenaamde verticale integratie. In tegenstelling tot andere kledingfabrikanten is het lokaal gebleven. Daar in de binnenstad van LA. Met als resultaat de grootste kledingfabriek van Noord-Amerika. Tegen de globalisering en outsourcing van banen richting lageloonlanden in. In Europa werkt het Spaanse Zara met hetzelfde concept. Korte lijnen, dicht op de trends van de markt en snel handelen.

American Apparel toont aan dat de valkuil van het werken met onderaannemers in Azië voorkomen kan worden. Met uitbuiting van werknemers en zelfs kinderarbeid tot gevolg. Niet iets waar consumenten in hun jeans of topjes aan herinnerd willen worden. Ze willen een goed gevoel bij hun merk. Dat hangt samen met een idee van duurzaamheid. Behalve uitbuiting gaat dat ook om transport, verspilling omdat er gedacht wordt in bulkproductie die betrekkelijk los staat van de consumentensmaak en belasting van het milieu ter plekke.

Autosave-File vom d-lab2/3 der AgfaPhoto GmbH

Zo’n model vraagt om een hecht samengaan van design, marketing, boekhouding, produktie, winkel en distributie dat werkt met de perfectie van een Zwitsers uurwerk. Door een continue informatiestroom vanaf de consumentenmarkt wordt de productie bijgestuurd. Dit voordeel valt makkelijker te halen bij kleding die afhankelijk is van de trend van de maand, dan bij produkten die minder modegevoelig zijn.

Het lokale model dat Westerse bedrijven als American Apparel of Zara zelfs in hun marketing gebruiken, kan als voorbeeld dienen voor andere Westerse kledingfabricanten die nu hun productie uitbesteed hebben. Zo’n omslag grijpt terug naar een verdwenen traditie. Da’s een keuze voor kwaliteit, tegen onverschilligheid, tegen verspilling, tegen uitbuiting, tegen globalisering, voor innovatie, voor duurzaamheid, voor design en een mooi modebeeld op straat. Redelijke kleding voor een redelijke prijs is mogelijk. Kleding is onze heerlijkheid.

82_rsadm302_P

Foto’s: Kleding uit de catalogus van American Apparel. In Nederland heeft American Apparel twee vestigingen in Amsterdam

Foto Update: Now Open: Blogger beschuldigt American Apparel smakeloos en klef te zijn.